D e dijkwering rond de Ooster- en Westerschelde vordert gestaag en wij zijn daar verheugd over. De veilig Ondernemersklimaat E, Inkomensontwikkeling I, Grondpolitick Sociaal beleid B, Zelf initiatieven nemen H Kwaliteit Waterschappen Kadervorming Rol van de land- en tuinbouw I -T, 25 leden van verdienste periode van stagnatie van de econo mische ontwikkeling er geen ruimte is voor sectorbeleid (fruitteelt) en een innovatiebeleid waar iedereen de mond van vol heeft." /en sektor- en innovatiebeleid om het ondernemersklimaat te verbete ren. Een goed ondernemersklimaat is gebaseerd op het positieve rendement wat uit de onderneming gehaald kan worden. Dit positieve rendement moet onder redelijke arbeidsomstan digheden tot stand kunnen komen. En juist bij de kleine ondernemer, waaronder de land- en tuinbouw be hoort, ontbreekt het daar dikwijls aan. Voor velen is het alleen met lange arbeidstijden, soms van het hele ge zin, nog mogelijk een redelijk ar beidsinkomen te behalen. Maar ook dat is niet altijd voor iedereen weg gelegd en dan moet men genoegen nemen met minder dan het mini mum-inkomen. Men accepteert dit noodgedwongen doordat er geen andere mogelijkheden zijn en men gehecht is aan het bedrijf, wat met veel zorg en inzet is opgebouwd. In de 60-er jaren verliep de afvloei ing vanuit de landbouw zonder veel problemen doordat er voldoende werkgelegenheid was. In de 70-er jaren zijn ook die moge lijkheden minder geworden, waar door omschakeling op een ander be roep steeds moeilijker wordt. Ook in andere sektoren is het onder nemersklimaat slecht. In grote bedrijven worden miljoenen guldens overheidsgeld gestoken om arbeidsplaatsen te behouden. En wanneer dat niet mogelijk is en een bedrijf moet toch zijn pooten sluiten, staat dat met grote letters in de krant. Voor de land- en tuinbouw ligt dat anders. Land- en tuinbouwers verd wijnen geruisloos. Het beleid richt zich vandaag meer op het middenbedrijf. Alleen nie mand weet precies wat daar mee wordt bedoeld. Ook niet minister Van der Stee. Als hem gevraagd wordt hoe hij de toekomst voor b.v. de akkerbouw ziet wijst hij op de ontwikkeling in Amerika met de uit spraak: "grow bigger or get out". n het afgelopen jaar is het op nieuw duidelijk geworden dat de in komensontwikkeling zich in de ver schillende sektoren snel kunnen wij zigen. Nadat het kostenpeil in de veehou derij enige jaren vrij stabiel is ge weest, blijkt er nu plotseling een sterke stijging van kosten plaats te vinden. De prognose is ongeveer 20%, veroorzaakt door energie en krachtvoerkosten en lagere ruwvoe- deropbrengsten. Dit zal tot gevolg hebben dat het rendement van de veehouderij sterk zal worden aange tast. Door de betere prijzen van de vrije produkten in de akkerbouw lijkt de situatie voor het jaar 1979 wat gun stiger. Toch moeten wij voorzichtig zijn met een te groot optimisme. Im mers ook hier gaat de kostenstijging door. vooral veroorzaakt door de eerdergenoemde energiekosten. Vooral ook de prijzen van kunstmest worden hierdoor meegesleurd (on geveer 10%). Maar ook de prijzen van de gegarandeerde produkten zijn slecht. Wij moeten helaas con stateren dat de tarweprijs dit jaar la ger is dan de 2 a 3 voorgaande jaren. Van de toch aLmagere prijsverho gingen kunnen wij dan ook niets in onze zak steken. De fruitteelt verkeert in een crisissi tuatie waardoor veel fruitteeltgezin nen in grote moeilijkheden komen. En toch hebben wij er vertrouwen in dat de goede fruittelers ook deze moeilijke periode te boven zullen komen. Daarbij is het wel bijzonder teleurstellend dat de overheid zo weinig bereid is op rechtvaardige wijze de fruitteelt de helpende hand toe te steken". prijs sterk op en dit is een soms zeer welkome gelegenheid voor bezwaarde eigenaars om hun boerderij te