DE INCA - LELIE
Proefschrift
beschrijft
beste
teeltmethode
Beeldende kunst
van Moeder Natuur
M et deze bloemlezing uit de "gro
ten der aarde" kunt u soorten kiezen
die als sfeerbepalers een sterk stem
pel op uw tuin drukken. Aard en om
vang van de verschillende soorten
nopen tot zorgvuldigheid bij het kie
zen van de beste plek. Voorop staat
dat individuele solitairen of solitair-
groepen ruimte om zich heen nodig
hebben om tot hun recht te kunnen
komen. Op de juiste plaats neergezet
zijn het imponerende planten, groot
se kunstwerken van Moeder Natuur.
M iscanthus is een grote siergras-
senfamilie met enkele sierlijke en
imposante tuinvormen.
R heum palmatum heeft grote diep
ingesneden bladeren en een hoge
forse tot 200 cm hoge bloeiwijze met
donkerrode bloemen. Verlangt een
vochtige, voedzame grond. Mooie
solitairplant, aan het water, op ter-
rashoeken of aan het gazon.
"V erbascum nigrum of toorts is een
E en erg dekoratieve solitairplant is
Bloementelers komen met nieuw wapen in strijd
tegen buitenlandse concurrentie:
I n tegenstelling tot het meer per
manent karakter van bomen en hees
ters is het kenmerkende van de vas
te planten dat ze zich gedurende één
groeiseizoen manifesteren, 's Win
ters sterven ze bovengronds af om
laag bij de grond te overwinteren.
Vanaf het voorjaar doen ze in een
dikwijls snel tempo een greep naar
de macht. Krachtig heersen ze over
het bescheidener tuinvolk. Die grote
geldingsdrang, die imponerende
wijze van zijn, bepaalt sterk het ge
bruik dat we van deze planten kun
nen maken. In kleine tuinruimten
Eigen sfeer
Miscanthus, scherpgras
Rheum palmatum,
sierrabarber
Verbascum, toorts
Astilboides tabularis
Crambe cordifolia
Heracleum
nantegazzianum, bereklauw
Er zijn in de omvangrijke plantewereld een aantal soorten die zich onderscheiden door
hun grootse verschijningsvorm. Zoals sommige steden hun kathedralen hebben, zo
hebben sommige tuinen hun imposante grootheden. Soms ontlenen ze hun grootsheid
aan de bijzondere groeiwijze of bebladering, soms zijn het de bloemen die de show stelen
en in het mooiste geval is het de kombinatie van beide. We treffen die krachtige plastiek
van Moeder Natuur zowel bij de bomen en heesters als bij de vasteplanten. Uit die laatste
kategorie zullen we er hier een aantal exposeren.
Ligularia
Cram be cordifolia.
plan met een groot bladrozet waaruit
een stevige rechte stengel groeit die
één tot twee meter hoog kan worden.
In juli-augustus bloeit de toorts met
licht gele bloemen. De toorts is een
forse solitairplant tussen lage vaste-
planten en heide. Verlangt een lichte
grond, groeit het beste in de zon
maar verdraagt enige schaduw.
bloei. De onder de grond aanwezige
wortelstok en knollen stellen de plant
in staat de zomer te overleven en in
het najaar opnieuw uit te groeien.
Vonk konkludeert in zijn proef
schrift dat de rustperiode bij de In
ca-lelie verbroken wordt door hoge
temperaturen. Dit in tegenstelling tot
gewassen in onze streken die door
lage temperatuur uit hun rust ge
haald worden. De tijdelijk hoger op
gevoerde temperatuur stimuleert
hergroei en scheutvorming. De bloe-
maanleg wordt er echter door on
derdrukt. Hierdoor kunnen bij
"Walter Fleming" en andere rassen
wel veel scheuten uitgroeien, maar
de bloemproduktie is dan meestal
gering. In de herfst is de temperatuur
voldoende laag voor bloemvorming,
maar zonder bijbelichting verdrogen
in onze streken veel bloemknoppen
als gevolg van de geringe lichthoe-
veelheid.
Een groot deel van deze onderzoe
kresultaten wordt al door telers toe
gepast omdat Vonk steeds nauw
kontakt met hen heeft onderhouden.
In het begin wist eigenlijk niemand
hoe een optimale bloemproduktie te
verkrijgen was. Telers en onderzoe
ker hadden bijvoorbeeld misver
stand over de invloed van de dag
lengte op de bloei. Er was een teler
die zeer negatieve resultaten met
bijbelichting had. Hij was eerst
moeilijk te overtuigen dat het toch
een juiste methode was. Bijbelichting
(waardoor de dag dus verlengd
wordt) remt namelijk de vorming
van nieuwe scheuten als men niet erg
voorzichtig is. De daglengte mag niet
langer dan 12 a 13 uur worden. De
teler was veel verder gegaan, met als
gevolg dat de planten in rust gingen.
