o ok voor de zuivel, zo blijkt uit het
overzicht van de heer W. van Veld
huizen geeft de prijsverhoging be
paald geen reden tot vreugde, "een
minimale prijsverhoging, zo schrijft
hij, van 4% waar tegenover staan een
optrekken van de medeverantwoor-
delijkheidsheffing van Vi naar 2% en
een afbraak van de MCB met 0,2.
Tellen we hierbij op de stijging van de
verwerkingskosten dan zijn we weer
rond het nulpunt".
u it het verslag van de heer M.J.
Goud, de voorzitter van de kommis
sie tuinbouw, ontlenen we het vol
gende: Onder druk van de stijgende
kosten en de steeds moeilijker wor
dende konkurrentiepositie van onze
tuinbouw en fruitteelt moet handha
ving en verbetering van de kwaliteit
van het produkt centraal staan. Vol
doende zoet water en een goed afze-
tapparaat zijn naar zijn mening
onontbeerlijk. Hij konstateert voorts
dat minder belangstelling is voor
sommige vollegronds groenteteelten
op kontrakt. Vanuit de akkerbouw
zoekt men in de richting van het te
len van groentegewassen voor de
verse markt. Volgens de heer Goud
zal het aantal glastuinbouwbedrijven
in het zuidwesten nog verder afne
men mede door de verspreide lig
ging, omdat niet overal over aardgas
kan worden beschikt.
Akkerbouwbedrijf geen
bestaansgrond meer!
"Politiek verdringt
praktische argumenten"
Vervolg ve
ing
Hoofdbestuur
D,
D at er steeds meer bedrijven in
moeilijkheden komen weet hij aan
de toenemende fiskale en sociale
druk. In de akkerbouw wordt de
stemming nog somberder door de
slechte afloop van het verkoopsei
zoen van de aardappelen. Doeleman
signaleerde ook een pessimistische
stemming in andere sektoren: de
problemen in de varkenshouderij.
De zorgen rond de stijging van de
energieprijzen in de glastuinbouw.
En wanneer pessimisme de overhand
krijgt bestaat in zo'n situatie het ge
vaar dat de verdere bedrijfsontwik
keling gaat stagneren. Naar zijn me
ning zal het zonder een gericht over
heidsbeleid moeilijk zijn daar aan te
ontkomen.
D e algemene konklusie van de le
denraad was dat er zeer fors aan de
bel getrokken moet worden om de
E en door de Accountantsunie van
de Z.L.M. gehouden enquête over
herinvoering van de bedrijfsekono-
D e ledenraad diskussieerde uit
voerig over de door de heer H.C. van
der Maas, opgestelde notitie over de
situatie in de akkerbouw (zie hier
voor). Algemeen kon de ledenraad
instemmen met het knelpunt uit deze
notitie namelijk de kleinschaligheid
van de akkerbouw in Nederland en
met name in het zuidwesten. De dis
kussie spitste zich toe op de vraag
hoe met dit gegeven toch nog een
doorbraak naar een toekomst voor
de akkerbouw is te forceren. Want
hoewel de ledenraad wel konstateer-
de dat de akkerbouw als het ware
met de rug tegen de muur staat wilde
de raad zich niet zonder meer bij de
teloorgang van het zuivere akker
bouwbedrijf neerleggen.
Fruitteelt
Fiskale druk
Knelpunten
Veehouderij
Tuinbouw
Gerucht
Overige zaken
Doorbraak
Bezorgde voorzitter Doeleman:
Bij voortzetting huidig beleid:
12% onder nullijn
Schaalvergroting
sociale positie waarin de zelfstandige
in land- en tuinbouw verkeert. Voor
de komende 2 jaar dient dat in elk
geval 150,— per lid te zijn op
jaarbasis, stelde de Z.L.M.-voorzitter
die voorts van mening was dat ande
re aktiviteiten moeten worden be
vorderd die verruiming van de
werkgelegenheid mogelijk maken.
