D, Kg-opbrengsten zijn onvoldoende Stand van de aardappelen uiteenlopend lager In de startblokken voor de graanoogst Franse tarweproduktie iets D, "Aktie 1981" De vorige week een aantal dagen met zeer warm weer gehad. Dit is toch wel te zien aan onze gewassen in Zuid-Beveland. De afrij ping van de granen is er toch wel enigszins door versneld. Voor onze hakvruchteen, die nog een flink deel van hun groeiperiode voor zich hebben was de warmte en de droogte wat minder prettig. Nu we in juli en de eerste week van augustus zo weinig neer slag, slechts 35 a 40 mm, hebben ge had, was wat neerslag voor onze produkten zeker niet onwelkom ge weest. Intussen is de wintergerst al weer geoogst. De opbrengsten variëren zeer sterk. Toch lijkt het gemiddelde niet tegen te vallen. In ieder geval wel boven de 6 ton korrel per ha. Het is een gewas dat duidelijk eerder dan de wintertarwe geoogst kan worden. Of én in hoeverre de win tergerst als een alternatief voor een deel van onze oppervlakte winter tarwe zou kunnen fungeren is min der gemakkelijk vast te stellen. Nu we de opbrengsten van de eerste percelen wintertarwe horen valt hier en daar de opbrengst wat tegen. Het is wel zo dat daarbij een aantal per celen is waarbij door een te snel te rugkomen met tarwe nogal wat "wit- arigheid" optreedt. De werkelijke oorzaak is echter gewoon een vruchtwisselingsziekte nl. de "tarwe- halmdoder". Toch verwacht men voor ons grootste gewas met ±35% van de akkerbouwoppervlakte een opbrengst die ongeveer gelijk ligt aan die van het vorige jaar. De keuze tussen wintergerst en wintertarwe moet al heel snel worden gemaakt. Defce keuze wordt sterk beinvloed door enkele faktoren, deze zijn - het vrijkomen van gronden om tijdig wintergerst te kunnen zaaien en de saldovergelijking van wintergerst tegenover wintertarwe waarbij de ha-opbrengst, de prijs per kg, de hoeveelheid N en de ziektebestrij ding de grootste rol zullen spelen. Het valt wel op dat de oogst van de zomergerst veel later komt als eerst werd verwacht. De stand heeft zich wat verbeterd. Mogelijk dat de op brengst nog wat kan mee vallen. Er is slechts een beperkte vraag naar graanstro. De prijzen liggen mede daardoor niet op een hoog niveau. De aardappelen gaan duidelijk wat verschillen in stand vertonen. Som mige percelen zijn nog goed groen, andere percelen beginnen al wat in elkaar te zakken en wat te verkleu ren.De Phytophthora heeft zich de laatste tijd rustig gehouden, toch zullen we het spuitschema goed aan moeten houden'. Er te gemakkelijk overdenken kan wel eens te veel ri sico's geven. Controleer uw aardap pelen goed, want er zijn weer al wat nieuwe haardjes met Phytophthora gevonden. Blijf dus attent! De suikerbieten staan er goed voor. Er begint hier en daar wat verge- lingsziekte te voorschijn te komen. De eerste proefrooiingen hebben weer al plaats gevonden. Deze mon- stername is echt niet tegengevallen, het opent goede mogelijkheden voor de komende campagne. De stand van de uien is op een aantal percelen wat minder geworden. Op sommige percelen komt soms vrij ernstig bladvlekkenziekte voor. Karwij en Koolzaad zijn inmiddels geoogst, beiden hebben maar een matige opbrengst gegeven. Met deze opbrengsten blijft de interesse voor deze teelten zéér beperkt. De 6de augustus heeft men een begin gemaakt met de oogst van de eerste stamslabonen voor de conserven. Dit is een gewas dat slecht tegen struk- tuurbederf kan. Zo er struktuurbe- derf is, dan blijkt dat er veel N. voor nodig is om dit