1*1
VOOR m:
VROUW
P.J.ZUI
IO
i
HIf
Amerikaanse programma's (inkl. Canada)
De boer(in) en het
scholenprojekt
D
JONGE BOEREN PROGRAMMA
CANADA
Projekt "De boer op"
I n oktober hebben de kinderen van
allebei de scholen hun laatste bezoek
gebracht aan ons bedrijf. Het was
toen erg druk. Appels plukken en
uien in de schuur, in de koelcel, rij
den. Het was voor de kinderen wel
erg interessant. Wij hopen dat de
kinderen van de school uit Terneu
zen veel geleerd hebben. Een ding
vonden ze wel jammer dat er geen
dieren op het bedrijf waren, uitge
zonderd de hond.
REDAKTIE:
KEES SCHIPPER
ZL TYv
Zoals ook voorgaande jaren het ge
val was, hebben de drie Centrale
Plattelands Jongeren Organisaties en
de Stichting Uitwisseling in samen
werking met de emigratie instanties
en de Canadese regering, wederom
een stage-programma waardoor een
aantal jonge boeren en tuinders de
mogelijkheid krijgen een periode
van 9-12 maanden in Canada door
te brengen.
Ook jongelui die pas van de middel
bare of hogere land- en tuinbouw
scholen komen kunnen voor dit pro
gramma in aanmerking komen.
De meeste mogelijkheden zijn er
voor jongeren die vroeg in het voor
jaar kunnen vertrekken (april of
mei). Gedurende deze stage heb je
de kans om kennis te maken met het
leven en werken op een Canadees
bedrijf.
Voorwaarden voor deelname:
- goede theoretische en praktische
kennis van het boeren en/of
tuinderwerk
- voldoende persoonlijkheid bezit
ten om op eigen benen t.e (dur
ven) staan en geschikt zijn om in
een Canadees gezin te worden
opgenomen
- enige kennis van de Engelse taal
bezitten, hoe meer kennis van de
Engelse taal hoe beter;
- ongehuwd zijn, terwijl de leeftijd
mag variëren van minimaal 18 tot
plm. 28 jaar;
- men dient in goede gezondheid te
verkeren;
- men dient in het bezit te zijn van
een rijbewijs.
De landbouw- en emigratie attaché
verbonden aan de Nederlandse Am
bassade verzorgt met zijn medewer
kers de plaatsing op de bedrijven in
Canada.
In het kader van dit programma
kunnen in 1980 maximaal 50 deel
nemers worden geaccepteerd.
De reiskosten dienen door de deel
nemers zelf te worden betaald. De
bemiddelingskosten bedragen
100,—Uitgebreide informatie
over dit programma is bij de Stich
ting Uitwisseling of bij één der plat
telandsjongerenorganisaties be
schikbaar.
Opgave: zo spoedig mogelijk, in ieder
geval vóór 1 maart 1980.
Stichting Uitwisseling 02208-6144
IFYE PROGRAMMA 1980
Intensieve kennismaking met de Verenigde Staten.
IFYE betekent: International Farm Youth Exchange, (plattelandsjon-
gerenuitwisseling). Voor ca. 6 maanden - van mei tot oktober - word je
opgenomen in Amerikaanse gezinnen in twee verschillende staten.
Meestal verblijf je twee tot drie weken in één gezin. Je doet wat werk
binnen het bedrijf en deelt in het familieleven. Daardoor krijg je inzicht
in gewoonten, levenswijze en kuituur van het land. In deze tijd ben je
aktief in de jongerenorganisatie 4-H en ook met het geven van infor
matie over je eigen land. Je begint en eindigt het programma in het
National 4-H Center in Washington en daar ontmoet je de IFYE's uit
alle deelnemende landen.
Voorwaarden voor deelname:
- tussen 18 en 25 jaar; - je moet mi
nimaal 6 maanden weg kunnen; -
kennis van de Engelse taal is nodig
en - je dient geïnteresseerd te zijn in
het plattelandsjongerenwerk.
