Een prille gedachte van enige
praktische boeren....
D aarom is de vraag gerezen of dit
een algemeen voorkomende zaak is of
niet. Kunnen we onkruidvrij zaad ko
pen en wat is er te bereiken als we
alleen de grofste korrels als zaaitarwe
gaan gebruiken? Tijdens onze oplei
ding werden we steeds gewezen op de
kiemkracht en de kiemenergie van
het zaaizaad, maar bij de huidige
moderne tarweteelt gaat het tevens
om een bepaald aantal planten dat we
per ha wensen. Deze moeten goed
verdeeld staan en goed levenskr
achtig zijn. Dit hele verhaal is hele
maal niet wetenschappelijk, maar
D ankbaar waren we voor de reak-
tie van de beide C.A.R.-leden op
onze vorige praktijk-bijdrage waarin
we een lans braken om het stro maar
te velde te verbranden. Wie verre
reizen doet kan veel verhalen en
daarom waren we gelukkig ook wat
te kunnen spuien. Nu is ons duidelijk
geworden dat het engelse systeem
niet past bij onze zeeuwse grond.
Wel moet me nog van het hart, dat
menig kollega een hekel begint te
krijgen aan die strobaaltjes en zeker
als er niets aan verdiend wordt. Ver
der ligt het stro dikwijls veel te lang
op het land om maar ook iets aan
grondbewerking te kunnen doen. Bij
de kortstro rassen ligt een laag kaf en
"kort" op het land en deze zijn een
beletsel om een suksesvolle chemi
sche bestrijding tegen hoefblad en
kweek uit te voeren. Ook in deze ligt
er nog een heel terrein braak en we
hopen, dat we er gezamenlijk in mo
gen slagen om een goede oplossing te
vinden.
Een onverwachte meevaller
Redelijke graan en graszaadoogst bijna
geborgen
Een prille gedachte
Stro branden
Droge kippemest
geeft goede
resultaten
Nieuwe ontwikkelingen bij vlas
Voor de regen van donderdag 20 au
gustus was de graanoogst op ZUID-
Na de vorige bijdrage in deze rubriek
van THOLEN EN ST. PHILIPS-
LAND zijn we inderdaad snel uit de
startblokken gekomen. Toen ons
landbouwblad de lezers bereikte had
vrijwel niemand tijd om ons lijfblad
te lezen want ieder had het te druk
met graanoogsten en andere oogst-
zaken.
Durfden wij de vorige keer geen uit
spraak doen over de opbrengst, nu
durven wij dat nog niet te doen!
Waarom dan niet zult U zich afvra
gen, nu toch ±85% van de graan
oogst is gemaaidorst. Dat komt om
dat naarmate de graanoogst langer
duurt de opbrengst per ha steeds
blijft stijgen.
Hoewel de Eendracht voor Tholen
jaren een vrij duidelijke scheidings
lijn is geweest tussen dit eiland en de
Westhoek van Brabant zijn er toch
ook wel overeenkomsten te signale
ren, want ook hier schijnt het een
beetje zo te zijn dat het aantal mud
den tarwe per gemet positief kan
worden beïnvloed door beursbe-
zoek!
Nu loopt het met dat beursbezoek
niet zo'n vaart meer in ons gebied
maar onderlinge boerenkontakten
zijn blijkbaar ook al bevorderlijk.
Wij schatten de gemiddelde op
brengst zo ergens tussen de 7 en 8 ton
per ha met enkele uitschieters naar
boven en eveneens nog een aantal
naar beneden.
Hierbij past dan zeker de opmerking
dat de vroegst geoogste percelen in
derdaad ook qua kg-opbrengst wel de
laagste waren.
Dit komt wellicht omdat daar toch te
weinig zorg aan werd besteed. Grote
tarwe opbrengsten zijn zeker moge
lijk, maar dan verdient dit gewas ook
een optimale begeleiding, (bespuiting
en bemesting) te krijgen. Met één
keer spuiten of één keer kunstmest
strooien komt men er dan beslist niet.
Voor tarwe hebben die goede zorgen
inderdaad rendement opgeleverd
voor gerst is dit helaas niet het geval!
Wat er allemaal met de gerstteelt aan
de hand is weten we niet, feit is wel
dat de resultaten van dit gewas erg
pover zijn.
Op deze wijze verder gaan met het
telen van gerst is onverantwoord ge
worden en wij zien deze teelt dan ook
tot een minimale oppervlakte terug
lopen. Dat is heel erg jammer voor
ons bouwplan en voor ons "potje
bier" wat we vooral bij zomers weer
zo graag lusten.
