Kwart areaal wintertarwe
ingezaaid met
niet-goedgekeurd zaaizaad
N,
H et probleem kreupelheid bij
rundvee treedt in toenemende mate
op. Het grootste percentage komt
voor in de ligboxenstallen. Naast het
niet tijdig bekappen, wordt dit veelal
veroorzaakt door klauwziekten. Het
is moeilijk om in geld uit te drukken
hoe groot bij klauwgebreken de
schade is door verlies aan minder
melk en vlees en wat vaak voorkomt
het vroegtijdig op moeten ruimen
van bepaalde dieren.
T elers van granen, die ongekeurd
zaaizaad gebruiken zijn geneigd om
als kostprijs daarvan te hanteren de
prijs, die zij voor datzelfde zaad ma
ken bij afzet in de konsumptie- of
veevoersektor.
G ezien het absolute financiële
voordeel van enige besparing op de
aankoop van goedgekeurd zaad is
het de vraag of het verstandig is on
gekeurd zaaizaad te gebruiken.
Bij gebruik van 150 kg zaai tarwe per
ha en 0,25 cent prijsvoordeel is de
besparing nog geen 40,— per ha.
Bij een oogstderving van 80 k 90 kg
tarwe is deze "besparing" alweer te
niet gedaan. En wat te denken van
één extra onkruidbestrijding?
Dit rekenvoorbeeld is willekeurig
gekozen maar dient om te bena
drukken dat in de teelt als geheel de
kosten van zaaizaad betrekkelijk bij
zaak zijn en dat besparen op die
kosten, gezien de risiko's, nooit veel
zoden aan de dijk zal zetten.
I n de groepstal verdient het aanbe
veling om bij dag en nacht opstallen
het vee te scheren. Ongeschoren die
ren gaan bij hogere temperatuur in
de stal gemakkelijk zweten en koelen
bij temperatuurdaling in de avond of
nacht sterk af hetgeen niet bevor
derlijk is voor de gezondheid van de
dieren.
D e Commissie heeft daarnaast no
gal verrast gereageerd op de gekon-
stateerde rasvermenging. In bijna Vi
van het aantal bemonsterde partijen
ongekeurd zaad was sprake van ma
tige tot sterke rasvermenging.
I n internationaal verband slaan wij
De maand oktober op het
Zuidwestelijk landbouwbedrijf
Uit enquête blijkt:
O
O
I
Produktschap voor
Landbouwzaden
in het algemeen waarop nader wordt
ingegaan.
Selekteren zonder bekendheid van
produktievererving is een moeilijke
zaak en kan weieens averechts wer
ken. Hetzelfde geldt bij stierenkeuze.
Geen lid zijn van een kontrolevere-
niging leidt tot een verkeerde be
drijfsvoering. Het is vaak de zuinig
heid die de wijsheid bedriegt.,
Rantsoenberekenen
aast de produktiegegevens is het
berekenen van rantsoenen een be
langrijke faktor. Lukraak voeren, is
doorgaans genomen een dure zaak.
De ervaring heeft geleerd dat in de
praktijk hoog produktieve dieren te
weinig en laag produktieve te veel
krachtvoer krijgen. Het voeren in een
goede verhouding is zonder bereke
ning niet mogelijk.
Rantsoenberekening vraagt weinig
ekstra werk, maar wel inzicht en
routine. Wel moet de voederwaarde
van het te verstrekken ruwvoer be
kend zijn omdat anders met gemid
delden gewerkt wordt wat grote af
wijkingen tot gevolg kan hebben.
Het is dan ook aan te bevelen om
grote kuilen ruwvoer en afwijkende
partijen vooraf te laten onderzoeken.
Koppelingsprojekt
H et is vanzelfsprekend dat bij
voorkomende moeilijkheden met het
samenstellen van rantsoenen een
beroep kan worden gedaan op de
bedrijfsvoorlichter die graag be
hulpzaam is.
Er is echter nog een andere moge
lijkheid om verantwoord te kunnen
voeren, te weten de koppeling melk-
kontrole-veevoeding waarbij de
komputer de gegevens berekent.
Het doel van het projekt is om de
veehouder na iedere proefmelking
voor iedere koe afzonderlijk een
goed krachtvoeradvies te verstrek
ken.
Over deze materie is reeds veel ge
praat en geschreven, maar het is be
langrijk genoeg om het in het kort
nogmaals de revue te laten passeren.
Er kan alleen deelgenomen worden
door veehouders die aangesloten zijn
bij de melkkontrole. In het najaar
wordt de voorraad ruwvoer door
meting van de kuilen vastgesteld.
Voor het bepalen van de voeder-
waarde is, evenals bij rantsoenbere
kening, gewasonderzoek aan te be
velen. Op de dag van monstername
vult de veehouder een eenvoudig
formulier in waarop naast enkele al
gemene gegevens het ruwvoer met zo
mogelijk de kwaliteit vermeld wordt
'wat over drie of vier weken aan het
melkvee gevoerd zal worden. Wegen
van het ruwvoer is noodzakelijk.
