Vervolg ve
e
31
g
Hoofdbestuur
N u we dit schrijven is het al weer 1
maart en met de dag hebben we het
zaailand steeds grijzer zien worden.
Hier en daar loopt nog een drai-
neerbuis, maar overal zijn de plassen
reeds weggezakt. We krijgen al zin
om zomertarwe, haver, gerst, vlas en
erwten te gaan zaaien, maar het
droogt nog niet goed door en het is
allemaal nog te dof. Voor dit spel
hebben we flinke nachtvorsten nodig
en die hebben we deze keer gemist.
In het noorden van het land is er op
D e heer M.J. Goud zei als voor
zitter van de Z.L.M-tuinbouwkom-
missie wat de buitenteelten betreft,
met tevredenheid terug te kunnen
zien op de teelt en afzet van'de
spruiten en uien. Gelet op de posi
tieve resultaten hoort men al gauw
stemmen opgaan, die wijzen in de
richting van teeltuitbreiding. De er
varing van de laatste jaren leert ons
echter dat we moeten opereren tus
sen smalle marges, wat vraag en
aanbod betreft.
W at marktverstoring en de uit
werking daarvan voor sommige be
drijfstakken betekent ervaren we in
de fruitteelt.
D e voorzitter van de veehouderij
kommissie, de heer W. van Veldhui
zen, sprak o.m. over de opschudding
die de voorstellen van de heer Gun-
delach hebben veroorzaakt. Voor
stellen die tot stand zijn gekomen
door de objektieve rekenmethode in
te ruilen voor een benadrukken van
de overschotten-situatie in de zuivel
en door het financierings-tekort in
Brussel.
Grondgebruik
Algemene situatie
Tuinbouw
Fruitteelt
Veehouderij
Akkerbouw
Benoemingen
Wintertarwe inzaai V.S.
Het hoofdbestuur nam ten aanzien
van het ontwerp Wet Vervreemding
Landbouwgronden het volgende
standpunt in: Als er dan toch wette
lijk ingegrepen moet worden in de
grondmarkt dan zal dat uitsluitend
mogen gebeuren via aan de persoon
van de koper te stellen eisen. Deze
eisen mogen op hun beurt weer uit
sluitend beroepsmatig gericht zijn.
Eisen aan de leeftijd van de koper
worden door het hoofdbestuur afge
wezen. Ook aan het bedrijf wil de
Z.L.M. geen wettelijke eisen gesteld
zien, omdat dit zeer onrechtvaardig
en willekeurig zou werken en de
normale bedrijfsontwikkeling in de
weg kan staan. Ook in een afstands-
kriterium zag het hoofdbestuur ab
soluut geen heil. Zo'n kriterium kan
werken als een knevel, waarmee de
markt naar believen groter, kleiner
of zelfs geheel uitgeschakeld kan
worden. De afstand kan daarom het
best aan de praktijk worden overge
laten.
Het hoofdbestuur was voorts van
mening dat de Wet Vervreemding
Landbouwgronden geen soelaas
biedt voor bedrijfsvergroting en be
drijfsovername. Daarvoor is in de
eerste plaats een goede grondban
kregeling nodig.
Het hoofdbestuur kon zich over het
algemeen wel vinden in de vrijstel
ling van toetsing in familieverband
zoals in het ontwerp voorgesteld,
d.w,z. 2e graad recht lijn en zijlijn en
voor pleegkinderen.
Wat betreft het ontwerp wijziging
Pachtwet kon het hoofdbestuur ak
koord gaan met beëindiging van de
pacht op'65-jarige leeftijd. Een en
ander echter onder de uitdrukkelijke
voorwaarde dat er in de wet een be
paling wordt opgenomen die voor
ziet in de indeplaatsstelling van de
logische bedrijfsopvolger ook na de
65-jarige leeftijd. Dit geval kan zich
voordoen als de logische opvolger
b.v. nog te jong is om het bedrijf over
te nemen. Bovendien miste het
hoofdbestuur in het ontwerp een
onderlijning van de bepaling die
voorziet in een redelijke vergoeding
van de door de pachter aangebrachte
verbeteringen, indien inderdaad op
65-jarige leeftijd de pacht beëindigd
wordt.
