Nieuwe regels voor
houden scharrelkippen
D,
I
„w ijzer naar 1985" is een stukje
gebundelde kracht van de organisa
ties en de land- en tuinbouwvoorlich-
ting. Laat het niet aan onszelf liggen,
als die kracht niet ten volle benut zou
worden als wij naar 1985 gaan!
Britse invoerbeperking op
pluimvee en eieren
ongerechtvaardigd
H
H et is de bedoeling van de Pro
vinciale Raad voor de Bedrijfsont
wikkeling om met zoveel mogelijk
Welke nota?
Wat staat er nu in?
Hoe staan we ervoor?
Hoe pakken we het aan?
Tenslotte,
Leewieken verboden per 1-2-1983
Regels
Leewieken
Minister Braks:
et is intussen een gewoonte geworden, om één keer in de vijf jaren
een balans op te maken van de stand van zaken in de land- en tuinbouw
in Noord-Brabant. En met de informatie trachten de leden en adviseurs
van de Provinciale Raad voor Bedrijfsontwikkeling en de medewerkers
van de Provinciale Direktie voor de Bedrijfsontwikkeling en de Kon-
sulentschappen een aantal lijnen uit te zetten over de ontwikkeling in
de komende vijf jaren. Een dergelijke nota heet dan: STRUKTUUR-
NOTA en zegt iets over de te verwachten knelpunten en de eventuele
oplossingsmogelijkheden voor de land- en tuinbouw in de nabije toe
komst.
f-j o kennen we al de struktuurno-
ta's:
uit 1980: 4 xS
uit 1975: DOEL 1980 (Denken Op
Eén Lijn)
en nu dan Wijzer naar 1985: met de
ervaringen uit de voorgaande jaren
wijzer geworden, een handwijzer
naar 1985.
e inhoud van "Wijzer naar 1985"
is eigenlijk in 3 blokken in te delen:
de ontwikkeling en betekenis van
de land- en tuinbouw in Noord-
Brabant (hoofdstuk 1 tot en met
4);
de te verwachten knelpunten en
mogelijke oplossingen (hoofd
stuk 5 en 6);
de takken veehouderij, tuinbouw
en akkerbouw nader bekeken.
De Brabantse land- en tuinbouw
heeft een explosieve groei doorge
maakt in de zeventiger jaren. Er is
veel geïnvesteerd. Noord-Brabant
heeft een zevende deel van de kul-
tuurgrond van ons land en daarop
vindt 16% van de agrarische produk-
tie plaats.
Dit aandeel is in de laatste 10 jaren
duidelijk toegenomen, vooral door
de sterke uitbreiding van de inten
sieve veehouderij. De bedrijven zijn
veel groter geworden en gaan spe
cialiseren.
Het gemengde bedrijf van weleer is
aan het verdwijnen. Wij hebben na
twintig jaar maar een derde van de
bedrijven overgehouden. Maar
daaronder wel veel bedrijven met
een goede opzet en vaak uitstekende
technische resultaten. Er is veel aan
gepakt: en niet zonder resultaat. Het
doel: meer welvaart is door velen -
niet allen - bereikt.
bedrijfsleven zal moeten zijn om de
land- en tuinbouw in Noord-Brabant
in te laten spelen op deze nieuwe -
minder gunstige - omstandigheden.
Maar overheid en bedrijfsleven
kunnen hierin slechts een zeer be
perkte bijdrage leveren. Het zal
vooral van de ondernemers en hun
gezinnen in de land- en tuinbouw
zelf afhangen of zij met hun bedrijf
op de juiste wijze zullen en kunnen
reageren op de steeds weer veran
derde, veelal moeilijker wordende
situatie.
Het is echter goed te bedenken, dat
door de inspanningen in het verle
den een Brabantse land- en tuin
bouw is ontstaan met een groot aan
tal gezonde bedrijven. En het is een
voorrecht wanneer je als landbouw
gebied op een zo sterke basis de pro
blemen van de toekomst te lijf kunt
gaan!
