Een hele zorg minder....
lifc m m
'Ruilverkaveling De Poel-Heinkenszand
passend in deze tijd
Taak Waterschappen
zal nog verder worden
verbreed
V orige week vrijdag is in het dorpshuis te 's Gravenpol
der de akte van toedeling van de ruilverkaveling de Poel-
Heinkenszand ten overstaan van notaris Ghijzels verle
den.
M et de totstandkoming van deze ruilverkaveling is nog
weer eens overduidelijk gebleken hoe belangrijk ruilver
kavelingen zijn om de landbouw struktureel te verbete
ren. Zowel bij het ministerie van landbouw als bij de
georganiseerde landbouw staat ruilverkaveling boven
aan de lijst als het gaat om maatregelen ter verbetering
van de positie van boer en tuinder. Maar desondanks is
het niet mogelijk meer gebieden tegelijk aan te pakken.
Dat is niet mogelijk omdat er onvoldoende financiële
ruimte is, maar ook doordat de voorbereidingsprocedure
steeds meer tijd in beslag gaat nemen.
Voorlopig geen
EEG-aardappelregeling
zuidelijke landbouw maatschappij
De oogst van hardfruit is weer binnen. In het algemeen is men in deze sektor over het
seizoen 1980 redelijk tevreden. De vorstschade in dé eerste week van november is gelukkig
beperkt gebleven in ons gebied. Meer hierover kunt u o.m. lezen in de rubriek "Tuin-
'bouwklanken".
Vanuit de Z.L.M. gezien
Ruilverkaveling hoog op de ranglijst
Burgers
VRIJDAG 14 NOVEMBER 1980
tuinbouwblad
z.l.m
w
Daarmee is de fase van toedeling van deze ruilverkaveling
afgesloten. Dit schrijvende lijkt dit een simpel gebeuren,
maar zij die nauw betrokken zijn geweest bij deze verka
veling hebben dat wel anders ervaren. Bij ruilverkaveling
gaat het niet alleen om zakelijke rechten, nee er worden
ook belangen en verhoudingen overhoop gehaald waar
men in de loop der jaren vertrouwd aan is geraakt.
Men raakt gehecht aan de grond die men jaar in jaar uit
bewerkt heeft. Pas wanneer opnieuw de ploeg in het
verkavelde perceel gezet kan worden is er de zekerheid
om te kunnen zeggen dat ruilverkaveling een goede zaak
is geweest. En dat de ruilverkaveling de Poel-Heinkens
zand een goede zaak is geweest daar was afgelopen vrij
dag bij de boeren geen verschil van mening over.
Er is door de Landinrichtingsdienst in nauwe samenwer
king met de ruilverkavelingskommissie veel werk maar
ook moeilijk werk verricht.
Ik meet dat niet aan het aantal bezwaarschriften dat be
handeld moest worden. Daar is men als het ware op
voorhand op berekend. Veel moeilijker is het geweest een
verantwoord plan uit te werken in een landschappelijk
gevoelig gebied als de Poel.
Een landschappelijk gevoelig gebied dat vanaf de aan
vang veel aandacht heeft gehad bij de voorbereiding en
de uitvoering van deze ruilverkaveling. De ruilverkaveling
de Poel- Heinkenszand zal de geschiedenis ingaan als de
verkaveling waar de eerste beheers- en onderhoudsover-
eenkomsten zijn afgesloten. De overeenkomsten zijn op
voorstel van de landbouw tot stand gekomen. En daar
mee heeft de landbouw duidelijk aangetoond dat, met
traditionele ruilverkaveling, zoals men dat nu pleegt te
noemen, een goede harmonie kan ontstaan tussen land
bouw en landschap. Mogelijk is het ook geweest 70 ha
rekreatiegebied (bosaanplant) voor de gemeente Goes te
realiseren. Maar ook de schade, aan het gebied veroor
zaakt door de aanleg van een snelweg, is beperkt ge
bleven. Verder is het vanuit landbouwkundig oogpunt ge
zien belangrijk dat 57 fruitteelt-, akkerbouw- en vee
teelt/gemengde bedrijven, respektievelijk 10, 30 en
25 ha vergroot zijn. Hierdoor is er ook wat bedrijfsgrootte
betreft duidelijk een strukturele verbetering tot stand ge-
komen. Anders gezegd, hier is een duidelijk middenbe-
drijven-beleid gevoerd. Een woord van veel waardering
aan allen die hebben meegewerkt aan de totstandkoming
van deze verkaveling is dan ook zeker op zijn plaats. En
dan wil ik toch wel met name de ruilverkavelingskom
missie noemen. Kritiek is hen niet bespaard gebleven. Zij
zijn echter standvastig gebleven. Daar hebben wij respekt
voor en ik ben er van overtuigd dat degene die nu nog
kritiek heeft met het voortgaan der jaren zal zeggen dat er
goed werk is verricht.
