Moeilijker positie in 80er jaren maar uitgangspositie krachtig! Minister Braks: "Principe-akkoord Luxemburg alleszins aanvaardbaar" Minister Braks bezorgd: 'Europese land bouwpolitiek komt in gevarenzone terecht' Schelhaas over toekomst melkveehouderij: Algemene Vergadering Eucolait Zuivelsektor Verlammend Extra heffing Strukturele aanpak De melkveehouderij zal het in de 80er jaren moeilijker kunnen krijgen dan in de achterliggende 70er jaren, aldus drs. H. Schelhaas, die in Ede een inleiding hield over de toekomst van de melkveehouderij, tijdens een studiedag van de A.C.V. (Afnemers Controle Veevoeders). Hij verwachtte dat de melkveehouderij met zwaardere eisen onder andere ten aanzien van de planologie, landschap, welzijn van de dieren en het bestand aan weidevogels, gekonfronteerd zal worden. Daarbij komt dat in Europees verband de weerstand tegen de zuivelo- verschotten toeneemt. Overigens dient opgemerkt dat de Nederlandse melkveehouderij de 80er jaren is ingegaan met een krachtige uitgangspositie. Deze krachtige uitgangspositie is verkregen dank zij het vakmanschap en de ondernemerszin van de veehouders, de ligging en het klimaat van de bedrijven en de opzet in doelmatigheid van de zuivelindustrie en zuivelhandel. "Het is van het grootste belang dat de besluitvorming over de land bouwprijzen binnen de kortst mogelijke tijd wordt afgerond. Het gaat niet aan agrarisch Europa nog langere tijd in onzekerheid te laten. Het gaat ook niet aan het gemeenschappelijke landbouwbeleid tot inzet te maken van een spelletje blufpoker tussen rivaliserende lidstaten. Acht .van de negen lidstaten hebben ingestemd met het principe-akkoord dat in de extra raadszitting op 27 en 28 april jl. te Luxemburg is bereikt, nl. een gemiddelde verhoging van de landbouwprijzen met 5%. Dat ak koord mag niet opengebroken worden. Het is voor onze land- en tuin bouw een alleszins aanvaardbaar compromis. Ten opzichte van de aanvankelijke commissievoorstellen betekent het maar liefst een ver dubbeling van de prijsaanpassingen. Onze land- en tuinbouw kan hier zeker mee uit de voeten". Unieke positie Nederland Sprekende over de unieke positie van Nederland stelde Schelhaas vast dat Nederland de op één na grootste voedselexporteur ter wereld is, met een exportwaarde van ongeveer 29 miljard. De Verenigde Staten gaan Nederland nog voor, doch in Neder land bedraagt de opbrengst van de landbouwexport ongeveer 2000 per hoofd van de bevolking, terwijl dat in de Verenigde Staten rond 300 is. Nederland is in de Gemeenschap de enige netto-voedselexporteur. Met slechts 2% van de landbouwgrond le vert Nederland 8,6% van de totale landbouwproduktie in de Gemeen schap. Per 100 ha grond werken in Neder land 12 mensen, in België 7,5 in Duitsland 7 en in Engeland 3. Zuivelexporteur nr. één Nader wat de melkveehouderij be treft stelde Schelhaas vast dat Ne derland veruit de grootste zuivelex porteur ter wereld is, met een kwart van de wereldhandel in zuivel. Overigens was Schelhaas niet al te gerust over de toekomst. Men lijkt dikwijls te snel bereid de "kip met de gouden eieren" te slachten, daarbij toegevende aan allerlei eisen uit de samenleving. Overigens achtte hij dat de afzet van de melk- en zuivel- produkten in de 80er jaren wat moeilijker zal gaan dan in de periode 1960/1980. Dit omdat de zuivelafzet in de westelijke landen naar aange nomen wordt gekonfronteerd zal worden met een nul-groei, bij de koopkrachtige vraag, zo er al geen daling tot stand zal komen. De nieu we mogelijkheden die de EEG bood zijn nu voor een groot deel wel uit geput, aldus drs. Schelhaas. Afnemende groei In de 80er jaren behoeft naar opvat ting van Schelhaas niet op een sterke groei in de Nederlandse melkpro duktie gerekend te worden, ook niet indien de G emeenschap geen direkte maatregelen neemt gericht op pro- duktiebeperking bijvoorbeeld via een kontingentering of een super heffing. Drs. H. Schelhaas. Reeds de laatste vijfjaar is er van een afnemende groei sprake. Zo steeg de melkproduktie in Nederland in 1970/75 nog met 4,5% per jaar en in de periode 1975/79 nog met nauwe lijks 3%. De groei van de melkvees tapel daalde in die periode van 3% naar 0,8%. Te verwachten is dat deze