Keuken
hof
weer
open
Landbouwprijzen
gaan tien procent
omhoog
"Landbouw accepteert
gesol niet langer"
COPA onderstreept
met resolutie
haar eisenpakket
Z.L.M.-voorzitter Doeleman:
zuidelijke landbouw maatschappij*
Donderdag 26 maart
opende de Keukenhof
weer haar poorten voor
het nieuwe seizoen 1981.
Wat betreft de
Haarlemse
Bloemenmeisjesvoor dit
jaar zijn er nu 15 meisjes
die hun bloemrijke taak
zullen gaan vervullen.
Gebleken is dat 10
meisjes niet voldoende
was om aan alle
aanvragen te kunnen
voldoenaldus de heer
Tonen, Dir. van de
Haarlemse VVV, een
gelukkig optimistisch
geluid
(Foto: Ab Westerbeek.)
Nederlandse onderhandelaars tevreden
Na drie dagen en twee nachten achtereen onderhandelen hebben
de landbouwministers van de EG donderdag een akkoord bereikt
over de nieuwe landbouwprijzen. Voor de Nederlandse agrariërs
betekenen ze een verhoging van de prijsniveaus met gemiddeld
ongeveer tien procent. De plannen om boeren en tuinders in veel
ruimere mate dan voorheen financiëel aan te spreken voor over
schotten zijn op de lange baan geschoven.
Het akkoord werd bereikt op 1 april en ging dus onmiddellijk in.
Het betekent zonder meer een politiek succes voor minister
Braks van Landbouw, die als president van de ministerraad de
marathon liet slagen. Op de internationale persconferentie na
afloop van het beraad verklaarde de minister trots te zijn op het
resultaat. Hij sprak van een gedenkwaardige gebeurtenis. "Eu
ropa heeft met dit gigantische resultaat weer laten zien dat het
nog springlevend is." De Nederlandse toponderhandelaar hier
ir. A. de Zeeuw sprak na afloop van een "zeer goed resultaat
voor onze landbouw."
pakket waarop de ministers elkaar uiteindelijk vonden, ligt voor
wat Nederland betreft hijna op het dubbele van de oorspron
kelijke voorstellen van de Europese Commissie. Zij had destijds
immers 7,8% gemiddeld voorgesteld waarvan je dan globaal
1,7% moest aftrekken wegens afbraak van monetaire compen
saties. In plaats van de 6,1% die aldus netto overblijven, krijgen
we nu 10%. Dat is ook nog iets boven het niveau van het voorstel
van het Europese Parlement. Het is echter toch ook aanzienlijk
minder dan de 15.10% die de boeren- en tuindersorganisaties
verenigd in COPA hadden gevraagd op basis van hun erkende
kostenstijgingen.
Rekening houdend met de afbraak van monetaire compensaties
ontvangen de agrariërs de andere landen het volgende. West
Duitsland 5%, Frankrijk 12,8%, België/Luxemburg 10%, Ierland
13%, Griekenland 12%, Groot Brittannië 9,5%, Denemarken
11,5%, Italië 17%. In deze uiteenlopende percentages zien wij
een weerspiegeling van de ver uiteenlopende kostenstijging (in
flatie) in de diverse partnerlanden.
Alvorens op de afzonderlijke produkten in te gaan diene ver
meld dat in de slotronde van het overleg de tarweprijs nog met
Vh% extra werd verhoogd.
O p de hoofdbestuursvergadering van de Z.L.M. die 30
maart j.l. werd gehouden in de Wouwse Tol te Bergen op
Zoom, ging voorzitter A.J.G. Doeleman uitvoerig in op de
Brusselse prijsvoorstellen. Hij zei moeilijk in te kunnen
schatten of en wanneer er in Brussel overeenstemming
bereikt wordt en hoe deze voor de land- en tuinbouw uit
zal pakken, omdat er grote verdeeldheid bestaat over de
mate waarin de prijzen verhoogd moeten worden
Teleurgesteld en ontstemd was hij over het Ministerie van
Landbouw, dat niet de onbillijkheid heeft willen inzien
van de voorstellen van de Europese Commissie met be
trekking tot het graanbeleid.
Voor wat betreft de algemene situatie stelde de Z.L.M.-
voorzitter, dat in verschillende landen de stemming bij
boer en tuinder vrij grimmig is geworden. "Met zorg zien
wij de ontwikkelingen in de komende dagen tegemoet.
Wij hopen dat de Ministerraad ervan doordrongen raakt.
