POOTAARDAPPELENPROJEKT SLAAT AAN
Aardappelteelt en
-verwerking in 1980
AARDAPPELOOGST IN DE
GEMEENSCHAP
Landelijke aktie bevordering
bedrijfshygiëne bij teelt
pootaardappelen
Import chrysanten in Verenigd
Koninkrijk hervat
NOORD - JEMEN:
Rekorduitvoer
aardappelen
ijr\
Regeling wegvervoer vee en pluimvee aangepast
Even ten noorden van de Noordjemenitische stad Dhamar worden op
projektterreinen van zeven en negen hektare en op landerijen bij boeren
in de omgeving pootaardappelen vermeerderd. Het pootgoed gaat na
vermeerdering naar boeren die konsumptieaardappelen telen en ver
kopen. Verhoging van kwaliteit en produktie is het doel van het poot-
aardappelprojekt, waarbij Nederland al sinds begin 1977 betrokken is.
Aardappelen vormen een aantrek
kelijk gewas, maar zij moeten met
zorg worden gepoot, geteeld en ge
koeld, hetgeen de nodige deskun
digheid vereist. Van de ruim 10 mil
joen gulden die Nederland aan het
pootaardappelprojekt besteedt
wordt o.m. pootgoed geleverd en is
in 1979 koelhuis voor de opslag ge
bouwd. Deskundigen Arie Breure
(projektleider) en Henk Barneveld
houden zich bezig met de produktie
en administratieve leiding terwijl
vrijwilliger Hendrik de Vries werkt
als onderhoudsmonteur in het koel
huis nabij Dhamar.
Jaarlijks wordt vanuit Nederland 30
ton pootgoed geïmporteerd dat in
Noord-Jemen twee keer wordt ver
meerderd voordat het naar de kon-
sumptie-telers gaat. Een deel van
deze aardappelen wordt vermeer
derd op het projektterrein, waarbij
goed wordt gelet op de bewerking
van de grond. Bij het ploegen is het
bijvoorbeeld noodzakelijk dat de
kluiten grond niet te groot zijn; im
mers het plantbed moet los zijn zodat
de aardappelen op 25 centimeter
"diepte kunnen worden bedekt.
Een ander deel van het Nederlandse
pootgoed gaat rechtstreeks naar een
achttal boeren, die naast hun eigen
gewassen ook belangstelling hebben
voor vermeerdering van pootaar-.
dappelen. Hebben zij eenmaal een
kontrakt met het pootaardappelcen-
trum om een paar hektare land met
pootgoed te planten dan wordt hun
land omgeploegd en krijgen zij te
vens kunstmest geleverd. Als het
goed is moet de 30 ton pootgoed na
vermeerdering in totaal 1000 ton op
leveren. De hoogste produktie die tot
dusver is gehaald bedraagt zo'n 600
ton.
Hoewel het projekt onder de gegeven
omstandigheden redelijk verloopt
zal het waarschijnlijk niet mogelijk
zijn om het in 1982 definitief aan de
Jemenieten over te dragen, zoals
aanvankelijk was gepland. De twee
zogenaamde "counterparts", die
aanvankelijk werden toegezegd, zijn
nooit gekomen. Een tijdelijke coun
terpart, die in 1978 werd aangesteld,
verdween snel. Uiteindelijk kwam
min of meer toevallig de Soedanees
Tot 1 december werd van oogst 1980
380.000 ton aardappelen uitgevoerd
vergeleken met 244.000 ton vorig sei
zoen.
Naar Duitsland, waar de oogst
tegenviel, werden 215.000 ton uitge
voerd, 50.000 ton meer dan in 1979.
Door de uitvoer van 62.000 ton naar
Oost-Duitsland steeg de derde lan-
denexport tot 134.000 ton (36.000).
Naar Amerikaanse landen gingen
32.000 ton of 28.000 ton meer dan
voi^g jaar. Argentinië was met 20.000
ton een groot afnemer.
v.d.W.
Omar, die behoorlijk Engels spreekt
en goed kan organiseren. Helaas zal
Omar ook niet eeuwig blijven, want
hij is gastarbeider en zal uiteindelijk
weer weg moeten.
Ook de administratieve kant van het
projekt is nog niet door Jemenieten
overgenomen. Volgens Arie Breure
wacht het projekt al anderhalf jaar
op een behoorlijke boekhouder. Drie
kandidaten werden afgewezen om
dat ze niet geschikt waren, een Soe-
danese kandidaat mocht van de
overheid niet worden aangenomen
omdat hij teveel zou verdienen voor
zijn kwalifikatie. En nu zit er een
Egyptenaar die niet zelfstandig kan
werken zodat Breure zich er zelf mee
moet bezighouden.
