Begroting landbouw gestegen met 7% RAPPORT "VOORLICHTING IN LAND- EN TUINBOUW" Extra aandacht voor land en tuinbouw noodzakelijk Geen aanvullende nationale maatregelen t.b.v. varkenshouderij I D. D e slechte situatie in de varkenshouderij heeft nog niet geleid tot liquiditeitsproblemen op veel bedrijven. Een overzicht van het aantal bedrijven met financiële moeilijkheden is niet te geven. Het aantal aanvragen in het kader van de Rijksgroepsregeling Zelfstandigen is tot nu toe evenwel beperkt gebleven. Bij de huidige, sterk verliesgevende, opbrengstprijzen verminderen de financiële reserves echter snel. Dit o.m. antwoordt minister Braks (landbouw en visserij) op schrifte lijke vragen van het Tweede Kamerlid Van der Linden. V D e hoofdlijnen van het voorgeno men meerjarenplan komen op het volgende neer: M inister Braks beklemtoonde de noodzaak van een beter samenspel tussen de bedrijfsvoorlichters op technisch en bedrijfsekonomisch ge bied en de sociaal-ekonomische voorlichters. T ijdens de behandeling dienden de Tweede Kamerleden Langedijk-De Jong en Voortman een motie in waarin de regering wordt verzocht de landbouwvoorlichting als" essentieel D e uitbreiding van de varkens houderij is voor het overgrote deel veroorzaakt door vergroting van de varkensstapel op bestaande bedrij ven. Wegens onvoldoende ontwik kelingsmogelijkheden in de melk veehouderij heeft op een flink aantal gemengde bedrijven een specialisatie naar de varkenshouderij plaatsge vonden. H et garantie-aandeel van het Rijk in het Borgstellings fonds voor de Landbouw wordt op ƒ1 75 min. gehand haafd. Inklusief het stichtingskapitaal houdt dit fonds een draagkracht van ca. ƒ215 min. V oor het landbouwkundig onderzoek wordt voor 1 981 ƒ165,4 min. voorzien (was ƒ159,8 min.); voor het landbouwonderwijs ƒ683,3 min. (was ƒ648,0 min.), waarvan voor de landbouwhogeschool ƒ189,8 min. (was ƒ186,8 min.). Bevordering van produktie en afzet (in 1980 ƒ189,5 min.) zal ƒ247,4 min. vergen, waarin begrepen voor maatregelen in de agrarische sektor 25 min. en een eenmalig bedrag van ƒ25 min. voor ener giebesparende maatregelen. D e kosten van het bedrijfsleven voor de keuring van produkten geven aanleiding hierin tegemoet te komen met ƒ57,5 min. (was ƒ48 min.). Kommentaar Landbouwschap op Rijksbegroting L an din rich ting B orgste/lings fonds Onderzoek Keuringskosten Fruitteelt 'e Vaste Kommissie voor Landbouw en Visserij der Tweede Kamer heeft 8 september j.l. het door de Landelijke Raad voor de Bedrijf sontwikkeling in de Landbouw uitgebrachte rapport "Voorlichting in Land- en Tuinbouw" behandeld. Het rapport geeft de veranderingen weer die van invloed zijn op de behoefte aan en het aanbod van voorlichting en de overlegstruktuur tussen overheid en bedrijfsleven over de voorlichting. Minister Braks verklaarde desgevraagd dat in aansluiting op het rap port - dat in juli 1979 aan de Tweede Kamer is aangeboden - een procedure op gang is gebracht om te komen tot een meerjarenraming voor de landbouwvoorlichting. Om doeltreffend te kunnen werken in de eerste fase van de procedure heeft deze opdracht zich beperkt tot de voorlichtingsdienst van de overheid. De landelijke en provinciale lei ding van deze dienst heeft zich eerst beraden op de hoofdzaken van een voorlichtingsbeleid en heeft zich daarna uitgesproken over de hoofd lijnen van een meerjarenprogramma gericht op de ontwikkeling in onze land- en tuinbouw. Deze hoofdlijnen zijn vastgesteld in een schets, die momenteel in diskussie is. Na afloop hiervan - vermoedelijk eind okto ber a.s. - zal aan de hand van ontvangen kommentaren een koncept- meerjarenplan worden opgesteld. agrariër naar een (nog beter) on dernemerschap. Een belangrijk deel van het enorme verschil in bedrijfsresultaten is n.l. terug te voeren tot een ondernemerschap dat niet helemaal is ingespeeld op de eisen die momenteel worden gesteld. Viditel - de voorlichting