UIT
PRAKTIJK
KI
DRTE
C.A.R
WENKEN
Zevenber
*g
en
H et gaat slecht in de akkerbouw
en het zal nog slechter worden. Dit is
géén "doemdenken" doch dit is rea
liteit! Alle afleidingsmanoevres, in
de vorm van praatjes en stukjes van
landbouwbeleidsverantwoordelij-
ken, over de vermeende "geweldige"
toekomstmogelijkheden van - alter
natieve - groene energie en/of stik-
stofbindende aardappelplanten ten
spijt! Als er ooit sinds 1974 reden
geweest is voor een boerenbezetting
van de Nederlandse belastingkanto
ren, én voor een boerenmars op
Brussel, dan is het wel nu", aldus de
heer H.C. van der Maas in het door
hem gegeven overzicht van de situa
tie in de akkerbouwsektor. Wat de
belasting betreft, zo zei de voorzitter
van de akkerbouwkommissie, is een
recent wensenlijstje van het land
bouwschap naar zijn mening totaal
onvoldoende.
Voorjaarsgrondbewerking
Droge periode zeer gewenst
Akkerbouw
De suiker
Nog één
opmerking...
Vervolg pag. 15
Vervolg vergadering Hoofdbestuur
IJjIlIlL 'li.'1'
De maand maart is praktisch achter
de rug en we kunnen op SCHOU-
WEN-DUIVELAND nu niet bepaald
juichen omtrent het vorderen van de
voorjaarswerkzaamheden. De hele
maand hebben we zo goed als niets
kunnen doen op het land, behalve dan
plaatselijk water aflaten en enkele
drains doorspuiten. Wel hebben we
op het eind van de maand enkele
mooie dagen gehad, maar echt dro
gen deed het nog niet.
De gunstige temperatuur was goed te
zien aan de wintertarwe. Vele perce
len staan er goed en fris voor. Al ziet
het er momenteel nog niet naar uit,
toch kan er in korte tijd veel veran
deren in het weerbeeld. Laten we
maar hopen, dat de grondomstan-
digheden spoedig een ander beeld te
zien geven, dan kunnen we tenmin
ste een begin maken. Er kan bij
gunstige omstandigheden met de
huidige trekkracht en machines in
korte tijd zeer veel werk verricht
worden. Denk hierbij niet in de eer
ste plaats aan de kwantiteit, maar
aan de kwaliteit. We zullen de voor
jaarsgrondbewerking moeten aan
passen aan de perceelsomstandighe
den. Afhankelijk van de gewenste
zaaidiepte moet de bewerking zo
oppervlakkig mogelijk zijn. Wan
neer het land vlak geploegd ligt, zal
het gemakkelijker zijn een regelma-
Wat betreft de huidige Brusselse be
sluitvorming en beleidsuitspraken
zei hij zich te kunnen vinden in de
uitspraak van de Hoofdafdeling Ak
kerbouw van het Landbouwschap
van 12 maart j.l. waaruit hij het vol
gende citeerde: "De nu voorgestelde
systemathiek van prijsverhogingen,
die veelal geen verhogingen voor de
landbouw zijn, met sterke prijsverla
gingen door de voorgestelde mede
verantwoordelijkheid biedt de land
bouwers slechts één mogelijkheid:
trachten het inkomen-op peil te hou
den door méér te produceren. Dit tot
de ekonomische dood voor de mees
te bedrijven optreedt!"
De heer Van der Maas zette vervol
gens de aan de orde zijnde suiker- en
graanvoorstellen nog eens kort op
een rijtje: "Stellen we de index van:
a. de kosten van produktiemiddelen,
b. de bruto produktiviteit en c. de
officiële EEG-prijsontwikkeling
voor 1972 alle drie op 100. Dan zijn
deze indexcijfers voor 1980 respek-
tievelijk: 187 (kosten produktiemid
delen), 113 (bruto produktiviteit) en
152 (officiële prijsontwikkeling).
tig zaaibed te krijgen dan wanneer de
ploegsneden er ongeregeld bij liggen.
De voorjaarsgrondbewerkingen zijn
van grote invloed op de groei en ont
wikkeling van de plant. Door vele be
werkingen wordt de struktuur van de
grond eerder slechter dan beter.
Tracht daarom het aantal sporen te
beperken. Kombinatie van werk
zaamheden kan hiertoe bijdragen.
Het zaaien van de suikerbieten is
ieder voorjaar een zaak, die veel aan
dacht krijgt. Dit is begrijpelijk ook,
want wel of niet slagen heeft grote
gevolgen. Om de veldopkomst zo
goed mogelijk te doen zijn, is het o.a.
nodig, dat veel zorg besteed moet
worden aan een goed zaaibed. Zaai
ook niet te diep en denk aan zaadbe
scherming.