een beetje goed te maken. Er wordt een behoorlijke goede opbrengst verwacht. We schrijven alweer 10 augustus en in West-Zeeuws-Vlaanderen mogen we spreken van een paar pracht-ge zomerse weken die vlak voor .iet weekeinde werden beëindigd door onweersbuien. H ier en daar viel ruim 20 mm regen. Het warme zomerse weer veroorzaakte een enorme drukte op en langs onze kust. Prachtig weer voor vakantiegangers en natuurlijk ook voor onze eigen vrouw en kinderen om een paar da gen het strand op te zoeken. Wijzelf hadden het te druk met de oogst van graszaad. Over de kg-opbrengsten van graszaad in het algemeen hoor je maar weinig positieve geluiden. Ook het graszaadstro doet een slechte prijs. Optimistisch zijn we evenmin wat betreft de resultaten van karwij en koolzaad. Gemiddeld zeer matige opbrengsten. Het verwondert ons overigens niet; Vorig najaar waren de meeste percelen karwij flink aan getast door de wortelluis, terwijl niet Ook de "Thoolse en Fiiplandse boer" staat in de startblokken om met de graanoogst te beginnen als we deze bijdrage schrijven op 8 augustus. Het graszaad is voor de grootste deel geoogst. Nog slechts enkele percelen laat Engels raaigras moet gemaai- dorst worden. Al is dit laatste niet geheel waar omdat het meeste gras zaad in 't zwad ligt en dus al gemaaid is. Het van stam dorsen kan dan wel eens wat minder verlies geven, maar daar staat tegenover dat het zaad dan practisch altijd gedroogd dient te worden. En de droogkosten zijn ook niet gering meer. Terwijl men bij het zwad dorsen, met een beetje redelijk weer geen droogkosten meer heeft. Hoewel er "voor zover ons bekend, nog geen schoningsgrasanalyses be schikbaar zijn, lijkt de opbrengst aan de matige kant te zijn dat met name van de zwenkgrassen. De eerste per celen tarwe zijn gedorst maar dat is nog te weinig om een opbrengst schatting te doen. Al betrof dit ook tarwe waar geen intensieve gewas bescherming was toegepast. Gaat in le instantie onze aandacht uit naar het binnenhalen van de korrel dan volgt toch ook direkt de vraag; en wat doen we met het stro? Een ding is zeker: Niet verbranden. Blijft de keus tussen persen en en afvoeren enerzijds en hakselen an derzijds. Waar velen van ons alleen op hun bedrijf werken zal de keus veelal op hakselen vallen. Immers het door derden laten persen en afvoeren gaat ruim 40.— per ton kosten en het lijkt er op dit mo ment niet op dat er dan veel meer dan 10,- a 20,— voor de boer overblijft. In dat geval zal de waarde .als organische stof voor de grond aanmerkelijk hoger zijn. Wie kans ziet het stro op te bergen kan dan misschien van de winter een betere prijs maken. Hoewel we bij dit laat ste nog een vraagteken zetten daar de alle percelen na het ruimen van de dekvrucht erwten of vlas voldoende stikstof kregen toegediend. Wanneer zullen we in staat zijn deze wortelluis te bestrijden? Bij het koolzaad hadden veel perce len bij de opkomst al flinke proble men. Een veel te dunne stand was daarvan het gevolg. Ook de oogst van wintergerst is achter de rug. Ook hier over het al gemeen tegenvallende uitkomsten. Bij dit gewas is het toe te schrijven aan een sterke aantasting door blad vlekkenziekte. Wat de gevoeligheid hiervoor betreft bestaan er rasver schillen. Naar verluidt, zal het vol gend jaar ook mogelijk zijn, hier tegen chemisch te spuiten. Het gewas wintergerst heeft in bepaalde geval len zeker recht op een plaats in het bouwplan. Als dit gewas flink Stik stof krijgt toegediend; met een halmversteviger en tegen