"V erbetering van de rentesubsidie
regeling voor de fruitteelt is absoluut
noodzakelijk nu de overheid niet
bereid is de vervanging van de ver
ouderde opstanden te stimuleren
met een bedrag per ha bij herinplant.
Het bedrag van 75.000,— in de
tranche van 5% rentevergoeding
dient tot minstens 180.000,— te
worden opgetrokken.
Bij de R.Z.-regeling zal in de praktijk
getoetst moeten worden wat de
mondelinge toelichting van de zijde
van het ministerie van landbouw in
houdt, dat de vermogenstoets van
grond en gebouwen geen belemme
ring mag zijn voor de toegang tot de
R.Z.-regeling, wanneer dat nodig is
om het gezinsinkomen veilig te stel
len. Hoewel de overheid zich er zo
êemakkelijk vanaf maakt adviseerde
de heer Doeleman de fruittelers toch
niet te schromen een aanvrage in te
dienen, wanneer men denkt ervoor
in aanmerking te komen.
Om tot een efficiënte vergadering te
komen, er stond voor 's middags een
exkursie op het programma, waren
de overzichten van de voorzitters van
de drie landbouwsektoren van tevo
ren op schrift gesteld en bij de agen
da van de ledenraad gevoegd. Wij
volstaan daarom met vermelding
van de belangrijkste feiten uit deze
verslagen met daaraan vastgekop
peld de diskussie die er over gevoerd
is.
"Bij de totstandkoming van de Wet
Vervreemding Landbouwgronden
kunnen de politieke gronden wel eens
teveel de overhand krijgen in plaats
van de praktische argumenten. Prak
tische uitgangspunten die voor de
bedrijfsontwikkeling van uitermate
groot belang zijn. Het door de alge-
meen-sekretaris van de Z.L.M., Mr.
J. Oggel, gelanceerde idee de grond
kamers meer verantwoordelijkheid te
geven bij de uitvoering van de Wet
Vervreemding Landbouwgronden
kan bij de praktische uitwerking er
van een belangrijke positieve rol spe
len", Dit is de mening van Z.L.M,-
voorzitter A.J.G. Doeleman.
Hij zei in deze mening versterkt te
zijn tijdens een gesprek dat het be
stuur van het Landbouwschap in
Noord-Brabant heeft gehad met
vertegenwoordigers uit het Land van
Cuijk over de Maasheggen. Geen
verschil van mening is er over het
behoud van deze heggen. Maar
wanneer aan beide zijden 2 meter
afgerasterd moet worden komt
knelpunten in de akkerbouw op te
lossen. Deze knelpunten werden als
volgt geformuleerd: 1. de bedrijfs-
groottestruktuur, 2. de konkurren-
tiepositie en 3. de zoetwaterproble-
matiek. Wat dit laatste betreft wer
den de opmerkingen daarover door
Z.L.M.-voorzitter Doeleman door de
ledenraad volledig onderschreven:
"Aan zout-water worden honderden
miljoenen besteed terwijl voor zoet
water zelfs het onderzoek niet op
gang schijnt te kunnen komen", al
dus de ledenraad.
Van Veldhuizen wees ook op de
grote problemen in de vleeskalve-
rensektor. Door hoge prijzen van in
te zetten kalveren en de hoge prijs
voor kunstmelk worden er grote ver
liezen geleden. Leegstand komt
steeds meer voor en over kontrakt-
beëindiging doen nog steeds geruch
ten de ronde. Een betere prijs voor
kalfsvlees kan de zaak nog van een
ineenstorting van deze tak van be
drijf redden.
Betere geluiden uit de varkenssektor
kon de heer Van Veldhuizen ook al
niet laten horen; ook hier slechte
prijzen. "Niet meer maar beter" mag
de varkenshouderij zich hier wel
aantrekken. In de pluimveesektor
tenslotte gaat het redelijk tot goed.
daartegen terecht weerstand. Dat
kan een negatief effekt hebben om
de mensen verder bereid te vinden
mee te werken aan het behoud en
onderhoud van deze heggen. Ook
het te lang uitblijven van definitieve
mogelijkheden tot het afsluiten van
beheers- en onderhoudsovereen-
komsten en twijfel omtrent de vrij
willigheid is eë de oorzaak van dat de
onzekerheid toeneemt.
