Luteijn: 25 miljoen
zorgvuldig besteden!
Boswet en Gemeentelijke
Kapverordening
1980-1981
D e wet gaat er dus vanuit, dat in
principe vellen is toegestaan, maar
heeft de mogelijkheid om in bepaal
de gevallen dit te verbieden. Wan
neer men met het verbod tot veilen
niet eens is kan men hiertegen in be
roep gaan bij de Kroon. Dit beroep
moet ingediend worden binnen 30
dagen na verzending van de weige
ring. Lijdt men schade als gevolg van
het verbod om te mogen vellen, dan
kan een verzoek om schadevergoe
ding ingediend worden bij de Minis
ter van Landbouw en bij de Minister
van Cultuur. Rekreatie en Maat
schappelijk Werk. Indien een ver
goeding wordt geweigerd kan men
ook daartegen in beroep gaan bij de
Kroon.
D oor de provincie en gemeente
kunnen aanvullende regels en/of
verordeningen worden gesteld. Zo is
er sinds enige tijd een voorstel van de
Tuinbouw-c.a.o.
goedgekeurd
B elangrijk is, dat de Gemeentelijke
Kapverordening vastgesteld moet
worden door de Raad van de Ge
meente. Hierdoor is het mogelijk dat
er verschillen zijn tussen de verorde
ningen van de diverse gemeenten.
Iedere burger en met name de agrari
sche bevolking, zal er goed aan doen
na te gaan wat door de betreffende
Raad is of wordt vastgesteld. Even
tueel kan nog invloed uitgeoefend
worden indien dit nodig blijkt te zijn.
D e met ingang van 1 januari 1981
ingevoerde oudedagsvrijstelling
geldt voor zowel gehuwde als voor
ongehuwde belastingplichtigen van
35 jaar of ouder (geboren voor 1 ja
nuari 1946). Zij mogen geen of slechts
een bescheiden oudedagsreserve in
de vorm van een pensioen, of lij
frente en/of kapitaalverzekering
hebben. De vrijstelling wordt ver
leend om een onbillijkheid ten op
zichte van pensioengerechtigden weg
te nemen. Om die reden wordt nu
voor het eerst een deel van hun ver
mogen aangemerkt als te zijn bes
temd voor verzorging van de oude
dag en om die redenen vrijgesteld
van vermogensbelasting door een
verhoging van de belastingvrije som.
D e maximale vrijstelling geldt voor
belastingplichtigen jonger dan 25
jaar - in beginsel óók indien zij min
derjarig! zijn - en bedraagt voor on
gehuwden (tariefgroepen 2 en 3)
204.000,— en voor gehuwden (ta
riefgroep 4) 292.000,- De vrij
stelling neemt met leeftijdsklassen
van 10 jaar af tot nihil bij het bereiken
van de 65-jarige leeftijd.
Landbouwschap
op de bres voor
drogerijen
groenvoeders
Het aangiftebiljet
B innenkort zullen de aangiftebiljetten voor de aangiften Inkomsten
belasting 1980 en Vermogensbelasting 1981 weer massaal worden
rondgestuurd.
Veilingomzetten C.V.Z.
e Boswet heeft tot doel het bewaren en instandhouden van bossen
en hout-opstanden. In zijn algemeenheid wil men dit bereiken door het
instellen van een meldingsplicht van een voorgenomen veiling, een
herplantplicht en eventueel een kapverbod.
Wil men bomen gaan vellen, dan moet dat voornemen meegedeeld
worden aan de direkteur van Staasbosbeheer. Deze mededeling moet
minstens één maand en hoogstens één jaar voor het kappen geschieden.
Is men zelf geen eigenaar van de te vellen boom, dan moet aan de
eigenaar eenzelfde-mededeling van de voorgenomen veiling worden
gedaan.
In de Boswet zijn een aantal gevallen
aangegeven waarin de meldingsp
licht niet geldt, n.L:
1. periodiek oogsten van de twijgen
van griend- en hakhout;
2. houtopstanden op erven en in tui
nen;
3. houtopstanden binnen de be
bouwde kom van de gemeenten;
4. populieren en wilgen in wegbe-
plantingen en in êénrijige beplantin
gen langs landbouwwegen;
5. Italiaanse populier, linde, paarde-
kastanje en treurwilg;
6. vruchtbomen en windschermen
om boomgaarden;
7. fijnsparren die dienen als kerstbo
men en jonger dan 13 jaar;
8. kweekgoed;
9. velling van bomen in goedgekeur
de bestemmingsplannen;
10. houtopstanden van een bos-
bouwonderneming welke is geregis
treerd bij het Bosschap.