Men mag zich niet laten verleiden
door de hoeveelheden aan de hand
van schattingen op te geven. Foutie
ve gegevens worden ook door de
komputer verkeerd berekend en zal
het projekt zijn doel missen.
Het koppelingsprojekt is een waar
devol middel waarvan reeds op veel
bedrijven met goed sukses gebruik
wordt gemaakt. De kosten van deel
name bedragen 2,— per dier per
jaar.
De melkkontroleur en de bedrijfs
voorlichter zijn graag bereid verdere
informatie te verschaffen.
Veeverzorging
De leeftijd van de melkkoeien is
mede bepalend voor de winstgevend
heid van het bedrijf. Het is bekend dat
de dieren op een oudere leeftijd meer
melk produceren dan een jongere
veestapel. Verschillende oorzaken
zijn van invloed op de levensduur. Een
van de faktoren is de gezondheidszorg
Klauwbekappen
^R.egelmatig bekappen van de
klauwen behoort tot de normale
werkzaamheden. Aan het einde van
de weideperiode zijn de hoeven van
de dieren minder hard en taai en het
minst verontreinigd met mest en
dergelijke. Het begin van de staltijd
is de beste tijd voor kontrole en om
zonodig een behandeling uit te voe
ren. Van uitstel komt gemakkelijk
afstel. Op de vastzetstal staan de
dieren ongeveer een half jaar onaf
gebroken op dezelfde plaats en het is
dan ook noodzakelijk dat de vee
houder zorgt voor een goed been
bestand.
In de ligboxenstal is het eveneens
belangrijk om aan dit onderdeel
aandacht te besteden.
Goed verzorgde klauwen zijn op de
roostervloeren minder aan slijtage
onderhevig. Slechte klauwen gaan
gepaard met velerlei narigheden en
vrijwel altijd met produktieverla-
ging-
Voorkomen is nog steeds beter dan
genezen.
Kreupelheid
Veel kreupelheid is een gevolg van
tussenklauwontsteking (stinkpoot).
Door op regelmatige tijden klau-
wontsmetting via een voetbad met
3% oplossing van handelsformaline
toe te passen, kan de infektie sterk
teruggedrongen worden.
De beste tijd om met het voetbad te
beginnen is op het laatst van het
weideseizoen omdat dan het infek-
tiepeil op zijn laagst en het tussen-
klauwvlies schoon en dus goed be
reikbaar is.
Bij twijfels over de oorzaak van de
kreupelheid moet men niet zelf gaan
eksperimenteren maar is het raad
zaam om de dierenarts in te schake
len. Een formalinebad is geen won-
derbad en geneest niet alle voorko
mende klauwziekten. In bepaalde
gevallen mag het voetbad zelfs niet
gebruikt worden.
Scheren en verdere verzorging
Geschoren dieren zijn minder aan
temperatuurschommelingen onder
hevig, gemakkelijker schoon te
houden en hebben minder last van
parasieten zoals luizen en schurft-
mijten. Lange haren zijn broed
plaatsen voor ongedierte.
De reinheid van de melk wordt voor
een groot gedeelte bepaald door de
verzorging van de uiers. Vergeet dus
bij het scheren dit onderdeel niet.
Als slot de opmerking "Borstelen is
voeren" is nog steeds van toepassing.
Rekord-graanoogst in Groot
Brittannië
De laatste raming van de Britse Ho
me Grown Cereals Authority geeft
aan dat de graanoogst in Groot Brit
tannië dit jaar rond 18,2 miljoen ton
zal opleveren, te weten 9,9 miljoen
ton gerst; 7,6 miljoen ton tarwe en
0,7 miljoen ton overige granen.
Het is evenwel niet onwaarschijnlijk
dat de opbrengst tot rond 20 miljoen
ton zal oplopen, aldus vakkringen,
10
teit ruim worden opgevat. Bedoeld
worden naast de kiemkracht en de
gezondheid van het zaad ook de ra
sechtheid en de raszuiverheid, als
mede de mechanische zuiverheid.
Onkruid
ngeveer driekwart van het Nederlandse areaal wintertarwe wordt
ingezaaid met door de N.A.K. goedgekeurd zaaizaad.
Dat is een van de konklusies van een onderzoek, dat het Produktschap
voor Landbouwzaaizaden in het seizoen 1978/79 heeft laten verrichten.
Aan het begin van het wintergranenseizoen 1980/81 is het goed nog
eens stif te staan bij de resultaten van dit onderzoek en de konklusies
daaraan verbonden, die ongetwijfeld meerdere jaren hun betekenis
zullen behouden.
Voor veel telers van wintertarwe en andere granen kunnen er misschien
goede lessen uit worden getrokken.
Het onderzoek
n het onderzoek, dat o.a. een en
quête omvatte, die in de winter
1978/79 werd uitgevoerd, tracht men
na te gaan welke de motieven zijn
van telers, die eigen - dus niet ge
keurd - zaad als zaaizaad gebruiken.
Dit eigen gebruik is, zoals bekend,
niet verboden. Wel is de handel in
zaad bestemd voor zaaidoeleinden,
dat niet officieel is goedgekeurd,
verboden.