"De landbouw is bereid om mee te
werken maar heeft daarbij recht op
zekerheid", aldus de voorzitter, die
zei te hopen dat er met betrekking tot
de ruilverkaveling Z.A.K.-Beneden
Donge nu snel een beslissing valt
over dat herinrichtingsgebied.
Doeleman deed voorts een dringend
beroep op het Zeeuws Provinciaal
bestuur alsnog een poging te doen de
aanvraag ruilverkaveling Walcheren
op het voorbereidingsplan te krijgen.
"Bij het op de lange baan schuiven
van deze verkaveling zouden de aan
passingen wel eens voor veel bedrij
ven te laat kunnen komen".
"V anuit de ledenraad werden er op
het gebied van de tuinbouw enkele
kritische kanttekeningen gemaakt op
het beleid van de minister van land
bouw Ir. G. Braks. Met name zijn
opmerkingen over de toetreding van
Spanje tot de E.E.G. bleken niet
goed te zijn gevallen. Ook het inslik
ken van zijn toezegging dat fruitte
lers die overmatig van de hagelscha-
de hebben geleden een beroep zou
den kunnen doen op het rampen
fonds werd de minister niet in dank
afgenomen. Vanuit de ledenraad
werd voorts aangedrongen op het
weren van slechte kwaliteiten bui
tenlands fruit van de (Nederlandse)
markt. Het gerucht gaat dat er vanuit
Nederland door de overheid nu spe
cialisten naar het buitenland worden
gestuurd om daar voorlichting te ge
ven over de kwaliteit van het fruit dat
hier konkurrerend op de markt
wordt gebracht. De fruittelers voelen
zich door een en ander behoorlijk
"gepakt". Gewezen werd voorts op
het grote belang van zoetwater voor
de tuinbouw. Wat de herinplantre-
geling voor de fruitteelt betreft zou er
nu een opening zijn voor rentesubsi
die over een bedrag tot 180.000,—
i.p.v. 75.000,- Voor de bij
standsregeling (RZ) wint nu de op
vatting veld dat het vermogen daar
voor geen beletsel zou mogen zijn.
Gesproken wordt over een vermo
genstoets van grond van ten hoogste
20.000,— per hektare. Tenslotte
werd medegedeeld dat er een grote
Europese (appel)oogst wordt ver
wacht.
mische boekhouding lijkt niet zo vee
animo op te roepen. De belangstel
ling is tot nu toe gering. Verder wer
den nog een aantal informatiev*
vragen beantwoord aangaande dt
diensten en instellingen van d(
Z.L.M. In de rondvraag vlamde ei
een felle diskussie op over het t(
voeren beleid terzake van de slecht*
positie van de land- en tuinbouw
Daarbij ging het met name om d*
fiskale prioriteiten ten aanzien van
het inkomen in de landbouw: sociale
lasten en -verzekeringen, vermo
gensbelasting en inkomensbelasting.
Ook de wijze waarop deze zaken ge
realiseerd dienen te worden lokten
vinnige opmerkingen uit, ook al met
het oog op de geloofwaardigheid
naar de leden. Besloten werd voor
een en ander landelijke steun te zoe
ken en/of zelf initiatieven te nemen
ten aanzien vati de inkomenspositie
in de land- en tuinbouw. Op de vol
gende hoofdbestuursvergadering zal
hierop worden teruggekomen.
Met een "Haags-beleid", dat de
landbouw telkens weer in de "ver
domhoek" drukt en met een Brussels
markt- en prijsbeleid - konsu-
mentenbeleid- dat ongetwijfeld meer
en meer direkt op de minimale eisen
van de "grote" akkerbouwgebieden
gericht zal worden.
