Bewust bietentelen
bij optimale
groeiomstandigheden
rv\
Onkruidbestrijding in
aardappelen
KORTE WENKEIM
S uikerbieten kunnen reeds in hun
beginontwïkkeling worden belem
merd door velerlei organismen. Zaai
zaadontsmetting en/of een bodem
behandeling kunnen veel problemen
voorkomen. Ook in het verdere
groeiseizoen is het nodig de bieten
steeds op schade door parasieten te
kontroleren.
Groothandelsprijzen aardappelen brokkelen af
De bietenteelt vraagt altijd veel aandacht. Een goede
plantenteler is er dan ook steeds met zijn gewas bezig en
zorgt dat de groeiomstandigheden, voor zover binnen zijn
bereik, zo optimaal mogelijk zijn. Bovendien is hij kosten
bewust, want het gaat immers om de onderste regel.
De grond
Bemesting
Grondbewerking
Zaaien - zaaidiepte -
zaaiafstand
Ziekte- en
onkruidbestrijding
B ieten groeien praktisch op elke
grondsoort die een goede struktuur
heeft, goed ontwaterd is en voldoen
de voedingselementen bevat. Erg
belangrijk is dat de kalktoestand in
orde is. Op de zandgronden moet
men er bovendien op bedacht zijn
maatregelen tegen stuiven te nemen.
Het aanwenden van 15 - 20 m3
rundveedrijfmest direkt na het zaai
en, geeft in de meeste gevallen vol
doende bescherming.
B ietenplantjes zijn erg gevoelig
voor zoutschade. Om dit te voorko
men moet, als het weer dit toelaat, de
bemesting 3 a 4 weken voor het
zaaien van de bieten worden gege
ven.
Bij een normale fosfaat- en kalitoe
stand van de grond kan worden vol
staan met een gift van 100 kg P205
en 80 kg K20 zuiver per ha. De
grootte van stikstofbemesting zal het
best kunnen worden bepaald mid
dels vooronderzoek op de stikstof-
voorraad van de grond. Teveel stik
stof kost als regel dubbel geld.
"V oordat met het klaarmaken van
het zaaibed wordt begonnen, dient
nagegaan te worden of de grond on
der de toplaag voldoende droog is,
zodat tijdens de bewerkingen geen
verdichting van de bouwvoor op
treedt. Zowel bij het kunstmest-
strooien als het klaarmaken van het
zaaibed, moet insporen zoveel moge
lijk worden voorkomen. Sporen ma
ken het onmogelijk een ondiepe
grondbewerking uit te voeren.
Een goed zaaibed bestaat uit een
goed verkruimelde toplaag van 2-3
cm met daaronder een watervoeren
de ondergrond. Deze zorgt voor vol
doende vocht, maar ook voor de af
voer van overtollig regenwater. Men
moet dus oppassen voor een te diepe
grondbewerking. Triltandkultivato-
ren en aangedreven werktuigen zijn
alleen bruikbaar als deze voorzien
zijn van een effektieve diepterege
ling.
an uitzonderlijk belang is de
zaaidiepte in verband met de op
komst. Het zaaibed, zowel als de
zaaimachine en de afstelling daarvan,
zijn van invloed op de plaatsing van
het zaad op de gewenste diepte. De
ervaring heeft geleerd dat suikerbie
tenzaad altijd gedekt moet liggen.
De zaaidiepte kan afhankelijk ge
steld worden van de tijd van zaaien.
Vroeger in het seizoen staat te diep
geplaatst zaad bloot aan vele ongun
stige invloeden. Te trage kiemsnel-
heid (lage temperatuur) en een te
lange duur voor opkomst verzwak
ken de plant. Wanneer later in het
seizoen wordt gezaaid en de tempe
raturen hoger zijn, is het in verband
met mogelijke droogte zelfs gewenst,
vooral op wat zwaardere gronden,
het zaad wat dieper te zaaien.
Beoordeling van de zaaidiepte kan
het best plaatshebben op het mo
ment van zaaien. Kontroleer tijdens
het zaaien of de gewenste zaaidiepte
ook wordt bereikt.