Aanvullende bepalingen
Minister Albeda van Sociale Zaken is
alsnog akkoord gegaan met een her
ziene funktie-indeling en een loon-
aanpassing in de Tuinbouw-c.a.o.
1980-1981. De ingangsdatum hiervan
is echter niet 1 maart 1980, zoals
tussen de Landbouworganisaties en
de Voedingsbonden vorig jaar was
overeengekomen, maar is nu vast
gesteld op 1 juli 1980. Dit houdt in,
dat deze lonen met. terugwerkende
kracht moeten worden aangepast.
Deze toestemming van de Minister
was in dit geval nodig op grond van
het Algemeen Loonmatigingsbesluit
1980, dat begin vorig jaar werd afge
kondigd. De bij de Tuinbouw-c.a.o.
betrokken partijen hadden met steun
van het Landbouwschap een dispen-
satieverzoek bij Minister Albeda in
gediend.
Voorts is nu tevens toestemming
verleend voor de aanpassing voor de
weekend- en de afstandsvergoeding.
De overeengekomen verlenging van
de vakantie met één dag en de ver
hoging van het minimum der va
kantietoeslag zijn gedurende 1980
echter niet toegestaan. De c.a.o.-
boekjes, waarin het bovenstaande is
verwerkt, zullen omstreeks half fe
bruari verschijnen.
Met de huidige technieken kan een
boom best verplaatst wórden-
Vereniging van Nederlandse Ge
meenten voor een nieuw Model
Kapverordening.#De verwachting is,
dat veel gemeenten dit voorstel zul
len overnemen, met eventueel enkele
wijzigingen, aangepast aan de eigen
situatie.
In dit model wordt gesproken van
een houtopstand (enkelvoud). Dat
wil zeggen, dat ook één enkele boom
onder de verordening kan vallen.
Zonder schriftelijke toestemming
van B. en W. is het niet toegestaan
houtopstand te vellen of te doen vel
len anders dan bij wijze van dunning.
Dit verbod is niet van toepassing op:
wegbeplantingen en éénrijige be
plantingen op of langs landbouw
gronden, voor zover deze bestaan uit
populieren of wilgen; vruchtbomen
en windschermen om boomgaarden;
fijnsparren, jonger dan 13 jaar, bes
temd als kerstboom en geteeld op
daarvoor bestemde terreinen en op
kweekgoed.
Houtopstanden van een bosbouw-
onderneming welke is geregistreerd
bij het Bosschap vallen over het al
gemeen buiten de bepalingen van de
kapverordening. Een vergunning is
ook niet vereist indien moet worden
geveld krachtens de Plantenziekte-
wet.
Burgemeester en Wethouders moe
ten op een aanvraag beslissen binnen
60 dagen na binnenkomst van het
verzoek. Ze kunnen de beslissing met
ten hoogste 60 dagen verdagen. Dit
moet dan wel schriftelijk aan de
aanvrager worden meegedeeld. Is
geen beslissing genomen binnen de
De veilingomzetten in 1980 bedroe
gen voor de veilpunten Goes, Ka-
pelle, Krabbendijke en Terneuzen
respektievelijk 14.125.077,-,
13.728.790,-, 9.197.980,- en
5.813.050,-. Totaal komt dit neer
op een omzet van 42.813.050,- en
dat is meer dan in de jaren 1979 en
1978 toen de omzetten resp.
36.211.817 en 40.394.929,- be
droegen. De gemiddelde stijging van
de omzetten komt neer op 18,37% en
dat is iets meer dan het landelijk ge
middelde dat 18,1% bedroeg. Het
veilpunt Goes is relatief sterk geste
gen met 35,59% hetgeen toch wel een
aanwijzing is in de richting van de
fruitopstand mede als gevolg van de
ruilverkaveling. Betere waardering
van goede kwaliteit en nieuwe rassen
komt hierbij tot uitdrukking.
gestelde termijn, dan wordt geacht
dat de vergunning is geweigerd.