Het lijkt ons een goede zaak dat men
door intensief onderzoek probeert te
weten te komen wat er aan schort.
Als men daar niet achter kan komen
dan heeft verder gerstonderzoek op
met name onze proefboerderijen
weinig zin meer.
Wij zagen dan liever, wat meer ge
richt onderzoek in de graszaadteelt
want hier zijn de opbrengstverschil-
len groot. De graszaadteelt is de
laatste jaren in het Zuid-Westen no
gal toegenomen en zeker is dat het
geval op Tholen en St. Philipsland.
Overigens staan helaas de graszaad-
prijzen wat onder druk behalve dan
voor de Roodzwenk en de gazon ty
pes van de Engelse Raaigrassen. De
opbrengst van de E.R.grassen was
doorgaans heel bevredigend te noe
men. Vrijwel alle graszaad is thans
gedorst.
Het wachten is op de uitvalpercenta
ges en het eerste voorschot. Bij de
huidige hoge rentestand is het spoe
dig na de oogst ontvangen vjin een
financiële vergoeding voor hét gele
verde werk toch wel heel erg belang
rijk geworden. Voor de graszaadteelt
is het bijna een jaar lang op de afre
kening te moeten wachten toch wel
een dik min punt.
De kg-opbrengsten van tarwe mogen
goed genoemd worden
13 e graanoogst loopt weer ten einde
en ondanks het grotere areaal blijkt
het aantal maaidorsers nog groot ge
noeg te zijn. In etappes kon er gedorst
worden en dat was eigenlijk een
gevolg van het grote verschil in afrij
ping. De boer van vandaag is erg ge
voelig voor hoge droogkosten en
daarom wordt er speciaal op de rijp
heid van het graan gelet. Even geduld
en wat zon en wind kunnen flinke be
sparingen te weeg brengen.
Bij de vroegst gedorste percelen za
ten de wat lichte en zieke gewassen
en bij de tweede ronde zaten de
kampioenen. Vorig jaar was nu al
bekend, dat toen de hoogste op
brengst boven de 10 ton/ha) aan
wintertarwe in Zuid-Beveland werd
gehaald. Nu wordt er hier en daar al
wat gefluisterd, maar wij wachten
het persbericht van onze redakteur in
deze maar af. "Welk gewest wordt dit
jaar kampioen?" is iets waar we toch
erg benieuwd naar zijn. Dit jaar zijn
er weer gewasstudieklubs bijgeko
men en het kan daarom best gebeu
ren, dat Tholen nu hele hoge ogen
gooit.
Pratende weg komt men toch iedere
keer weer voor nieuwe dingen te
staan. Vorige week op een natte dag
waren we als buren bijeen in onze
schuur. Met wat oude graanzeven
hebben we toen wat pas gedorste
tarwe gezeefd. Al gauw kwamen we
tot de ontdekking, dat heel wat on
kruidzaden in het monster voorkwa
men en tevens, dat er grote verschil
len in grootte van de tarwekorrels
bestaan. Hierop voortbordurend
hebben we een overjarig restant
zaaitarwe aan hetzelfde onderzoek
onderworpen en ook hierin kwamen
we tot dezelfde konklusie, maar wel
in mindere mate.
slechts een prille gedachte van een
paar praktische boeren. Om die rede
nen hoort het ook wel in deze rubriek
thuis. Misschien zijn er wel onder
zoekers welke hiervan een diepgaan
de studie hebben gemaakt, maar hoe
komt dit naar de praktijk over?
In onze studieklub is men gelukkig
van mening, dat we niet alles zelf
moeten gaan onderzoeken, doch dat
we informatie moeten inwinnen bij
die kanalen waar een heleboel ken
nis aanwezig is. In ons gewest loopt
het gesmeerd en-daar zijn we het
voorlichtingsapparaat ook zeer
dankbaar voor.
Opvallend is hoe vroeg de bladeren
van de bomen vallen. Het is toch
vreemd, dat begin augustus onze er-
,ven er al mee bezaaid lagen. Dit kan
een gevolg zijn van een zware lui-
saantasting, van erge droogte, van
een of andere schimmelziekte en het
kan ook duiden op een a.s. klimaats
verandering. Weerprofeten kondi
gen nu al een vroeg intredende win
ter aan en daar zijn we bij de huidige
energieprijzen helemaal niet van ge
diend. Het wordt dus zaak om veel
bieten in de voorlevering zien kwijt
te raken. Vroeg geleverd betekent
vroeg geploegd, vroeg gezaaid en
vroeg veel rente op de bank. Ode dit
is een systeem om ons inkomen te
vergroten.
