GROTERE ROL INHOUDELIJKE KRITERIA BIJ TOELATING TOT NUMERUS CLAUSUS STUDIES KNLC kommentaar Cijfer-regen «to Verbetering van de woning ook van de agrariërs (2) D Hoogte bijdrage Aanvraagprocedure Warmte-isolatie I Landbouwschap wil verlenging Stimuleringsregeling Vakopleiding Schoolverlaters Minister Pais en Braks maken voorontwerp nieuwe Machtigingswet openbaar Nationale ekonomie H, oor het verbeteren van partikuliere woningen (eigen woningen en huurwoningen) kunnen de eigenaars evenals voor nieuwbouw subsidie krijgen. Deze subsidieregeling geldt voor woningen, bejaardentehuizen, andere woongebouwen en woonschepen (met vergunning). In dit twee de artikel geven we een overzicht van de verschillende mogelijkheden tot verkrijging van subsidies. V erbetèringsplannen van meer dan 90.000,— komen niet voor subsidie in aanmerking. Voor een eigenaar-verhuurder worden de kos ten boven 65.000,— niet gesubsi dieerd. Ook wordt geen subsidie ge geven in de verbeteringskosten, die! minder dan 1.500,— bedragen, behalve voor de aanleg van een toilet of een douche. Verder gelden als voorwaarden dat de woning ouder moet zijn dan 25 jaar. Bovendien mag de woning de afgelopen tien jaar niet met over heidssteun ingrijpend zijn verbeterd. Het bewoonbare vloeroppervlak van de woning mag na de verbetering niet groter zijn dan 125 m2. De eigenaar ontvangt de volledige subsidiebedragen als een aannemer de voorzieningen uitvoert, hetzij volledig hetzij voor meer dan 50% van de totale kosten. Voert de eige naar zelf de voorzieningen uit, dan ontvangt hij 45% van de geldende subsidiebedragen, waarbij de waar de van de eigen-arbeid niet vergoed wordt. Voor bepaalde op zichzelf staande voorzieningen worden vaste bedra gen uitgekeerd. Deze voorzieningen zijn: 1.500,— voor het maken van een closet met waterspoeling met bijkomende voorzieningen; 1.150,— voor het maken van een ruimte om te douchen en het daarin aanbrengen van een dou che-inrichting; 775,— voor het aanbrengen van een douche-inrichting in een bestaande ruimte. 2.900,— voor het maken van een ruimte om te koken en het aanbrengen daarin van een aan de huidige inzichten aangepaste keukeninrichting; 1.150,— voor het vervangen van een primitieve keukeninrich ting in een bestaande ruimte door een aan de huidige inzichten aangepaste keukeninrichting. 1.150,— voor het maken van een bergruimte buiten de woning als binnen te weinig bergruimte is. 300,— of 500,— voor uit breiding van de elektrische in stallatie wanneer dit gewenst wordt door het elektriciteitsbe drijf. 200,— voor de aanleg van een centrale verwarming, mits dit ge beurt samen met drie andere van de hiervoor genoemde voorzie ningen. Verder kan de eigenaar-bewoner voor het opheffen van bouwtechni sche gebreken een vaste bijdrage in eens ontvangen, die wordt berekend per eenheid. Bijvoorbeeld verbete ring van de fundering 400,— per paal), verbetering van de dragende gevels of muren, verbetering van vloer- of kapkonstrukties (de bijdra gen hiervoor variëren van 25,— tot 50,— per m2). erzoeken om toekenning van sub sidie moeten bij de gemeente worden ingediend vóórdat met de werkzaam heden een begin is gemaakt. Huurders van woningen, die met rijkssteun ingrijpend zijn verbeterd, kunnen in bepaalde gevallen in aan merking komen voor individuele huursubsidie en een zogenaamde huurgewenningsbijdrage. Ook bestaat de mogelijkheid, dat zij een tegemoetkoming krijgen in de extra onkosten, die voor hen aan de woningverbetering zijn verbonden (verhuis- en herinrichtingskosten). Voor deze tegemoetkoming kunnen ook eigenaars-bewoners in aanmer king komen. Aanvragen voor deze subsidies moeten eveneens bij de ge meente worden ingediend. n het kader van de energiebesparing en het bevorderen van de werkgele genheid is de mogelijkheid geopend subsidie te verkrijgen voor de verbe tering van warmte-isolatie van be staande woningen, koop- en huurwo ningen. De bijdrage voor woningen bedraagt sinds 1 juli 1978 30% van de goedge keurde kosten tot een maximum van 4.000,— De maximum-bijdrage is 1.200,— per woning. Als de isola- tiekosten minder dan 500,— per woning bedragen, wordt geen bij drage verstrekt. De investeringen dienen betrekking te hebben op de verbetering van warmte-isolatie van wanden en ra men. Ook kunnen spouwmuren worden gevuld met daarvoor ge schikt isolerend materiaal. Aanvra gen moeten worden ingediend bij de direkties van de Volkshuisvesting in de provinciale hoofdsteden. Het Landbouwschap heeft minister Albeda van Sociale Zaken gevraagd om de regeling Stimulering Vakop leiding Schoolverlaters voor het kur- susjaar 1980/1981 te