Uit de enquête blijkt, dat een meer
derheid van de gebruikers van onge
keurd zaaizaad als belangrijkste mo
tieven aanvoert het prijsverschil en
het geringe teeltrisiko dat men zou
lopen ten opzichte van het gebruik
van N.A.K.-goedgekeurd zaaizaad.
Beide motieven zijn voor de Com
missie tot bevordering van het ge
bruik van goedgekeurd zaaizaad, die
ook het onderzoek heeft begeleid,
aanleiding geweest tot kritische op
merkingen.
Prijsverschil en teeltrisiko
Terecht wijst de Commissie erop, dat
men hiermee de prijs van ongekeurd
zaad te gunstig voorstelt, bijna altijd
immers worden nog kosten gemaakt
voor schoning en ontsmetting, terwijl
ook de extra arbeid, het gebruik van
zakken, het transport en de opslag
niet vergeten mogen worden.
Al deze zaken zijn ook begrepen in
de prijs van goedgekeurd zaaizaad,
dat kant en klaar op de boerderij
wordt afgeleverd. Daar komt nog bij,
dat van ongekeurd zaad in de prak
tijk 7 a 8 kg per ha meer wordt
verzaaid dan van goedgekeurd zaad.
Overigens kan de prijs niet los wor
den gezien van de kwaliteit van het
zaad. Hierbij mag het begrip kwali-
m maar met het laatste te begin
nen: ongekeurd zaaizaad wordt in
principe niet geschoond volgens
N.A.K.-normen.
Uit monsternemingen uit partijen
ongekeurd zaad, bestemd voor eigen
inzaai, is bij het onderzoek dan ook
gebleken dat veel vermenging met
onkruidzaad voorkomt.
De chemische onkruidbestrijding,
die bij de teelt gebruikelijk is, be
perkt de gevolgen hiervan weliswaar,
maar uitzaai van verontreinigd zaad
heeft altijd verspreiding van onkrui
den als gevolg.
Rasvermenging
Het is vrijwel zeker, dat de teler, die
van ongekeurd zaad teelt, daarmee
geen rekening houdt en er zich dus
niet van bewust is, dat zijn gewas iets
anders op de behandelingen zal kun
nen reageren dan een raszuiver ge
was.
Zo kan bijvoorbeeld een iets onge
lijkmatig afrijpend gewas oogstder-
ving lijden, omdat men voor het ene
ras te -vroeg en voor het andere ras te
laat oogst, hetgeen leidt tot verhoogd
schotrisiko en kans op hogere
droogkosten. De konklusie is, dat de
teler, die. ongekeurd zaaizaad als
uitgangsmateriaal neemt, daarbij
meer of minder risiko's op de koop
toe neemt.
Re*'
(5
.0.
p
S
t/ï
die melding maken van een goede
ha-opbrengst.
Dreigende havenstakingen, matige
vraag en ruim aanbod hebben geleid
tot een onoverzichtelijke situatie op
de termijnmarkt voor granen, waar
door belanghebbenden uiteenlopen
de posities werden ingenomen. Dit
werd nog in de hand gewerkt door de
verwachting dat de rentevoet omlaag
zou gaan. De omzetten op de ter
mijnmarkt stegen tot het tweevoudi
ge van normaal.
Besparing...
Toekomst
met het gebruik van goedgekeurd
zaaizaad en verversingspercentages
van 15% en meer zeker geen slecht
figuur.
Bij andere granen dan wintertarwe
komt het gebruik van ongekeurd
zaaizaad nog minder voor dan bij de
teelt van wintertarwe. Daaraan mag
mede worden toegeschreven, dat het
peil van de opbrengsten zich in Ne
derland internationaal aan de top
bevindt.
Om deze positie te handhaven is be
hoedzaamheid ten aanzien van teel-
trisiko's geboden. Een algemeen ge
bruik van goedgekeurd zaad speelt
daarbij een belangrijke rol, zeker in
dien een intensieve teeltmethode
wordt gevolgd. Bij de intensieve me
thode gericht op hoge zaadopbreng
sten, steekt het nauw met de stand
van het gewas.
keurd zaaizaad vereist de beschik
baarheid van dat zaad, waaraan be
ter kan worden voldaan, naarmate er
een voldoende en regelmatige vraag
is.
Kweekwerk
oldoende vraag is tevens een sti
mulans voor het kweekwerk. Voor
een optimale tarweteelt is de regel
matige toevoer van nieuwe en betere
rassen van veel belang. Nederland
verkeert in de gelukkige omstandig
heid dat het beschikt over goed uit
geruste kweek-, vermeerderings- en
schoningsbedrijven, een goed en op
de praktijk afgestemd rassenonder-
zoek en een goede keuringsorganisa
tie. Een wijdvertakt distributiesys
teem zorgt er tenslotte voor, dat op
vrijwel elke plaats in ons land in vol
doende mate goedgekeurd zaaizaad
van de gevraagde rassen beschikbaar
is.
Handhaving van dit systeem en zo
mogelijk verbetering is voor een goe
de zaaizaadvoorziening noodzakelijk
en vormt een belangrijke basis voor
een gezonde en produktieve graan-
teelt.