STAND VAN DE GROENTEGEWASSEN Teelt van Liatris H, W e gebruiken bij voorkeur éénja rige knollen. Overjarige knollen, die al een jaar voor bloemproduktie zijn gebruikt zijn minder geschikt. Voor dat de knollen uit gaan lopen moeten ze een koude periode ondergaan van ongeveer 8 weken 2-5 gr. C. Onder normale omstandigheden gebeurt dat al van nature. Na het rooien worden de knollen bij ongeveer 5 gr.C. bewaard. De knollen zijn win terhard. Voor latere teelten worden ze ingevroren bij -2 gr.C. Twee dagen K nollen van de maat 6-8 cm geven 1 bloemstengel per knol. Maat 8-10 cm 1-2 stengels en 10 cm en op, 2 bloemstengels per knol. Aantal knollen per netto m2. D e vroegste teelt wordt jan.-febr. onder glas gezet. De bloeitijd is dan van half mei tot eind juni. Aanvan kelijk wordt de minimumtempera tuur op 10 gr.C. gehouden en later op 15 gr.C. (vanaf begin maart). Vanaf november tot half april kan men buiten planten. De bloeitijd valt van half juli tot eind augustus. T H et is een knolgewas dat tot de familie der samengesteldbloemigen (composieten) behoort en afkomstig is uit Noord-Amerika. De bloei bij een normale teelt is in de periode juli-augustus, maar kan gemakkelijk vervroegd en verlaat worden. We kunnen dan gebruik maken van in vriezen, glasteelten en plastikbedekking. Op Tholen wordt het meeste uitgangsmateriaal geteeld. Komkommerteelt in steenwol WW Sortiment Grond en bemesting B. Baijense Uitgangsma teriaai Uitplanten Verschillende teelten Ge wasbescherming Per 16 november 1979 et meest geteelde soort is Liatris spicata. Deze wordt uit zaad ver meerderd. Binnen de partijen is er groot verschil in bloeitijd en plantty- pe. Er komen meer zaadselekties waarbij de verschillen minder zijn: o.a. Gloriosa en Picada. Er is een witte variëteit die Alba heet. Een soort die vegetatief vermeerderd wordt en daardoor meer uniform is is Liatris callilepis. Deze soort is don kerder van kleur en heeft langere bloemstelen als L. spicata. De perio de van planten tot bloei duurt iets langer. L iatris stelt geen hoge eisen aan de grond. Deze moet goed doorlatend zijn en niet te droog. Het gewas is erg gevoelig voor Verticillium (verwel- kingsziekte). Grondontsmetting is dus nodig op besmette grond. Als Konsulentschap Zuidwest-Nederland bemesting wordt meestal 5 kg 12-10- 18 per are gegeven. Veld met Liatris te St. Annaiand. Bij omschakeling geen subsidie voor energiebesparing Bij de omschakeling van de komkommerteelt in de grond op die in steenwol kan de te behalen energiebesparing slechts als een nevenef- fekt van de investering worden beschouwd. Minister van Ardenne (economische zaken) heeft daarom de betreffende subsidie-aanvragen afgewezen. Dit o.m. blijkt uit het antwoord dat hij geeft, mede namens minister Van der Stee (landbouw), op schriftelijke vragen van de Tweede Kamer leden Engwirda en Lambers-Hacquebard. In het kader van de Subsidiebe schikking energiebesparende inves teringen in bedrijven konden subsi dies worden verleend voor investe ringen die gericht waren op energie besparing. Investeringen in bedrijfs middelen, die weliswaar energiebe sparing tot gevolg hebben, doch die niet met het vooropgestelde doel om energie te besparen worden verricht, komen niet voor subsidie in aan merking. In het geval van het om schakelen van de teelt van komkom mers in de grond naar de teelt op steenwol liggen de volgende motie ven aan de investering ten grondslag: Het vergroten van de produktie per vierkante meter door ener zijds het uitschakelen van ziekte kiemen welke in de grond voor komen, anderzijds door opvoe ring van de produktkwantiteit en -kwaliteit, doordat bij steenwol- 16 teelt een goede automatische re geling mogelijk is van het milieu van wortel en gewas, en van de voeding van planten. Men wordt minder afhankelijk van de grond. Voor de uitvoering van de Subsidie beschikking energiebesparende in vesteringen was oorspronkelijk een bedrag van 20 min. ter beschik king. Door het onverwacht grote aantal aanvragen is dit bedrag uit eindelijk ruimschoots overschreden tot ca. 90 min. zodat deze Subsi diebeschikking wel aan zijn doel heeft beantwoord. Onder de geho noreerde projecten waren er zeer veel uit de glastuinbouw onder an dere voor het terugwinnen van warmte uit rookgassen. Deze inves tering heeft wel uitsluitend energie besparing ten doel. voor de geplande datum worden de knollen uit de koelcel gehaald. knolmaat buiten kas-vroeg kas-laat 5- 6 cm 128 6- 8 cm 96 80 64 8-10 cm 80 64 56 10 cm en op 64 56 48 De knollen worden zo diep geplant dat ze juist bedekt zijn met grond. Vaak worden ze in losse grond ge drukt waarbij b.v. uitgerold chrysan tengaas als plantmaat kan gelden. Het aanbrengen van steunmateriaal is aan te raden. Deze teelt kan men vervroegen door vanaf ongeveer 1 maart het gewas onder te dekken met geperforeerd plastikfolie. De oogst valt dan enkele weken vroeger. Deze teelt kan men eventueel laten staan voor een vol gendjaar. Men heeft dan wel kans op kortere en lichtere