Het is juist de bedoeling van "Wijzer
naar 1985" om een bijdrage te leveren
in het denken en handelen van de
boeren en tuinders in Noord-Brabant
om tot goede oplossingen voor deze
problemen te komen.
Op veel kleine bedrijven is de teelt
van aardappelen in de loop van
de tijd vervangen in die van snijmais.
betrokkenen in de land- en tuinbouw
de te verwachten ontwikkelingen
voor de toekomst met elkaar te be
spreken en te vertalen naar ons ge
bied en eigen bedrijf.
Daartoe zijn afspraken gemaakt met
vertegenwoordigers van NCB, ZLM
en CBTB in dit winterseizoen en dan
waar mogelijk in samenwerking met
echtgenotes en de aankomende boe
ren en tuinders de belangrijkste
punten uit "Wijzer naar 1985" aan
de orde te stellen. Naast de afde
lingsvergaderingen zullen ook
Kring- en rayonbijeenkomsten of
gezinsdagen zich voor dit onderwerp
goed lenen. Om doublures te voor
komen zal de struktuurnota niet be
handeld dienen te worden in stu-
dieklubs. Inleidingea over "Wijzer
naar 1985" zullen kunnen worden
verzorgd zowel door de medewerkers
van Provinciale Direktie en Konsu-
lentschappen. Als door het sekreta-
riaat en SEV van de organisaties. Om
de behandeling van de onderwerpen
zo goed mogelijk tot zijn recht te la
ten komen, zal in de komende weken
over de problematiek van de takken
rundveehouderij, intensieve veehou
derij, tuinbouw en akkerbouw extra
informatie worden gegeven. Daartoe
zullen de Konsulenten in één van de
volgende weken met een bijdrage in
de landbouwbladen nader op hun
tak ingaan.
ntussen is er een kentering geko
men in deze ontwikkeling. De alge
mene maatschappelijke recessie -
met de vertraagde ekonomische
groei, verslechterde werkgelegen
heid, sterke stijging van de energie
prijzen en de hoge rente - gaat ook
aan de land- en tuinbouw in Noord-
Brabant niet voorbij. Daar komt nog
bij, dat juist in onze provincies naast
de grenzen van de ekonomie, zich
ook grenzen beginnen af te tekenen
voor:
Het milieu
mestoverschotten
de ruimte
bestemmingsplan
nen en de natuur-
en landbouwschap-
sproblematiek
de produk-
tiewijze welzijn van die
ren, gewasbescher
ming.
Juist met het oog op de problematiek
waarvan hierboven maar enkele as-
pekten zijn genoemd, is getracht in
"Wijzer naar 1985" aan te geven
waar wij ons met elkaar in de ko
mende jaren op zullen moeten rich
ten. Wat het beleid van overheid en
Minister ir. G. Braks (landbouw
en visserij) heeft, in overeenstem
ming met de staatssekretaris van
Ekonomische Zaken (Th.M. Ha-
zekamp), op grond van het Land-
bouwkwaliteitsbesluit scharre
leieren een aantal nadere regels
gesteld voor het houden van
scharrelkippen, die aansluiten op
de wensen van onder meer de die-
renbescherning.
Een van de door deze organisaties
naar voren gebrachte wensen kon
niet worden vervuld, namelijk een
verbod om de snavelpunten bij
pluimvee te verwijderen. Dit zoge
naamde kortbekken gebeurt thans
om ernstige gevolgen van "veder-
pikkerij en kannibalisme" te voor
komen.
Aangezien dit nog niet te vermijden
is, lijkt het middel kortbekken uit
welzijnsoogpunt verre te verkiezen
boven de gevolgen die het niet toe
passen van dit middel heeft. Voor de
wijze waarop het kortbekken moet
geschieden, zullen normen worden
gesteld.
