Meer dan 20.000 ha vrijwillige kavelruil tot stand gekomen Vervolg vergadering Hoofdbestuur D, V D, D, KNLC OP WERKBEZOEK BIJ ZLM D, D, Veehouderij Ontwikkelingsbeleid Tuinbouw Uien w Fruitteelt In periode 1971-1980 EG-marktordening voor suiker Landbouwschap; herinvoering mengprijs systeem in 1980/1981 niet mogelijk Aanvulling Internationale Tarweraad verhoogt ramingen 'e heer W. VAN VELDHUIZEN gaf aansluitend een overzicht van de situatie in de veehouderij: "Na een droog voorjaar, zo zei hij, is er thans weer voldoende regen gevallen, de voederwinning was kwantitatief ma tig door een te koude en te droge pe riode hiertegenover staat dat de kwa liteit goed is. Toch zal er op veel be drijven nog een behoorlijk kwantum voeder gewonnen moeten worden voor het komende stalseizoen. De melkproduktie heeft zich gunstig ontwikkeld t.o.v. het achter ons lig gende stalseizoen, terwijl de zuive lindustrie nog steeds op een schone markt kan opereren. Het sterk terug brengen van de exportrestitutie - 40% geeft echter grote zorg voor het ver der opereren op de derde landen markt. it voorjaar is allerwege het ont wikkelingsbeleid voor de jaren '80 aan de orde geweest. In deze rap porten wordt gesteld dat de renda bele eenheid rond de 60 stuks melk vee per aangepast bedrijf is. Indien we dit gaan verdelen over het aantal aanwezige runderen, zo had Van Veldhuizen berekend, dan zal er in Nederland plaats zijn voor 40.000 van deze bedrijven, terwijl er thans nog ruim 70.000 zijn. "Moeten er dus nog 30.000 bedrijven afhaken, omdat zij onvoldoende mogelijkhe den hebben om zich te ontwikkelen tot ook in de nabije toekomst renda bele bedrijven", zo vroeg Van Veld huizen zich af. De vraag rijst hierbij of het bedrijf van 40 stuks melkvee hiermede al buiten spel wordt gezet en waar gaat voorlichting en onderzoek zich in de komende jaren op richten? Hoe kunnen wij het naar voren ge brachte innovatiebeleid in de bedrij ven verwezenlijken? olgens de voorzitter van de vee houderijkommissie. zullen voorlich ting en onderzoek alsmede maatre gelen ter stimulering en ondersteu ning gericht moeten zijn op de in de praktijk gewenste bedrijfsgrootte. Voor de individuele ondernemer zal echter voor nu en in de toekomst gelden wat hij op z'n bedrijf waar kan maken met de hem geboden middelen, dus niet het voldoen aan bepaalde normen zal zekerheid ge ven tot voortbestaan van een bepaald bedrijf, aldus het verslag van de heer Van Veldhuizen. e heer M J. GOUD gaf zoals ge bruikelijk een overzicht van de situa tie in de tuinbouw en fruitteelt. Ten gevolge van de sterk gestegen energieprijzen, zo zei hij, leeft in tuinderskringen de angst, dat er ver schuivingen in de teelt zullen ont staan die marktverstorend zullen werken. Ook de rentabiliteit van heel de be drijfstak is steeds verder onder druk komen te staan. Verdere sanering lijkt onontkoom baar. Verdubbeling van de afbraak- premie voor staand glas van 12,— naar 24,— /m2 mag dan op het eerste gezicht een vergaande tege moetkoming zijn. Anders wordt het echter wanneer men moet voldoen aan de gestelde voorwaarde van tota le bedrijfsbeëindiging. Naar onze mening zeer terecht heeft het Land bouwschap bezwaren gemaakt en ge pleit voor een partiële toepassing, zodat ook de groep van blijvers mo gelijkheden tot aanpassing wordt ge boden. Vooral de Bondsrepubliek was een grote afnemer dit door minder aan bod uit Oost-Europa. De op de veiling verhandelde uien noteerden over het hele seizoen een middenprijs van 40 cent per kg. Vooral de laatste bewaarpartijen brachten een hoge kg-prijs op. In het nieuwe seizoen zijn naast een enkel perceel zgn. Japanse zaaiuien de eerste plantuien per ha verkocht tegen zeer bevredigende prijzen. 