C.A.R. Zevenbergen
A.J. Bastiaansen,
bedrijfsvoorlichter akkerbouw
Uit de bïetengroepen in de praktijk
blijkt dat de zaaiafstand varieert van
10 - 20 cm in de rij, waarbij meer
bedrijven op 20 cm dan op 10 cm
afstand zaaien. Ongeveer 40% wordt
gezaaid op een afstand tussen 15 cm
en 18 cm. Een afstand ïn de rij van 16
cm met een veldopkomst van 70%
geeft 87.500 planten per ha. Ruimer
zaaien, vergroot de kans op te weinig
planten als de veldopkomst tegenzit.
Nauwer zaaien vraagt alleen m&ar
meer werk.
De ontwikkeling kan ook geremd
worden door de groei van diverse
soorten onkruiden. Ook hier geldt
dat een bestrijding aan de basis niet
Bij deze bodemomstandigheden is een goede opkomst en ontwikkeling van de bieten vrijwel onmogelijk.
gemist kan worden. De praktijk heeft
geleerd dat voorkomen altijd goed
koper is dan genezen.
(Raadpleeg voor behandeling van de
verschillende parasieten en onkrui
den handleiding 1981 "De chemi
sche bestrijding van ziekten, plagen
en onkruiden in landbouwgewas
sen").
BAYER
Rekord-export van aardappelen
De groothandelsprijzen voor
aardappelen, zoals die wekelijks
tot stand komen op de Rotter
damse beurs zijn sinds begin 1981
afgebrokkeld, met name voor de
maat 35/50 mm.
AKKERBOUW
HOE HOGER DE KOSTEN van
trekker, brandstof en werktuigen,
hoe meer aandacht er besteed moet
worden aan de groenbemestings-
gewassen. Dat zijn uw natuurlijke
eigen energiebronnen. De wortels
van groenbemesters zijn de beste
grondbewerkers, veel beter dan
ploegen, eggen, woelers enz. Hun
bodemdruk is te verwaarlozen en
ze zorgen, voorzien van wat reis
geld, voor zichzelf. Geen betere
grondbeschermer dan een groen -
bemestingsgewas. De rente via
hogere opbrengsten liggen ver
boven het gemiddelde.
RHIZOCTONIA BIJ AARD
APPELEN begint bij het poot-
goed. De bekende lak-zwarte stip
pels op de poters zijn de oorzaak
van minder stengels en meestal bij
de konsumptie-aardappelen
10% lagere Opbrengst. Bekijk uw
pootgoed eens goed. Was een paar
poters voorzichtig schoon! Zit er
rhizoctonia op, neem dan de nodi
ge maatregelen. Een natte of droge
behandeling tegen deze ziekte is al
heel gauw rendabel.
WIE RECHT WIL ZAAIEN,
moet dwars eggen. Nog steeds is
het vakmanschap af te lezen aan
de rechte rijen bieten, erwten, bo
nen, aardappelen enz. Om goed
recht te kunnen zaaien en poten,
moet de zaai- of pootmachine niet
beïnvloed worden door de vooraf
getrokken "geulen"en strepen van
een of ander grondbewerkings
werktuig. Door dwars over te be
werken, kunt U gemakkelijk recht
zaaien.
VEEL KUNSTMEST en veel
bodemherbiciden zijn vaak nodig
bij de wieg van onze bietenplant.
De kunstmest om het bietje tot
een grote biet te laten groeien en
de bodemherbiciden om ongenode
gasten, het onkruid, in de kiem te
smoren. Soms is het goede te veel
en wordt ook het jonge bietje in
zijn ontwikkeling geremd. Gr oei-
stagnatie noemen we dat, maar dat
kost altijd opbrengst. Vroeg
kunstmeststrooien, zeker 14 dagen
voor het zaaien, kan zoutschade
voorkomen. Neem de konsentratie
van de bodemherbiciden niet hoger
dan nodig is.
ER WORDT STEEDS MEER
DRIJFMEST op het bouwland
gebruikt. De kunstmest wordt
steeds duurder en de akkerbouwer
heeft in bepaalde perioden tijd
over. Vaak zijn drie voordelen te
kombineren. De drijfmest op ak
kerbouwgronden geeft prima re
sultaten. De veehouder wordt ge
holpen. De kunstmestkosten wor
den minder. U begrijpt het al, de
nieuwe hobby voor de akkerbou
wer: zelf drijfmest rijden voor zijn
eigen grond. Geen "goud" zo goed.