De veldopkomst is ieder jaar ver
schillend en ook verschillend per
grondsoort, zodat nimmer een uni
forme zaaiafstand in de rij gegeven
kan worden. Gezien onze veelal
voorkomende klimatologische om
standigheden zou een afstand van
16 cm in de rij te overwegen zijn. Al
naar gelang de omstandigheden
eventueel wijder of nauwer.
Wel of geen Temik is ook altijd een
vraag. Voor beantwoording van dit
facet, hoort er wel een praatje bij,
maar een algemeen antwoord zou
kunnen zijn: "Bezint, eer ge (hier
mee) begint".
Dus per saldo een "netto-gat" van
23%!!" Het gaat hier om officiële
cijfers. De werkelijke boerenprijzen
zijn volgens hem nog verder achter
gebleven. Dus het "gat" is nog aan
merkelijk groter dan genoemde 23%
over de laatste acht jaar.
Afgezien van een mogelijke - doch
waarschijnlijk onverhoopte - positie
ve beïnvloeding van de uitspraken
van het Europese Parlement op de
besluitvorming komen de verbijste
rende voorstellen ten aanzien van het
EEG markt- en prijsbeleid voor
'81/'82 op het volgende neer:
Een verhoging van de minimum-
bietenprijs van 7 Vi(voor A B
bieten). Afgezien van de realiteit van
dit percentage i.v.m. de MCB-veref-
fening, en afgezien van de betrekke
lijkheid van de realisatie in de wer
kelijke boerenprijs van wat dan over
is van deze 7 '/z%, wordt de voorge
stelde prijsverhoging méér dan vol
ledig teniet gedaan door de tege
lijkertijd voorgestelde marktbeleids-
veranderingen. Te weten:
a. Een produktieheffing op A B
suiker van (max.) 2%
b. Indien dat niet voldoende op
brengt: een heffing op B-suiker
van 30%
c. Indien deze twee maatregelen
volgens Brussel nog onvoldoende
soulaas bieden een ekstra heffing
op B-suiker in het volgende jaar
van 7 lh%.
Per saldo dus de mogelijkheid van
2% A-heffing en 39 Vi% B-heffing.
Dit betekent volgens van der Maas
(bij lagere wereldmarktprijzen) een
prijsdalingsmogelijkheid van 11%.
"Dat is dan wel iets anders van l.Vi%
prijsverhoging". (De organisatie van
Europese bietentelers komt aan een
noodzakelijke prijsverhoging van
18%!). Hij wilde over deze verbijste
rende, onwerkelijke en onzindelijke
Brusselse zelffinancieringsvoorstel-
len alleen nog dit zeggen: "In het
Op WALCHEREN weten we nu ze
ker dat het wat de voorjaarsinzaai
betreft geen vroegertje zal zijn. We
schrijven eind maart en in deze
maand zal er geen inzaai meer
plaatsvinden. De weersomstandighe
den zijn gunstig, in die zin dat het
zacht voorjaarsweer is. Het is echter
weinig drogend. Onder deze omstan
digheden kan het nog wel even duren
alvorens de inzaai kan beginnen.
Maar we zijn nog een paar weken
van Pasen af. Er kan vóór die tijd nog
veel gebeuren. Laten we vooral pro
beren niet te gaan knoeien.
In het landschap begint het nu weer
aardig groen te worden, zowel in de
graslandgebieden als in de akker-
bouwstreken. Er zijn daar ook
"blokken" waar het groen van de
wintertarwe en het graszaad over
heerst. Door het zachte weer is de
groei al aardig op gang gekomen. Er
zijn nogal wat percelen tarwe met
een behoorlijk dikke stand. Bij een
groeizaam voorjaar is een slappe
groei niet ondenkbaar. Het zou wel
eens nodig kunnen zijn, dat we dit
voorjaar wat meer CCC moeten
aanwenden dan in ons gebied ge
bruikelijk is. Tijdig spuiten bij het
juiste groeistadium is van groot be
lang. Vooral het ras, de standdicht
heid en de weersomstandigheden
tijdens periode van schieten zijn
hierbij van groot belang. Voor de
veehouderij komt het einde van de
stalperiode ook weer in zicht. De
grasgroei komt goed op gang en
wanneer de toestartd van de grond
het toelaat kan er mogelijk vroeg in-
geschaard worden. Ook bij de gras-
groei is het duidelijk merkbaar dat
de temperatuursom van 200 gr. in
ons gebied reeds in een vroeg sta
dium is bereikt, namelijk op 18 fe
bruari. Vanaf die tijd is een N-
bemesting op grasland nodig om een
optimale grasgroei te krijgen. Het
blijkt wel dat er op veel percelen
grasland pas op een aanzienlijk later
tijdstip is bemest.
