Ups en downs bij knolselderij I n sommige jaren ontstaan moei lijkheden bij het steriliseren van Nadruk kwaliteitsverbetering landbouwprodukten W e staan nu voor een periode, waarin de nadruk zal moeten liggen op de opvoering van de kwaliteit van de landbouwprodukten. Kwaliteit is in dit verband niet alleen: er goed uitzien en lekker smaken. De producent doet er wijs aan om de eisen van gezondheid van de konsu- ment serieus te nemen", aldus de heer drs. M.L. de Heer, algemeen sekretaris van het Landbouwschap in Arnhem, waar hij op 22 november sprak voor de Gelderse Maatschappij van Landbouw. Daarbij gaf hij zijn visie op de perspektieven voor de Nederlandse boer in de tachtiger jaren. D oor de planten onder verwarmd platglas of staand glas op te kweken wordt getracht de teelt van knolsel derij te vervroegen, waardoor mis schien minder kans op schade door virus en een nog hogere opbrengst door het verlengen van de groeipe riode kan worden bereikt. De indruk is verkregen, dat het vervroegen in het midden van ons land meer effekt geeft dan in het zuidwesten. Te Le lystad werd de opbrengst verhoogd M et blank blijvende (witkokende) rassen is nog betrekkelijk weinig er varing opgedaan. Het meest bekend is het ras Iram, een kortlooftype met een kleine ronde knol. In de teelt- proef te Lelystad leverden de platg- D it seizoen kregen wij verschil lende meldingen over een behoor lijke aantasting van de knollen door maden van de wortelvlieg. Het vol gendjaar zullen wij dus in de meeste gebieden rekening moeten houden met een bestrijding van dit insekt. Goede opbrengst Vervroeging Zwart koken Blank blijvend Wortelvlieg EG-vrijwaring champignonconserven handhaven Appelimporten drastisch beperken Markering vrachtverkeer geldt niet voor landbouwvoertuigen ing. T.J. Buishand IC nolselderij is een gewas waarover jaarlijks wel iets bijzonders is te schrijven. Het ene jaar wordt veel hinder ondervonden van het selderij-mozaïekvirus, een ander jaar wordt geklaagd over inwendige bruinverkleuring door boriumgebrek, vervolgens worden de knollen bij het steriliseren zwart, terwijl incidenteel veel hinder wordt ondervonden van wantsen, wortelvlieg en schurft. Verder wordt de meeste jaren in het begin van het seizoen steen en been geklaagd over de lage opbrengsten, later blijkt dat veelal sterk mee te vallen. Dit seizoen vormt geen uitzondering, ook nu zijn de klachten legio. Ondanks alle problemen neemt de oppervlakte regelmatig toe van rond 1.500 ha in 1975 tot 2.200 ha in 1979. In 1979 wordt ongeveer 50% op kontrakt verbouwd. Het produkt wordt voor een belangrijk deel uitgevoerd naar konservenfabrieken in het buitenland. Ook van de vrije teelt wordt een belangrijk kwantum uitgevoerd. In het algemeen kunnen wij kennelijk knolselderij konkurrerend telen. H oewel Roem van Zwijndrecht gevoelig is voor virus en voor "zwart koken" neemt dit ras vanwege de vele gunstige eigenschappen nog al tijd een zeer belangrijke plaats in. In onze teeltproeven fungeert Roem van Zwijndrecht daarom meestal als proefras. In 1977, 1978 en 1979 werd onder meer een opkweekproef op gezet. De planten werden te Alkmaar onder koud platglas opgekweekt en te Lelystad uitgeplant. Vergelijken wij de opbrengsten die in deze jaren zijn verkregen dan ontstaat het ne venstaande beeld. Tussen de jaren bestaat bijzonder weinig verschil in opbrengst. Dit betekent dat ook dit jaar de opbrengsten goed zullen zijn mits op tijd (voor 1 juni) is geplant en niet te vroeg wordt gerooid. Deze opbrengst werd behaald in de Fle- vopolder. Het zuidwesten doet ech ter niet voor deze opbrengst onder, integendeel. Hetzelfde plantmate- riaal werd in 1979 namelijk ook op 31 mei te Klaaswaal uitgeplant. Dit objekt gaf op 13 november jl. een opbrengst van 50,0t/ha. van 44 ton/ha bij een plantdatum van 31 mei tot 54 ton/ha bij een plantdatum van 9 mei. Te Klaaswaal bedroeg het verschil tussen de plant datum van 14 mei en 31 mei slechts 1 a 2 ton/ha. Opbrengst knolselderij Roem van Zwijndrecht0 Oogstdatum: ton/ha '77 '78 '79 - 20 september 18 18 22 - 17 október 33 36 36 13 november 49 41 44 Plantdata '77, '78 en '79 resp. 20, 24 en 31 mei 6 knolselderijschijven. Het vruchtvlees wordt tijdens de verwerking grauw- zwart van kleur en is dan feitelijk niet meer geschikt voor verkoop van een kwaliteitsprodukt. Buitenlandse fa brieken kontrakteren meestal "wit- kokende" knollen; bij zwart ver kleuring wordt de partij afgekeurd. Deze verkleuring is enerzijds een ra seigenschap, anderzijds