Middels een resolutie doen de boerenorganisaties in de Eu
ropese Gemeenschap een dringend beroep op de Raad van de
EG om een aantal gerechtvaardigde eisen van alle Europese
landbouwers in te willigen en er zodoende zorg voor te dragen
dat de landbouw zijn onvervangbare rol voor het ekonomisch
en sociaal evenwicht, de tewerkstelling, de voedselvoorzie
ning en de onafhankelijkheid van de Gemeenschap kan blij
ven uitoefenen.
De resolutie werd maandag 30 maart j.l. opgesteld op een
COP A-vergadering in Brussel. Deze vergadering werd bijge
woond door meer dan 1000 afgevaardigden van de landbouw
organisaties uit de 10 landen van de EG. Hierbij was ook een
delegatie aanwezig van de Z.L.M. bestaande uit de vice-
voorzitter A. H. Munters, het hoofdbestuurslid J. Scheele en
secretaris J. Oggel. Het bestuur van de ZLM heeft inmiddels
verklaard de resolutie te steunen.
De inhoud ervan luidt als volgt:
De aanwezigen eisen op grond van objektieve kriteria een
verhoging van de gemeenschappelijke landbouwprijzen met
15,3% en verzoeken de Raad met klem vóór 1 april 1981
beslissingen te treffen, die met hun eisen overeenstemmen.
Zij eisen bovendien dat voor een overgangstijd specifieke
gemeenschappelijke maatregelen, die met de grondslagen
van het gemeenschappelijk landbouwbeleid overeenstem
men, zouden worden getroffen ten voordele van de land
bouwers in die landen, die in 1980 kostenstijgingen hebben
gekend, die wezenlijk hoger lagen dan de gemiddelde kos
tenstijging in de gemeenschap.
Het COPA verwerpt de onaanvaardbare kommissievoor-
stellen, in het bijzonder:
de budgetaire visie die haar ertoe brengt de prijsbeslis-
singen met de hervorming van het gemeenschappelijk
landbouwbeleid te verbinden;
de totale ontoereikendheid van de voorgestelde prijsver
hoging;
het invoeren op een algemene basis van een permanente
en blijvende medeverantwoordelijkheid of financiële
participatie van de producenten bij overschrijding van
een bepaald produktiepeil als nieuw fundamenteel ele
ment van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid zelfs
voor sektoren die deficitair zijn;
de vermindering van de door de bestaande gemeen
schappelijke marktorganisaties aan de producenten ge
geven garanties.
Men eist daarom naast een verhoging van de gemeenschap
pelijke landbouwprijzen met 15,3%:
het strikt naleven van de gemeenschapspreferentie in alle
produktiesektoren;
het behoud van de aan de producenten in het kader van de
bestaande marktorganisaties gegeven garanties en hun
versterking in bepaalde sektoren om aldus alle produktie
sektoren garanties met gelijkwaardige uitwerkingen te
geven;
het invoeren van een taks op alle oliën en vetten die in de
Gemeenschap worden geproduceerd of ingevoerd en die
uitsluitend voor de menselijke konsumptie worden ge
bruikt;
de versterking van de strukturele, sociale en regionale
politiek;
het onmiddellijk invoeren van een echt, dynamisch en
permanent uitvoerbeleid voor de landbouw- en voedings-
produkten.
Indien deze eisen worden aangenomen en doorgevoerd, ver
klaren zij zich bereid maatregelen te onderzoeken om op de
markten die strukturele overschotten vertonen een beter
evenwicht te bereiken.
(Zie voor prijsbesluiten verslag Jan Werts pag. 5).
dat de land- en tuinbouw het gesol op deze wijze niet
langer accepteert".' In Nederland, aldus Doeleman,
groeit niet alleen het ongenoegen over het fiskaal beleid,
maar ook over de aanvallen die vanuit verschillende in
valshoeken worden gedaan tegen de bedrijfsvoering van
de land- en tuinbouw. Voorbijgegaan wordt aan de enor
me bijdragen die de land- en tuinbouw. Voorbijgegaan
wordt aan de enorme bijdragen die de land- en tuinbouw
levert aan de betalingsbalans en de werkgelegenheid.
Vooral de laatste weken zijn uitspraken vanuit kringen
van natuurbehoud gedaan, die wij in hoge mate betreu
ren. Wij zijn daardoor zeer onaangenaam getroffen", zei
hij.
Hij vroeg zich dan ook af of het gezien deze verschillende
uitgangspunten nog wel mogelijk is om met natuurbe
houd tot een redelijk gesprek te komen.
Vervolg op pag. 7
VRIJDAG 3 APRIL 1981
68e JAARGANG NO. 35
land- en
tuinbouwblad