Zoals gezegd het proefschrift be
schrijft de gevonden teeltmethoden.
Door de samenwerking van de onder
zoeker met de praktijk zullen ervaren
telers er niet zoveel nieuws in vinden.
Maar anderen die met de teelt willen
beginnen, kunnen er veel waardevols
uit halen.
C.J. Nouse Beveland B.V.
Ligularia wordt graag door slakken
gegeten. Met wat slakkekorrels is dit
euvel te verhelpen.
Miscanthus floridulus (syn. sinensis
"Giganteus") is het indrukwek
kendst. Wordt wel drie meter hoog
met stijl opgroeiende stengels en
sierlijk gebogen bladeren met witte
middennerf. Hoge solitairplant voor
verschillende toepassingen.
Miscanthus sinensis "Gracillimus" is
een kleinere uitvoering van zijn grote
broer. Is kleiner, fijner en sierlijker.
Mooi voor kleine tuinen.
Miscanthus sinensis "Silberfeder"
groeit tot 180 cm hoog en is de mooist
bloeiende met zilveren pluimen.
Miscanthus sinensis "Zebrinus" on
derscheidt zich door de wit gestreep
te bladeren.
Alle Miscanthusvormen zijn fraaie
planten aan het water, als achter
grond of als ranke solitairen.
Ligularia.
kunnen ze maar beperkt toegepast
worden. Meestal als solitair of als
kleine groep tussen kleinere tuinge
noten of aan de rand van een vijver.
In grotere tuinen situeren we ze als
markante solitairen, als kloeke soli
tairpartijen of als voorgrond van wat
bosachtige beplantingen.
2*. stilboides tabularis is een plant
met mooi gevormde helder groene
schild- tot schermvormige bladeren
met'een doorsnede tot wel 50 cm op
40 - 50 cm lange bladstelen. Boven
die schitterende bladeren verheffen
zich in juni-juli forse stengels waar
aan grote trossen creme-witte ster
vormige bloempjes komen. In klei
nere tuinen is het een mooie solitair
plant en fraai aan het water, in gro
tere tuinen kunnen we er grotere
groepen maken.
Verlangt een half beschaduwde
standplaats en een diep los gemaakte
humeuze vochthoudende grond.
rambe cordifolia is naaste familie
van onze inheemse zeekool Crambe
maritima. Crambe cordifolia is een
hoog en breed uitgroeiende plant
met grote vlezige bladeren. In juni
verschijnen aan hoge sterk vertakte
stengels als een luchtige wolk kleine
witte bloempjes. Een fraaie bruid in
de tuin is deze Crambe. Mooie soli
tairplant tussen lage beplanting of
luchtig element in grote borders.
Verlangt een zonnige plek en een
voedselrijke maar goed doorlatende
grond.
de bekende bereklauw. Heeft grote
handvormig gedeelde bladeren en
geweldige tot ruim 250 cm hoge
breed schermvormige witte bloeiwij-
zen in juli-augustus. De bereklauw is
erg geschikt voor wat wildere tuinen.
Oppassen voor aanraken/beschadi
gen als de zon schijnt, want de plant
scheidt een stof af die onder die om
standigheden op blote lichaamsde
len ernstige verbranding teweeg kan
brengen.
an een fascinerende schoonheid
zijn de verschillende Ligularia soor
ten. Ze hebben allemaal mooie bla
deren en diep gele bloemen. Van Li
gularia dentata "Desdemona" zijn de
bloemstengels en bladonderzijden
purperkleurig. De straalbloemen aan
tot 100 cm lange stengels zijn in au-
gustus-september diep oranje. Mooi
als solitairplant of -groep en aan het
water.
Ligularia japonica heeft een losse
sierlijke groei, mooi gevormd ge
deeld blad en trossen gele bloemen
aan tot 200 cm lange stengels in juli.
Aanplanten als solitair of groep
achterin de border. Ligularia pre-
zwalskii heeft fijner gedeeld blad en
aarvormige lange trossen donker ge
le bloemen in juli-augustus. Deze
150 cm hoog groeiende Ligularia
verlangt schaduw en een voedzame
vochtige grond.
Onderzoek
Vonk is in zijn onderzoek (dat vele
jaren duurde) nagegaan hoe de In
ca-lelie reageert op temperatuur,
daglengte en lichtintensiteit.