wordt de mate van verkleuring sterk door uit wendige omstandigheden beïnvloed. Het ras Roem van Zwijndrecht is gevoelig voor zwart koken, maar het opvallende verschijnsel doet zich voor, dat niet alle partijen in even sterke mate zwart kleuren. In de meeste jaren is de zwartkleuring dermate gering, dat van afkeuring zelden sprake is. In sommige jaren komt de verkleuring sterker naar vo ren en is "Holland in last". Dit sei zoen teistert een zwarte golf ons land waardoor afzetmoeilijkheden ont staan. Het is ons nog niet duidelijk welke faktoren precies van invloed zijn op de zwartkleuring. Een explo sieve groei is ongunstig, knollen op een lichte grond geteeld en/of zwaar met stikstof bemest, zijn in het alge meen gevoeliger voor zwart koken dan knollen die op kleigrond zijn geteeld. Wil men absoluut vrij zijn van zwart koken, dan moet men een zoge naamd blank blijvend ras kiezen. lasplanten (geplant 31 mei) op 13 november een opbrengst van 43 ton per ha tegen Roem van Zwijndrecht 44 ton. Het plantgetal bedroeg res- pektievelijk 50.000 en 40.000 per ha. In de praktijk wordt bij Iram zelfs wel uitgegaan van 60.000 plan ten/ha. Bij dit hoge plantgetal is de totale opbrengst wel goed, de sorte ring is echter fijn, met andere woor den een hoog percentage kleiner dan 10. cm diameter. In sommige kon trakten worden deze kleine knollen als tarra beschouwd. De teelt van Iram en andere blankblijvende "kleinknollige" rassen is dus alleen aantrekkelijk als aan de sortering geen ondergrens wordt gesteld. Naast Iram trekken de laatste jaren vooral Alba en Monarch de aan dacht. Bij Alba schijnt het percenta ge kleine knollen 10 cm) eveneens relatief vrij groot te zijn, daarnaast vertonen deze witkokende rassen bij het doorsnijden van de knol vaak een sterke bruinverkleuring van de doorgesneden vaatbundels (bruine stippen). Dit verschijnsel is echter minder hinderlijk dan het zwart ko ken. Markt INFO P.G.F. Drs. M.L. de Heer (algemeen sekretaris Landbouwschap): Volgens De Heer verkeert onze eko- nomie weer in een overgangsfase. Er is in Nederland een maatschappe lijke organisatie opgebouwd, die past bij een regelmatige en niet onaan zienlijke ekonomische groei. Die groei is er niet meer, maar de aan spraken blijven. Zo nu en dan wordt geprobeerd te matigen, zoals dat dan heet, maar zodra blijkt dat anderen daar niet aan mee willen doen, ver valt men weer in het oude patroon. "In Nederland houdt de gasbel ons nog drijvende, maar we zullen het spel anders moeten spelen, willen we niet in een zelfde situatie als Dene marken terechtkomen wanneer de inkomsten uit het gas ons niet meer kunnen redden," aldus De Heer. De landbouw heeft de lessen van de ekonomie, ontwikkeld rondom de industrieele ondernèming wel ge leerd, zo betoogde De Heer. Velen zijn in de land- en tuinbouw doorge gaan. Ook als er onvoldoende belo ning is voor het eigen vermogen, het ondernemersschap en zelfs de eigen arbeid, betekent dat niet dat de deu ren dichtgaan. Het kleinschalig landbouwbedrijf is gebleven, en daar is de nationale ekonomie wel bij ge-' varen. Nogmaals onderstreepte De Heer de wens van het Landbouw schap voor een passend fiskaal be leid, waarbij recht wordt gedaan aan alle funkties van het inkomen. Daarnaast zei hij dat de landbouw de in sommige regio's erg hoog uitval lende WIR-premies niet nodig heeft en daar ook nooit om heeft gevraagd. Naar aanleiding van het stimuleren van vernieuwingen in het Neder landse produktieapparaat (aange kondigd in de begroting voor 1980), stelde De Heer dat de landbouw daarbij buiten haakjes is geplaatst omdat het daar al zo goed gaat. Hij pleitte er in dit verband voor, dat er "bij het parlement en de regering begrip moet komen voor de eigen positie voor de landbouw. De aparte positie verdient niet alleen begrip maar ook daden". Over de vraag hoeveel ondernemers er aan het eind van de tachtiger jaren nog in de land- en tumbouw werk zaam zijn, zei De Heer: "De beslis sende faktor, afgezien van de alge mene ekonomische situatie is binnen de landbouwsektor de mogelijkheid van de afzet van de agrarische pro- dukten en de prijsvorming ervan. Er kan natuurlijk nog wel wat gedaan worden aan de spreiding van de be schikbare hulpbronnen". Als voor beelden noemde De Heer de grond- politiek (gericht op verlaging van de grondprijzen) en het paal en perk stellen aan de omvang van agrarische bedrijven. De algemeen sekretaris van het Landbouwschap onderstreepte het belang van een grotere verbonden heid van