w, Onkruidbestrijding in bieten na opkomst Maak een planning van het graslandgebruik O H, V K, D, V H et gebruik van het grasland moet gericht zijn op een optimale produktie. Een voorwaarde hiervoor is dat de grasmat in een goede konditie is. Er wordt vanuit gegaan dat in de weideperiode zoveel mogelijk vers gras door het vee wordt opgenomen. Men moet er voor zorgen dat er een regelmatig aanbod is van vers weidegras door een goed gebruik. Wanneer het aanbod groter is dan de behoefte, wordt een deel bestemd voor de voederwinning. Vlas Koolzaad Maïs Stambonen Uien Laat kleefkruid niet los Winterwortelen Als de bieten vier (echte) blaadjes hebben Grasachtige onkruiden Bij gestrekte kiemlobben Als de bieten twee (echte) blaadjes hebben Graslandgebruiksplan Veehouderij luchtvochtigheid en minstens 500 li ter water per ha gebruiken. I-i odra er schade door aardvlooien en/of trips optreedt is een bestrijding met 0,6 liter parathion 25% of 1,5 li ter endosulfan 35% noodzakelijk. Voor de onkruidbestrijding kunnen onderstaande middelen gebruikt worden. Basagran (vanaf 5 cm gewasleng te) o.a. tegen kamille, maar min der gevoelig zijn melganzevoet, varkensgras en ereprijs. Basagran is een veilig middel en spaart de klaver. Hiervan 3 liter per ha ge bruiken. Kan ook nog vrij laat veilig worden toegepast. 0,75-1 liter ioxynil/MCPA (4-6 cm gewaslengte) tegen kamille en ereprijs. 2,5-3 liter natrium-DNOC 50% (5-10 cm gewaslengte) o.a. tegen zwaluwtong. Tegen witte krodde, melganze voet en een stekel kan eventueel 0,5-0,75 liter MCPA toegevoegd worden. Voor een goed resultaat moet het onkruid klein zijn en dient men te spuiten met veel water, een grove druppel en bij een hoge luchtvoch tigheid. Spuiten tijdens een nacht- vorstperiode alsook wanneer kort vooraf trips of aardvlooien bestreden zijn, moet ontraden worden. A. Is in het midden van de bloei 1 k 2 koolzaadsnuitkevers per plant aan wezig zijn, dan kunnen deze gelijk met de koolzaadgalmug bestreden worden met 3 liter Nexagan ULV (vliegtuig). - eeft men bij maïs geen Mesurol- zaadbehandeling uitgevoerd en men verwacht toch fritvliegschade, dan is het alsnog mogelijk in het 2 a 3 bladstadium een bestrijding uit te voeren met 2 liter parathion per ha. Ter voorkoming van schade door atrazin aan de volggewassen dient 2 keer spuiten met 2 kg atrazin per ha sterk ontraden te worden, er wordt hiermee 2 kg aktieve stof per ha ge geven. Thans zijn er ook diverse middelen waarbij met een eenmalige toepassing slechts 0,75 tot 1 kg ak tieve stof gegeven wordt. In verband met de schade aan volggewassen een grote verbetering. Enkele van deze middelen zijn Oleo-Atrazin (8-10 li ter/ha), Luxan Atrazin Olie (8-10 li ter/ha), Mazipron (4 liter/ha), Bel- later (3 liter/ha) en Laddok (4 li ter/ha 3 liter mineraalolie). Deze toepassen na opkomst als de maïs meer dan 6 bladeren heeft. Daar naast is het mogelijk de hoeveelheid atrazin tot 0,5 kg aktieve stof te be perken door toepassing na opkomst van de kombinatie 1 kg atrazin 2 liter Basagran 3 liter olie. Hiermee zijn ook zeer goede resultaten te be reiken. Tegen hanepoot tussen zaaien en opkomst 5 liter Lasso per ha even tueel in kombinatie met 1,5 kg atra zin of 2-3 kg Bladex. Beter kan na opkomst worden gespoten met atra zin olie. ^^odra de grondtemperatuur vol doende hoog is worden in deze maand de bruine bonen gezaaid. Reeds vele jaren werd het zaad vrij algemeen ontsmet tegen kiemschim- mels en bonevlieg met AAtifon. Voor 1981 ligt echter de situatie wat anders. Mede ten gevolge van de vele regen waren namelijk in 1980 diverse percelen bonen aangetast door een schimmelziekte (Phoma botriotinia) die met het zaad overgaat. Deze schimmelziekte wordt echter door de thiram in bovengenoemd middel iets minder goed bestreden dan door de systemische fungiciden. Het verdient voor dit jaar dan ook overweging om het zaad te ontsmetten met het mid del AAtopam N (4 gram per kg zaad) dat naast thiram carbendazim bevat. Het zaad is dan niet ontsmet tegen bonevlieg doch het risiko van aan tasting hierdoor is vrij gering. Bij precisiezaai dient men te streven naar een zaaiafstand in de rij van 8-10 cm. Op stro-arme gronden wat kleinere en op strorijke gronden wat ruimere afstand aanhouden. De zaaizaadhoeveelheid varieert dan van 120 tot 150 kg per ha afhankelijk van het duizendkorrelgewicht. Niet te ondiep