Naar aanleiding van onze vorige bij
drage is er in het nummer van 27
maart j.l. door de dijkgraaf uit ons
gebied gereageerd met een ingezon
den stuk. Hieruit blijkt dat er geen
omstandigheden waren die een
maximale afvoer zouden hebben be
lemmerd. Er is niets bijzonders aan
de hand geweest, behalve een uit
zonderlijke hoeveelheid neerslag
schrijft de dijkgraaf. Of allen die
ontstemd waren over het verloop van
de afvoer het hiermee eens zijn kan
uw rubriekschrijver moeilijk beoor
delen. Iedere belanghebbende zal dit
voor zijn eigen situatie moeten na
gaan. Ook hij mag via een ingezon
den brief reageren in dit blad. Wij
zelf hebben nog één opmerking. Er
wordt ook gesteld dat er een opti
male bediening is van de stuwen
tussen de peilgebieden. Mij bereikte
echter een betrouwbare informatie
waaruit het tegendeel blijkt.
De personen die deze stuwen moeten
bedienen zouden over geen enkele
instruktie beschikken en alleen maar
naar eigen inzicht moeten handelen.
Als fervente voorstander van een
goede "WATERBEHEERSING" in
ons gebied geeft dit toch te denken.
Wat de neerslaghoeveelheden betreft
in het staatje van het ingezonden
stuk, daar kunnen we het moeilijk
mee eens zijn. Graag nog een nadere
toelichting?
(die vindt u elders in dit nummer.
red.)
verleden is zonder meer gebleken dat
bij een maximale heffing van 30% op
B-suiker het suikermarktbeleid
Brussel geen cent gekost heeft!!!
En tenslotte, voor wat betreft de sui
ker nog: in geval van komende
slechte omstandigheden op de
wereldmarkt zoals nog maar twee
jaar geleden, en een hoge Neder
landse produktie, zoals twee jaar ge
leden, zal de Nederlandse bietente
ler, op basis van de huidige regelin
gen en voorstellen minstens 25,—
a 30,— per ton bieten minder ma
ken dan nu het geval is!!"
In WEST ZEEUWS-VLAANDE-
REN heeft de maand maart ruim 200
mm neerslag opgeleverd. Dusdanig
veel dus, dat gesproken kan worden
van een matig begin voor het nieuwe
oogstjaar. Op meer dan de helft van
de beschikbare oppervlakte moet het
zaad- of plantgoed nog aan de grond
worden toevertrouwd. Voor bieten en
zeker voor uien en vlas wordt het echt
tijd dat gezaaid kan worden. Op de
reeds in februari gezaaide percelen
heeft plaatselijk veel water gestaan.
Van menig perceel is een goede op
brengst niet meer mogelijk.
Op het gewas koolzaad na, staan
echter de overige wintergewassen er
goed voor. Zeker de wintertarwe zal
de onkruidbestrijding nog voor veel
problemen zorgen; nu er onvol
doende kansen zijn geweest een be
spuiting met kleurstoffen uit te voe
ren. Het gevolg hiervan is tevens dat
de inzaai van klavers in de knel
komt. De slagingskansen hiervan
zijn het beste bij maartzaai. Een goed
alternatief is echter wel aanwezig;
n.l. in de vorm van grasgroenbemes-
AKKERB0UW
VROEG ZAAIEN, van de meeste
gewassen, geeft meestal een hoge
re opbrengst. Er zijn echter uit
zonderingen en dit zijn stamsla-
bonen die het daglicht in de maand
mei niet mogen zien, dus niet in
mei mogen boven komen. Dit we
gens te koude grond en vorstge-
vaar. Maar ook konsumptie-aard-
appelen van het ras Bintje hoeven
echt niet vroeg de grond in. Vaak
zijn de later gepote percelen, eind
april, de percelen met de hogere
opbrengsten. Eerder poten is vaak
eerder versleten en lagere op
brengst.
VOGELS ZIJN gewoonte-dieren.
Liefst komen ze steeds op hetzelf
de perceel bij een goede landbou
wer die ze met rust laat. Een land
bouwer die het niet zo erg vindt als
de erwten steeds weer zonder kop
pen verder moeten groeien. De
opbrengst van zo 'n perceel erwten
gaat dan wel met grote sprongen
naar beneden, maar dat vinden de
vogels, meestal houtduiven en ver
wilderde postduiven, niet zo erg.
Wat wilt U, lief zijn voor vogels of
lief zijn voor uw gewas?