De ingenomen standpunten zullen
door de Z.L.M. bij het K.N.L.C. in
gebracht worden.
Het hoofdbestuur besprak uitvoerig
de algemene situatie in de land- en
tuinbouw. Dit naar aanleiding van
de Brusselse prijsvoorstellen, waarbij
ook het nationale beleid niet onbes
proken bleef. Besloten werd dat de
Z.L.M. zich samen met de andere
organisaties in de eerste plaats achter
het C,O.P.A.-standpunt zal plaatsen,
d.w.z. 7,9% prijsaanpassing. In de
tweede plaats zal de Z.L.M. zich
sterk blijven maken voor verbeterin
gen van het nationale beleid, met
name voor wat betreft fiskale aan
passingen, inklusief de premiehef
fing.
Het propageren van het overgaan
van de ene teelt naar de andere ter
verbetering van de bedrijfsuitkom-
sten lijkt ons niet zonder gevaar,
waarschuwde de heer Goud. Na
twee seizoenen om te huilen is het
begrijpelijk dat de huidige situatie in
de uienteelt aanleiding geeft tot een
zekere tevredenheid en een wat op
timistische stemming. Een opbrengst
van 10 11 duizend ha kan echter
alleen maar worden opgenomen
door een markt, die sterk onder
bouwd is, door vraag naar het pro-
dukt in binnen en buitenland. Ook
hier zal gelden dat forse uitbreiding
van de produktie marktverstorend
kan werken.
Nogmaals hebben we, zo vervolgde
de heer Goud, in organisatorisch
verband de noodzakelijke herstruk-
turering van de bedrijfstak beklem
toond.
De hoogste prioriteit moet, zo zei hij,
worden toegekend aan verjonging
van boomgaarden en vernieuwing
van het sortiment. Wil de overheid
daadwerkelijk hulp bieden aan de
fruitteelt dan zal ze zonder verder
schuiven en verschuiven van belan
gen (die tijdverspillend werken) in
moeten gaan op de o.i. goed onder
bouwde en gefundeerde plannen van
het Landbouwschap.
Wanneer dan blijkbaar hoog ge
plaatste ambtenaren het land wor
den ingestuurd om met verwijzing
naar Brussel alles af te kappen wat de
haalbaarheid betreft, dan wekt zulks
geen vertrouwen.
Geaien de moeilijke en onzekere
positie is duidelijkheid voor de fruit
teelt uiterst noodzakelijk.
De heer Goud vroeg zich tenslotte af
of de overheid de positie van de
fruittelers wel juist taxeert. "Men
gaat ervan uit dat er nog voldoende
ruimte is om alle mogelijke diepte
investeringen te doen", maar de
meeste ondernemers hebben deze fi
nanciële ruimte niet meer. We heb
ben duidelijk wat impulsen nodig.
nachtvorst al heel wat ingezaaid en
dat blijft een voorsprong. Hier is de
maand december te nat geweest en
daardoor is vooral op de lichtere
gronden wat verslemping opgetre
den en dat droogt ontzettend traag.
Soms moet men zulke gronden wel
eens wat vroeger opentrekken om ze
beter te laten drogen. De algemene
opinie hier is echter wel, dat we nu
uiterst voorzichtig moeten zijn met
wat te vroeg starten in de nog kleffe
grond. Deze winter zijn we door de
Als we met de overheid tot de kon-
klusie komen dat de fruitteelt be
houden moet blijven, dan zal er bin
nen ambtelijke kringen niet twee
slachtig over moeten worden geoor
deeld, ook niet wanneer er aanvra
gen bij C.R.M. ter tafel komen".