verko pen, te bedingen dat zij als pachter blijven zitten en dus doende hun fi nanciële positie te saneren. En deze hoge prijzen brengen mede allerlei gevaren, vooral bij vererving of bij aankoop door boeren eigen gebrui kers, want dan moet niet zelden een hoge hypotheek worden genomen met alle gevaren van dien. Er is dus aanleiding voor onze orga nisaties om hiervoor het belang van een gezond eigen geërfd landgebruik op te komen en voor de overheid om in te grijpen". Dames en heren, Ik heb hier geciteerd een passage uit een openingsrede van H.D. Louwes, •gehouden in 1940. Het blijkt dat het vraagstuk over het grondgebruik en de grondpolitiek in 40 jaar weinig veranderd is. Vele malen is gepro beerd in te grijpen op de grondmarkt met tot nu toe weinig resultaat., Dik wijls worden wegen gevonden" om maatregelen te ontduiken, waardoor het tegenovergestelde effekt wordt bereikt. De heer Luteijn zal daar vanmiddag nog op ingaan. Wel nog een opmerking over het voorkeursrecht van de pachter (mis schien als voorzet voor de diskussie). Te weinig wordt er rekening gehou den met het voorkeursrecht van de pachter. Daardoor stijgen de prijzen van de verpachte grond. Deze staan niet meer in verhouding tot overdrachten in familieverband, die op de ekono- mische waarden zijn afgesteld. Problemen met het schenkingsrecht en de vermogensbelasting nemen daardoor van jaar tot jaar toe. Im mers de Grondkamer moet rekening houden met de gemiddelde over drachten en ook de Inspekteur houdt daar rekening mee. Wanneer nu bij overdracht via het voorkeursrecht de Grondkamer meer invloed zou hebben zou die bindend moeten zijn voor pachter en verpachter. Deze maatregel zou wel eens een gunstig effekt kunnen hebben op de grondprijzen (lagere prijzen). In elk geval moet er naar gestreefd worden, ook door de overheid, dat familieka pitaal niet uit de landbouw vloeit. Eigen vermogen is een van de be langrijkste peilers waarop de land bouw met haar grondgebonden pro- duktie op rust. Met zorg zien wij tegen de stijging van de pachtprijzen aan. Onvol doende wordt er, vooral door de overheid als grondeigenaar en door de centrale Grondkamer rekening gehouden met het rendement van het bedrijf. Het rendement wat niet alleen bepaald wordt door het op brengend vermogen maar vooral door bedrijfskosten in een bepaald gebied. En opnieuw liggen er nieuwe pacht- voorstellen op tafel die een verho ging inhouden van 10 tot 15%. Pachtprijsverhoging waar tegenover geen hogere inkomsten bestaan. Wij rekenen erop dat het Land bouwschap de nieuwe voorstellen zal afwijzen en/of aandringt bij de cen trale grondkamer dat de normen op meer rechtvaardige wijze gehanteerd worden dan nu het geval is. ij het sociaal beleid van de overheid wordt onvoldoende reke ning gehouden met de positie van de land- en tuinbouw. Dat blijkt o.a. wanneer Sociale Zaken^niet bereid is gelden beschikbaar te stellen voor de bedrijfsverzorgingsdiensten. Het werk' van de bedrijfsverzor gingsdiensten wat volledig past in het sociaal beleid van de overheid. Het sociaal beleid wat gericht is op het scheppen van meer werkgelegenheid en het verbeteren van de werkom standigheden". O, l et vraagstuk van het grondge bruik maakt een snelle ontwikkeling door zowel bij verkoop als bij pacht. In den laatsten tijd loopt de grond- ndanks alle problemen in de E.E.G. en op nationaal nivo die wij op onze weg tegen komen mogen wij niet nalaten zelf naar nieuwe wegen te zoeken. De vindingrijkheid van de individuele ondernemer in samenwerking met handel, koöperatie en verwerkende industrie, begeleid door onderzoek en voorlichting van de overheid heeft er toe geleid dat de land- en tuinbouw een belangrijke positie inneemt in de Nederlandse ekonomie en in het handelsverkeer met andere