HET ONDERHOUD VAN
landbouwwerktuigen op akker
bouwbedrijven was volgens Land
bouwmechanisatie nog zo slecht
niet. Nu laat dat zo blijven want
goed onderhoud verlengt de le
vensduur van de machines en dat is
net wat we moeten hebben. Doet U
het onderhoud ook nog zelf dan
bent U ook in staat kleine storin
gen te verhelpen en dat geeft weer
een groot voordeel bij het gebruik
op het bedrijf.
HET SPREEKWOORD ZEGT
oost - west, thuis best". Meestal
zal dat wel waar zijn, maar niet als
het gaat om ervaring op doen. Ei
genlijk zou elke aspirant jonge
boer een tijdje ver van huis bij een
ander moeten werken. Dan kan hij
leren hoe het anders kan, soms
beter, maar ook wel eens op een
manier die thuis niet past. Geluk
kig wordt daar veel gebruik van
gemaakt maar ook stage-adressen
zijn er nog te weinig. Zit er iets in
voor U?
ZOALS EEN DRAINAGE-
KAART onmisbaar is voor het
bedrijf, moet er ook een kaart zijn
ters. Deze kunnen nog goed in de
maand april worden gezaaid, en
verdragen allerlei groeistofkombina-
ties goed. Gezien de steeds toene
mende kleefkruidbezetting in win
tertarwe en ctok in andere gewassen
zijn betere herbiciden zeer gewenst.
Een zware taak voor de industrie.
Voorlopig moeten we het in de win
tergranen doen met MCPP. De eer
ste helft van april zullen we daar
voor moeten benutten. Ook op het
nog niet bewerkte land komt een
flinke onkruidbezetting voor. Alles
bij al hebben we dus veel gebrek aan
nog veel droog weer. Hopelijk is dit
intussen gearriveerd.
Een grote tegenvaller voor de var
kenshouders in Zeeuws Vlaanderen is
het uitbreken van varkenspest. Het
vervoer van varkens ligt voorlopig
geheel stil. Uiteraard nog meer ge
dupeerd zijn de betrokken bedrijven.
Wederom blijkt dat men niet voor
zichtig genoeg kan zijn. Reeds een
hele tijd is hier vlak over de grens de
varkenspest aanwezig. Hopelijk heeft
men het snel onder de knie.
voor het erf waar de riolering op
staat, de waterleiding, de elektri
citeitsleiding, de telefoonleiding en
eventueel de gasleiding. Zo'n
kaart kan veel zoeken voorkomen
en is erg nodig bij herstelwerk
zaamheden.
Werken volgens geheugen valt
vaak tegen. Een kaart houdt de
gegevens beter en langer vast.
VEEHOUDERIJ
VORIG JA A R WAS bij snijmais
een droge stofopbrengst van
10.000 kg vrij normaal. Een der
gelijke opbrengst is alleen moge
lijk als er voldoende planten boven
komen en er ook blijven. Op ge
scheurd grasland komen meestal
ritnaalden voor. Zaadontsmetting
met 3 gr. lindaan per kg zaad is
meestal afdoende. Is het perceel
een jaar langer gescheurd en kwa
men vorig jaar in beperkte mate
ritnaalden voor, wees dan gewaar
schuwd, wilt U dit jaar op zo'n
perceel mais telen, dan 3,5 l lin
daan vollevelds spuiten en direkt
inwerken.
VOOR SNIJMAIS IS de beste
zaaitijd tussen 25 april en 6 mei.
Vroeger zaaien, geeft tijdens een
koude periode slappe plantjes wel
ke gevoelig zijn voor vreterij en
schimmels. Te laat zaaien, gaat
ten koste van de korïel en droge
stofopbrengst. De beste opbrengst
wordt verkregen bij 9 a 10 planten
per m2. Hiervan moeten, afhan
kelijk van de korrelgrootte,
100.000 tot 110.000 zaden per ha
worden gezaaid. Meestal wordt het
zaaizaad in verpakkingseenheden
van 50.000 of 100.000 zaden afge
leverd.
EEN SNELLE ONGESTOOR
DE groei is bij snijmais zeer be
langrijk. Zaai daarom op een
diepte van 5 cm. U hebt dan
minder last van droogte of te veel
nat en vogelvraat. Denk aan rij-
enbemesting met fosfaat. Vogel-
schade en fritvlieg zijn te voorko
men door het zaad te laten ont
smetten met 10 gr. mesurolper kg
zaad. Fritvlieg is ook nog dood te
krijgen als u de mais in het 2 a 3
bladstadium laat spuiten met 2 l
parathion 25%. Ben zuinig op de
gezondheid van uw' mais. De win
tervoorraad ruwvoer is op vele be
drijven nauw verbonden met de
maisopbrengst.
7