Z ijn prioriteitenlijstje:
1. de realisering van drastische na
tionale maatregelen en aanpas
singen t.a.v. het Nederlandse zelf-
standigenbeleid (o.a. fiskaliteit);
2. een nadrukkelijk en efficiënte
krachtsinspanning om te bewerk
stelligen dat het Brussels markt
beleid in positieve zin wordt om
gebogen;
3. meer aandacht voor inventiviteit
en produktiviteitsstijgingsmoge-
lijkheden.
Mochten deze maatregelen niet
het beoogde effekt sorteren dan
zou de sarkastisch bedoelde op
merking over de toepassing van de
bergboerenregeling voor de totale
Zuidwestelijke akkerbouw wel
eens noodzakelijk kunnen wor
den.
De heer v.d. Maas zag^ls enige weg
om de druk op de overheid te ver
groten, de hiervoor afgedrukte prio
riteiten.
Wat betreft het vergroten van de
druk werd gesuggereerd dit in kom-
binatie te brengen met de afzetorga
nisaties: "Wat de suiker betreft ligt,
gezien de hoge wereldmarktprijs, het
ekonómische dwangmiddel voor het
oprapen" zo werd er gezegd en: "We
moeten onze tarwe aan de poorten
van de broodfabrieken deponeren".
Ook ten aanzien van de belasting
druk kwamen er suggesties zoals een
aftrek op basis van het totale geïn
vesteerde vermogen, zoals reeds eer
der door K.N.L.C.-voorzitter Luteijn
bepleit. Gesuggereerd werd ook om
per SBE een belastingvrije voet voor
de landbouw te introduceren.
Voor de notitie van de heer v.d. Maas
kwam vanuit de ledenraad veel
waardering. Geadviseerd werd
daarom deze notitie te gebruiken als
uitgangspunt voor konkrete voor
stellen. De strekking van het door
v.d. Maas geproduceerde cijferma
teriaal - ook al is daarover wellicht
nog te plussen en te minnen - geeft
daartoe alle aanleiding. Van der
Maas trok daaruit de konklusie dat
als er niets gebeurt de akkerbouw
zijn heil zal moeten zoeken in de
part-time-landbouw of in het ge
mengde bedrijf.
B ij voortzetting van het huidige landbouwbeleid (om van verdere
"inkrimping" nog maar niet te spreken) zal binnen het tijdsbestek van
hooguit één boeren generatie geen plaats meer zijn voor gespeciali
seerde akkerbouw in Nederland! De enige mogelijkheden die overblij
ven om akkerbouw te bedrijven in ons werkgebied zullen dan zijn:
part-time boeren en gemengde bedrijven (melkveehouderij?). Tot deze
weinig opbeurende konklusie kwam de voorzitter van de ZLM-akker-
bouwkommissie de heer H,C. van der Maas op de ledenraad nadat hij
de balans had opgemaakt van de uitkomsten van de oogst 1979. De
volgende feiten brachten hem tot de hiervoor aangegeven konklusie:
e j.l. november gepubliceerde
LEI-prognose (voor oogstjaar 1979)
van de bedrijfsuitkomsten voor het
50 ha zuidwestelijk akkerbouwbe
drijf, gaf - op pachtbasis - een te
verwachten arbeidsopbrengst aan
van 35.000,— Ofwel (en dat is
een duidelijker getal) een netto-be-
drijfsekonomisch verlies per ha van -
70,-. Op eigendomsbasis zijn deze
cijfers respektievelijk: 5000,nega
tief en 870,- negatief.
Deze november-prognose was on
dermeer gebaseerd op een kon-
sumptie-aardappelmiddenprijs van
21 cent.
Als we nu de gerealiseerde midden-
prijs durven taxeren op 16. cent, dan
wordt de betreffende arbeidsop
brengst op pachtbasis 15.000,-
en op eigendomsbasis - 25.000,-.