blijft een instru ment van landbouwbeleid, zij het een met een eigen karakter, dat niet de funkties van andere in strumenten kan overnemen, maar daarmee wel in voortdu rende harmonie moet zijn; gegeven de spanning tussen vraag en aanbod van voorlichting, moet de voorlichtingsdienst zich vooral richten op de begeleiding vah de De regering trekt in deze begroting op voorhand wel een erg grote wissel op het bedrijfsleven. Het aangekon digde pakket maatregelen biedt on voldoende perspektief voor de toe komst. Aldus de eerste reaktie van het Landbouwschap op troonrede en miljoenennota. Het Landbouwschap is zich bewust van de grote problemen en de ern stige ekortomische situatie waarmee de regering wordt gekonfronteerd. Het stemt tot voldoening dat de re gering zich, blijkens de Memorie van Toelichting op de Landbouwbegro ting, het grote belang realiseert van een vitale agrarische sektor, die ons land momenteel een exportoverschot van 8,5 miljard en 12 procent van de werkgelegenheid oplevert. Naar de mening van het Landbouwschap komt dit belang echter niet tot uiting in de beloning van alle werkers in land- en tuinbouw. De kontinuïteit van veel agrarische bedrijven dreigt hierdoor te worden ondergraven. Ook in deze rijksbegroting is de pa ragraaf uit de regeringsverklaring van 1978 over de meervoudige funk- tie van het zelfstandig inkomen niet nader in konkrete voorstellen uitge werkt. De groep zelfstandigen dient, aldus het Landbouwschap, in het beleid van de regering een duidelijke eigen positie in te nemen. Ook uit de voorstellen op sociaal terrein blijkt dat hier geen sprake van is. Het Landbouwschap heeft met in stemming gekonstateerd dat de groei van de Landbouwbegroting niet on gunstig afsteekt bij de totale toename van de rijksuitgaven. Dit is ook nodig voor de kontinuïteit van het beleid dat door extra bezuinigingen in voorgaande jaren dreigde te worden ondergraven. Het Landbouwschap stemt in met het toekennen van extra middelen voor exportbevordering, kwaliteitsbeleid en versterking van de sektor. Voorts is met voldoening vastgesteld dat bij het beleid ten aanzien van natuur en landschap meer rekening wordt gehouden met de belangen van de agrarische be drijven. Het Landbouwschap vreest dat de regering de grote druk vanuit de Ge meenschap op de Nederlandse land en tuinbouw onderschat. Uit de Me morie van Toelichting op de Land bouwbegroting blijkt dat Landbouw minister BraLs geneigd is een onbe perkte medefinanciering door de agrarische producenten te aanvaar den als oplossing van de financie ringsproblemen in de EG. Het Land bouwschap stelt zich op het stand punt dat de financiering niet uitslui tend op de schouders van de produ centen mag worden gelegd. Een ver hoging van de middelen van de EG is noodzakelijk om een lonende land- en tuinbouw mogelijk te maken. oor deelname aan Viditel, een zeer indringend voorlichtingsinstru ment, hebben we ons uitdrukkelijk kandidaat gesteld teneinde te bezien wat dit kan opleveren t.b.v. de land- bouwvoorlichtingsdienst. Landbouw doet mee aan het experiment, dat onder de vlag van "Postbus 51" wordt ondernomen. Het heeft de be doeling, voorlopig informatie van algemene aard te verschaffen die op een breed publiek is gericht. Het mi nisterie van landbouw en visserij doet daaraan mee, samen met een aantal produktschappen en bedrijfs- schappen. Een werkgroep op het de partement bestudeert de mogelijk heden van kommunikatietechnieken als Viditel op mogelijke toepassing in de bedrijfsvoorlichting. Samenspel De groep die door de landbouw voorlichting niet of onvoldoende be reikt wordt, is dikwijls wel te berei ken door sociaal-ekonomische voor lichters. Motie n EEG-verband zijn met sukses maatregelen bepleit om de markt te ondersteunen (steun aan partikuliere opslag, een aanpassing van het resti- tutiebeleid en een daadwerkelijke bewaking van het sluisprijsmecha- nisme). Verder vindt zowel in