Prei vraagt tijdens de groeiperiode veel
aandacht
OPNIEUW FELLE KRITIEK OP ONZE
TUINDERSGASPRIJS
D,
H et heeft voor dit seizoen uiter
aard geen zin meer nog wat te
schrijven over plantafstanden. De
planten staan in de grond en zijn niet
meer te verplaatsen. Hopelijk is een
voldoende ruime rijenafstand aan
gehouden, zodat de wind als het wa
re door het gewas kan. Hierdoor
wordt steeds een snelle opdroging
van de planten verkregen, hetgeen
de kans op bladvlekkenziekten aan
zienlijk doet afnemen. Om dezelfde
redenen is het noodzakeüjk het ge
was steeds onkruidvrij te houden.
Weliswaar zijn voor de bestrijding
hiervan goede chemische middelen
beschikbaar, doch het komt nog al
eens voor dat de bespuiting maar ten
dele heeft gewerkt. Bij een te late
korrektie middels een mechanische
bestrijding geeft dit een gewas met
onkruid, waardoor de ziektenkansen
opnieuw toenemen, zoals bij te dich
te plantverbanden.
D e hoogste kg-en prei per opper
vlakte-eenheid worden verkregen
van gronden die op en top in kondi-
tie zijn. Met name zijn dit de echte
doortuinde gronden, waarbij jaren
achtereen grote hoeveelheden orga
nische materiaal is toegevoegd en
ook de andere voedingselementen op
peil zijn gehouden. Ook hierover
kunnen wij vrij kort zijn daar de
grondkeuze reeds heeft plaatsgevon
den en de voorraadbemesting is uit
gevoerd. Bijsturingen die nu nog
mogelijk en veelal ook noodzakelijk
zijn bestaan uit overbemestingen
met een stikstofhoudende meststof.
Goede resultaten zijn in het verleden
verkregen met circa 300 kg kalkam-
monsalpeter per ha per keer overbe-
mesten. Vooral wanneer het gewas
lang op het veld staat kan 2 3 keer
overbemesten wenselijk zijn. Bij het
uitvoeren van de overbemesting is
het een vereiste dat het gewas abso
luut droog is en bijvoorkeur gebruik
wordt gemaakt van grofkorrelige
meststoffen. Dit alles in verband met
verbrandingsgevaar in het hart van
de planten, mede door de typische
bladstand van prei. Fijnkorrelige
meststoffen komen gemakkelijk tus
sen de bladeren terecht waardoor, in
verband met het vrijwel altijd aan
wezige vocht, eveneens verbran-
dingsschade kan optreden.
D
Niet goedkoop
Veel water
Wind door het gewas
Bemesting
Ziet en zeer
Konsulentschap voor de Tuinbouw
te Tilburg
ing. A.J. v. Oijen
Jt rei is een gewas waarbij de jaarrondkultuur wordt toegepast. Dit
betekent dat er gedurende het gehele jaar rondom de preiteelt bepaalde
aktiviteiten plaatsvinden. Weliswaar afhankelijk van tijdsperiode ver
schillend van aard, waarbij tijdens de winter vooral oogst en of bewaren
de aandacht vragen, terwijl in de zomer de teelt en verzorging extra
meedoen. Vandaar dat wij nu midden in het groeiseizoen ons in dit
verhaal zullen beperken tot een aantal aspekten van het teeltgebeuren.
Mogelijk vermeldt het voor U aanknopingspunten die de basis vormen
voor een nog betere preiteelt.
'«i' ,-y* -<">■„t
e preiteelt is arbeidsintensief en
behoort als zodanig tot de dure teel
ten. Afhankelijk van teeltmethode
vergt 1 ha prei 800-1300 uren.
Bovendien stelt het gewas hoge eisen
aan grond en verzorging, hetgeen
eveneens veel geld kost. Vervolgens
zijn per oppervlakte-eenheid grote
hoeveelheden planten benodigd, die
heden ten dage ook kostzijn zijn.