de agrarische sektor met de rest van de maatschappij en de ont wikkeling van de welvaart. De land bouw dient zich daaraan voortdu rend te spiegeler, en kan daarbij de haalbaarheid en het reëel mogelijke niet uit het oog verliezen. Heel be langrijk noemde De Heer de ge meenschappelijke koers die de land bouw in de tachtiger jaren moet va ren, waarbij ruimte blijft voor dis- kussie en eigen gedachtenontwikke- ling. Accenten op verschillen en ver deeldheid zullen volgens De Heer ten koste gaan van de Nederlandse land- en tuinbouw, die het in de ja ren tachtig bepaald niet gemakke lijker krijgt dan in voorgaande jaren. ^MÖÖOOOOÖOOOOOOOCWOOOÖÖOOOOÖOÖOOOÖÖOÖOOOÖOOÖOOOOC De Europese Gemeenschap heeft voor de invoer van champig nonconserven vrijwaringsmaatregelen getroffen, ondanks de afspraken die met exporterende landen zijn gemaakt. In een brief van 29 november jl. vraagt het Landbouwschap aan de minister van Landbouw om het thans geldende importbeleid te handhaven en de voorgenomen afschaffing van de vrijwa ringsmaatregel tegen te gaan. Zonder bindende afspraken te maken ten aanzien van de import van champignonconserven schijnt de EG de vrijwaringsmaa tregel te willen opheffen. Het Landbouwschap heeft de visie van minister Van der Stee steeds gesteund om een EG-import van meer dan 35.000 ton tegen te gaan. In deze hoeveelheid zijn eveneens opgenomen de gezouten en diepgevroren champignons. Juist langs deze weg wordt de bes taande vrijwaringsmaatregel ontdoken. Het Landbouwschap dringt in genoemde brief erop aan dat elk exporterend land een deel van het toegelaten EG-importkwan- tum krijgt toegewezen. Via een effectieve controle dient over schrijding van de toewijzing onmogelijk te blijven. De Europese Gemeenschap dient de invoer van appelen uit landen van het Zuidelijk Halfrond drastisch te beperken. De grote fruitoogst in Europa leidt opnieuw tot slechte inkomens in de fruitteelt. Het is dan ook onverantwoord appels in te voeren in hoeveelheden zoals tot nu toe is gebeurd. Het Landbouwschap vraagt minister Van der Stee om in Brussel aan te dringen op een vergaande beperking van de EG-appe- limporten uit het Zuidelijk Halfrond. Deze vraag is in een brief van 29 november jl. neergelegd. Het Landbouwschap wijst op de grote appeloogst in Europa, die voor dit seizoen geraamd wordt op 6,8 miljoen ton. De lage appelprijzen leiden opnieuw tot zeer slechte inkomens in de fruitteelt. Het afgelopen jaar zijn 308.000 ton appels uit het Zuidelijk Halfrond ingevoerd. Dat is volgens het Landbouw schap een onverantwoorde hoeveelheid die in 1980 zodanig teruggebracht moet worden dat de 240.000 ton absoluut niet mag worden overschreden. Het Landbouwschap vraagt tevens een spreiding van de appe- linvoer en wel zodanig dat de appelen vóór medio augustus 1980 - dan wordt immers de nieuwe appeloogst aangevoerd - afzet zijn. De in 1979 verbeterde kwaliteitscontrole, vooral met be trekking tot de rijpheid, dient voor het komende jaar voortgezet en verscherpt te worden. Markeringsborden die wettelijk verplicht zijn op de achterzijde van vrachtauto's, aanhangwagens en opleggers zijn niet nodig en zelfs ongewenst voor landbouwmotorvoertuigen. Er zijn misvattingen over het gebruik van markeringsborden en wel in die zin dat deze borden ook voor landbouwmotorvoertuigen verplicht zouden zijn. Dat laatste is niet het geval. Het wegenverkeersreglement stelt in artikel 65 de markerings borden verplicht voor vrachtauto's met een maximum toegela ten totaalgewicht van meer dan 3.500 kg en voor aanhangwa gens en opleggers met een maximum toegelaten totaalgewicht van 1.500 kg. In hetzelfde Wegenverkeersregelement staat in artikel 69 dat deze verplichting niet van toepassing is op motor voertuigen, bestemd voor het gebruik ten behoeve van land bouwbedrijven. Geen markeringsborden dus voor landbouwtrekkers, zelfrij- dende landbouwmachines en daardoor voortbewogen aan hangwagens; het is zelfs ongewenst om deze borden te gebrui ken, het achteropkomend verkeer kan direct onderscheid ma ken tussen langzaam landbouwverkeer en het snelvrachtver- keer. In het landbouwverkeer zijn de bedoelde markeringsborden wel verplicht voor uitstekende ladingen. Artikel 70 van het Wegen verkeersregelement schrijft in die gevallen een vierkant bord voor met schuine witte en fluorescerende rode strepen. De meeste werktuigen voor en achter de trekker worden beschouwd als uitstekende lading. (4-12-79/ 19

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 19