de EEG als bilateraal overleg met Italië plaats om de oorzaken van de exportbe lemmeringen naar dat land weg te nemen. Aanvullende nationale steunmaatregelen worden niet over wogen. De slechte situatie wordt vooral ve roorzaakt doordat in de EEG kon- sumptie-vergroting bij de aanbod stijging is achter gebleven. De pro blemen worden nog versterkt door de stagnerende export naar derde landen een wat grotere import van varkensvlees uit landen buiten de EEG en de moeilijkheden bij de in- onderdeel van het landbouwbeleid de onmisbare ruimte te geven en derhalve kwantitatieve beperkingen achterwege te laten. Minister Braks achtte deze motie overbodig, gezien zijn beleidsinten ties op dit punt. Bovendien vond hij het verlangen te absoluut gesteld. Hij wilde zich, gezien de budgettaire moeilijkheden, de ruimte voorbe houden voor noodzakelijke ombui gingen en ontraadde de motie. Op een nader te bepalen tijdstip zal de Kamer zich over de motie uit spreken. voer in Italië. Overigens zal de pro- duktietoeneming in de EEG in 1980 veel lager liggen dan de 5% per jaar in de afgelopen drie jaar. De pro- duktie-uitbreiding in ons land maakte in die periode ongeveer 20% uit van de totale produktie-uitbrei- ding in de Gemeenschap. Het in voorbereiding zijnde ont werp-Vestigingswet is niet bedoeld om de uitbreiding van de totale pro- duktie-omvang af te remmen maar beoogt de positie van de gezinsbe drijven zoveel mogelijk in stand te houden door terugdringing van ves tigingen van intensieve veehouderij, bedreven door hen die hun hoofd beroep buiten de landbouw hebben. Het ontwerp zal waarschijnlijk in de loop van 1981 worden ingediend. De bewindsman verklaart tenslotte dat zowel de groothandel als de de tailhandel prijsegaliserend kalkule- ren, als gevolg waarvan schomme lingen in de producentenprijzen geen direkte invloed hebben op de konsumentenprijs. In perioden met lage producentenprijzen kan dit als een nadeel worden aangemerkt en bij hoge producentenprijzen als een voordeel. Landbouwminister Braks heeft zijn begroting van land bouw en visserij met ruim 7% kunnen verhogen. Verge leken met 1 980 vertoont het eindcijfer van zijn begroting een stijging van ƒ177,8 miljoen tot ruim ƒ2,4 miljard. Hieronder volgen enkele belangrijke begrotingscijfers: D e voortgang van de ruilverkavelingswerken - gemid deld 40.000 ha per jaar in uitvoering te nemen - kan volgens de minister met beschikbaarstelling van ƒ287,1 min. (vorig jaar ƒ246,3 min.) worden gehandhaafd. Dit bedrag van ƒ287,1 min. is samengesteld uit: ƒ231,6 min. (was ƒ195,4 min.) voor rijksbijdragen en voorschotten, alsmede ƒ55,5 min. (vorig jaar ƒ50,9 min.) voor grondoverdrachten van de Stichting Beheer Landbouwgronden (SBL). In genoemde bedragen is begrepen ƒ45,5 min. totaal aan bijdragen van derden en bijstand uit het Europese Landbouwfonds (was ƒ41 min.). Voor bijdragen in wer ken van waterschappen en gemeenten op het gebied van ontsluiting en waterbeheersing is evenals vorig jaar ƒ21 min. gereserveerd. Hierin is begrepen een bijdrage uit het Europese Landbouwfonds van ƒ3 min. (was ƒ3 min.). Als bijdrage aan het Ontwikkelings- en Saneringsfonds voor de Landbouw is ƒ138,9 mTn. opgenomen (was 1 38,8 min.). Voor vergoeding op basis van 50% van de kosten voor uitvoering van de gekombineerde vleeskeuring op grond van de Veewet en de Vleeskeuringswet is ƒ61,9 min. uitgetrokken. I n het kader van het beleidsprogramma "Verbetering konkurrentiepositie Nederlandse fruitteelt" wordt wede rom een bijdrage van ca. ƒ500.000 in het hagelschade- risiko verleend teneinde de teruggang in het financiële draagvlak van de hierop gerichte verzekering te keren. Voor het veterinaire en fytosanitaire beleid samen zal 1 10,4 min. nodig zijn (was ƒ101,2 min.). Staatsbosbeheer en Faunabeheer samen zijn begroot op 1 27,9 min. (was 11 2,7 min.). 4

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1980 | | pagina 4