verlengen. De minister heeft onlangs laten weten, dat het niet in de bedoeling ligt deze regeling voort te zetten. Hij heeft daarbij gewezen op de mogelijkheid van steun aan bedrijfstakgewijze egalisatiefondsen, die aan schoolver laters ten goede kunnen komen. In een brief aan de bewindsman zegt het Landbouwschap dat er momen teel voor fondsvorming binnen de landbouw geen mogelijkheden zijn. Deze konklusie is getrokken door de hoofdafdeling Sociale Zaken van het Landbouwschap, nadat de betrok ken werkgevers- en werknemersor-' ganisaties zich erover hebben bera den. De werkgevers vinden, dat de ondernemingen - gelet op hun slech te inkomenspositie - geen nieuwe lasten voor zo'n fonds op zich kun nen nemen. De werknemersorganisaties zijn van mening, dat dit een zaak is die thuis hoort bij het loonoverleg. Binnen de zeer beperkte ruimte voor dit overleg kunnen zij hieraan nu geen prioriteit toekennen. Een en ander is voor het Landbouwschap aanleiding minister Albeda met klem te verzoeken de stimuleringsregeling ook na het kur- susjaar 1979/1980 te laten gelden. Het Landbouwschap voegt eraan toe, dat dit niet hoeft te betekenen, dat de nu geldende regeling onge wijzigd voortgezet dient te worden. Voor bestaande woningen geldt, dat met het aanbrengen van de isolatie voorzieningen pas mag worden be gonnen als de direktie van Volks huisvesting heeft bericht dat de bij drage wordt toegekend. e laatste weken zijn er weer heel wat cijfers over land- en tuinbouw uitgestrooid. Dat gebeurde dan voor al in het kader van de voorpublikatie van het Landbouw-Ekonomisch Be richt, waarin de meer definitieve in komensprognoses voor het jaar 1979/80 werden weergegeven. Cijfers De ministers dr. A. Pais (onderwijs en wetenschappen) en ir. GJf.M. Braks (landbouw en visserij) hebben op maandag 14 juli 1980 een voorontwerp van Wet, houdende machtiging inschrijving studenten wetenschappelijk onderwijs openbaar gemaakt. Het voorontwerp bevat een nieuw selektiesysteem, dat meer dan het huidig stelsel van gewogen loting is gebaseerd op inhoudelijke kriteria voor toelating tot studie richtingen met een numerus fixus. De bewindslieden willen het nieuwe selektiesysteem met ingang van het studiejaar 1981/1982 invoeren. De ministers Pais en Braks vinden dat iedere student zoveel mogelijk in staat moet worden gesteld de studie richting van eerste voorkeur te vol gen. Toch zal ook in de komende ja ren nog geen sprake kunnen zijn van onbeperkte toelating van een ieder tot de door hem of haar gewenste opleiding in het hoger onderwijs. In het wetenschappelijk onderwijs zul len zich vooral bij de studierichtin gen geneeskunde, tandheelkunde en diergeneeskunde kapaciteitsproble- men blijven voordoen. Bij de keuze van een toelatingssysteem hebben de bewindslieden zich laten leiden door de volgende uitgangspunten: de aanstaande studenten dienen een mogelijkheid te hebben om de uitslag van de toelatingspro cedure te beïnvloeden; het is gewenst om bij de selektie verschillende relevante kriteria te betrekken, zodat de aanstaande studenten via verschillende spo ren toelating kunnen verkrijgen; het verdient aanbeveling kwali teiten die studenten voor een be paalde wetenschappelijke oplei ding bij voorkeur dienen te heb ben, een rol te laten spelen bij de toelating; het toelatingssysteem moet ob- jektief zijn; het toelatingssysteem moet door zichtig zijn, zodat de student weet waar hij aan toe is. Nieuw toelatingssysteem In het voorontwerp doen de minis ters Pais en Braks het volgende voorstel voor een nieuw toelatings systeem: éénderde deel van de beschikbare plaatsen wordt toegewezen op grond van de bij het schoolon derzoek en centraal schriftelijk eindexamen v.w.o. behaalde cij fers, waarbij de gegadigden met het hoogste aantal punten het eerst worden toegelaten. De re sultaten van het schoolonderzoek en het centraal schriftelijk ein dexamen worden gelijkelijk in aanmerking genomen. Om op deze wijze te worden toegelaten die onomstotelijk aangeven dat het niet goed gaat met verreweg de meeste sektoren in land- en tuin bouw. Hoewel de omzet van de agra rische sektor nog steeds stijgt en de export groter is dan ooit, blijft de be loning voor boer en tuinder steeds verder achter. Zeker als we, na aftrek van de belastingen en sociale lasten, in termen van netto-besteedbaar in komen denken. Dat heeft niet alleen tot gevolg dat de privé-uitgaven onder druk komen te staan, maar ook dat noodzakelijke investeringen worden beperkt of uitgesteld en dat hier en daar de schuldenlast aanmerkelijk toeneemt. Kortom, de levensvatbaar heid en de financiële weerstand