Kortom een aantal onderdelen die
het totale kostenpakket flink doet
oplopen en alleen maar kan worden
terugverdiend bij een hoge produktie
van een goede kwaliteit. Natuurlijk
gaat dit alleen maar op indien de
prijsvorming van het produkt op een
goed niveau blijft. Inmiddels worden
de laatste restjes zomerprei wegge-
oogst en maakt men aanstalten om
met de oogst van de zeer vroege herfst-
prei van start te gaan. In teelttech-
nisch opzicht blijft er echter voorlo
pig nog genoeg te doen. Met name de
winterprei is veelal pas uitgeplant,
waarbij mogelijk de laatkomers nog
maar amper gereed zijn. Bovendien
verkeert de normale en zeker de late
herfstprei thans nog in een jong
groeistadium. In al deze gevallen
Een hoge opbrengst dankzij
goede verzorging.
moeten nog heel wat kultuurmaatre-
gelen worden uitgevoerd om tot een
goed preigewas te geraken.
Zi owel proefondervindelijk als
mede uit jarenlang praktijkervaring
is gebleken dat prei een grote be
hoefte heeft aan vocht. Vaak heel
wat meer dan het gewas via hemel
water en of beregening ontvangt. Het
best komt de grote vochtbehoefte tot
uiting, zij het dat dit een globale
waarneming is, in regenrijke zomers,
waarbij steeds de gemiddelde pro
duktie aanzienlijk hoger ligt dan in
de wat drogere zomers. Overigens
bleek ook uit proeven dat door de
grond op veldkapaciteit te houden
middels beregening een produktie-
verhoging van 5.000-10.000 kg per ha
mogelijk was. Vanzelfsprekend is het
onmogelijk in cijfers aan te geven
welke hoeveelheden water tijdens
het groeiseizoen moeten worden
aangevuld. Behalve de natuurlijke
neerslag heeft hierop de grondsoort
een belangrijke invloed. Niettemin
bestaan er wel richtlijnen waarlangs
het tekort zo nauwkeurig kan wor
den aangevuld. Hiervoor is registra
tie nodig van de hoeveelheid neer
slag en verdamping, waarbij middels
een aftreksommetje het eventueel
tekort kan worden vastgesteld. Op
diverse proeftuinen kunt U deze ge
gevens dagelijks telefonisch opvra
gen, waardoor U zelf niet behoeft te
rekenen.
Speciale aandacht voor een royale
vochtvoorziening is wenselijk indien
voor het uitplanten organische mest
is toegediend. Het komt namelijk
nog al eens voor dat prei op derge
lijke gronden de eerste maanden
nauwelijks wil groeien. Symptomen
hierbij zijn ondermeer een blau
wachtige verkleuring van de planten
en in ernstige gevallen afgestorven
bladpunten. De oorzaak van dit al is
dan meestal een te hoge zoutkon-
centratie, die alleen maar kan wor-
Tijdens de Raadszitting op 20 en 21
juli j.l. te Brussel hebben met name
het Verenigd Koninkrijk, Denemar
ken en de Bondsrepubliek Duitsland
opnieuw felle kritiek uitgeoefend op
de aardgasprijs voor Nederlandse
glastuinders. Men vindt het aanpas
singsritme, dat Gasunie en Land
bouwschap zijn overeengekomen om
het verschil met de gasprijs voor ver
gelijkbare industriële grootgebrui
kers weg te werken, te langzaam
Bovendien wil men dat de Europese
Commissie de contractpartners min
der dan de gegunde 6 maanden de tijd
geeft om tot versnelde aanpassing
van dat ritme te komen.
Commissaris Andriessen, die zijn
nog door ziekte afwezige collega
Dalsager verving, meent dat de
Commissie met deze 6 maanden een
redelijke periode heeft geboden,
omdat voor Gaunie en Landbouw
schap een zekere tijd nodig is om in
nadere onderhandelingen tot ver
snelde aanpassing te komen. In ok
tober a.s. zal de Commissie met de
Nederlandse regering in overleg tre
den om te bezien hoe de situatie zich
dan heeft ontwikkeld. De heer An
driessen kondigde aan dat de Euro
pese Commissie een uitspraak van
het Europese Hof van Justitie zal
vragen als aan het eind van het jaar
geen bevredigende situatie is ont
staan.