tendens zich in de komende vijfjaar zal doorzetten. In de eerste vier maanden van dit jaar daalde de melkproduktie reeds met 2%, zij het door incidentele oorzaken (ruwvoe- derpositie) Goede zuivelmarkt Wat opvalt is dat de stagnatie in de melkproduktie samenvalt met een opvallend goede zuivelmarkt. Het is wel zo dat de ervaring van de laatste tien jaar geleerd heeft dat de zuivelmarkt altijd voor onverwachte ontwikkelingen kan zorgen, zowel plezierige als minder plezierige - doch voor dit jaar zal het er wel op neer komen dat er in Nederland nauwe lijks boter of mager poeder ingeleverd zal behoeven te worden. Momenteel ligt de kaasprijs reeds 0,40 boven de z.g. evenwichtsprijs, die van vol melkpoeder 0,25, ma ger poeder 0,13 en boter 0,07 per kg boven de interventieprijzen. In de EEG als geheel is de situatie vergelijkbaar met die hier, zij het dat in de EEG de melkproduktie in het eerste kwartaal 1,9% groter was dan vorig jaar, vooral door de grotere aanvoer in Duitsland en in Frank rijk. Schelhaas verwachtte dit jaar geen stijging van de zuivelvoorraden in de EÈG, vooral ook door de goede ex port naar derde landen. Zuiveloverschotten blijven bedreiging De Europese zuiveloverschotten evenwel blijven de grootste bedrei ging voor de positie van de Neder landse melkveehouderij. In de Ge meenschap heeft 50% van de melk veehouders minder dan 10 melk koeien, die gezamenlijk 22% van de EEG melkproduktie leveren. Bijna 80% van de Europese melkveehou ders heeft 20 melkkoeien of minder, die gezamenlijk ongeveer de helft van de melkproduktie in de Ge meenschap leveren. Slechts 22% heeft 20 of meer koeien en deze 22% leveren de andere helft van de melkproduktie. Een belangrijk probleem is dat de kleine bedrijven in Ierland, België, Frankrijk en Duitsland ruimte willen hebben voor een expansie en dat op een reeds overvoerde zuivelmarkt. Het gevaar is dat de ruimte die ge zocht wordt, ten nadele van Neder land zal uitvallen. Dit nu noemde Schelhaas onaanvaardbaar. Men dient te blijven staan op het uitgangspunt van de regionale spe cialisatie. Immers, aldus Schelhaas in Frank rijk wordt het grotere akkerbouwbe drijf ook niet zwaarder belast dan het zoveel kleinere akkerbouwbedrijf in andere landen. Vrijwilligheid Voor Nederland is het invoeren van een op vrijwilligheid gebaseerd sys teem van produktiebèperking en een goede omschakelingsregeling voor de kleinere bedrijven van groot be lang, dan de vraag of de richtprijs voor de melk een procent hoger of lager zal uitvallen. We moeten binnen het gemeen schappelijke landbouwbeleid terdege rekening houden met deze beperking, aldus minister Braks op een vergade ring van Groothandelsondernemin gen in Zuivelprodukten 8 mei jl. Hij vervolgde met: "Doen wij dat niet dan zal onvermijdelijk de wal het schip keren. Wij kunnen ons niet blijvend permitteren de ogen te sluiten voor toekomstige ontwikkelingen. Een surséance van betaling van het Euro pese garantiefonds zou wel eens het faillissement van het gemeenschap pelijke landbouwbeleid kunnen inlui den. Wij ontkomen er dan ook niet aan om in het komende jaar alsnog het gemeenschappelijke landbouwbe leid in een strakker financieel kader te dwingen. De zuivelsektor, die uit eindelijk meer dan 40% van de ga rantieuitgaven voor zijn rekening neemt, speelt hierbij een centrale rol. De melkproduktie in de Gemeen schap blijft van jaar tot jaar toene men zonder dat hier een noemens waardige stijging van de commercië le afzetmogelijkheden tegenover staat. Dit kan niet zo door blijven gaan. De afzetkosten van de extra- geproduceerde melk liggen in de or de van grootte van maar liefst 40 a 50 cent per kg. Dit betekent dat elk Dit o.m. zei minister ir. Braks (land bouw en visserij) in een toespraak ter gelegenheid van de Algemene Ver gadering van de Europese Vereni ging van Groothandelsondernemin gen in Zuivelprodukten (Eucolait). Een en ander vond plaats in het Apollohotel op 8 mei 1980 te Am sterdam. Het proces van de Europese integra tie stagneert reeds geruime tijd; de besluitvorming laat veel te wensen over. Het "gesjacher" van de laatste maanden over de Britse bijdrage-pro- blematiek is daar een levend bewijs van. De bewindsman maakt zich ern