Ten aanzien van die konsumenten-
bond, die profiteert van een goed en
voordelig voedselpakket der europe-
se boeren, merkt de heer Van Veld
huizen op dat de wereldvoedsel
voorziening lang niet optimaal is:
hier in het westen voedseiovervloed
mede dankzij een bepaald beleid,
doch op vele plaatsen een groot te
kort aan voedsel. Overschotten zijn
meestal plaatselijk en tijdelijk, over
vloed zal voor producent en konsu-
ment reden moeten zijn om te delen
in andermans nood. De vereiste fi
nanciën zullen door de totale E.G.
opgebracht moeten worden, zowel
voor het voedselpakket van de kon-
sument als voor een redelijke bes
taansmogelijkheid van de producent
en ook voor een redelijke aanwen
ding van het geproduceerde, aldus de
voorzitter van de veehouderij kom
missie.
Voor de zuivel is een richtprijsver
hoging vastgesteld van 1 Vi%. Daar
tegenover verhoging van de heffing
met 1% en afbraak m.c.b. met 0,5%.
Blijft over een prijsaanpassing 0,0%
voor de zuivel terwijl de gevraagde
8% verhoging op dit moment de
kostenstijging in deze sektor lang
niet opvangt. Duur krachtvoer en
ruwvoeder alsmede stijgende ener
giekosten, welke laatste vooral in de
verwerking een grote rol spelen, ge
ven, zo rekende Van Veldhuizen
voor, thans een kostenstijging van
20% op deze bedrijven. Het instellen
van een heffing van 50 cent/kg bij
meer levering dan 99% op basis 1979
maakt elke verdere ontwikkeling van
de rundveehouderij onmogelijk.
"Dit is niet konserverend werken
maar ontbindend. Ieder bedrijf, zo
wel producerend als verwerkend
wordt gedwongen om terug te gaan".
De vrijstelling van bedrijven tot
60.000 kg (zij verzorgen 14% van de
totale melkaanvoer in de E.G.) is niet
aanvaardbaar. Deze bedrijven zou
den tevens de mogelijkheid hebben
om ongestraft uit te breiden. Indien
er in bepaalde regio's bedrijven zijn
met problemen zullen die zeker ge
holpen moeten worden, maar dan
niet via en ten koste van het zuivel
beleid.
voorlichting er bij herhaling op ge
wezen, dat de tarraproblemen in
bieten en aardappelen reeds in het
voorjaar mede door de handelingen
van de teler veroorzaakt kunnen
worden. Bij handwerkloze teelten
past geen overdadige kluitenmassa,
want daar hebben we gewoon geen
tijd meer voor en dat past ook niet
meer in het systeem. Met wat meer
geduld wordt het altijd wel goed en
wordt de kwaliteit van het produkt
ook beter.
Deze winter hebben we nog een
spreker beluisterd welke in alle eer
en deugd doceerde over de kwaliteit
van onze produkten. We kwamen er
niet te best van af en we zullen er
steeds beter op moeten gaan letten.
De konsument is meer kwaliteitsbe
wust geworden en ondanks dat de
betaling voor een betere kwaliteit
niet altijd is zoals we die graag zou
den wensen, moeten we toch oppas
sen, dat we geen markten verliezen.
Studeren aan het kostenniveau en de
opbrengst is meer dan ooit geboden,
want we zien zelfs in onze studieklub
grote verschillen in deze. Kwaliteits-
en opbrengstverliezen komen nog
ekstra bovenop de kostenberekenin
Ten aanzien van het rundvlees achtte
Van Veldhuizen de verhoging van
oriëntatie- en interventieprijs met
1,5% maar minimaal. Het opschorten
van de interventie van 1-4 tot 15-8 is
volgens hem een maatregel die het
doel der interventie weerspreekt. Een
marktondersteuning dient het gehele
jaar te funktioneren wil het effekt
hebben voor die sektor, zo meende
hij.