bloemstengels. De teelt buiten kan verlaat worden •door ingevroren knollen te gebrui ken. Deze kunnen worden geplant in de periode eind mei tot begin juli. De bloeitijd valt dan 10-12 weken na het planten en duurt twee weken. Wer- Liatris op de voorgrond, er achter andere bloemen. kend met een bepaald schema kan men dan over een langere periode aanvoeren. Tenslotte hebben we de verlate teelt onder glas. We planten hier vanaf half juli tot half augustus. We hou den een temperatuur aan van 15 gr.C. Met al deze bovengenoemde metho den kan men een oogstspreiding krijgen van half mei tot in november. egen onkruid kan buiten gespoten worden met een kombinatie van 7 kg Ramrod en 5 1 Chloor IPC per ha. Tegen Botrytis spuiten we regelma tig met 200 gr. Rovral of 50 gr. Ro- nilan per 100 1 water. Verwelkingsziekte kan een groot probleem zijn. Ga uit van gezond plantmateriaal. Pas vruchtwisseling toe. Verdachte grond ontsmetten met Methylbromide. Ter voorkoming van Hartrot strooi en we na het planten 5 gr. quintozeen 20% (o.a. Brassicol) per m2 en rege nen dat in. Bij het begin van een aantasting kan men eventueel nog spuiten met 200 gr. per 100 1 van een systemische fungicide zoals Topsin, Benlate of Bavistin. Knollen die worden ingevroren wor den vooraf gedompeld in een onts mettingsmiddel tegen allerlei schim mels zoals Botrytis, Sclerotinia, Pe- nicillium enz. We gebruiken hier voor 2% Difolatan plus een syste- misch middel. Na dompelen uit laten druipen en dan invriezen. De opbrengsten van de groenten onder glas zijn dit najaar goed. In oktober en begin november was door de gunstige weersomstandigheden bij veel vollegrondsgroenten nog een flinke groei mogelijk. De op brengsten van de najaarsgroenten konden daardoor nog aanzienlijk toenemen. Wel heeft de grote hoeveelheid neerslag deze maand moei lijkheden veroorzaakt bij de oogst van sommige wintergroenten. Groenten onder glas De koude tomatenteelt is beëindigd en van de tussengeplante tomaten zal nog enige weken kunnen worden geoogst. De opbrengsten in de herfstteelt zijn hoog, maar financieel is dé teelt teleurstellend. De stand van de nateeltkomkommers is over het algemeen goed. In de cember zullen weer veel telers kom kommers planten, maar de verwach ting is wel, dat het areaal komkom mers in het nieuwe seizoen iets terug zal lopen. Van de paprika's is de hoofdteelt in middels geruimd. De stand van de herfstteelt, alsmede die van de tus sengeplante paprika's is redelijk. De kwaliteit van het geoogste produkt is meestal uitstekend. Naar verwach ting zal het areaal gele paprika's zich in het volgende seizoen flink uitbrei den. De stand van de oogstbare sla is zeer wisselend, waardoor ook de kwaliteit van het geoogste produkt nogal eens tegenvalt. Groenten in de volle grond .In november loopt de kwaliteit van de andijvie onder invloed van koud en nat weer gewoonlijk achteruit, hetgeen lagere netto-opbrengsten tot gevolg heeft. De bloemkooloogst is nagenoeg voorbij. Waar nog geoogst wordt, betreft het meestal laat geplante ge wassen, die nog doorgeoogst kunnen worden tot een invallende vorstpe riode. De stand en ontwikkeling van de boerenkool zijn goed. De opbrengst verwachtingen zijn dan ook gunstig. De opbrengstverwachting voor kool raap is in het algemeen goed. De bruto-opbrengst zal rond de 750 kg/are zijn, maar er dient wel reke ning mee gehouden te worden dat veel koolrapen worden bewaard. Door bewaarverliezen kan de netto opbrengst gemakkelijk teruglopen tot ongeveer 600 kg/are. In de belangrijke teeltgebieden voor winterpeen blijkt er sprake te zijn van goede bruto-opbrengsten van rond de 750 kg/are. Ook bij winterpeen kunnen door bewaring aanzienlijke verliezen ontstaan. Omdat in het zuiden vaak zware aantastingen door virus- en blad- vlekkenziekte zijn opgetreden, ligt de netto-opbrengstverwachting voor herfstprei aan de lage kant. De winterprei staat er op het ogen blik prima voor en bij gunstig win terweer kunnen binnenkort hoge opbrengsten worden verwacht. De opbrengstverwachtingen voor knolselderij zijn in de meeste teelt- gebieden vrij gunstig, alhoewel er in het zuidwesten wel sprake is van enige opbrengstderving door virus en wantsen. De meeste herfst- en bewaarsluit- kool is inmiddels geoogst. De op brengsten liggen in het algemeen op een hoog niveau. De opbrengstverwachting van spruitkool varieert per gebied nogal, maar is gemiddeld ongeveer 140 kg/are. Dit gemiddelde is vrij goed, maar zeker niet hoog. Als een oor zaak hiervan kan genoemd worden dat er enige vertraging in de groei geweest is, waardoor de spruiten aan de fijne kant zijn gebleven. Boven dien worden door het goede prijsni veau de spruiten in een jonger sta dium geplukt. De opbrengst en kwaliteit van de eerste partijen witlof vielen dikwijls tegen. Op het ogenblik verbetert de situatie echter en het ziet er naar uit dat een gemiddelde opbrengst ver wacht mag worden van 130 !40 kg lof per are wortelteelt.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 16