stig zorgen over de toenemende be sluiteloosheid binnen de EEG. Ter wijl de wereld bij wijze van spreken in brand staat, krakeelt Europa over centen en procenten. Naar huiten toe is dit een weinig verheffend schouw spel, naar binnen heeft het een ver lammende werking op het funktione- ren van de Gemeenschap als zodanig. Niet in de laatste plaats op het reilen en zeilen van het gemeenschappe- G.J.M. Braks procent stijging van de melkproduk tie de kosten van het zuivelbeleid met 400 a 500 miljoen gulden doet toenemen. Wanneer wij de groei van de kosten tot staan willen brengen dan moeten wij ook in de eerste plaats denken aan ombuiging van de produktieontwikkeling. De voorgestelde verhoging van de medeverantwoordelijkheidsheffing tot 2% zal onvoldoende soelaas bie den. Een extra-heffing op de meer- produktie zal dan ook onontkoom baar blijken. Het beginsel hiervan is inmiddels voorwaardelijk aanvaard. Over de wijze waarop dit uitgewerkt moet lijke landbouwbeleid. De jaarlijkse prijsonderhandelingen zijn op zich zelf al moeilijk genoeg. Indien de uitkomst ervan ondergeschikt wordt gemaakt aan de oplossing van ande re problemen, wordt het bijkans on mogelijk om nog een gemeenschap pelijk markt- en prijsbeleid tot uit voering te brengen. Dit is een onaanvaardbare zaak. Uiteindelijk is het landbouwbeleid de enige vorm van werkelijk geïnte greerd Europees beleid. Indien het gemeenschappelijke landbouwbeleid op het spel wordt gezet, wordt daar mee de Europese samenwerking in de_ waagschaal gesteld. "Indien men hoog spel wenst te spe len, moet men wel weten wat in dit opzicht de inzet is", aldus de be windsman. Sprekend over het principe-akkoord van Luxemburg zei de bewindsman verder, dat voor tal van boeren en tuinders er beslist meer uit de bus is gekomen dan verwacht had kunnen en mogen worden. Met voor ons es sentiële belangen is wel degelijk re kening gehouden. worden lopen de meningen echter nog sterk uiteen. In dit verband zei de bewindsman zich niet te kunnen verenigen met een regeling, die vooral de melkvee houders met een grotere produktie belast. Hij acht dit principieel on juist, omdat dan via het marktbeleid, struktuurpolitiek en sociale politiek wordt bedreven. Bovendien zullen de lasten dan voornamelijk op de schouders van enkele lidstaten te recht komen waar de melkproduktie op gespecialiseerde bedrijven plaatsvindt. Een en ander neemt overigens niet weg dat de tijd dringt om tot een werkelijke strukturele aanpak van het zuivelprobleem te komen. Wij kunnen hiermee niet gelaten tot de volgende prijsronde wachten. Voor het einde van dit jaar moet een aantal knopen worden doorgehakt. De budgettaire problematiek dwingt ons tevens zoveel mogelijk te bezui nigen bij het marktbeheer. Men kan hierbij denken aan het voorkomen van onnodige en overdreven inter ventieaankopen en een kritisch resti- tutiebeleid. De handel moet voldoen de prikkels hebben om zelf aktief af zetkanalen te zoeken binnen en bui ten de EEG. Felicitaties van het Nederlandse kaasmeisje Leonie Frencken voor de Nederlandse spelers bij de Engelse voetbalklub Ips wich Town, Arnold Mühren (I) en Frans Thijssen (r). De "Double Dutch", zoals zij in Ipswich genoemd worden, hebben een suksesvol seizoen achter de rug. Frans Thijssen werd door de supporters tot speler van het jaar uitgeroepen. Arnold Mühren kon een nieuw tweejarig kontrakt onderte kenen. Het principe-akkoord van Luxemburg vervult minister Braks ook met zorgen. Niet zozeer om wat er overeengekomen is, maar veeleer om datgene wat niet besloten is. De besparingsdoelstelling die de Com missie zich gesteld had, is volledig in de mist geraakt. Er is nog maar nauwelijks een begin gemaakt met een werkelijk strukturele aanpak van het zuivelprobleem. De extra kosten van het kompromis in 1980 belopen ongeveer 1,15 miljard. Op jaarbasis zelfs zo'n 2,3 miljard. Een en ander betekent dat wij volgend jaar zonder meer in de gevarenzone van de Europese landbouwpolitiek terecht zullen komen. De middelen dreigen dan uitgeput te raken, terwijl een verhoging ervan, door een verhoogde BTW-afdracht niet op korte termijn realiseerbaar is. 5

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1980 | | pagina 5