Als weigeringsgrond kan gelden het
handhaven van natuur- landschaps
of dorps/stadsschoon of om andere
redenen van milieubeheer.
Het is ook mogelijk, dat men wel een
vergunning krijgt, maar dat daarbij
een herplantplicht wordt opgelegd.
Tegen een weigering van de vergun
ning en ook tegen een herplantplicht
is beroep mogelijk bij de Raad van
de Gemeente en vervolgens bij de
Kroon. Indien men van mening is,
dat men schade lijdt als gevolg van
de beslissing van Burgemeester en
Wethouders, dan kan men een ver
zoek tot schadevergoeding indienen
bij de Raad van de Gemeente en in
latere instantie bij de Kroon.
Uit een vergelijking van de oude- en
nieuwe kapverordening blijkt, dat
het nieuwe model de gemeenten
meer bevoegdheden geeft. O.a. kan
bijvoorbeeld een herplantplicht op
gelegd worden als houtopstand op
een andere manier dan voor velling
te niet gaat. Ook wordt het dan mo
gelijk om redenen van milieubeheer
een vergunning te weigeren.
E.J. Westerveld
De vrijstelling neemt met leeftijds
klassen van 10 jaar toe tot een maxi
mum van 128.000.- voor onge-
huwden respectievelijk 183.000.-
voor gehuwden tot 74 jaar en valt
terug voor belastingplichtigen ouder
dan 75 jaar op een bedrag van maxi
maal 91.000,— voor ongehuwden
respectievelijk 130.000.— voor ge
huwden.
De met ingang van I januari 1981
De voorzitter van het Landbouw
schap, ir. D. Luteyn ging op de
woensdag 4 februari j.l. gehouden
openbare bestuursvergadering van dit
schap in zijn openingswoord nader in
op het bedrag 25 miljoen dat de
overheid aan de landbouw heeft toe
gekend ter ondersteuning van de
agrarische sektor. Hij zei van mening
te zijn "dat we zorgvuldig moeten
omspringen met dit geld. We moeten
proberen het zo te besteden dat het
effect zo groot mogelijk is. Het zal
ook toekomstgericht moeten zijn".
Continuïteit van zoveel mogelijk per
spectief biedende bedrijven en verbe
tering van de kwaliteit op een breed
gebied zal mijns inziens het thema
dienen te zijn voor de besteding van
dit extra geld. Luteijn deelde mee dat
het Landbouwschap zich positief
gesteld heeft achter het voornemen
van minister Braks om samen met het
bedrijfsleven en de banken een nieuw
financieringsinstrument te ontwikke
len. Een aantal bedrijven is door ex
terne omstandigheden, (met name
aan de rentestijging) in moeilijkhe
den geraakt. Probleemgevallen doen
zich vooral voor onder de groep be
drijven die aan het eind van de jaren
'70 met vreemd geld zijn overgeno
men, gemoderniseerd of vergroot.
Het LEI schat het aantal bedrijven
dat in dit jaar in moeilijkheden zou
kunnen geraken op 500 k 1.000. Het
nieuwe financieringsinstrument zal
op de problemen van deze bedrijven in
gaan spelen. Voorshands wil de mi
nister hiervoor 10 miljoen beschik
baar stellen. De regeling wordt zoda
nig opgezet dat van de banken ten
minste een evengrote bijdrage wordt
gevraagd. De Rabobank heeft al toe
gezegd hieraan te zullen meewerken.
Luteyn: "Het is overigens duidelijk
tevens ingevoerde interingsvrijstel-
ling geldt voor zowel gehuwde als
voor ongehuwde vermogensbezitters
jonger dan 65 jaar (geboren na 31
december 1915), die in de drie aan
het belastingjaar voorafgaande ka
lenderjaren geen of een klein inko
men genoten en deswege voor de
voorziening in hun levensonderhoud
zijn aangewezen op intering van hun
vermogen. Wegens deze in de toe
komst te verwachten intering wordt
een deel van hun vermogen vrijges
teld van vermogensbelasting door
een verhoging van de belastingvrije
som.
