De familie Hamelink
boert in Schotland
w anneer Nederlanders aan Schotland denken, gaan hun gedachten vaak uit naar steile
rotsen, of met sneeuw bedekte bergtoppen. Maar dat is natuurlijk niet het enige wat er in
Schotland te vinden is. Er zijn ook vruchtbare streken, veelal de laag gelegen gebieden,
waar akkerbouw het belangrijkste middel van bestaan vormt. Granen, speciaal brouwgerst,
konsumptie- en pootaardappelen en groenten worden in die streken veel verbouwd.
De bedrijven zijn meestal groter dan in Nederland en zijn vaak sterk gemechaniseerd. De
vakbekwaamheid van de "boer" ligt er op een hoög peil.
D e kruisingsprodukten van melk-
en vleesveerassen worden ook veel
gebruikt om op vleesveebedrijven als
moederdier te dienen. Op deze be
drijven worden die koeien dan weer
gekruist met een ander vleesveeras
bijvoorbeeld: British Friesian koe x
Hereford stier Hereford gekruiste
koe x Charolais stier t Charolais
kruisling slacht dier.
D e voorlichtingsdienst is ook hier
erg aktief, hij werkt in samenwerking
met de "East of Scotland College of
Agriculture" te Edinburgh, deze
"Collegé" legt ook proefvelden aan,
geeft kursussen enz.. Als je proble
men hebt kun je altijd bij de voor
lichtingsdienst terecht. Ze hebben
De ervaringen van de
familie Hamelink in
Schotland
Op Noblehouse Farm"bij Edinburgh
Voorts zijn er gebieden waar overwegend melkvee wordt gehouden, speciaal in het zuid
westen van het land, waar door de grote invloed van de warme golfstroom de grasgroei
eerder op gang komt met alle voordelen van dien. Van oorsprong zijn deze bedrijven wat
oppervlakte betreft kleiner dan de eerder genoemde akkerbouwbedrijven. Het belang
rijkste melkveeras is de British Friesian. Maar ook de Ayrshire, een roodbont Schots
melkveeras dat kleiner is dan British Friesian, komt veel voor. Er wordt gekruist met
verschillende veerassen afhankelijk van het doel van de kruising.
Ai
Kruisings-
produkten
Schapenteelt
Noblehouse Farm
I
Voorlich tings -
dienst
l
Hierbij treft u een artikel aan
van de Familie Hamelink. De
ze familie is afkomstig uit We-
meldinge en verhuisde een
aantal jaren geleden naar Gro
ningen. Hamelink kocht daar
een bedrijf. Twee jaar geleden
echter emigreerden zij naar
Schotland.
In deze bijdrage vertellen zij
over het land en hun bedrijf en
over het leven en werken in.
Schotland.
ls het om aanfok van vervangend
melkvee gaat wordt zowel gebruik
gemaakt van eigen stieren, van
meestal hetzelfde ras, als van de KI
waar de Canadian Holstein van be
lang is.
Gaat het om het fokken van vlees
vee, dan wordt o.a. van de volgende
vleesrassen gebruik gemaakt: Here
ford, Aberdeen Angus, Beef Short
horn, Galloway, Charolais, Sim-
menthaler, Limousin. Daar de eerste
vier genoemde rassen het voordeel
hebben dat het afkalven gemakke
lijker verloopt, dan dat dat het geval
is bij sommige "foreign breeds",
worden deze rassen speciaal veel ge
bruikt bij vaarzen. Kruisings kalve
ren van melk- en vleesvee brengen
vaak zo'n 200,— meer op dan zui
vere melkvee kalveren.
Vooral kalveren van Canadian Hol
stein liggen voor vleesproduktie
slecht in de markt.
De laatste "jaren maken de buiten
landse veerassen steeds meer op
gang, vooral doordat de bespiering
van deze dieren magerder is t.o.v.
vele Schotse en Engelse rassen. De
Britse rassen hebben natuurlijk ook
hun voordelen zoals o.a. vroegere
slachtrijpheid met een kleinere hoe
veelheid of zonder krachtvoer.
Op het platteland wordt door de
konsument nog veelal de voorkeur
gegeven aan het vettere vlees van de
Britse rassen. Dit vlees kan zonder
toegevoegde vetten worden bereid
en is mede daardoor beter van
smaak, zegt men. In de steden heeft
men echter vaak liever het minder
vette vlees.