Er kunnen maximaal 3 leden van
plattelandsjongerenorganisaties aan
dit programma deelnemen. Opgave
vóór 1 februari 1980.
4-H Caravan Programma
Een iets grotere groep (ong. 10 pers.)
zal met hetzelfde doel voor 2 maan
den naar Amerika kunnen gaan. Dit
vindt plaats in het kader van het z.g.
4-H Caravan-Programma. De perio
de zal zijn van juni tot augustus. De
totale kosten van dit programma, in-
klusief de reiskosten zullen ong.
1.500,— bedragen. Opgave: vóór 1
april 1980.
F.F.A.-LANG
De Future Farmers of America (or
ganisatie voor landbouwstudenten
aan high schools) is een organisatie
met een afdeling "International Pro
grams" die buitenlandse jongeren de
mogelijkheid biedt om een stage te
doen in de land- en tuinbouw in de
V.S. Deze organisatie is gevestigd in
een voorstad van Washington D.C.
en men kan plaatsingen verzorgen in
verschillende staten van Amerika
voor een beperkt aantal deelnemers
(ongeveer 20). Gedurende de stage
kan men in principe slechts op een
bedrijf worden geplaatst.
Wat zijn de voorwaarden voor deel
name?
- tussen 18 en 25 jaar; - agrarische
ervaring vereist; - agrarische vooro
pleiding wenselijk en - kennis van
het Engels.
In 1980 zijn de begindata 26 maart en
30 juni voor de periode van 3, 6 of 12
maanden. Men krijgt een visum voor
de periode die men aanvraagt (max
imaal 12 maanden). Het is niet mo
gelijk om deze "stagiaire werkver
gunning" te verlengen wanneer men
eenmaal in de V.S. is. Na aankomst
in Amerika vindt er een introduktie-
dag plaats, waarbij de deelnemers
informatie krijgen over de Ameri
kaanse landbouw en het Ameri
kaanse gezinsleven.
Enige praktische punten: reiskosten -
deze moeten door de stagiaire zelf
betaald worden. Als er sprake is van
een groep bestaat de kans, dat de
Stichting de reis regelt. Verzekering -
men is verplicht een FFA group in
surance af te sluiten van 18,— per
maand (dit is een ziekte- en onge
vallenverzekering). Bemiddelings
kosten: 190,—
Door de FFA wordt een stagiaire
vergunning verstrekt (IAP 66). Hier
mee krijgt men bij het Amerikaanse
Consulaat een stagiaire visum. Met
dit visum word je in de gelegenheid
gesteld om als stagiaire in de V.S.
werkzaam te zijn.
Opgave: vóór 1 april, vertrek 30 juni.
MINNESOTA-PROGRAMMA
Er wordt 9 maanden gewerkt op een
agrarisch bedrijf, dat door de Uni
versiteit in St. Paul, Minnesota uit
gezocht is en waarvoor zij ook ve
rantwoordelijk is. Daarna wordt er
gedurende 3 maanden een kursus
gehouden op de Universiteit in St.
Paul, Minneapolis (Minnesota).
De kosten voor deze kursus worden
door de stagiaire zelf tijdens de eerste
9 maanden verdiend. Uit een spaar
systeem blijft er dan ook nog zakgeld
over. Na 12 maanden tenslotte kan
men nog 6 maanden blijven. Deze
periode wordt door velen benut om
te werken of te "trekken".
Helaas zijn er geen mogelijkheden
om in de tuinbouw geplaatst te wor
den.
Voorwaarden voor deelname:
- tussen 21 en 28 jaar; - agrarische
ervaring noodzakelijk; - middelbare
landbouwschool vereist en - kennis
van Engels vereist.
Het programma wordt gehouden van
maart 1981 tot april 1982. De be
middelingskosten bedragen
190,-.