zaaien (4-6 cm) en een re gelmatige diepteligging van het zaad bevordert een regelmatige opkomst en vermindert het risiko van schade door bodemherbiciden. De bodemherbiciden Aresin, Pato- ran, Combirone of linuron geven veelal goede resultaten doch er is al tijd enige kans op schade. Aanpas sing van de dosering aan de zwaarte van de grond is dan ook zeer be langrijk. Op voor bodemherbiciden gevoelige gronden is Ivorin Super zeker veiliger. Na opkomst kunnen bovendien nog met diverse middelen de resterende onkruiden worden be streden. Ivosit, DNBP en Basagran zijn hiervoor beschikbaar. Houd U bij gebruik van deze middelen aan de voorschriften wat gewasontwik keling, hoeveelheid middel en de weersomstandigheden betreft en ge bruik veel water. Tegen grasachtige onkruiden kan Fervin met succes worden ingezet. lak voor opkomst altijd Gra- moxone of Reglone toepassen. Bij een gewaslengte van minstens 6 cm op vochtige en onkruidvrije grond kunnen de middelen Ramrod en chloorprofam (chloor IPC) worden toegepast. Chloorprofam kan nog op meer dan 200 m afstand schade ver oorzaken aan vlas, blauwmaanzaad en bloeiend graan of graszaad. Op reeds bovenstaande kleine on kruiden kan Lironion goede resulta ten geven. Onder droge :lr omstan digheden en op afgeharde onkruiden aan Lironion 5 liter Schering 11 E olie toevoegen. Bij zeer droog weer (min. 4 dagen geen neerslag) en sterk afgeharde onkruiden kan Actril of Certrol 20 gebruikt worden. Tegen grasachtige onkruiden (be halve straatgras of tuintjesgras) kan KLEEFKRUID vraagt nog steeds de aandacht. Pak het aan waar je kunt. In granen met MCPP (met een zekere voorkeur voor DM 68). Ook in zomergranen. Spuiten bij groeizaam weer. In bieten tijdens de opkomst (als de helft van de planten boven staat) met 4 liter Betanal. Om nog overgebleven kleefkruid planten in laat stadium aan te pakken kan Nortron of Tramat gebruikt worden. In aardappelen vlak voor opkomst als men reeds kleefkruid- kiemplanten ziet een extra behandeling met kleurstoffen. Houd ook Uw erf, akkerranden, braakliggende hoekjes en plekken in hol staande gewassen (bijvoorbeeld karwij of luzerne onder kontrole wat kleefkruid betreft. Voorkom in elk geval zaadvorming!! in uien Fervin met succes worden toegepast. ortelen worden gezaaid van eind april tot half mei. Voor de fa- brieksteelt dient gestreefd te worden naar 40-50 planten per meter rug, voor de verse markt 60-70 bij een rijenafstand van 75 cm. Bestrijding van de made van de wortel vlieg is meestal aan te raden. Dit kan zowel volvelds (voor het maken van de ruggen) als in rijen- behandeling bij het zaaien plaats vinden. Bestrijding van luis kort na opkomst is meestal noodzakelijk (parathion, dimethoaat of Pirimor). Onkruidbestrijding met linuron of Maloran voor opkomst geeft vaak een teleurstellend resultaat. Na op komst, bij twee echte blaadjes van de wortelen, zijn de resultaten aanzien lijk beter. Ook kan bij minstens 2 echte blaad jes 2 tot 4 kg Dosanex per ha gespo ten worden. Dit heeft een goede kontaktwerking, zelfs op grassen en aardappelopslag. De aardappelplan ten moeten dan wel goed ontwikkeld zijn. Hanepoot wanneer alle planten aan wezig zijn kan met 1,25 kg Fervin per ha bestreden worden. aantal onkruidsoorten. En bij niet te droge grond mag ook een zekere na werking van de Goltix verwacht worden, wat met het oog op een late kiemer als zwarte nachtschade, be langrijk kan zijn. Op niet te groot onkruid en bij af wezigheid van varkensgras, perzik- kruid en kleefkruid kan worden vol staan met 3 liter Betanal 3 kg Goltix (kosten: plm. 270,— per ha). Maar tegen groter onkruid en bij aanwezigheid van genoemde on kruiden wordt dit 5 3 340,— of 5 4 (bijna 400,— L ate zaai, een snelle opkomst en een snelle eerste ontwikkeling kan ons wat de onkruidbestrijding in de bieten betreft nog wel eens voor verrassingen plaatsen. Volg het gewas en de onkruidontwikkeling dus op de voet. Als er tijdens de opkomst al flink wat opslag van varkensgras en/of kleefkruid voorkomt - en de reeds bovenstaande plantjes er gezond voorstaan - verdient bet aanbeveling om deze lastige onkruiden meteen aan te pakken. Als er plm. 40.000 planten, of zeg maar de helft van het te verwachten aantal, boven staat, kan reeds begonnen worden met 4 liter Betanal te spuiten. Meestal zal men dan een weekje later weer moeten spuiten (met 4-6 liter) om