van zeer veel boerenbedrijven neemt af. Vooral het gegeven dat de kloof tus sen werkelijke beloning en belo ningsaanspraken belangrijk is ver breed, is zeer verontrustend. Op elke gulden die men zou behoren te ont vangen om in een gelijke positie als elders in onze maatschappij te verke ren, ontvangt men immers nog slechts 63 cent. Er zal in de komende tijd dan ook heel wat moeten veran deren willen er geen slachtoffers val len. Wat zeker ook moet veranderen is het weer van de laatste zes weken. Het moet nu toch echt droog blijven, wil de schade binnen de perken blij ven. tot één der medische studierich tingen moet men in ieder geval natuurkunde en scheikunde in het eindexamenpakket hebben; éénderde deel van de beschikbare plaatsen wordt toegewezen op grond van een onderlinge weging van de behaalde cijfers bij het schoolonderzoek, het eindexa men en een landelijk vergelij kende toets in twee kernvakken, waarbij een verhouding wordt gehanteerd van 1:1:2; het grootste deel van de resteren de plaatsen wordt toegewezen door loting, waarbij vrouwelijke en mannelijke gegadigden afzon derlijk loten voor ieder de helft van het aantal beschikbare plaat sen. Het aantal plaatsen voor mannelijke gegadigden wordt zodanig verdeeld, dat de inlo- tingskansen van degenen die de militaire dienstplicht of vervan gende dienstplicht volledig heb ben vervuld en de overige man nelijke kandidaten zich verhou den als 2:1. Vijf procent van het aantal te verdelen plaatsen zal evenwel worden bestemd voor toepassing van de hardheidsclau sule, op grond van richtlijnen die door de betrokken bewindsman kunnen worden gegeven. Eén keer deelnemen Aanstaande studenten kunnen één keer deelnemen aan de toelatings procedure. De ministers Pais en Braks wijzen erop dat in het voorge stelde systeem reeds drie mogelijk heden van toelating worden geboden. Daarnaast zal het verschijnsel van de parkeerstudie worden teruggedron gen, dat een belasting betekende van de onderwijskapaciteit. Ook weten studenten nu na één keer deelnemen waar zij aan toe zijn, wat veel per soonlijke schade kan voorkomen. In het voorontwerp wordt verder bij de procedure voor de vaststelling van de toelatingsbeperking een nauwere samenhang gezocht met het stelsel van meerjarenafspraken. De mogelijkheid tot beroep blijft ge handhaafd voor hen die menen ten onrechte te zijn afgewezen. L et zal duidelijk zijn dat we in de komende tijd een behoorlijke finan ciële inspanning van de Nederlandse overheid voor zelfstandigen in de land- en tuinbouw zonder meer noodzakelijk achten. Zowel waar het gaat om verdere versterking van onze konkurrentiekracht, als waar ver lichting van met name de kollektieve lastendruk aan de orde is. De beroer de situatie van 's lands ekonomie en schatkist mag hier zeker geen exkuus voor een aarzelende, afwerende hou ding zijn. Overigens is het beeld dat ik eerder van de landbouw schetste in feite ook grotendeels van toepassing op de industriële sektor. Ondanks een redelijk produktieniveau wordt de beloning voor het "ondernemen" steeds verder afgeknepen. Mede daardoor neemt de investeringslust duidelijk af en zitten we nu met de brokken, zoals minder werkgelegen heid, verslechterende betalingsbalans en een stagnerend nationaal inko men. Het duidelijkst komt deze ont wikkeling tot uiting als we zien dat de kollektieve lastendruk is toegenomen van 47,9 pet van het nationaal inko men in 1970 tot 59,9 pet vandaag de dag. Dit komt doordat enerzijds de overheid zelf aanzienlijk meer geld nodig heeft (het aantal werkenden bij overheid en semi-overheid is in 15 jaar toegenomen van 600.000 naar meer dan een miljoen mensen), ter wijl anderzijds vooral het aantal niet-werkenden (AOW- en uitke- ringstrekkenden) in de laatste 15 jaar bijna verdubbeld is. Dat betekent dat er vandaag de dag op elke inkomen strekker in de marktsektor (land bouw, industrie, handel e.d.) een in komenstrekker ten laste van de kol lektieve sektor is. Nu de ekonomi- sche groei wat stagneert dreigen we onder deze kollektieve lasten te be zwijken. Daarom ook is de enige op lossing die uiteindelijk tot een meer evenwichtige situatie kan leiden dat alle inkomenstrekkers in Nederland, dus ook de trekkers van uitkeringen, iets inleveren. Het gaat niet aan om loontrekkenden en zelfstandigen in de marktsektor steeds weer voor alle lastenverzwaring te laten opdraaien. Dat geldt temeer voor dié zelfstandi gen, zoals in land- en tuinbouw, die qua financiële positie het vaak moei lijker hebben dan vele trekkers van uitkeringen. LUTE1JN 3

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1980 | | pagina 3