BEHANDEL UW WINTER 4* WORTELEN MET VEEL ZORG" KENYA, voor wie de winter ontvlucht H et leeuwedeel van de winterwortelen wordt mechanisch geoogst. Sommigen zijn hiermede al ruimschoots begonnen, terwijl anderen de komende weken met de oogstwerkzaamheden van start zullen gaan. Belang rijke zaken bij het rooien zijn het tijdstip en het voorkomen van breuk en/of beschadigingen. Dit laatste heel speciaal indien het produkt ook nog tijdelijk moét worden bewaard. Winterwortelen laten zich namelijk vrij moeilijk bewaren. A fhankelijk van de gemaakte af spraken worden de wortelen na het rooien afgevoerd naar de fabriek of tijdelijk opgeslagen. Bij het bewaren moet men goed beseffen dat dit nog steeds een hele toer is. Wortelen produceren tijdens de bewaring veel warmte, waardoor snel broei en ver volgens rotting ontstaat. Voorop kan worden gesteld, dat alleen sterke,, gezonde wortelen voor bewaring in aanmerking komen. Vervolgens is het van belang dat het produkt vrij is van onkruid en loofresten. D, H ierbij moeten wij allereerst on Oogstmethoden Bewaring Bewaring aan de hoop Bewaring in het koelhuis OP TIJD OOGSTEN Bij de vaststelling van het oogsttijdstip voor de normale winterwortelen gelden enkele kriteria. Allereerst zoekt men naar het tijdstip waarop de hoogst mogelijke kg-opbrengsten worden verkregen. Ervaringen hebben geleerd dat deze onder normale omstandigheden rond half oktober kunnen worden bereikt. Vervol gens dienen de wortelen eveneens een goede rode kleur te bezitten, hetgeen in deze periode vrijwel altijd het geval is. Een ander facet dat pleit voor de oogst in oktober - begin november zijn de weersomstandigheden. Het is genoegzaam bekend dat, naarmate het seizoen vordert, de neerslagkansen toenemen en dus de rooiwerkzaamheden worden bemoeilijkt. Ook neemt de kans op vorst bij het later rooien aanzienlijk toe. Het zou niet de eerste keer zijn dat een novembervorstje de hele opbrengst verloren doet gaan. Ook speelt bij de bepaling van het oogsttijdstip de bestemming van het produkt een rol. Wortelen die meteen na de oogst kunnen worden afgeleverd, verdragen een latere oogstdatum dan wanneer ze moeten worden bewaard. Lichte beschadigingen van de koppen van de wortels vormen bij direkte aflevering veelal nauwelijks problemen, maar indien het produkt voor bewaring bestemd is, kan dit zelfs onoverkomelijk zijn. Ten slotte geldt ook nog dat een overrijpe wortel - hetgeen zeker het geval is indien de oogst eind november plaatsvindt - aan bewaarbaarheid inboet. H et grootste gedeelte van de win terwortelen wordt met de machine geoogst. Dit laatste neemt echter niet weg dat het met de hand oogsten al tijd nog de beste methode is, daar hierbij nauwelijks beschadigingen, ontstaan. Helaas vraagt dit veel ar beid, waardoor het in de praktijk beperkt blijft tot veelal de kleinere percelen. Hulpmiddelen die hierbij worden gebruikt zijn o.a. lichters welke onder de wortels door worden getrokken, waardoor het uittrekken geen probleem meer vormt. Een an dere methode is met een ploeg zo dicht mogelijk langs de rij wortels ploegen en daarna de wortels met de hand optrekken. Voor het mechanisch oogsten zijn verschillende machines beschikbaar. Bij het gebruik hiervan dient men zich steeds te richten op het voorko men van beschadigingen en niet te "schoon" rooien. Breuk en bescha digingen ontstaan vooral tijdens de overgang van het produkt van de rooier naar de verzamelbak. Dit laatste vooral naarmate de valhoogte groter is. Overigens bereiken som migen hierbij goede resultaten door de val te breken met behulp van een jute zak die gevuld is met stro. Door telkens deze zak te verplaatsen neemt het percentage breuk aan zienlijk af. Verder is het van belang dat wortelen bestemd voor bewaring enige aanklevende gronddeeltjes be vatten. Naast struktuur en vochttoe- stand van de grond is de rijsnelheid ing. A.J. van Oijen Konsulentschap voor de Tuinbouw te Tilburg tijdens het rooien hierop van grote invloed. Ofschoon elke machine min of meer zijn eigen 'rijsnelheid nodig heeft, geldt in het algemeen dat naarmate men langzamer rijdt, méér grond aan de wortels wordt behou den. Stem dus tijdens de oogst de rijsnelheid af, afhankelijk van de bestemming van het produkt. Opgemerkt moge worden dat ook wanneer aan alle bovengenoemde feiten wordt voldaan, niet de garantie is verkregen voor een goede bewa ring. Elk jaar opnieuw doen zich ge vallen voor waarbij ondanks dat aan vrijwel alle punten voldaan is, nog een behoorlijk percentage rot optreedt. Overigens treden bij bewaring altijd verliezen op die echter beperkt kun nen worden indien het een en ander met de nodige zorg plaatsvindt. Oogsten zodra het gewas volgroeid en op kleur is it is een methode die al jarenlang wordt toegepast en ook wel enige perspektieven biedt, vooral bij vrij korte bewaarperioden. De eerste voorwaarde hierbij is dat de hoop, ofwel kuil, wordt aangelegd op een hoog gedeelte en op een