De voorzitter van de akkerbouw-
kommissie van de Z.L.M., de heer
H.C. van der Maas, hield het hoofd
bestuur voor dat de kostenstijging
voor de akkerbouw in het zuidwesten
aanmerkelijk hoger uitvalt dan de
europese berekeningen van het
C.O.P.A. Hij voerde daarvoor de
volgende argumenten aan:
- de extra stijging van de bemes-
tingskosten door de energiekrisis,
- de stijging van de brandstof-prijs
voor traktoren,
- de doorwerking van de energie
kosten in de aanschaf, reparatie
en onderhoud van werktuigen en
traktoren.
- de extra stikstofbemesting die
volgens recente bodemanalyse dit
jaar nodig zal zijn,
- de "normale" inflatie als kosten
stijging.
Via het spoor van de "zogenaamde"
objektieve rekenmethode (d.w.z. de
officiële methode, zoals die door
Brussel wordt gehanteerd) kwam de
heer v.d. Maas uiteindelijk op een
kostenstijging voor het zuidwesten
van gemiddeld zo'n 10% hoger dan
de europese berekening van het
C.O.P.A. De konklusie van de voor
zitter van de akkerbouwkommissie
van de Z.L.M. was dan ook dat de
voorstellen van de europese kom
missie voor het zuidwesten absoluut
niks voorstellen en geen enkel soe
laas bieden voor de werkelijke pro
blematiek. "Een reden te meer voor
de akkerbouw om in ieder geval on
verkort vast te houden aan het
C.O.P.A.-standpunt" zo vond het
hoofdbestuur van de Z.L.M.
Zijn tweede punt noemde de heer
v.d. Maas een herhalingsoefening.
"De maandbewaarstaffel" voor tar
we van 0,50 per 100 kg wordt
praktisch volledig opgeslokt door de
struktureel hoge rente. Het gevolg
momenteel is zeer slechte prijzen
voor bewaartarwe. Een gevolg voor
straks met de nieuwe oogst: prijzen
in de goot en dan ook voor tarwe
direkt vanachter de kombine. Twee
zaken zijn te dienaangaande van de
grootste urgentie:
a. een forse Nederlandse onder
steuning van het aktuele Franse
voorstel om de interventie (-
referentie) voor baktarwe in april
en mei a.s. open te stellen.
b. een nog nadrukkelijker aandrin
gen om de bewaarstaffel met in
gang van de komende oogst te
verhogen van 0,50 tot mini
maal 0,75 per 100 kg.
gen en daarom dienen we in eerste
instantie oog te krijgen voor de afzet
van onze produkten. Hierbij denken
we aan mooie partijen aardappelen,
aan graan met weinig tweede soort,
aan bieten met een goede sapzuiver-
heid, aan vlas van een goede kwali
teit en aan uien mooi en uniform van
vorm en blank van kleur. Met onze
produkten moeten we naar de markt
en dan gaat het er om, dat we iets
beters hebben dan anderen. De prij
zen worden in groter verband be
paald, doch de prijsverschillen ter
plaatse tussen de teler en de afnemer.
Bij de huidige systemen dienen we zo
zakelijk mogelijk te blijven produce
ren, want we zijn en blijven sterk af
hankelijk van de export. De ontwik
kelingen zijn hard gegaan, maar daar
is de vaart nu wel een beetje uit.
Betere prijzen zijn de basis voor een
betere toekomst, maar daar is nooit
en te nimmer een verstandig woord
over te zeggen. Valorisatie van het
produkt is een goed begrip voor een
samenspel van maatregelen teneinde
de produktie weer lonend te maken.
Hierin moeten we niet alleen gelo
ven, maar ook daadwerkelijk ons
steentje aan willen bijdragen.
Tenslotte ging de heer v.d. Maas in
op de uitkomst van de januari-in-
ventarisatie voor konsumptie-aard-
appelen, waarvan de cijfers bekend
zijn:
vorig jaar 1.052.000 ton
januari 1980 1,236.000 ton
Dat is ruim 180.000 ton meer en in
klusief pootaardappelen 223.000 ton
meer. Dit zou betekenen een abso
luut rekord, niet alleen vergeleken
met vorig jaar, maar ook vergeleken
met voorgaande jaren. De heer v.d.