Hem is gebleken, dat het najaar de
beste planttijd is. De lage tempera
tuur en de korte daglengte tijdens de
winter hebben een gunstige invloed
op het vertakken van de wortelstok
ken en de vorming van nieuwe
scheuten. Die scheuten groeien in het
voorjaar snel uit wanneer de hoe
veelheid licht toeneemt en de tem
peratuur stijgt. Lage temperatuur en
een lange dag bevorderen het ont
staan van bloemen. Daardoor treedt
er in het voorjaar massale bloei op:
elke bloemsteel draagt een tros van
10 tot 18 bloemen. Daarna is de plant
geneigd om "in rust" te gaan. Dat is
te verklaren door naar het klimaat in
het stamland Chili te kijken. Het
vooijaar duurt daar meestal maar
kort en er zijn dan lage temperaturen
'S nachts. De planten moeten dus snel
uitgroeien en tot bloei komen om
vóór de droge zomer hun boven
grondse ontwikkeling voltooid te
hebben. Veel van die wilde soorten
sterven al grotendeels af tijdens de
Eetbare knallen
Het is niet voor het eerst dat de Inca -
lelie in kuituur wordt gebracht: de
Inca's (vandaar de naam) verbouw
den de lelie in hun tuinen om de
knollen te kunnen oogsten. Deze
werden door hen geroosterd en ge
geten.
Overigens is Alstroemeria ook bij
ons al langer bekend, maar dan als
vaste plant voor de tuin. Deze soort
(Alstroemeria aurantica) werd om
streeks 1830 ingevoerd. In de zomer
levert ze fraaie snijbloemen, maar
voor de teelt in kassen is ze niet ge
schikt.
Meer dan tien jaar lang zijn plantenveredelaars en bloementelers bezig
geweest een nieuw produkt voor de bloemenmarkt (vooral de export
markt) te ontwikkelen: de Inca - lelie. Ondanks veel teeltmoeilijkheden
is de produktie nu op gang gekomen: in 1980 werden al vijftig miljoen
bloemstelen verkocht. De oplossing voor de teeltproblemen is vooral te
danken aan ir. C. Vonk Noordegraaf, teeltkundig onderzoeker van Ifet
Proefstation voor de Bloemisterij in Aalsmeer.
Hij heeft zijn onderzoek samengevat in een proefschrift waarop hij op
vrijdag 1 mei aan de Landbouwhogeschool promoveerde.
De trotse ir. C. Vonk Noordegraaf bij zijn nieuw produkt.
Aangedreven door stijgende ener
gieprijzen en toenemende konkur-
rentie uit het buitenland zijn de
bloemtelers op zoek gegaan naar een
snijbloem die geen hoge tempera
tuur vraagt en die niet zo gemakke
lijk in een ander klimaat (bijvoor
beeld in het sterk konkurrerende Is
raël) te telen is. Ze kozen de Inca-le
lie (Alstroemeria is de officiële
naam) die in het wild vooral in Chili
en Brazilië voorkomt, omdat deze
veel bloemstengels per plant geeft,
lang houdbaar is, er enigszins exo
tisch uitziet, erg geschikt is als kor-
sage en zeer goed in ons klimaat past.
Bloementelers die over rolkassen
beschikken kunnen de bloem gro
tendeels buiten telen; alleen als de
bloemen verschijnen is er bescher
ming tegen de invloeden van het
weer nodig. Nu de teeltmoeilijkhe
den overwonnen zijn, neemt de pro-1
duktie per jaar met 8 a 10% toe en
binnen niet al te lange tijd zou deze
bloem de populaire roos en de ger-
bera wel eens naar de kroon kunnen
steken. In ons eigen land is de Inca -
lelie (waarvan overigens nog niet ze
ker is dat het werkelijk een lelie is)
nog weinig bekend. Pas de laatste tijd
begint de bloemenhandel aarzelend
deze bloemen in te slaan.
Als snijbloem maakt de Inca - lelie
opgang sinds er veredelde soorten
(hybriden) zijn, die het goed doen in
de kas en meerdere "oogsten" per
jaar geven. De belangrijkste soort
heet "Walter Fleming", in ons land
meestal "Orchid" genoemd. Deze is
op een Engelse buitenplaats ont
staan, maar men weet niet precies uit
welke wilde ouders deze "Or-
chid"gekweekt is. Later zijn er ver
schillende andere rassen ontstaan.
De eerste telers ondervonden nogal
moeilijkheden met deze mooie maar
nukkige nieuwe bloem. Soms ging de
plant door onverklaarbare oorzaken
een tijdlang "in rust", met andere
woorden ze stierf af en produceerde
geen bloemen meer.
17