GELD EN GOED
KNLC KOMMENTAAR
H et is interessant na te gaan hoeveel belasting is betaald in van het nationale inkomen en hoe deze belasting is verdeeld
over direkte belastingen (inkomsten- en vermogensbelasting) en indirekte of kostprijsverhogende belastingen (omzetbe
lasting, accijnzen, enz.)
«jTt
Collectieve Lastendruk
Belastingen
V,
Provinciale Raad Zeeland vergaderde
I
U it de stukken behorende bij de miljardennota, die de regering op Prinsjesdag heeft bekend gemaakt, hebben wij enkele
tabellen gelicht, die zich in de belangstelling van velen mogen verheugen en die wij hieronder opnemen.
Overzicht van de belastingvrije sommen en het schijventarief van de loon- en inkomstenbelasting in 1980.
Belastingvrije sommen in 1980 (tussen haakjes de bedragen in 1979)
Tariefgroep I werkende gehuwde vrouwen)
Tariefgroep 2 (ongehuwden tot 35 jaar)
Tariefgroep 3 ongehuwden van 35 jaar en
ouder en ongehuwden die ge
huwd zijn geweest of kinder
aftrek genieten)
Tariefgroep 4 gehuwde mannen)
De arbeidsongeschiktheidsaftrek (voor
personen onder de 65 jaar die voor 45%
of meer arbeidsongeschikt zijn)
De bejaardenaftrek voor gehuwde mannen
De bejaardenaftrek voor alleenstaanden
Het maximum voor de bijzondere aftrek
voor onvolledige gezinnen waarvan de
alleenstaande (man of vrouw) buiten het
huishouden werkzaamheden verricht en
voor een kind dat jonger is dan 16 jaar
kinderaftrek geniet
De extra aftrek voor alleenstaande die
kinderaftrek geniet
2.101
f 6.087
f 8.183
f 10.489
f 1891
f 2.691
f 1.886
(f
(f
2.017)
5.843)
(f 7.855)
(f 10.070)
(f 1.815)
(f 2.691)
(f 1.886)
f 3.361
f 2.306
(f
f
3.226)
2.215)
Schijventarief in 1980 (tussen haakjes de bedragen voor 1979)
Belastingpercentage
toe te passen op de
belastbare som
18% (20%) over de eerste
26% over de volgende
32% over de volgende
40% over de volgende
50% over de volgende
59% over de volgende
64% over de volgende
67% over de volgende
70% over de volgende
72% over de volgende gulden
Die laatste vergelijking is vooral van belang als wij vergelijkingen maken met het buitenland.
Opvolgende
Totaal opvol
Belasting bij
inkomens
gende schij
totaal opvol
schijven
ven
gende schijven
f 7.701
(f 7.568)
f 7.70 f
f
7.568)
f 1.386
f
1.513)
f 7.054
(f 6.841)
f 14.755
(f
14.409)
f 3.220
(f
3.291)
f 10.936
(f 10.605)
f 25.691
(f
25.014)
f 6.719
(f
6.684)
f 10.147
(f 9.840)
f 35.838
(f
34.854)
f 10.777
(f
10.620)
f 16.041
(f 15.556)
f 51.879
(f
50.410)
f 18.797
(f
18.398)
f 20.592
(f 19.959)
f 72.471
(f
70.379)
f 30.946
f
30.179)
f 23.021
(f 22.324)
f 95.492
f
92.703)
f 45.679
(f
44.466)
f 28.332
(f 27.475)
f 123.824
(f 120.178)
f 64.661
f
62.874)
f 56.662
(f 54.948)
f 180.486
(f 175.126
f 104.324
(f
101.337)
Jaar
1971
1972
1973
1974
1975
1976
1977
1978
1979
1980
Bedrag
der belasting
in miljoenen
guldens
34.900
40.800
46.000
52.760
57.930
66.240
74.920
82.020
92.160
101.495
In van
Nat. inkomen
29.4
30.3
29.7
30.2
30.6
30.3
31.4
32.-
33.5
34.-
Percentage
directe
belastingen
56.9
57.-
57.-
59.7
59.-
58.1
56.3
55.8
58.-
57.9
Percentage
indirecte
belastingen
43.1
43.-
43.-
40.3
41.-
41.9
43.7
44.2
42.-
42.1
aast de landbouwbegroting zijn ook heel wat andere onder
delen van de Rijksbegroting voor land- en tuinbouw van groot
belang. Uiteraard geldt dat in de eerste plaats voor het door de
regering gevoerde algemene economische en sociaal beleid. De
vraag in hoeverre het Kabinet de lijnen van Bestek '81 heeft laten
varen stond bij de meeste commentaren van Prinsjesdag centraal.