Het bleek niet nodig gevolg te geven
aan het verzoek van de dierenbe
scherming om de aanwezigheid van
legnesten in de ruimten voor te
schrijven. Elke pluimveehouder
voorziet hier uit praktische overwe
gingen reeds in. Bij afwezigheid van
dergelijke nesten zullen immers de
eieren door de hele ruimte heen ge
legd worden, wat de kans op be
schadiging van de eieren vergroot en
bovendien het rapen van de eieren
bemoeilijkt.
Het op 17 januari 1979 in werking
getreden Landbouwkwaliteitsbesluit
scharreleieren schrijft voor, dat ten
minste een derde deel van de voor de
kippen bestemde ruimte uit gron
doppervlak bedekt met los strooisel
bestaat. In de regeling is nu ook
vastgelegd, dat het overige gedeelte
van het grondoppervlak uit een
mestbak met rooster dient te bestaan.
Naar gelang de specifieke omstan
digheden van zijn bedrijf, moet de
pluimveehouder de kippen de gele
genheid geven om tijdens hun rust
periode plaats te nemen op zitstok-
ken of latten.
Drinkwater voor de kippen moet in
open bakken of goten aanwezig zijn.
Het dagelijks instrooien van graan,
grit en/of kiezel in de strooiselruimte
verschaft de kippen een bezigheid
die hun natuurlijke behoefte om te
scharrelen kan bevredigen.
Verlenging van de lichtperiode door
kunstmatige verlichting is slechts
toegestaan tot een totale lichtperiode
van ten hoogste zeventien uren per
etmaal. Het licht dient echter zoveel
mogelijk "natuurlijk" licht te zijn.
De meeste bedrijven waar scharre
leieren worden geproduceerd, heb
ben reeds zogenaamde daglichtstal
len.
In de nieuwe regeling is een verbod
tot leewieken opgenomen. Hoewel
het verwijderen van een vleugelpunt
op zich geen ernstige aantasting van
de betrokken dieren betekent, kan
het achterwege laten van een derge
lijke ingreep een verdere verbetering
van het welzijn van de kippen beteke
nen.
Deze nieuwe regels treden met in
gang van 1 september 1982 in wer
king, met uitzondering van het verbod
om te leewieken, dat ingaat op 1 fe
bruari 1983.
«Uw-
Minister ir. G. Braks (landbouw en visserij) heeft met grote verontrus
ting kennis genomen van de nieuwe invoerbeperkingen van het Ver
enigd Koninkrijk voor pluimveevlees, konsumptie-eieren en eiproduk-
ten.
In een protestbrief aan zijn Britse kollega Walker verzoekt hij deze dan
ook met klem af te zien van de voorgenomen maatregelen en in ieder
geval de inwerkingtreding daarvan uit te stellen tot de beraadslaging
daarover in het Permanent Veterinair Comité.
De nieuwe maatregelen zijn volgens juist produkten, die voor de konsu-
de Britse landbouwminister inge
steld om het Verenigd Koninkrijk te
vrijwaren van pseudo-vogelpest. De
laatste jaren, aldus minister Braks, is
er echter geen uitbraak van pseudo-
vogelpest in het Verenigd Koninkrijk
geweest. Dit, terwijl de invoer van de
produkten vrij was en slechts de helft
van de Engelse pluimveestapel was
ingeënt. De gekozen maatregelen
kunnen dus het beoogde doel niet in
redelijkheid dienen. Immers, dit zijn
ment bestemd zijn en derhalve niet
in aanraking komen met levend
pluimvee.
Inmiddels heeft minister $raks te
vens een fel protest tegen de voorge
nomen Britse maatregelen bij de
Europese Commissie ingediend. Dit
heeft ertoe geleid dat deze het Per
manent Veterinair Comité op 1 sep
tember a.s. heeft bijeengeroepen om
de onderhavige kwestie te bespre
ken.
5