Minister Braks heeft toegezegd de
door de Commissie kenbaar ge
maakte problemen serieus te onder
zoeken. Hij verzette zich fel tegen de
indruk alsof er niets zou zijn ge
beurd. Het tegendeel is waar; de
Nederlandse regering heeft zware
druk uitgeoefend op de contract
partners. De bewindsman verbaasde
zich er over, dat de nu door Gasunie
en Landbouwschap gemaakte over
eenkomst zo wordt onderschat:
- in 1981 is de eerder afgesproken
prijsaanpassing vrijwel verdubbeld;
- het principiële onderscheid tussen
de tuindersgasprijs en die voor in
dustriële grootverbruikers is ver
dwenen;
- het nog bestaande niveauverschil
wordt, ondanks het ontbreken van
een EEG-beleid voor energie, stel
selmatig en definitief in vijf half
jaarlijkse termijnen afgebroken.
Minister Braks wees er overigens op
dat eenzijdige aanpassing in Neder
land het probleem waarmee de hele
Europses glastuinbouw te kampen
heeft, niet zal oplossen. Het niveau
van de olieprijs is daarvoor mede
bepalend.
Ook Commissaris Andriessen bena
drukte, dat een bevredigende oplos
sing alleen mogelijk is via een Euro
pees energiebeleid.
Hormonen
De Raad heeft besloten tot een ver
bod van bepaalde hormonale, groei-
bevorderende stoffen, waarvan de
schadelijkheid voor de gezondheid
bij voorbaat vaststaat, bij de vlees-
produktie. Onder dit verbod vallen
o.m. alle stilbeenderivaten, w.o.
DES. Het verbod betreft:
- de toediening van deze stoffen aan
landbouwdieren;
het in de handel brengen of slach
ten van landbouwdieren waaraan
deze stoffen zijn toegediend;
- het in de handel brengen van vlees
van voornoemde dieren;
- het be- of verwerken van dit vlees of
het in de handel brengen van vlees-
produkten die hieruit zijn bereid.
Daarnaast heeft de Raad besloten
zich binnen negen maanden - waarin
wetenschappelijk onderzoek zal
worden gedaan - uit te spreken over
het gebruik t.b.v. mestdoeleinden
van zes met name genoemde deels
kunstmatige, deels natuurlijke hor
monen.
Tot dat besluit blijven de nationale
voorschriften betreffende deze stof
fen geldem, hetgeen voor ons land
neerkomt op een algeheel verbod.
Afgesproken is, dat de lidstaten ge
durende deze periode niet het ge
bruik van nieuwe stoffen zullen toe
staan.
Zoals bekend is het oogmerk een
verbod van deze stoffen in de meste-
rij vah landbouwdieren, omdat zij
schadelijk kunnen zijn voor de ge-
Een goed preigewas schoont gemakkelijk.
zondheid van de mens dan Wel de
kwaliteit van het vlees kunnen beïn
vloeden.
Deze eerste stap om te komen tot een
volledig geharmoniseerd EEG-be
leid op dit gebied komt vrijwel over
een met een voorzitterscompromis
dat ons land in mei j.l. in discussie
heeft gebracht, toen bleek dat een
ogenblikkelijke algehele regeling
niet haalbaar was. Alhoewel ons land
een totaal verbod van hormonen
voor mestdoeleinden voorstaat, is
met deze geleidelijke aanpak inge
stemd.
Voor zover nog geen sprake is vap
een volledige harmonisatie kunnnen
de lidstaten, voor zover hun natio
nale regels strenger zijn, deze zowel
t.a.v. produktie als invoer handha
ven.
Graanvervangende produkten
De Europese Commissie bereidt een
rapport voor over de situatie met
betrekking tot de graanvervangende
produkten die in veevoeder worden
gebruikt. Zij heeft aangekondigd dat
rapport nog dit jaar te voltooien. Te
vens streeft de Commissie er naar de
onderhandelingen met de belang
rijkste exporteurs, w.o. Indonesië
over de uitvoer van tapioca naar de
Gemeenschap in 1981 af te ronden.
Welzijn dieren
Commissaris Andriessen verwacht
dat de Commissie zeer binnenkort
zal voorstellen, dat met ingang van
1983 uitsluitend batterijsystemen
voor het houden van kippen in ge
bruik mogen worden genomen, die
aan minimumeisen voldoen. Vanaf
1988 zouden alle systemen aan die
eisen moeten voldoen.
Als bekend heeft in 1980, vooral op
initiatief van de toenmalige minister
van landbouw en visserij, Van der
Stee, de Raad van Ministers zich
uitgesproken voor nadere regels
t.a.v. de huisvesting van kippen.