Ik ben dan ook van mening dat het nodig is, in gebieden
die voorlopig niet voor ruilverkaveling in aanmerking ko
men, naar andere mogelijkheden te zoeken.
Het ziet er bepaald niet naar uit dat op enigszins korte
termijn een E.E.G.-aardappelregeling tot stand komt.
Dat bleek uit besprekingen van de speciale EG Commissie
Landbouw waar men zonder enige overeenstemming uit
elkaar ging.
Men wil nog trachten tot een zekere mate van overeen
stemming over een zachte regeling te komen, opdat de
Raad daar in zijn vergadering van 8 en 9 december mee
kan bezig houden.
De toetreding van nieuwe leden van de Gemeenschap en in
het bijzonder de toetreding van Griekenland tot de Ge
meenschap per 1 januari a.s. heeft de kwestie gekompli-
ceerder gemaakt.
Voorzitter Unie van Waterschappen
Op de jaarvergadering van de Unie van Waterschappen maandag
j.l. in Utrecht, is o.m. het ontwerp van Wet op de Waterhuis
houding besproken. In zijn jaarrede liet voorzitter mr. Th.A.J.
Vosters de ontwikkelingen die het waterschapsbestel de afgelo
pen decennia heeft doorgemaakt, de revue passeren. Daarbij
wees hij o.m. op het schaalvergrotingsproces waarbij het aantal
waterschappen in 25 jaar is teruggebracht van 2500 naar 250.
Deze en andere veranderingen hebben volgens de voorzitter het
waterschapsbestel in positieve zin beinvloed. Ingenomen zei hij
te zijn met het feit dat in de nieuwe grondwet en in de in voorbe
reiding zijnde Waterschapswet aan het waterschap een eigen
plaats wordt toegekend. Wel zei de heer Vosters te verwachten
dat de waterschappen rekening moeten houden met een verbre
ding van hun taken voortvloeiend uit de veelheid van belangen die
te maken hebben met de bodem als leef-, woon- en werkruimte.
Zo zal de Wet on de waterhuishouding het waterschapsbestuur
verplichten tot het vastleggen van een beleid in een beheersplan
met de daaraan verbonden talrijke overlegsituaties en een gro
tere openbaarheid naar belanghebbenden. Niettemin volgens de
voorzitter blijft de kracht van het waterschap dat het een funk-
tioneel beperkte taakuitoefening heeft die sterk doelgericht is.
Als zodanig opent het een boeiend perspektief voor de komende
jaren.
De heer J. Baron van Knobelsdorff, Dijkgraaf van het Hoog
heemraadschap van Rijnland en voorzitter van de Kommissie
Kwantiteitsbeheer van de Unie van waterschappen zei in zijn
inleiding redelijk tevreden te zijn met het koncept ontwerp van
Wet op de waterhuishouding.
Hij zei voorts positief te staan tegenover een ontwikkeling
waarbij het waterschap te maken krijgt met een veel bredere
kring van geïnteresseerden dan tot nu toe. "Wanneer het wa
terschapsbestuur zijn beleid straks in een beheersplan gaat ont
vouwen, spreekt het voor zichzelf dat met name dit plan in
aanmerking komt om die belanghebbende en geïnteresseerde
burgers in de gelegenheid te stellen van het beleidsvoornemen
kennis te nemen en daarop invloed uit te oefenen.
Van belang is het volgens de heer van Knobelsdorff voorts dat de
waterschapsfinanciën niet beklemd blijven binnen de beperkte
kring en mogelijkheden van de omslag over de ongebouwde- en
gebouwde eigendommen. Waar het gaat om de kosten die het
waterschap maakt bij het dienen van belangen die afhankelijk
zijn van het waterkwaliteitsbeheer zei hij te denken aan moge
lijkheden tot het verbreden van de waterschapsomslag en wan
neer het gaan om kosten die.gemaakt worden samenhangend met
het door provincie of rijk gevoerde beleid, m.b.t. de waterhuis
houding, dan zou er van hen een bijdrage moeten komen. Beide
mogelijkheden dienen volgens de heer van Knobelsdorff te wor
den onderzocht.
Een van die mogelijkheden kan zijn onderlinge kavelruil.
Deze kavelruil zou dan niet beperkt moeten blijven tot
enkele bedrijven maar zich oit moeten strekken over een
groter gebied.
Het moet op deze manier met beperkte middelen moge
lijk zijn struktureel de bedrijfsomstandigheden te verbe
teren.
In Zeeland is eens het initiatief genomen voor een zeer
ingrijpende wijze van verkavelen die de naam van Her
verkaveling heeft meegekregen. Kunnen en durven wij
nu het initiatief te nemen voor een ekstensieve verkave
ling en zal de overheid bereid zijn daaraan mee te werken.
Het is zeker de moeite waard gezamenlijk de mogelijkhe
den te onderzoeken.
(ZIEOOKPAG.il) Doeleman.