plaats die onder gunstige weersomstandighe den goed bereikbaar is. De bodem breedte van de kuil moet liefst niet méér bedragen dan 1.50 m en de hoogte 1.30 m. Na het storten wordt er dan een dun laagje grond over de kuil geschept om uitdrogen tegen te gaan. Zijn de wortelen droog en schoon, dan verdient het aanbe veling tijdens het storten er af en toe een schep grond tussen te strooien. Over de dunne grondlaag komt een laag bladriet en/of stro dat hier en daar met wat grond wordt vastgezet. Het extra winterdek brengen wij pas zo kort mogelijk vóór het invallen van de vorst aan en dient telkens bij open weer te worden verwijderd. Dit laatste kan bestaan uit een extra laag stro, grond, plastik enz. Gezien de grote arbeidsbehoefte die deze me thode vraagt, vindt toepassing voor namelijk plaats bij kleinere percelen. derscheid maken tussen luchtge- koelde en mechanisch gekoelde be waarplaatsen. In het eerste geval hebben wij veelal te maken met een schuur waarin een luchtkoeling is aangebracht. Voordelen van een dergelijke bewaarplaats t.o.v. bewa ring in de kuil zijn de grotere invloed op de temperatuur en de mogelijk heid tot afleveren bij strenge vorst. Bovendien zijn de ventilatiemoge- lijkheden groter. Een nadeel is dat men t.a.v. de temperatuur min of meer afhankelijk is van de buiten temperatuur. Vooral in zachte win ters kan het in bepaalde periodes erg moeilijk zijn de gewenste tempera tuur 1 graden C) te verkrijgen. In een mechanisch gekoelde ruimte, waarbij men spreekt over een koel cel, heeft men wat meer mogelijkhe den. Bij een goede afstelling is het mogelijk een konstante koeltempe- ratuur aan te houden, welke de koelkwaliteit positief beïnvloedt. Zowel in de luchtgekoelde alsmede de mechanisch gekoelde bewaar- ruimte zijn volgens het Sprenger In stituut de beste bewaaromstandig heden voor winterwortelen een tem peratuur van 1 graden C en een relatieve luchtvochtigheid van 95 - 98%. Het zal duidelijk zijn, naarmate men langer wil bewaren (3 a 5 maanden), dat de mechanisch ge koelde bewaarruimte de voorkeur verdient. Met de hand rooien, de beste bewaarmogelijkheden Vooruitlopend op de publikatie van het reizenprogramma 1981, die zal verschijnen in de Kerst- en Nieuwjaarsnummers van het Land- en Tuinbouwblad, is het van belang u al bekend te maken met de moge lijkheid deel te nemen aan de AGRARISCHE STUDIEREIS naar KENYA. De 17-daagse vliegreis/rondreis per mini-bus is vastgelegd voor de perio de 15 t/m 31 januari 1981; prijs on geveer 4.250,— per persoon, alles inbegrepen. KENYA behoort tot equatoriaal Oost-Afrika en vertoont in land schappelijk, etnisch en ekonomisch opzicht een grote verscheidenheid. In KENYA woont een groot aantal verschillende stammen en rijn ak kerbouw en veeteelt de estaans bron van de overgrote meerderheid van de bevolking. De hoofdstad Nairobi is een grote, internationaal georiënteerde stad, waarmee de ver spreid liggende dorpen van de vele stammen die tot de oorspronkelijke bevolking behoren, een tegenstelling zijn. Het binnenland van KENYA bestaat uit hoogvlakten, glooiend heuvel land, enkele meren en de 5199 m hoge Mount Kenya, bedekt met eeuwige sneeuw. KENYA heeft zeer droge woestijn- en steppegebieden, weelderige tropische vegetatie met prachtige palmen, overdadig bloei- Hutten van inboorlingen in het Hoogland van Kenya. Modder en gras afkomstig uit de omliggende sa vannes vormen het materiaal voor de primitieve hutten. ende bomen en struiken, zeldzame orchideeën, en vruchtbare land bouwgronden. En dan de beroemde wildparken, waarvan er vier bezocht worden. Hier leeft het grote wild: olifanten, giraffen, luipaarden, leeu wen, hyena's, apen, zebra's en schit terende vogelsoorten, ongestoord en in hun natuurlijke omgeving. Het programma van de AGRARI SCHE STUDIEREIS naar KENYA omvat o.m. rechtstreekse vluchten Amsterdam-Nairobi en terug per KLM; overnachtingen in eerste klasse "westerse" hotels in Nairobi, Embu, Meru, Samburu Game Re serve, Nakuru, Kisumu, Kericho, Masai Mare Game Reserve, Ambo- seli Game Reserve en Tsavo Natio nal Park West. Naast de verblijven in de wildparken worden bezoeken af gelegd aan agrarische bedrijven en projekten, zowel akkerbouw als vee teelt, zijn er officiële ontvangsten door vertegenwoordigers van het Ministerie van Landbouw van Ke nya, ontmoetingen met plaatselijke bestuurders en Kenyaanse boeren. Als u aan de AGRARISCHE STU DIEREIS naar KENYA deelneemt, moet u zich voorbereiden op een op windende ervaring, zoals u nooit eer der in uw leven had! Op maandag 8 december 1980 wordt in Arnhem een informatie-bijeen komst gehouden ter voorbereiding van de deelnemers op de reis. Voor informatie en aanmelding, zo wel voor de reis naar KENYA als voor de bijeenkomst op 8 december 1980, kunt u bellen naar het sekreta- riaat van AGRARISCHE STUDIE REIZEN, mevrouw L. Deumer, tij delijk: 085--427784. 19

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1980 | | pagina 19