bladvlek kenziekte wordt gespoten, kunnen zelfs op droogte-gevoelige gronden, hoge kg-opbrengsten worden ge haald. Tijdig, eind september zaaien tegen 350 a 400 korrels per m2 is on ze beste ervaring. De eerste percelen wintertarwe zijn alweer gedorsen. Hier deed zich dit jaar een eigenaardige situatie voor. In veel gevallen liet de tarwe het veel te vroeg zitten als op dat perceel ook in 1980 tarwe had gestaan. Bijna ge lijktijdig verkleurden alle halmen op zo'n perceel. Dit kan nooit allemaal voetziekte zijn geweest. Toch viel van de reeds geoogste percelen de opbrengst niet tegen, zodat we wat de wintertarwe betrefj een goede kg- opbrengst mogen verwachten, Op gemerkt moet worden dat vooral le den van tarwegespreksgroepen hun tarwe zwaar met stikstof bemesten. Niet zelden wordt de stikstof in drie a vier keer toegediend. Vooral voor de gewassen aardappe len, bieten, uien en bonen was de regen erg welkom. Met het warme weer liep vooral de stand van uien snel terug. Afsterven de bladtoppen en zelfs hele bladeren als gevolg van minder goede struc tuur, bladvlekkenziekte en aantas ting door tripsen. Veel uientelers zijn blijkbaar te laat begonnen met de bespuitingen. Wanneer deze bijdrage wordt gele zen zal de oogst van wintertarwe; tenminste als het weer de komende week goed blijft, in volle gang zijn. Bijna dertig procent van ons areaal is met dit gewas beteeld. Een paar droge weken zullen daarom hard nodig zijn. De wintergerst is geoogst. De bierbrouwerijen krijgen weer nieuwe grondstof voor hun door velen gewaardeerd produkt. ruwvoeder voorziening op de meeste veehouderijbedrijven gunstig is (wat onze collegae van harte is gegund). Door de warmte van de afgelopen weken zijn veel percelen aardappe len flink achteruitgegaan en een keer goed nat regenen zou zeker gunstig voor de opbrengst zijn. Voor wat de prijsvorming betreft dachten we ge matigd optimistisch te mogen zijn. Zo zien we op onze veilingen eind juli begin augustus dikwijls een scherpe prijsval plaatsvinden tenge volge van import uit het buitenland. Gelukkig is dat tot nu toe achterwege gebleven. De vroege aardappelteelt is dan ook gunstig verlopen wat met name voor het wat kleinere akker bouwbedrijf van groot belang is. De stand van de bieten is goed op die percelen waar dit voorjaar, geen wa teroverlast is geweest. Op natte per celen of perceelsgedeelten is de stand echter uitgesproken slecht tengevol ge van zuurstofgebrek. Hetzelfde geldt ook voor de stand van de zaai- uien. Kosten gemaakt ter verbetering van de struktuur en de ontwatering betalen zichzelf terug in de loop der jaren. Dat wisten we wel maar dat zien we nu weer eens duidelijk. De Franse tarweproduktie in het sei zoen 1981 /82 zal waarschijnlijk dalen van 23,2 miljoen ton in 1980/81 tot 22,9 miljoen ton. Het areaal bedraagt dit jaar volgens funktionarissen van het Franse ministerie van landbouw in totaal 4,60 miljoen ha tegen 4,45 miljoen ha verleden jaar. De op brengst zal waarschijnlijk om en nabij de 5 ton per ha bedragen. De afleveringen zachte tarwe van de oogst 1981/82 worden geraamd op 20 miljoen ton tegen 20,3 miljoen ton het jaar daarvoor. L et is morgen weer "halfoogst" de feestdag van Onze-Lieve-Vrouw op 15 augustus. Vroeger waren we dan al volop bezig met het binnenrijden van de erwten, de tarwe en de haver. De gerst en het vlas was dan al geborgen en om deze tijd was er al veel kaal land. Door de komst van de maaidor ser heeft de graanoogst een heel an der beeld gekregen, want heel het