De manier waarop vleesvee wordt
gehouden is voor Nederland vrij on
gebruikelijk, de Nederlandse bedrij
ven zijn er waarschijnlijk ook niet erg
geschikt voor, omdat men over een
vrij grote oppervlakte grond moet
beschikken, terwijl per koe per jaar
maximaal slechts één kalf kan wor
den verkocht. Voof het houden van
zo'n koe krijgt men per jaar
35,- subsidie.
Verder komt de voeding van een
zoogkoe minder nauw dan van een
melkkoe. Als het kalf 10 maand
oud is kan het worden verkocht als
10
De tarweoogst.
"store calF', of worden aangehouden
en op een later tijdstip als "store calf'
of als "fat" worden verkocht.
De veemarkt werkt hier volgens een
heel ander systeem dan in Neder
land. Alle dieren worden los aan- en
afgevoerd, ze worden vervolgens in
hokken van l tot 10 stuks gedaan.
Tijdens de verkoop wordt zo'n groep
meestal eerst gewogen, daarna ko
men de dieren in een ring waar ron
dom banken zijn geplaatst voor ko
pers en andere belangstellenden. In
een apart lokaaltje staat de veiling
meester die de dieren bij opbod ver
koopt, de verkoper van het vee staat
meestal zelf in de ring bij de te ver
kopen dieren.
1 n Schotland is de schapenteelt zeer
belangrijk. Schapen worden op ver
schillende soorten bedrijven gehou
den. Op de hoger gelegen heuvels en
bergen treft men bedrijven aan met
vrijwel uitsluitend schapen, vaak
gaat het dan om grote kudden van
het bergschaapras "Blackface". In
lager gelegen gebieden houdt men
vaak andere rassen of kruisingen van
de "blackface". Bijvoorbeeld:
Blackface ooi x Border Leicester
Greyface. Schaap heeft goede moe
der eigenschappen. Deze "Greyfa
ce" schapen kruist men weer met een
ram van een speciaal vleesras om
slachtlammeren te verkrijgen bijv.
Greyface ooi x Suffolk ram Suf-
folkx slachtlammeren. De Britse
schaperassen worden over het alge
meen gemakkelijk vet. Het vetper
centage van het karkas is dan ook
vaak hoger dan van de Texelaar.
Omdat de vraag naar magerder
schape- en lamsvlees toeneemt,
(eventuele leveringen aan Frank
rijk), worden weer nieuwe buiten
landse rassen geïmporteerd en be
proefd, de Texelaar is één van die
rassen. Overigens lopen de meeste
farmers en shephers nog niet erg
warm voor dit Nederlandse ras. Be
halve het voordeel van een beter
kwaliteits karkas ziet men nogal wat
nadelen o.a. moeilijkheden bij de
geboorte, minder lammeren per ooi.
Bovendien wordt er in het algemeen
gesteld dat elk buitenlands ras wil
het nu of in de toekomst van belang
zijn voor de schapefokkerij, beter
moet zijn dan de bestaande Schotse
of Engelse rassen. Vooral als het om
grote kudden schapen (500 - 1000)
gaat is gemakkelijk lammeren van de
ooi een zeer essentieel punt. Het
lammerpercentage varieert van 1,5 -
1,9 in de lowlands tot 0,9 - 1,4 in de
hills. Het weer enige weken voor het
lammeren tot een week na de ge
boorte van de lammeren speelt een
grote rol op het lammerpercentage
speciaal van "Hill flocks", omdat
men vaak niet over voldoende
ruimte beschikt om de dieren alle
maal of grotendeels onderdak te
verschaffen. De prijs van lamsvlees is
hier in vergelijking met Nederland
nog aan de lage kant, wellicht zal in
de toekomst bij levering van lams
vlees aan Frankrijk, de prijs stijgen,
zo wordt door velen gehoopt. Tot nu
toe is er steeds een garantieprijs uit
betaald, deze werd in samenwerking
met de EEG vastgesteld, en het ver
schil tussen markt- en garantieprijs
werd door de EEG bijbetaald. Er zijn
dit jaar meer lammeren dan de laat
ste paar jaar, hopelijk zal ook dit een
bijdrage leveren aan een beter inko
men voor de schapenhouders in Bri
tain.
n mei 1978 zijn we hier op "Noble
house Farm" aangekomen, het be
drijf ligt dicht bij het dorp West Lin
ton en ongeveer 25 km van de hoofd
stad Edinburgh. Het bedrijf is totaal
ongeveer 278 ha groot. We verbou
wen 70 ha graan, hoofdzakelijk gerst,
verder wat haver en wintertarwe.