een eventuele nieuwe laag onkruid te bestrijden. In een periode met nachtvorsten zijn onkruid en bieten extra gevoelig. .omt er laat nog perzikkruid of kleefkruid van betekenis voor dan zijn hiervoor nog de zojuist toegela ten middelen Nortron en Tramat beschikbaar. De bieten moeten dan minstens 4 echte blaadjes hebben. Bij vroeger spuiten en als het gewas verzwakt is door vreterij bijvoor beeld, is er vooral bij warm zonnig weer, kans op schade. Deze midde len altijd mengen met Betanal. Kos ten: plm. 250,— Houd U bij Nor tron en Tramat nauwkeurig aan de gebruiksaanwijzing, ook wat het klaarmaken betreft. Onder "IRS-in- formatie" in de mededelingenbladen van CSM en Suikerunie vindt U een uitgebreide toelichting. N.B. De toelating van Betanal/Goltix en Nortron of Tramat betekent ongetwijfeld een verruiming van de mogelijkheden bij de on kruidbestrijding in bieten. Dat wil niet zeggen dat daarmee de noodzaak en de voordelen van een tijdige toepassing van Beta- nal-puur van de baan zijn. Een eerste klap is ook hier nog steeds een daalder - mogelijk véle daalders - waard!!! B ij een snelle opkomst wordt dit stadium al na een week bereikL Wat het onkruid betreft is dit een kritiek moment. Vooral bij laat zaaien is de kans op een minder goede struktuur en daardoor sterk uitdrogen van de bovenlaag extra groot. Dit houdt in een minder goede werking van de bodemherbiciden. Mede door de hogere bodemtemperaturen heeft het onkruid extra kansen. Bij een snelle opkomst van de bieten is er vaak ook snel onkruid aanwezig. Enhoe groter het onkruid, hoe kleiner de kans op een goed resultaat van de Betanal. In dit trajekt is het ontwikkelingssta dium van het onkruid belangrijker dan dat van de bieten. Als er onkruid staat, wacht dan niet tot ook de laatste biet de kiem blaad jes plat op de grond heeft liggen. En beter met 5 liter op tijd dan met 7,5 liter Betanal een paar dagen te laat. In dit verband is het nog belangrijk erop te wijzen dat kleefkruid, var kensgras en kamille in deze "de maat" aanéeven. Die pakt men al leen als ze heel klein zijn. Vergeet ook niet dat het probleem van de late onkruiden in de vorm van zwarte nachtschade en perzikkruid vaak te rug te leiden is tot ontsnappen bij deze eerste, vroege Betanalbehande- ling. Kortom, een tijdig uitgevoerde be strijding met Betanal blijft de basis van de onkruidbestrijding na op komst in de bieten. In veel gevallen zal men - op de zwaardere grond - hiermee kunnen volstaan. dit punt duidelijk een verbetering, zeker voor de lichtere, onkruidrijke gronden. De kombinatie Betanal Goltix heeft - wat de direkte doding betreft - een brede werking, dat wil zeggen heeft een goed efTekt op een groot eze kunnen na opkomst bestre den worden met de middelen Fervin of Illoxan. Tegen duist en wilde ha ver, als deze 2 a 3 bladeren hebben, kan 1,25 kg Fervin 5 liter Schering 11 E olie gebruikt worden. Kweek - bestrijding is ook mogelijk zodra de kweek minimaal 10 cm hoog is met 1,5 kg Fervin 10 liter Schering 11 E olie. Tegen hanepoot en opslag van raai- grassen kan in het 2-3 bladstadium 1 kg Fervin 5 liter Schering 11 E olie of 2,5-3 liter Illoxan toegepast wor den. Schoffelen is een secuur werkje. Precisie zaaien van bruine bonen geeft een betere plantverdeling. oorheen was met bovenstaande het verhaal min of meer afgelopen. Natuurlijk had men wat "uitloop" in de vorm van toevoeging van olie, Pyramin of Venzar tegen grotere on kruiden maar lang niet altijd kwam men hiermee ook uit de problemen. De toelating van Goltix betekent op m regelmatig over goed weide- gras voor de koeien te kunnen be schikken, is planning van het gras- landgebruik nodig. Elke veehouder dient in het voorjaar een bewei dingsplan en een maaiplan van het grasland op te stellen. Een grasland- gebruikskalender is hierbij een goed hulpmiddel. Met slechts weinig werk kan de veehouder 3 tot 5 weken de mogelijkheden met grasland vooruit bekijken. Gelijk met de planning wordt het gebruik achteraf geno teerd. Men heeft dan een kontrole op het gevoerde beleid en er kunnen nog aanpassingen binnen het bedrijf plaatsvinden voor een (nog) betere opbrengst en benutting van het gras. Men ziet de koeien nog al eens in te lang gras lopen, terwijl voor de voe derwinning vaak in een te oud sta- Vervolg op pag. 13

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1981 | | pagina 13