Terwijl de nettoverliezen per hektare
oplopèn tot respektievelijk: - 470,-
en-J 1.270,-.
Voor de kleinere akkerbouwbedrij
ven (20 ha) geeft deze cijferreeks een
nog aanmerkelijk slechter beeld te
zien. (eigendomsbasis een 16 cent
aardappelprijs) 2.000,— bedrijfse-
konomisch verlies per hektare!
N.B.: Een destijds veel gehanteerde
en gerespekteerde norm in de 50-er
en 60-er jaren was een bedrijfseko-
nomische winst per hektare van
600,- a 700,- als MINI
MUMVOORWAARDE voor nor
male kontinuïteitsmogelijkheden
van de bedrijfsvoering!
Een te verwachten E.E.G.-prijs-
aanpassing van 5% betekent voor
de Nederlandse akkerbouw in feite
"12% beneden de NULLIJN!":
(1980 ten opzichte van 1979):
a. de "papieren"-prijsaanpassing
zal totaal te niet gedaan worden
door het prijsdrukkende effekt
van de negatieve "bijsturing" van
het E.E.G.-marktbeleid (zelffi
nanciering, overschotten se-
kundaire voorwaarden). Dus:
5% 0.
b. De "hormale" inflatoire kosten
stijging van 8% de recente ex
tra energiekostenstijging (mest
stoffen, brandstof etc.) van 4%
een extra doorwerken van de ho
ge rentevoet in de totale kosten
van minstens 1%; besommen een
totale kostenstijging voor Neder
landse omstandigheden van 13%.
(MINIMAAL!).
c. Rekeninghoudend met een jaar
lijkse produktiviteitsstijging van
1%, resteert: 12%.
N.B.: om daarenboven nog te ver
wijzen naar het gedurende de laatste
6 a 10 jaar ontstane Brusselse prij-
zen"gat" van 30 a 40%, wordt lang
zamerhand - ook in landbouwkrin-
gen - als "onzindelijk" ervaren
B innen een tijdsbestek van nog
géén halve boerengeneratie is in de
60-er en 70-er jaren meer dan de
helft van de Nederlandse akkerbou
wers onder ekonomische dwang
"verdwenen".
Recente ministeriële nota's houden
rekening met een steéds sterkere en
snellere noodzakelijke schaalvergro
ting in de gespecialiseerde Neder
landse akkerbouw: uitgaand van be
stendiging van het huidige Brusselse
en Haagse landbouwbeleid zal, t.g.v.
een jaarlijks cumulerend gat van mi
nimaal 6% in de kosten/opbrengsten
verhoudingen, over 10 20 jaar (ten
behoeve van de inkomenskapaciteit
van 1 man) een minimale bedrijf-
soppervlakte vereist zijn, die een
veelvoud is van de huidige, (van 30
naar 90 ha?)
Binnen het kader van de totale Eu
ropese gemeenschap neemt de Ne
derlandse akkerbouw qua areaal en
qua (financiële) produktie een on
beduidende plaats in. Kennisneming
van de feiten in de "grote" akker
bouwgebieden in - met name -
Frankrijk en Engeland, leert ons:
a. dat de bedrijfsoppervlaktestruk-
tuur aanzienlijk gunstiger ve
le malen groter) is dan de onze en
b. dat - de veel voorkomende - Ne
derlandse zelfgenoegzaamheid
over het eigen boerenvakman
schap volledig onterecht is (onze
"top" kilogramopbrengsten en
onze kwaliteit worden ook "daar"
geproduceerd!)
Als we daarenboven ook nog de rea
liteit beschouwen, dat in vele "part
ner" landen de akkerbouwsektor
aanmerkelijk meer nationale steun
ondervindt en tevens te maken heeft
met aanzienlijk lagere kosten (lonen,
belastingen etc.) dan in Nederland
konkurrentievervalsing), dan
moeten we ons afvragen, hoe lang
kunnen we als Z.L.M.-akkerbouwers
deze Europese afvalrace nog vol
houden?
10