Verder wordt er 8 ha koolrapen ver
bouwd en ongeveer 1 ha aardappelen
om partikulier te verkopen.
De koolrapen worden in de herfst ge
voerd om lammeren te mesten, in de
winter om de koeien te voeren, en in
het voorjaar voor dat het nieuwe gras
er is om de drachtige ooien te voeren.
De rest van het land is grasland en
wegen en dergelijke.
De veestapel bestaat uit 115
vleeskoeien met hun kalveren, jong
vee, 300 schapen met bijbehoren
de lammeren en één paard.
We verbouwen al het voer dat in de
winter"nodig is op eigen bedrijf. Het
belangrijkste voedermiddel is hierbij
ingekuild gras. Om het gras in te
kuilen wordt gebruik gemaakt van
een torensilo met een maximale jn-
houd van 700 ton. Voor de opslag
van het graan hebben we twee silo's,
elk goed voor zo'n 110 ton. Het
meeste graan wordt direkt na de
oogst verkocht, wat er voor veevoe
ding voör de winter nodig is gaat de
silo's in. Voor dat het graan vervoerd
wordt, komt het eerst via vijzels in
een binnensilo, daarna wordt het
"gemalen" en vermengd met een
mineralen mengsel en eventuele an
dere voedingsmiddelen. De gerst
wordt hoofdzakelijk aan het rundvee
gevoerd, de haver merendeels aan de
schapen. Bijna overal door het wei
land stromen riviertjes, soms maar
een halve meter breed, die voor
drinkwater voor het vee zorgen en
natuurlijk ook voor de afwatering
van het land. Het meeste land is min
of meer hellend, maar overal goed
met trekkers te bewerken.
De natuur in Schotland is erg fraai.
ons o.a. geholpen met het opzetten
van een F.H.D.S. schema (Farm and
Horticultural Development scheme).
Het is een plan dat opgemaakt moet
worden voor minimaal de komende
3 jaar, het kan maximaal over 6 jaar.
Er wordt dan een begroting opge
maakt van alle veranderingen op het
bedrijf bijv. aankoop machines, ver
betering of vernieuwing van gebou
wen, drainage, afrasteringen enz. Als
een bepaalde verandering op het be
drijf opgenomen is in het plan, kan
na uitvoering van die verandering
subsidie aangevraagd worden het
percentage van de subsidie varieert
van 15 tot 60%. Als het plan volledig
is goedgekeurd kom je in aanmer
king voor "Guidance Premium", je
krijgt dan over het aantal jaren datje
plan duurt tussen de 5 en 6 duizend
pond (ongeveer 25.000,—
De zaai en oogsttijd zijn wel de
drukste perioden van het jaar op het
bedrijf, speciaal april is een drukke
maand, doordat graan zaaien en
lammeren van schapen dan op de
zelfde tijd plaatsvinden. De grond is
van goede kwaliteit en is gemakke
lijk te bewerken. Het afslibbaar-
heidspercentage varieert van 16
boven op een heuvel, tot 35 op de
laagst gelegen percelen. Speciaal de
struktuur van de grond is zeer goed te
noemen, de grond is dan ook weinig
gevoelig voor het berijden met zware
machines in natte perioden en voor
stuktrappen van de zode door het vee
in deze tijden.
Het weer is hier gemiddeld iets voch
tiger en koeler dan in Nederland,
hoewel dit voorjaar zeer droog en
zonnig is geweest. De Schotten heb
ben andere gewoonten en manieren.
Ze zijn erg gemoedelijk en vriende
lijk, en wat vooral de eerste maanden
na de emigratie van groot belang kan
zijn, behulpzaam.
We hebben in de 2 jaar die we in
Schotland zijn vele nieuwe ervarin
gen opgedaan, toch zal er ook in de
toekomst naar gestreefd moeten
worden om op tal van punten het no
dige te leren en te veranderen.
Het bedrijf van de familie Hamelink
in het glooiend landschap.
I