Dergelijke problemen leggen veel
beslag op de tijd van de deskundi
gen, die zich naast de produktie en
administratie ook bezig moeten
houden* met voorlichting aan de
boeren en variëteiten- en kwaliteit
sonderzoek ter verbetering van de
produktie. Henk Barneveld vertelt
dat de Nederlanders teleurgesteld
zijn over de voorlichting aan de boe
ren die in het kader van andere pro
gramma's zou worden gegeven en
waar weinig van terecht komt. Om
dat de deskundigen het onzin vinden
om pootgoed te leveren zonder de
betrokkenen goed voor te lichten
gaan zij zelf ook bij de boeren op
bezoek. Tenslotte vergt het aanko
pen en telen van aardappelen van de
boeren een hele investering, die er op
een gegeven moment weer uit moet
komen.
Voor de toekomstige overdracht van
het projekt is het ook belangrijk dat
er geschikte Jemenieten komen voor
de bediening en onderhoud van het
aan de projektkantoren grenzende
koelhuis annex opslagplaats voor
kunstmest en materieel. Het moder
ne geprefabriceerde koelhuis heeft
10 koelcellen met een kapaciteit van
v --a
Irrigatie van een stuk land, waarop
een kontraktboer pootgoed vermeer
dert (foto: Nico Commijs)
Hoewel de laatste jaren de aardappelprijzen bepaald niet hoog waren, is
het areaal aardappelen toch aanzienlijk uitgebreid, aldus dr. C.H.J. van
Beukering voorzitter van het Hoofdproduktschap Akkerbouwproduk-
ten tijdens zijn nieuwjaarsrede voor het bestuur van dit schap. Verge
leken met de prijzen van de marktordeningsprodukten zoals suiker,
bieten en granen, blijkt de aardappel nog het beste uit de bus te komen.
Dat is mede te danken aan de akti-
viteit van handel en industrie die er
De aardappeloogst in de 9 lidstaten van de Gemeenschap zal met 35,5
miljoen ton, slechts weinig kleiner zijn dan in 1979, toen de geraamde
opbrengst 35,8 miljoen ton was.
Bij deze cijfers, verstrekt door het Produktschap voor Aardappelen is
nog geen rekening gehouden met vorstschade in de verschillende lan
den.
Vooral in België zou de schade nogal
fors zijn, te weten naar raming
100.000 ton, door aantasting van
rond 5000 ha. In Nederland is de
schade, afgezien van het veenkolo
niale gebied geringer.
Enkele lOOen ha zijn met name in het
zuidwesten en in het Peelgebied door
de vorst aangetast en gedeeltelijk
verloren gegaan. Op de gehele
marktvoorziening heeft een en ander
geen invloed. In Duitsland is de
oogstopbrengst slecht geweest,
waardoor Frankrijk en Nederland
belangrijke afzet verkregen hebben
tot nu toe. Ook in Frankrijk en En
geland was de oogst zeer goed. De
voorlopige opbrengstcijfers van de
partnerlanden luiden als volgt:
in 1000 ton
Nederland
Duitsland
Frankrijk
Italië
België/Luxemburg
Engeland
Ierland
Denemarken
Totaal
1980
6267
8000
8219
3070
1115
6956
1161
780
35.568
Zowel de uitvoer uit Nederland als
uit Frankrijk was hoger dan ooit,
mede door de goede afzet in derde
landen.
De uitvoer_uit Frankrijk wordt ge-
1979 1978
6277 6231
10.100 10.505
7125 7440
2967 2801
1178 1640
6271 7290
1054 1070
852 1009
35.824 37.986
subsidieerd, mede waardoor het
waarschijnlijk mogelijk werd dat
naar Argentinië en Brazilië meer
aardappelen uit Frankrijk dan uit
Nederland werden uitgevoerd.
steeds in slagen een grotere export en
verwerking te bereiken. De toename
van de verwerking in 1980 tot rond
750.000 ton is spektakulair, aldus van
Beukering.
Bij een rekordoogst en een aanvan
kelijk slechte marktsituatie verbeter
de deze door incidentele exportmo
gelijkheden naar Oost-Duitsland en
Zuid-Amerika.
Momenteel vindt alleen export naar
West-Duitsland plaats. Gelet op de
nog stijgende transportkosten zal het
aardappelbedrijfsleven afhankelijk
blijven van de afzetmogelijkheden
op de nabije markten. Daarbij speelt
de kwaliteit een doorslaggevende rol.
Uitbetaling naar kwaliteit
Gezien de toenemende toepassing
van de uitbetaling naar kwaliteit en
de belangstelling voor akties, zoals
die ter beperking van oogst- en tran
sportbeschadigingen, zijn we op de
goede weg, aldus van Beukering. Hij
pleitte daarbij voor een toenemende
éebondenheid tussen de verschillen
de schakels van teelt, afzet en ver
werking.
Landbouwzaaizaden
De gemeenschappelijke EG Markt
ordening voor landbouwzaaizaden
heeft in veel opzichten goed gefunk-
tioneerd, vooral voor Nederland
sinds deze sinds 1980 van toepassing
is op enkele voor ons land belang
rijke soorten landbouwpeulvruch-
ten. De vooruitzichten voor 1981
worden bemoedigend geacht en het
ziet er naar uit dat het graszaadareaal
in ons land nog enigszins zal worden
uitgebreid.
v.d.W.