landen. Voorlichting, onderzoek en onder wijs zullen in nauw overleg met het bedrijfsleven in moeten spelen op de dikwijls snelle ontwikkeling. Een goede wisselwerking is daarbij onontbeerlijk. Als individuele ondernemer zullen wij nog meer bereid moeten zijn sa men te werken. Samenwerking in groter verband met bindende afspraken met loon werker oT koöperatie. Samenwerking tussen grotere en kleinere bedrijven maar ook tussen de verschillende sectoren (o.a. ak kerbouw/ veehouderij). Maar ook de afzet in de verwerkingsbedrijven van landbouwprodukten moet zoeken naar nieuwe mogelijkheden. Wij vragen ons af of wij voldoende doen aan research en of dat niet te veel overgelaten wordt aan grote in ternationale ondernemingen. Ope reren de gevestigde afzetkanalen of de verwerkende industriën dikwijls niet te verdeeld? En dat geldt niet alleen voor de vrije handel maar ook voor verschillende koöperatieve in stellingen. Er zijn voorbeelden te noemen van grote koncentraties die ook voor de producent een gunstige positie hebben opgebouwd. Goed samenspel tussen producenten en afzetkanalen is van groot belang. Het valt dan ook te betreuren dat de telers niet tot overeenstemming zijn gekomen met enkele konserve- nindustrieën en dat geldt dan voor beide partijen. Wij hopen deze winter meer inzicht te krijgen, hoe onze leden over de afzet denken en wat er naar hun mening veranderd zou moeten wor den. Wij rekenen erop dat het vraagpunt over de afzet veel belang stelling zal hebben". teeds meer ervaren wij dat de konsument naar kwaliteitsprodukten vraagt, en wanneer daar goed op in gespeeld wordt de konsument ook bereid is hiervoor te betalen. Kwaliteitsverbetering is alleen mo gelijk door gezamenlijke inspanning maar ook onder gezamenlijke ve rantwoordelijkheid. Een zwakke schakel in de keten van producent tot konsument betekent dat alle andere goede bedoelingen teniet worden gedaan. De laatste tijd zieh wij dat op veel akkerbouwbedrijven gezocht wordt naar teelten die het bruto-in- komen kunnen verbeteren. Vooral in de beginfase is goede begeleiding nodig en moet men in elk geval pro beren inzicht te krijgen in de afzet mogelijkheden. Vooral voor Zeeland is tot nu toe, als het gaat om grove tuinbouwproduk- ten het zoute water een beperkende faktor. Het rapport 'Zoetwatervoorziening ten Noorden van de Westerschelde' gaat alleen in op de voordelen van zoet water bij het huidige bouwplan. Maar vooral bij de teelt van tuin- bouwprodukten zullen de voordelen nog beduidend groter zijn. Zowel wat betreft de opbrengst, maar vooral ook de kwaliteit van veel produkten zal verbeterd kunnen worden wanneer zoet water beschik baar komt. Steeds meer wordt het duidelijk dat de Grevelingen niet alleen belangrijk is voor zoet water voor Schouwen en Duiveland en Goeree en Overflak- kee maar ook voor grote delen van Brabant. Door de onttrekking van grondwater voor industrie en drink water heeft men daar behoefte aan een grote buffervoorraad die in dro ge tijden het grondwaterpeil op nivo kan houden. Maar ook voor de kwaliteit van het oppervlaktewater is het belangrijk dat er zoet water beschikbaar is, vooral in gebieden waar in sterke mate zoute kwel optreedt". heid is hiermee aanzienlijk verbe terd. Voor de Oosterschelde zal de opti male veiligheid pas na 1985 gereali seerd zijn. Wij ervaren dat de Waterschappen een belangrijke rol spelen in het al gemeen belang. Was vroeger de taak van de Waterschappen sterk gekon- centreerd op de landbouw, steeds meer zien wij een taakverbreding wat op zich een goede zaak is. De Waterschappen hebben in de loop der tijden een organisatie opge bouwd die goed op haar taak bere kend is. Wanneer echter bij de taakvervulling van de Waterschappen verschui vingen plaatsvinden, meer in de richting van