systeem is veranderd. Wat de laatste jaren ook veranderd is, is het tijdstip van oogsten. Door allerlei teeltmaatregelen trachten we een prima gezond tarwegewas te krijgen wat tevens een optimale op brengst kan geven. We hebben wel de indruk, dat zo'n modern geteeld gewas langer groen blijft, waardoor het tijdstip van oogsten later komt. Een gevolg hiervan is, dat ook de stro-oogst vrij laat op gang komt. Uit ervaring weten we, dat het dan moeilijker wordt om stro-auto's vast te krijgen. Wanneer er in het midden van het land genoeg stro is, dan is Zeeland te ver en de reis te duur aan brandstof. We moeten dan genoegen nemen met een lagere prijs of even tueel opslaan in de schuur. Wanneer men dat door een ekonomische bril bekijkt, dan ontdekt men al gauw, dat aan die strooogst niets te verdie nen valt. De volgende vraag is wel wat dan? Daarvoor zijn we met de buren naar Engeland geweest. Het was beslist geen vakantiereis, maar een 100% zakenreis waaraan de overheid voor de helft mee financiert. Daar was het ons bepaald miet om te doen, maar wel om een indruk te krijgen van de massale stroverbranding van de oogst van vorig jaar. Door met de maaidorser een ekstra lange stoppel te snijden en het losse stro achter de machine goed over het veld te ver delen, onstaat een ideale toestand. Na een paar dagen goed laten drogen kunnen we het stro in brand steken. Dit moet tegen de wind in gebeuren, want het branden dient in alle rust te geschieden. Het gaat er om, dat na afloop alle onkruiden, alle stroresten en alle schimmels welke op dat stro zaten vernietigd zijn. De teler begint dan met een schone lei voor het vol gend jaar.Dit wisten we niet, maar nu gelukkig wel. In het najaar wor den de jonge wintergerst en de jonge wintertarwe al door diverse schim mels besmet. Het volgende voorjaar dienen we daar weer tegen te spuiten en dat zijn weer heel wat kosten. oor het stro te verbranden zal die besmetting aanmerkelijk minder worden is onze eerste konklusie. Jammer, dat we hier in Zeeland nog met een erge bron van besmetting blijven zitten Her lange gras op de wegbermen is op dit moment nog zo'n besmettingshaard waarop di verse graanschimmels zijn te vinden. ikwijls zie je kinderen van die besmette grasjes in hun mond steken en dat zou eigenlijk in zo'n rekreatie provincie niet meer moeten kunnen. Waar schimmels groeien en woeke ren is voldoende bekend. Veelal is het op oud nat spul zoals stro en ou(i_ lang gras. De kern van onze konklu sie na deze zakenreis is daarom, dat we ook in Zeeland de schimmels op Engelse manier moeten gaan aan pakken. Een nevenvoordeel van het "goed" stro verbranden te velde is, dat de boer zeer veel aan de stoppel bewerking kan gaan doen. Als iedereen het echter gaat doen, dan wordt het stro wel onbetaalbaar en dat komt onze goede naam niet ten goede. Reken je rijk" wordt de nieuwe aktie voor dit seizoen, aan stro, dokken en kweek gaan we nu echt wat doen Hoe deed ons opa het toch met weinig pk 's? Hij bleef dat wortelonkruid voort durend de baas. Met zijn zestigste verliet hij voor goed dan de stee en nam in een kous zijn gespaard kapitaaltje dan mee. Zo leefde hij nog lang in het dorp aan de haven, als rustend boer zonder problemen en vragen. Hij was een straffe boer en om zijn kennis bekend, rekende veel met cijfers en zocht naar een cent, Hij had geen boekhouder, geen computer, geen bank. Toch zijn we hem verschuldigd nog heel veel dank.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1981 | | pagina 4