Maas heeft daarbij het volgende
kommentaar:
1. volgens hem zat er al een sterk
luchtje aan deze inventarisatie
voor ermee begonnen werd. Nu
de cijfers bekend zijn vindt hij dat
dq "lucht" nog sterker is gewor
den.
2. deze cijfers moeten door ons
worden geïnterpreteerd als zijnde
van "0 en generlei waarde".
In ieder geval schat (zelfs) de handel
de voorraden al aanmerkelijk min
der dan de gevonden cijfers aange
ven. En per saldo kunnen het er net
zo goed "nog meer zijn" dan de cij
fers aangeven als dat er net zo goed
"honderden tonnen minder" zijn.
Dat zal de praktijk wel uitwijzen.
Naar de mening van de heer v.d.
Maas moeten de januari-inventari-
saties voor konsumptie-aardappelen
op deze manier uitgevoerd (o.a. met
steekproeven, geen duidelijkheid
over voorraden bij handel en indus
trie, alsmede geen duidelijkheid over
de afnamecijfers van de industrie en
de verse binnenlandse konsumptie)
afgeschaft worden.
Het hoofdbestuur zette met de heer
v.d. Maas grote vraagtekens bij de
betrouwbaarheid van de aardappe
linventarisatie. Het gaat hier echter
om een kompromis, waarvan de tijd
zal leren hoe het precies zit.
Voor het Hoofdbestuur vonden een
aantal benoemingen en herbenoe
mingen plaats:
Tuinbouwkommissie van de Z.L.M.:
de heer M.P. van Weele te Waarde;
Bestuur Onderlinge Zuidelijke Ha-
gelverzekering: de heer O.P.L. de
Jager te Rilland-Bath;
Bestuur Onderlinge Verzekering
Maatschappij: de heer C.J. van der
Werff te Rilland-Bath;
Adviseur Commissie Veehouderij
van de Z.L.M.: de heer W.S. Brand-
sma te Wouw.
USDA schat de inzaai van winter
tarwe qua areaal op een niet onbe
langrijk hoger oppervlak dan in de
voorgaande 2 jaren, n.l. 23 min. ha
(10% hoger dan 1979 en bijna 20%
hoger dan 1978).
De gemiddelde opbrengst wordt
echter voorzichtiger benaderd; tegen
2.08 ton per ha in 1979, rekent men
voor 1980 met 1,85 ton. De totale
opbrengst van 42.7 min. ton komt
zodoende wat lager uit dan de 43,8
min. ton van 1979.
De rogge-inzaai beslaat 1,1 min ha
tegen 1,25 min ha in 1979.
Wanneer we de wintertarwe percelen
kontroleren op onkruid, dan zien we
op percelen waar afgelopen najaar
geen bodemherbiciden zijn toege
past, behoorlijk veel zaadonkruiden
en dan wel voornamelijk kamille en
muur. Op percelen waar wel een bo
demherbicide is toegepast vinden we
deze onkruiden niet, maar op alle
percelen vinden we kleefkruid. Dit is
een lastig onkruid wat per jaar toe
neemt en wat in andere gewassen
moeilijk is te bestrijden. Kleefkruid
komt uit diepere grondlagen, maar
het ergste is wel, dat het in verschil
lende etappes boven de grond komt.
In de granen dienen we alle bestrij-
dingskansen welke er maar zijn goed
waar te nemen. Het kweekgras is op
het land weer overal te vinden en
toch is de bestrijding in de stoppel
chemisch goed gelukt. Enkele jaren
geleden hadden we de bestrijding op
de wortels aardig onder de knie. De
laatste jaren passen we de bestrijding
op het blad toe en opeens zitten we
weer met een nieuw probleem. Be-
drijfshygiëne blijft onze aandacht
vragen, want bij de geringste tegen
slag zitten we weer direkt onder het
onkruid.