het algemeen belang vragen wij ons af of daar bij de ver deling der lasten niet meer rekening mee moet worden gehouden. Ik denk dan met name aan een ho gere bijdrage door de overheid zodat de druk op de lasten van de ingelan den op rechtvaardige wijze verlicht kan worden". jongeren. Wij zullen meer moeten doen aan kadervorming. Kadervor ming die misschien op de land bouwscholen reeds moet beginnen. Graag wil ik een beroep doen op de jongeren om daar samen over na te denken en aan te werken. De Z.L.M. wil meer aan kadervor ming gaan doen in de afdelingen en kringen. Wij hopen dat de leden daar hun medewerking aan willen geven. Aan het begin hebben wij gezegd dat in de komende jaren de belangenbe hartiging van de land- en tuinbouw door de landbouworganisaties hard nodig zal zijn. Dat is alleen mogelijk wanneer de leden bereid zijn "kri tisch" mee te denken!" ot slot nog enkele opmerkingen aan het adres van de jongeren. Wij hebben jonge mensen die in de toe komst de belangen van de land- en tuinbouw kunnen behartigen hard nodig in onze organisatie. Als Z.L.M. hebben wij de taak ruimte te schep pen om jongeren de gelegenheid te geven ervaringen op te doen zonder dat dit ten koste gaat van het eigen bedrijf. Steeds meer ervaren wij dat dit geen eenvoudige zaak is. De bedrijfsver zorgingsdiensten kunnen daarbij mogelijkheden bieden. Maar ook moet er belangstelling zijn bij de n onze samenleving speelt de land en tuinbouw een fundamentele rol. a. door de produktie van voedsel waardoor de primaire levensbe hoeften veilig worden gesteld tegen redelijke prijzen. b. als belangrijk trekpaard van onze ekonomie en met name in het handelsverkeer. c. als een van de belangrijkste pei lers van het E.E.G.-beleid. d. bij de in stand houding van natuur en landschap op een evenwichtige - wijze. Wij mogen en moeten ons dat bewust zijn en kunnen daarbij iedereen vrij in de ogen kijken. De boer kent zijn verantwoordelijk heid voor zijn bedrijf en zijn gezin, maar ook tegenover anderen, daarbij een belangrijke bijdrage leverende aan de welvaart en het welzijn in onze samenleving. De heer F.J. Dekker uit Breskens (r.) krijgt het insigne opgespeld door vice-voorzitter S. de Visser. Tijdens de Algemene Vergadering van de Z.L.M. maandag j.l. is een aantal leden wegens het 50-jarige lidmaatschap van de Maatschappij benoemd tot lid van verdienste van de Z.L.M. Enige momenten uit dit feestelijk onderdeel van het ochtendprogram ma: - De heer S.C. Glerum uit Werkendam: "Ik ben daarom zo blij met deze onderscheiding, omdat het de enige is die ik heb gekregen door niets te doen en alleen maar af te wachten". Applaus van de zaal. - De heer P. Haak uit Hoek kreeg hoewel nog "slechts" 49 jaar lid, toch het lidmaatschap van verdienste aangeboden. "Op één jaar mag je bij zo'n langdurig trouw lidmaatschap niet kijken", aldus voorzitter A.J.G. Doeleman die door de aanwezigen getuige het applaus in de zaal toestemming kreeg voor deze uitzondering. De volgende leden kregen de bij de benoeming behorende insigne en oorkonde: 1. GJ. Ampt 2. A.F. Buijs 3. M. Crezee 4. J. Dees 5. J.A. Dees 6. F.J. Dekker 7. C.J. Gaakeer 8. S.C. Glerum - 9. D. Haak 10. P. Haak 11. C. Hanson 12. W. Huibregtse 13. mevr. Klompe-Vogelaar 14. A. de Lint 15. M. Lukaart 16. C. Markusse 17. L.A. Munters 18. F.J. Poissonier 19. A. Poppe 20. J.J. de Regt 21. A.A. Risseeuw 22. J.L.C. Snijder 23. S. de Visser 24. Jac. van der Weele 25. P. Wielemaker Bergen op Zoom St. Maartensdijk Lage Zwaluwe Zaamslag Zaamslag Breskens St. Maartensdijk Werkendam Hoek Hoek Goes Vee re Goes Zevenbergschenhoek Zonnemaire Nw. en St. Joosland Zevenbergen Retranchement Domburg Zaamslag Retranchement Klundert Domburg Goes Koudekerke 9

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 9