BEVELAND nog maar hooguit een
week aan de gang en toch was al reeds
meer dan 50% van de tarweoogst ge
borgen. Wijst dat niet op een over-
mechanisatie van maaidorsers, als
zo'n korte periode de oogst zo vlot
afgewerkt kan worden?
Voor dat de oogst begon was men
maar matig optimistisch gestemd.
Toch vallen de opbrengsten duide
lijk mee. De meeste percelen zitten
zo tussen de 6800 en 7800 kg per ha,
met een gemiddelde dat duidelijk
boven de 7000 kg ligt. Jammer is dat
toch ook nog percelen voorkomen
die daar beneden blijven. Toch wel
prettig is het dat ook nog een be
hoorlijk aantal percelen boven die
7800 kg per uitkomen. Bovendien
blijkt het mogelijk te zijn om een zeer
goede prijs - rond de 0.52 - voor
onze tarwe te kunnen geven. Een
onverwachte neevaller.
Waren er voor het stro maar dezelfde
mogelijkheden? Tot nog toe is de
belangstelling uiterst gering, de prijs
ligt dan ook op een te laag niveau. Er
wordt alleen wat afgeleverd wat al
veel eerder is verhandeld. Door de
geringe belangstelling is er nu wat
meer interesse om het stro gehakseld
op het land te laten.
Andere jaren komt de zomergerst
altijd voor de wintertarwe, dit jaar is
de afrij ping van de zomergerst veel
later en komt nu midden tussen de
wintertarwe in. De opbrengst valt op
een zeer groot aantal percelen zeer
veel tegen.
We- moeten dan ook wel aannemen,
dat de oppervlakte wintertarwe uit
zal breiden en wel ten koste van de
zomergerst en ook wel van de haver
en de zomertarwe, mits we maar
voldoende ruimte in ons bouwplan
hebben en dan vooral wat de vruch
topvolging betreft.
We zullen ook aan moeten nemen
dat we voor de wintertarwe ook een
zaaibed moeten maken. Voor andere
gewassen in de nazomer te zaaien als
winteruien, koolzaad en wintergerst
doen we het toch ook. Met ploegen
alleen zijn we er niet.
Hier en daar wordt een begin ge
maakt met het doodspuiten van
aardappelen. Door de regen zijn ze
nog wel even wat opgeknapt, voor
sommige percelen was het al te laat.
Mede doordat hier en daar, gelukkig
nog maar perceelsgewijze wat Phy-
tophthora voorkomt is het toch ge
wenst om voldoende tijdig dood te
spuiten. De doodspuitmiddelen do
den ook de phytophthoraschimmel,
extra bijvoegingen van tin zijn dan
ook niet noodzakelijk.
De geluiden over de te verwachten
suikerbieten opbrengsten zijn zeer
goed. Toch zijn er min of meer gro
tere delen in het gebied waar men er
toch wat pessimistischer tegen aan
kijkt. Struktuurschade en bieten
moeheid spelen daar wel een rol in.
De vergelingsziekte is niet verder
toegenomen. We zitten nu midden in
de graanoogst, aardappelen en uien
moeten nog volgen en toch zullen we
ons nu al in moeten stellen dat we
rond half september aan de bieten-
oogst zullen moeten beginnen.
De polders in de WESTHOEK zijn
de laatste weken snel veranderd. Veel
blokken met wintertarwe zijn gecom-
bined. Durfden we in de vorige ru
briek nog geen kilo's te noemen, nu
blijkt dat de graanopbrengst goed is:
zo'n 7500 kilo per ha.
Er zijn er dan altijd van nog meer.
Ook zullen er met minder kilo's ge
noegen moeten nemen. Al met al een
redelijke oogst. Weinig onkosten van
drogen dit jaar. In ons gewest is 4
weken geen regen gevallen. De 30
mm van de vorige week donderdag
was erg welkom. De uien profiteren
van deze nattigheid door nog heel
wat kilo's bij te groeien. De aardap
pelen zijn al te ver heen om nog veel
te groeien. Het is opvallend dat er
blokken liggen die nog helemaal
groen staan, terwijl bij buurman de
zaak zo goed als bekeken is. Meestal
staan de na Pasen gezette aardappe
len in de zware grond er nog fleurig
bij.