Een ding is wel duidelijk en wel dit dat
deze nieuwe regelingen een bijdrage
aan de werkgelegenheid leveren.
Paauwe.
dat met een bedrag van 10 miljoen
slechts een beperkt aantal bedrijven
geholpen kan worden. Er zullen dan
ook duidelijke criteria nodig zijn voor
het beoordelen van de aanvragen. In
probleemsituaties zal ook de RZ zijn
functie moeten blijven vervullen. Het
mag immers niet de bedoeling zijn dat
met de komst van de bijzondere be-
drijfs-kredietregeling de RZ-moge-
lijkheden worden uitgehold".
Daarnaast zullen wij ons moeten af
vragen wat er verder nog kan worden
gedaan. Ik denk hierbij ondermeer
aan toepassing van de WIR bij be-
drijfsoverdracht. Ten aanzien van be-
drijfsoverdrachten is overigens spra
ke van duidelijke terughoudendheid.
Hierbij spelen onzekere toekomst
perspectieven zeker een rol. Maar
fiscale belemmeringen zijn evenzeer
in het geding (er dient bijv. een op
lossing te komen voor het z.g. pach
tersvoordeel).
Met de minister van Landbouw
hebben wij, behalve over de al ge
noemde bedrijfskredietregeling, ook
van gedachten gewisseld over een
meerjarige PCW-regeling, gericht op
verbetering van de -grondstructuur.
Grond blijft immers een factor die
essentieel is voor onze concurrentie
kracht. Bovendien gaat van een
PCW-regeling een stimulans uit naar
de werkgelegenheid. Ook voor re
gio's waar de landbouw er structu
reel gezien niet rooskleurig voor
staat, kan zo'n regeling gunstig wer
ken.
De positie van de drogerijen van
groenvoeders in Nederland is zodanig
verzwakt, dat een aantal van deze
ondernemingen de poorten heeft
moeten sluiten. Door de sterk geste
gen energieprijzen van de laatste ja
ren en een onvoldoende aangepaste
EG-steunregeling voor gedroogde
groenvoeders moet gevreesd worden,
dat een definitief einde van deze dro
gerijen in ons land zeer nabij is. Te
meer, daar deze bedrijven het ko
mende seizoen opnieuw een forse
verhoging van de gasprijs te wachten
staat.
Het Landbouwschap, dat over de
zorgelijke situatie waarin de droge
rijen verkeren een brief heeft ge
schreven aan minister Braks, Visse
rij, vindt dat er op een tweetal fron
ten maatregelen moeten worden ge
troffen. De EG-steunregeling voor
gedroogde groenvoeders (van belang
voor de marktpositie van het pro-
dukt) zal aanzienlijk verbeterd moe
ten worden. Het Landbouwschap
denkt aan een verhoging van de hui
dige streefprijs met 20% en een ver
hoging van de vaste subsidie in het
kader van de EG-steunregeling met
eveneens 20%.
Volgens het Landbouwschap is de
betrokken drogerij-sektor intensief
bezig aan een onderzoek naar ener
giebesparing, waarbij ook het moge
lijke gebruik van andere brandstof
fen wordt "meegenomen". Het
Landbouwschap is van mening dat
voor dit onderzoek een grotere on
dersteuning noodzakelijk is. Als het
onderzoek resultaat oplevert zou op
de ombouw van de ovens een subsi
die gegeven moeten worden. Zolang
van deze ombouw geen sprake is zal
er, zo meent het Landbouwschap,
een tussenoplossing gevonden die
nen te worden. Het Landbouwschap
noemt in dit verband het verstrekken
van achtergestelde leningen tegen
een dragelijke rente en het terugslui
zen van de verhoging van de brand
stofprijs.
De meest belangrijke wijzigingen voor de Vermogensbelasting 1981 zijn
wel de invoering van een oudedagsvrijstelling en een interingsvrijstel-
ling. Belangrijk is ook dat in de toekomst de bedragen van de vrijges
telde vermogensbestanddelen (ondernemingsvrijstelling en vrijgestelde
sommen) jaarlijks aan de inflatie worden aangepast.
Indien een ondernemingsvrijstelling wordt genoten wordt deze gekort
op de oudedagsvrijstelling. Men kan dus niet beide volledig genieten.
3