I.F.A.E.-programma
De International Farmers Associa
tion for Education biedt een beperkt
aantal jongeren de gelegenheid om
hun stage te doen in de land- of
tuinbouw. Deze organisatie kan
plaatsingen verzorgen in verschil
lende staten van Amerika. In princi
pe wordt men slechts op één bedrijf
geplaatst gedurende de stage perio
de. Het programma duurt 6 maan
den en begint eind juni (er is nog
geen exakte datum bekend).
Voorwaarden voor deelname:
- tussen 21 en 29 jaar; - agrarische
ervaring noodzakelijk; - agrarische
opleiding vereist en - kennis van de
Engelse taal.
Opgave: uiterlijk 3 maanden voor
vertrek.
Bemiddelingskosten: 190,—
onder redaktie van de Redaktiekommissie Bond
van Plattelandsvrouwen voor Zeeland en Bra
bant
Redaktieadres:
Mevr. L.J. de Regt-van Maldegem.
Anna Mariaweg 1, 4494 PB Geersdijk.
/Van 5 (willekeurig gekozen) boe
rinnen vroegen we iets over hun er
varingen met het scholenprojekt te
vertellen. Door een misverstand werd
een van de verslagen gemaakt door
een jonge boer. Maar voor hem en
voor ons was dat geen bezwaar.
O,
ok op Schouwen en Duiveland
kwam het verzoek van de Z.L.M.
mee te werken aan het scholenpro
jekt. En zo kwamen op ons bedrijf de
kinderen van de St. Willbrordus-
- school uit Zierikzee. De onderwijzer,
de heer J. Marcus was zo enthousiast
over het plan, dat hij liever vandaag
dan morgen met zijn klas wilde ko
men en door zijn enthousiasme werd
ook ik overtuigd van het nut van het
hele projekt.
Ons bedrijf bestaat uit twee delen.
Het melkveebedrijf "Windenburg"
bij Ouwerkerk en het akkerbouwbe
drijf "De blinkende Panhoeve".
O,
p vrijdag 23 maart is het dan zo
ver. De klas komt aangefietst naar
het melkveebedrijf. Tegelijkertijd
met de klas komt er een auto van de
C.M.C. melkunie op het erf de melk
op halen. Genoeg te doen dus, maar
ook problemen omdat de verwelko
ming en programmauitleg onder het
motorlawaai goeddeels - verloren
■-r-s.::**
gaan. Een kniesoor die daar op let en
zeker de kinderen niet, want die zit
ten gelijk door de hele schuur ver
spreid. De enige keren dat alles weer
bij elkaar komt is met de chocolade
melk en bij het vertrek. Ze gaan al
lemaal gewapend met potlood en
papier en een zelfgemaakte vragen
lijst op onderzoek uit. Tussendoor
worden er natuurlijk nog bergen
vragen afgevuurd op iedereen die
met het bedrijf te maken heeft. Ver
der wordt alles opgemeten en geteld.
In de ligboxenstal merken de mees
ten onmiddellijk op dat één koe er
een beetje zielig en alleen bijstaat en
vragen of die ziek is. De bedrijfs
leider legt uit wat de koe onder haar
leden heeft. Op naar de maiskuil
"Moeten de koeien dat eten?"... en
weer terug de stal in om de mest-
schuif te kijken.
Ja, het is nu duidelijk, waarom de
onderwijzer liever naar het melkvee
bedrijf ging. Er is veel meer bewe
ging in een bedrijf waar dieren
rondlopen.
L ater ben ik nog naar de St. Wille-
brordusschool geweest om daar nog
wat te vertellen over het bedrijf en
zo'n 35 vragen te beantwoorden die
de klas nog had. "Hoe is het met die
zieke koe?" "Die is weg", is het ant
woord. Even is het stil in de klas,
maar gelukkig vraagt dan een ander
kind "Hoeveel kalfjes zijn er nog ge
boren?" En ja, dat praat even mak
kelijker in zo'n klas.