'e oogst van diverse Kleinfruit produkten komt op gang, zo deelde de heer Goud mee. "Het resultaat van de aardbeienteelt is merendeels tegengevallen. Naast minder op brengst veroorzaakt door droogte in het voorseizoen viel ook de prijsvor ming gemiddeld tegen". De stand van diverse percelen frambozen is matig. De rode bessen en bramen staan ër goed voor en beloven een vrij nor male opbrengst te zullen geven. Op vallend is, dat het areaal beteelt met klein fruit regionaal maar ook lan delijk blijft teruglopen. Sprekend over hard fruit zei Goud dat de vooruitzichten van dien aard zijn, dat we in Nederland een goede appeloogst zullen krijgen. Van de peren verwacht men in het Zuidwesten geen topoogst. Diverse rassen zoals Doyenné du Cornice, Br. Hardy en Bonne Louisse zullen op de meeste percelen onvoldoende produceren. Het zgn. beurtjaareffekt is duidelijk terug te vinden. Naar verluidt is ook elders in de EEG merendeels een grote appel- oogst en een mindere perenoogst te verwachten, aldus nog steeds de heer Goud. "Zonder de realiteit te verliezen met betrekking tot mogelijke gevolgen voor de prijsvorming, moeten we toch met nadruk stellen, dat het geen zin heeft een paniekhouding aan te gaan nemen. Immers het moet allemaal nog groeien en mede door de hagelbuien van de laatste weken worden we op nieuw bepaald door de afhankelijk heid van de weersomstandigheden". Op 26 juni jl. werd met het passeren van de notariële akte voor de kavelruil "Koelenweg" in Huis ter Heide (Dr.) de 20.000 ha vrijwillige kavelruil overschreden. Minister ir. Braks (landbouw en visserij) onderstreepte met zijn optre den als getuige hierbij het belang, dat hij aan de toepassing van de regeling "kavelruil en perceelsvergroting" hecht. e heer Goud besloot met een opmerking over het K.Z.Y. plan. "Hoewel daarvan een zekere voor beeld werking zou kunnen uitgaan, mogen we dit zeker niet als landelijk model stellen. Ook andere goede plannen verdienen o.i. aandacht en kans op overheidssteun". Tot slot deelde de heer Goud mee dat dr.ir. Vos van het ministerie van Landbouw een dezer dagen een ge slaagd werkbezoek heeft gebracht aan enige tuindersbedrijven in het ZLM-werkgebied. Wij hopen op zowel de hoofdbes tuursvergadering van de Z.L.M. als op het werkbezoek van het K.N.L.C. aan Noord-Brabant in het volgende num mer terug te komen! Het Landbouwschap gaat niet in op de mogelijkheid om in verband met de toepassing van de EG-marktordeninq voor suiker in het seizoen 1980/1981 gebruik te maken van het mengprijssysteem. Dit heeft het Landbouwschap laten weten in een brief aan minister Braks van Landbouw en Visserij. Door de Brusselse besluiten voor het EG-marktprijsbeleid kreeg onder meer Nederland de gelegenheid te rug te vallen op het mengprijssys teem, waarbij in tegenstelling tot de afgelopen jaren geen halvering wordt toegepast van het B-quotum. De definitieve besluitvorming over de marktordening voor 1980/81 kwam zodanig laat tot stand, dat de uitvoering van het kontraktenstelsel al geheel rond was en de telers zich hierop hadden ingesteld. De indus trie heeft op basis hiervan kontrak ten met de telers gesloten en deze kunnen nu niet plotseling gewijzigd worden. Het besluit om de weg naar het mengprijssysteem zonder halvering van het B-quotum vrij te maken geldt echter slechts voor één jaar. De toepassing van het kontraktenstelsel is dermate gekompliceerd, dat een kort termijnbeleid volgens het Landbouwschap hierbij onaan vaardbaar is. Het Landbouwschap is overigens van mening dat in de ge meenschappelijke marktordening voor suiker de mogelijkheid van het mengprijssysteem zonder kortinq op het B-quotum aanwezig moet zijn. In een rede t.g.v. dit feit schetste de bewindsman de grondslagen die voor het introduceren van de rege ling aanleiding zijn geweest. Om verkaveling alsmede ontsluiting en waterbeheersing te verbeteren is het aangewezen middel de ruilver kaveling uit kracht van wet. Gezien echter de grote belangstelling hier voor en de beperkte financiële mid delen moet soms lang op zijn beurt gewacht worden. Dit samen met de helaas noodzake lijke voorbereidingstijd heeft tot ge volg dat vele gebieden vooralsnog van de noodzakelijke verbetering van verkaveling verstoken blijven. Teneinde toch aan de grote behoefte aan betere verkavelingen te voldoen, is in 1971 de regeling "kavelruil en perceelsvergroting" geïntroduceerd. Dit is een-vrijwillige-ruilverkaveling bij overeenkomst. De regeling is in beginsel vooral administratief van aard, heeft een landbouwkundig doel en is in hoofdzaak gericht op ruiling en vergroting van kavels, zo nodig in samenhang met enige aan- passingswerken. Om een eenvoudige en vlugge totstandkoming te bevor deren wordt gestreefd naar een be perkte omvang van de objekten met een beperkt aantal deelnemers. De overheidshulp bestaat uit de gratis dienstverlening door de