Mest
Als we nu eens terug kijken wat de
zoveel toegepaste mest ons heeft ge
bracht, dan komen we tot deze slot
som: Droge kippemest geeft goede
resultaten. Je vindt weinig terug van
de dunne gier uitgestrooid in het na
jaar over het aardappelland. Het is
ons opgevallen dat het gewas er dit
jaar niet langer groen door bleef. Het
zal toch weer eens rekenen en bekij
ken worden voor dit najaar. De
transportkosten stijgen nog steeds
door de alsmaar duurder wordende
energie. Spoedig zijn de dagen weer
zo kort dat we tijd hebben om 's
avonds voor het bureau te gaan zit
ten. Laten we eerlijk blijven als er de
hele dag hard gesjouwd moet wor
den willen we de pen wel eens alleen
voor het hoognodige gebruiken.
We komen niet klaar met alleen de
oogst zo goed mogelijk binnen te
halen, er wordt tevens van ons ge
vraagd om voor 1982 de beste voor
zieningen te doen. Het moet finan
cieel wel haalbaar zijn.
De bieten waren ook erg dankbaar
voor het gekregen nat. Hoewel er
ontsmet was sliepen toch nog wel wat
bieten waaruit blijkt dat ontsmetten
van een zwaar besmet aaltjesland niet
in eens goed zuivert. Toch belooft dit
laatste gewas een goede oogst en
spoedig zullen we de witte pluimen
van de suikerfabrieken in de West
hoek tegen de lucht zien.
De oogstwerkzaamheden op
NOORD-BEVELAND zijn vorige
week gestagneerd door enkele natte
dagen, waarop ongeveer 20 mm regen
is gevallen.
De erwten uit 't zwad zijn allemaal
gedorst, hoewel er ook nog wat
op ruiters staan die later aan bod
komen, kunnen we stellen dat de
opbrengsten nogal uitéén lopen van
4000 kg (soms nog minder) tot boven
de 6000 kg per ha. Gemiddeld toch
wel goed. De doperwten zijn in die
zelfde week ook afgedorst, wat aan
de late kant is. We zijn benieuwd
naar de financiële resultaten. Er le
ken niet veel zeer fijne doppertjes
meer in de peulen te zitten. Winter
gerst dat sporadisch op Noord-Be
veland geteeld wordt was goed, hoe
wel wel wat meer verwacht was ge
zien de stand. Veel zomergerst staat
nog vast en daarvan wordt een
slechte oogst verwacht.
De tarweoogst is in volle gang. De
opbrengsten zijn goed tot zeer goed
met een vochtgehalte dat dichter bij
de 15% dan bij de 17% ligt. We
hoorden van opbrengsten van 6500
kg tot over de 9000 kg per ha. Enkele
nieuwere rassen die hier geprobeerd
zijn, blijken goed mee te kunnen.
Bij vlas zien we weer een nieuwe ont
wikkeling. Eerst wordt het op zwad
getrokken en na een week 10 dagen
gedorst, met de combine (Clayson
80). Het achtergelaten produkt moet
nu nog roten en daarna opgeperst
worden. De grote vraag is nu hoeveel
beschadiging het zaad bij het dorsen
heeft opgelopen. Er is met verschil
lend toerental geprobeerd.
Voor aardappelen en bieten had het
wel wat vroeger mogen regenen.
Deze lijken de laatste weken wel wat
van de droogte geleden te hebben.
De sortering van de aardappelen
(Bintje) die vroeg doodgespoten zijn
en nu gerooid worden, blijkt wel erg
tegen te vallen. Boven de 50 mm zit
er bijna geen aardappel bij. De
proefmonsters van de bieten over het
gehele land geven een rekordoogst
aan, maar op Noord-Beveland zou
den de meeste bieten wel dag en
nacht op moeten blijven om die re
kordoogst te halen.
Stormvloedkering
De sluiting met de stormvloedkering
in de Oosterschelde blijkt meer en
meer een hobby te zijn van lieden die
geen verantwoording willen hebben
tegenover de slachtoffers van de ramp
in 1953, ze willen nu alleen de storm
vloedkering gebruiken als de mensen
uitgeroeid zijn om nog enkele plant
jes en diertjes over te houden voor
hun eigen hobby. Nadien kunnen ze
dan groengordels gaan aan leggen.
6