Een van de twee pootmachines van
het aardappelprojekt bij Dhamar in
aktie (foto: Nico Commijs)
in totaal 1000 ton. Het bedienen van
het Vegelpaneel met tientallen knop
pen en lampen kost Hendrik de Vries
geen moeite. Maar gaat er iets mis of
valt de stroom uit, dan gaat er ook
iets mis met de opgeslagen aardap
pelen (bij temperaturen boven de 4
graden lopen de piepers uit).
Het pootaardappelenprojekt is, kor
tom, een zaak die in Noord-Jemen
zeer levensvatbaar is en belangstel
ling heeft van de boeren. Het uit
eindelijk welslagen valt of staat ech
ter met het vermogen van de Jeme-
nitische overheid om het werk te la
ten overnemen door de juiste men
sen.
(Intern. Samenwerking)
Het is voor de Nederlandse pootaardappelteelt van groot belang, dat
de verspreiding van gevaarlijke ziekten als zwartbenigheid, stengel-
natrot en phoma zoveel mogelijk wordt voorkomen. Er zijn zeker
mogelijkheden voor de individuele teler om maatregelen te nemen,
die de kans dat gevaarlijke ziekten zijn bedrijf binnendringen of zich
daar verspreiden sterk kunnen verkleinen. Dit geldt eveneens voor de
centrale sorteerbedrijven.
De Nederlandse Aardappel Associatie (NAA) waarin alle geledingen
van het aardappelbedrijfsleven zijn vertegenwoordigd, acht bevor
dering van de bedrijfshygiëne bij de teelt en bewerking van pootaar
dappelen een zo belangrijke zaak, dat zij onlangs het initiatief heeft
genomen voor een landelijke aktie op dit terrein. Begin januari heeft
de NAA hiertoe een begeleidingskommissie geïnstalleerd, die tot
taak heeft deze landelijke aktie voor te bereiden en daarna te bege
leiden. Het is de bedoeling om in de komende herfst met deze aktie te
starten. In de begeleidingskommissie zijn pootaardappelbedrijfs-
leven, landbouwvoorlichtingsdienst, NAK en enkele instituten voor
landbouwkundig onderzoek vertegenwoordigd. De kommissie bes
taat uit de volgende personen:
ir. C.D. van Loon (PAGV) - voorzitter; ing. D. van der Wal (CAD
Planteziekten in de Landbouw) - sekretaris; ing. A. Vermeer (PCC);
J. Garvelink (NFP); A.J. Lamse (NFP); ir. P. Oosterveld (NAK);
ing. J. Doornbos (Keuringsdienst N.O. Nederland van de NAK); ing.
B. Soer (Ministerie van Landbouw); ir. Th. de Bruin (PD); ir. P.
Kleijburg (PD); ing. A. Schepers (PAGV); dr.ir. C.J.A. Barel (CAD
Planteziekten in de Landbouw); ing. J.T. Andringa (CAD Land
bouwwerktuigen en Arbeid); ing. J. Meems (CAR Emmeloord) en ir.
A.J. Riemens (CRA Leeuwarden).
Minister Braks heeft in overeen
stemming met de staatssekretaris van
verkeer en waterstaat de beschikking
Wegvervoer vee en pluimvee van 14
juli 1980 vervangen.
Gebleken is, dat die beschikking nog
enige aanpassing behoefde aan de
praktijk, terwijl tevens enige aanpas
sing ten aanzien van het vervoer van
ééndagskuikens noodzakelijk was.
Omwille van de overzichtelijkheid is
gekozen voor een geheel nieuwe be
schikking.
De voornaamste wijzigingen t.o.v. de
voorgaande regeling zijn:
indien een voertuig niet meer
voldoet aan de eisen heeft de di-
rekteur van de Veterinaire Dienst
de bevoegdheid het goedkeu-
ringsbewijs en de dierenvervoer-
plaat terug te vorderen;
nadere eisen worden gesteld
m.b.t. de grootte van resp. de
plaatsen waar de ventilatie-ope-
ningen zich moeten bevinden:
in een nieuw artikel is de vrije
ruimte geregeld boven de hoofd
en resp. koppen van paarden en
runderen;
de verplichting om bij internatio
naal vervoer van varkens, dat
langer dan 18 uur duurt een
drinknippelinstallatie aanwezig
te hebben, treedt op 1 juli 198J in
werking;
in het artikel over het vervoer van
ééndagskuikens wordt o.m. de
beschikbare ruimte per dier gere
geld. Daarnaast is het maximum
aantal dieren per doos bepaald en
worden regels gegeven t.a.v. de
belading.
Het ministerie van landbouw en vis- De invoer zal bepaald blijven tot
serij heeft vernomen dat Engeland produkten, afkomstig van Neder-
met ingang van 19 januari 1981 de landse bedrijven, die na speciale in-
invoer van chrysantenbloemen en spectie vrij zijn bevonden van de
chrysantenpotplanten, afkomstig uit mineervlieg en van Japanse roest.
Nederland, zal toestaan voor een pe
riode van vier weken.
15