VEEHOUDERIJ
HET ZOU JAMMER ZIJN dat
uw melkvee door eigen schuld niet
tijdig kan profiteren van het eerste
voorjaarsgras. Toch komt het
ieder jaar op meerdere bedrijven
voor, dat het vee niet in het gras
land kan omdat de afrasteringen
nog moeten worden nagezien.
Denk niet te vlug dat ze wel in het
perceel zullen blijven. Heeft het
vee uitbreken eenmaal aangeleerd,
dan is het heel moeilijk om ze deze
onhebbelijkheid weer af te leren.
Stel dus niet uit, het eerste gras is
eiwitrijk, wat een gunstige invloed
heeft op uw portemonnee.
WANNEER U OF UW VEE niet
tevreden zijn met het huidige wei-
desysteem kunt U eens met mo
dern standweiden proberen. Eén
groot perceel tot de koeien op het
nagras kunnen. Afhankelijk van
het bijvoeren op stal kunt U be
ginnen met 7a9 koeien per ha. Uit
buitenlandse onderzoekingen is
gebleken dat de opbrengst vrijwel
gelijk is als bij intensief omweiden,
de dieren rustiger zijn en de pro-
duktie elke dag vrijwel even hoog
is. Bovendien blijft de grasmat be
ter, zodat minder gauw gescheurd
moet worden.
DE PRIJZEN VAN DE STIK
STOF liegen er niet om en zijn in
2 jaar met ruim 10 gulden per 100
kg k.a.s. gestegen. Daarom is het
zaak de N-bemesting goed door
dacht toe te passen. Zo bevat bijv.
koeiendrijfmest per 10 m3 alleen
aan zuivere stikstof reeds 15 kg.
Te weinig stikstof strooien kost
altijd geld, maar te veel strooien, is
bij de huidige prijzen evengoed
onverantwoord. Wanneer U er bij
gebruik van dierlijke mest niet
uitkomt, zal het nuttig zijn om
overleg te plegen met de bedrijfs
voorlichter.
Deze prijsdaling is toe te schrij
ven, aldus het Produktschap voor
Aardappelen aan de wat minder
geworden export, nadat de om
vangrijke exportorder voor Oost
Duitsland in oktober en november
van vorig jaar was uitgevoerd.
De goede vraag van de frite-
sindustrie maakte dat de prijs van
de aardappelen van 50 mm opwa
arts minder daalde dan die van de
z.g. tafelaardappelen.
De prijsontwikkeling loopt over de
laatste vijf jaar nogal uiteen. De
laatste drie jaar lagen de prijzen per
eind februari op gemiddeld hetzelfde
niveau.
Het verschil in prijs tussen de twee
maatsorteringen, te weten 35/50 mm
en 50 mm opwaarts hangt mede af
van de grofheid van de oogst. Dit
jaar is het .verschil klein, omdat on
danks de toegenomen vraag van de
kant van de fritesindustrie, het aan
deel 50 mm opwaarts van oogst 1980
betrekkelijk klein is.
Termijnmarkt
De noteringen van de termijnmarkt
geven aan dat in november vorig jaar
de verwachtingen omtrent de markt
ontwikkeling nog hoog gespannen
waren.
Nadat de geruchten over meerdere
orders naar het Oostblok niet be
waarheid werden, liepen ook de ter-
mijnmarktnoteringen terug. Er wor
den vrijwel alleen zaken gedaan in
de maat 50 mm opwaarts.
Export op rekord-niveau
De export van konsumptie- en in
dustrieaardappelen bereikte tot 1
maart een nog niet eerder bereikt
peil van 672.000 ton. Vooral in het
laatste kwartaal bereikte de export
rekordcijfers door de export naar
Oost-Duitsland.
In januari evenwel werd minder uit
gevoerd dan in 1980, doch de uitvoer
was in februari al weer hoger dan
vorig jaar. De gemiddelde prijs ligt
tot nu toe op ongeveer gelijk niveau
als vorig jaar.
Van de oogst 1980 werden rond
60.000 ton aan zetmeelaardappelen
uitgevoerd vergeleken met 30 a
40.000 ton vorig jaar.
6