In juni is dezelfde klas op het akker
bouwbedrijf komen kijken. We had
den van te voren aan iedereen een
schets van het bedrijf gegeven waar
op ze zelf de gewassen konden in
vullen. Maar aan die gewassen kun je
niet zo veel zien. Ja toch, maar dan
moet je heel goed kijken. De tarwe
bloeit, er zitten luizen op de bieten en
in de grond al kleine aardappeltjes.
Het vlas van de buurman staat in
bloei en dat is mooi! Het leukste is
elke kèer op de wagen klimmen en
achter de trekker weer een eindje
verder hobbelen. En natuurlijk de
paarden die ruim een uur lang net zo
verheugd aan de ene kant van het
hek staan als de kinderen aan de an
dere kant. Nee op het akkerbouwbe
drijf is niet veel te doen. Als dat wel
zo is, dan hebben vader en zoon geen
tijd om rond te rijden.
aar hebben we nu een oplossing
voor gevonden. We proberen alle
werkzaamheden te filmen. Eer we
klaar zijn zullen we wel een paar jaar
verder zijn. We vergeten het wel eens
en we zetten er de zaak ook niet voor
stil. In de toekomst hopen we zo toch
iets meer te laten zien van het werk
op een akkerbouwbedrijf.
Cr. Stols Zierikzee
O,
ok wij hadden ons opgegeven om
mee te werken aan het projekt "de
boer op".
De eerste school die op bezoek kwam
was de "Geule", een R.K. school uit
Terneuzen en wel de 5de klas.
Het boerenbedrijf was hun totaal
vreemd, maar één jongetje was af
komstig van een boerderij, de rest
waren echte stadskinderen. Bij hun
eerste bezoek hebben ze van alles op
het bedrijf bekeken en werden er
veel vragen gesteld.
Toen kregen we de school van de
"Reuzenhoek" op bezoek, klas 4, 5
en 6. We zagen al direkt een groot
verschil. De kinderen van "Reuzen-
hoek" waren goed op de hoogte van
de gang van zaken op een boerenbe
drijf.
In juni hebben beide scholen hun
2de bezoek aan ons bedrijf gebracht.
De kinderen uit Terneuzen hadden
van de meester opdrachten gekregen
en moesten die in groepjes uitwer
ken, b.v. de indeling van de woning,
de oppervlakte van de schuur bere
kenen, e.d. Ook de kinderen van de
"Reuzenhoek" hadden de 2de keer
opdrachten uit te werken. Na het
nuttigen van enkele appels keerden
ze terug beladen met appeltakken,
naar school. Deze hebben later in de
klas prachtig gebloeid en heerlijk
gegeurd.
Ook hebben we voorgedaan hoe het
dunnen van de appels gebeurt en
verteld over andere werkzaamheden,
die allemaal in een boomgaard
plaatsvinden.
De kinderen stelden veel vragen. Het
is misschien wel leuk er enkele uit te
pikken.
Een jongetje (zoon van de postbode)
vroeg: Zeg, kunnen jullie toch wel
leven van zo'n beetje grond en zo'n
beetje boomgaard? Antwoord: Het
kan er mee door, maar het is niet zo
best als bij de post!
Corina
Dumnes
Arneburch
Middelburg
Een andere vraag: Zijn dit nu de
zelfde bruine bonen, die hier op het
land groeien, dan die je in de winkel
koopt?
Er waren wel kinderen bij die alles
goed in zich opnamen. Ééntje had
zelfs alle prijzen genoteerd van de
huisverkoop van het fruit. De kinde
ren van de "Reuzenhoek" hebben
misschien niet zoveel geleerd maar
ze hebben de middagen hier op het
bedrijf vast wel gezellig gevonden.
Zelf hebben we het projekt ook erg
leuk gevonden en misschien tot een
volgende keer.
E.A. Dekker-van Hoeve, Zaamslag.
25