De volgende zitting van de EEG-
Raad van Landbouwministers zal 28
september a.s. te Brussel worden ge
houden.
den verlaagd door enkele keren flink
wat extra water te geven.
Een derde faktor die het ziektenpro-
bleem kan vergroten is het veroorza
ken van gewasbeschadigingen. Elke
wond op de planten vormt een di-
rekte ingangspoort voor ziekten.
Wees daarom voorzichtig tijdens de
uitvoering van de diverse kuituur
maatregelen. Speciaal wordt hierbij
gedacht aan het aanaarden. Geen of
nauwelijks beschadigingen worden
hierbij aangebracht indien dit
vroegtijdig gebeurt. Een half vol
groeid gewas aanaarden geeft echter
veel bladverwondingen.
Uiteraard kan veel narigheid worden
voorkomen indien meteen na de
overbemesting flink wordt beregend.
Bij winterprei die pas na de winter
wordt geoogst doen wij er goed aan
de laatste overbemesting uiterlijk
begin oktober te verstrekken. Later
in het seizoen overbemesten geeft
een te weelderig gewas, waardoor de
kans op vorstschade belangrijk
wordt vergroot.
e grootste zorg bij de preiteelt
bestaat uit het gewas zoveel mogelijk
ziektevrij volgroeid te krijgen. Met
de relatief groot aantal belagers ook
lang geen eenvoudige aangelegen
heid. Behalve dat hierbij in teelt-
technisch opzicht wat te bereiken is
zal hiervoor tijdens het gehele groei
seizoen regelmatig de spuit moeten
worden gebruikt.
Bij de dierlijke belagers te beginnen
kan als eerste de preimot worden ge
noemd. Een insekt dat tot circa half
september kan toeslaan en zijn scha
de veroorzaakt in de vorm van het
wegvreten van de hartbladeren.
Vooral bij een ernstige aantasting
kan het gehele veld hieraan ten
gronde gaan. De preimot staat be
kend als een lastig te bestrijden in
sekt, het heeft bij waarneming al
vaak onherstelbare schade aange
richt. Vandaar dat het van groot be
lang is het gewas hierop zeer fre
quent te kontroleren en meteen na de
allereerste schadesymptomen met de
bestrijding te beginnen. Hiervoor
komen onder meer in aanmerking
1,5 liter parathion of 2 kg diazinon
per ha. Veelal is het wenselijk dat de
bespuiting 1 k 2 keer wordt herhaald
waarbij het goed is telkens van be
strijdingsmiddel te veranderen.
Vervolgens kunnen trips als schade
lijke insekten voor de preiteelt wor
den aangemerkt. De wijfjes leggen
eitjes in de epidermis laag van het
blad zodra hieruit de larven te voor
schijn komen beginnen zij zich te
voeden met de sappen uit de blade
ren. De schadesymptomen op prei
zijn zilverachtige vlekjes in de leng
terichting van het blad. Ofschoon de
k \*aal het meest optreedt in de mid
zomer kan deze ook nog goed in de
herfst toeslaan. De bestrijding hier
van dient eveneens te worden aan
gevangen bij de waarneming van de
eerste aantastingsverschijnselen.
Door dan enkele keren te spuiten
met 0,5 liter parathion per ha kan het
insekt met goed succes worden be
streden.
Het meest berucht in de preiteelt zijn
de diverse bladvlekkenziekten. Wel
iswaar geven ze stuk voor stuk hun
eigen schadebeelden, doch hebben
allemaal als gevolg beschadiging en
vervroegde slijtage van het blad. Te
vens vragen ze bij de bestrijding de
zelfde aanpak met gelijke middelen.
Bij de bestrijding kan een keuze
worden gemaakt uit ondermeer 2 kg
Difolatan, 2 kg Daconil en 3,5 kg
maneb per ha. De beste resultaten
worden verkregen indien boven
staande middelen worden gemengd
met 5-10 kg mangaansulfaat, waarbij
de laagste dosering gebruikt moet
worden in een jong prei gewas. Van
belang is met de bespuiting te be
ginnen, zodra de bladvlekkenziekten
zichtbaar wordt en regelmatig (elke
14 dagen) te herhalen.
17