Landinrich- tingsdienst, de Dienst voor de Be drijfsontwikkeling, het Kadaster en het Staatsbosbeheer. De notariële kosten komen geheel voor rekening van het Rijk. De regeling voorziet verder in de mogelijkheid van een voudige aanpassingswerken, waarin 50% subsidie tot een maximum van 800,— per ha wordt gegeven. Deze werken moeten dan vanzelfsprekend wel passen in de van kracht zijnde bestemmingsplannen. Voor even tuele aanvullende beplantingen is bij projekten groter dan 50 ha een extra bijdrage van 125,— per ha be schikbaar. anneer we een blik werpen op de afzet van uien in het afgelopen seizoen dan valt op, dat ondanks een kleinere produktie (het areaal kromp in 1979 in met 1100 ha tot 10.800 ha) er toch méér uien aan het buitenland zijn geleverd. Om voeling te houden met wat er in de praktijk plaats vindt, brengt het hoofdbestuur van het KNLC elk jaar in telkens een ander gebied aan één van z'n leden een werkbezoek. Zoals elders in dit nummer reeds vermeld, was de ZLM dit jaar aan de beurt. De gezamenlijke hoofdbesturen van KNLC en ZLM brachten o.m. een bezoek aan de konservenfa- briek HAK in Giessen en aan het bloemenvermeerderingsbedrijf P. v. Loon in Sprang-Capelle. Hier een deel van-het gezelschap met o.m. de leden van het dagelijks bestuur van beide organisaties bij Kop van 't Land in het Land van Heusden en A Itena. Dat de regeling is aangeslagen, blijkt uit het feit dat er per 1 april 1980 meer dan 1.100 kavelruilen zijn aan gemeld met een oppervlakte van ca. 30.000 ha. Hiervan zijn er per gelijke datum 888 met een oppervlakte van bijna 20.000 ha voltooid. De laatste jaren worden ca. 2.000 a 3.000 ha per jaar aangemeld en komt een gelijke oppervlakte tot stand. De grootte loopt uiteen van mini maal drie eigenaren (wettelijk mini mum) met enkele ha tot enige tien tallen eigenaren met soms honder den ha. Gemiddeld bedragen de kavelruilen 22,4 ha waarbij er acht eigenaren zijn betrokken. Minister Braks benadrukte het be lang van de kavelruil als onderdeel van het landinrichtingsbeleid. Ruil verkaveling of herinrichting is het middel voor integrale aanpak van grotere gebieden, waarin naast de landbouw ook andere belangen worden behartigd; kavelruil daaren tegen is een goed middel voor de aanpak van een deelaspekt, te weten verkaveling op beperkte schaal. Een integrale aanpak kent een lange voorbereidings- en uitvoeringsperio de; kavelruil komt in beginsel bin nen twee jaar tot stand. Beide maa tregelen staan naast elkaar met dien verstande, dat kavelruil geen ver vangingsmiddel is van de wettelijke ruilverkaveling of herinrichting, maar daarop een welkome aanvul ling vormt. De suggestie, als zou kavelruil terug worden gedrongen ten behoeve van de wettelijke ruilverkaveling, noemde de minister onjuist. Nergens wordt ka velruil afgeremd, alleen moeten soms ongewenste ontwikkelingen worden tegengegaan. Juist in het belang van dit instrument. Zo heeft de Centrale Cultuurtechnische Commissie de voorbereidingsduur beperkt tot 2 jaar om te voorkomen, dat te grote kavel ruilen zouden worden bevorderd, met als ongewenst gevolg een lange voor bereidingsduur, een grote kans dat de ruil niet tot stand komt en een ineffi ciënte inzet van het overheidsappa raat. De Internationale Tarweraad (IWC) heeft haar raming van de wereldtar- weproduktie in het seizoen 1979/80 verhoogd van 420,5 tot 4243 miljoen ton. De verhoging komt voor reke ning van China dat zijn raming heeft verhoogd van 56 tot 60 miljoen ton. De raming betreft de oogst in de 12 maanden die zijn begonnen in april 1979. In het voorgaande seizoen werd 450 miljoen ton tarwe geoogst. De raming van de voorraad tarwe aan het einde van het seizoen van de vijf grootste tarwe-exporterende lan den wordt nu gesteld op 51 miljoen ton tegen eerder 52,7 miljoen ton en 53,1 miljoen ton aan het einde van het voorgaande seizoen. Deze daling is het gevolg van de verhoging van de raming van de export van de VS in het seizoen 1979/80 (juni/mei) van het Amerikaanse ministerie van landbouw met 1,4 miljoen ton tot 37,4 miljoen ton. De IWC handhaaft haar raming van de wereldhandel in tarwe in 1979/80 (juli/juni) op 81 miljoen ton tegen 71,2 miljoen ton in het voorgaande seizoen. (The Financial Times) 10

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1980 | | pagina 10