Algemeen kwam het kabinetsbeleid er maar bekaaid af. Niet in de
laatste plaats doordat het Kabinet zich naar mijn mening be
trekkelijk zwak verdedigde. Met een premier die onmiddellijk na
Prinsjesdag voor een buitenlands statiebezoek vertrok leek het er
wel op dat dit Kabinet er niet de moed voor kon opbrengen om
eens goed van zich af te bijten. Daar biedt het belefd toch vol
doende ruimte voor. Immers op een aantal punten is er wel
wezenlijk resultaat geboekt. In de eerste plaats de inflatie, die nu
de laagste in de EG is. Dat betekent een verbetering van onze
concurrentiepositie die over enige tijd gewoon merkbaar moet
worden. Ook onze land- en tuinbouw kan daar zijn voordeel mee
doen. Weliswaar wil de werkloosheid nog niet dalen. Alleen men
mag zich wel eens afvragen welke werkeloosheidscijfers we te
gemoet waren gegaan zonder de aanzetten van Bestek '81.
Overigens zegt het werkeloosheidscijfer op zich natuurlijk niets
met de geweldige toename van het oneigenlijk gebruik van de
Arbeidsongeschiktheidswetgeving. Het wordt werkelijk de
hoogste tijd dat hier wat aan gebeurt. Om te beginnen door de
uitkering van de WAO terug te brengen tot het niveau van de
werkeloosheidsuitkeringen. Terecht wordt door deze regering
alles in het werk gezet om de koopkracht van de gewone man te
handhaven. Des te schrijnender is het dan te moeten constateren
dat over koopkracht en inkomensontwikkeling van de agrarische
zelfstandige zo weinig in Van der Stee's begroting is terug te
vinden. Pijnlijk missen wij ook enige aanwijzing dat nu eindelijk
eens de druk van de volksverzekeringen voor de lagere inkomens
der zelfstandigen wordt verminderd.
Het aandeel van de Staat in het nationale inkomen stijgt dus voortdurend.
In 1980 is voor de eerste maal het percentage tot 34 gestegen. Wanneer men dan ziet dat in 10 jaar het totale bedrag is
verdrievoudigd en tot boven de 100 miljard is gestegen zijn wij in astronomische getallen aangeland.
De belastingen op inkomens en winsten zijn ruimweg 60 miljard en het nationaal inkomen is ongeveer 3 maal zo veel of 180
miljard gulden.
O nze mening dat de belastingen een dominerende faktor zijn in ons gehele maatschappelijke bestel is door vorenstaande
weer eens bevestigd.
Wanneer wij dan tevens nog bedenken dat in de uitvoeringssfeer de belastingwetten zo ingewikkeld zijn, dat zij nog
nauwelijks hanteerbaar zijn, dan mag de conclusie zijn dat wij in een absurde situatie zijn beland.
Dit kwaad zal zichzelf straffen en belastingontduiking, belasting-constructies en belastingvlucht kunnen in toenemende
mate worden verwacht. Paauwe
an groot belang is voor ons steeds weer de belastingparagraaf.
Immers in ons Nederlandse belastingstelsel wordt op een be
trekkelijk laag niveau al gauw een flinke bres in het besteedbaar
inkomen geslagen. De doorsnee burger heeft daar al de grootste
moeite mee. Voor de zelfstandige wiens inkomen niet alleen voor
consumeren, maar ook voor investeren en reserveren dient,
wordt ons huidige systeem van inkomstenbelasting zonder meer
als wurgend en onrechtvaardig beschouwd. Wij nemen het dan
ook zeer ernstig dat de regering haar gedane toezegging op dit
gebied in de Regeringsverklaring blijkbaar stilzwijgend aan haar
laars lapt.Van de regeringsfracties in de Tweede Kamer ver
wachten we op dit punt zonder meer actie die de regering tot
handelingen dwingt. Dit is te meer nodig nu overigens op fiscaal
gebied weinig verbetert. Of het zou de aangekondigde verlaging
bij de vermogensbelasting moeten zijn. Met de besluitvorming
van de regering aangaande de voorstellen uit het rapport-Hofstra
hebben wij weinig moeite, nu daarin voor ons toch al weinig
perspectief bleek te zitten. Al met al lijkt dit Kabinet er helaas
ook in zijn derde regeerjaar nog niet aan toe te komen de druk der
collectieve lasten voor de zelfstandigen te verlichten. We zullen
het Parlement dan ook tot het nodige bijschaven van de voor ons
van belang zijnde begrotingsonderdelen moeten aanzetten.
LUTEIJN.
Bij de opening heette de voorzitter, de heer A.J.G. Doeleman,
speciaal de heer W. Vermuë te Borssele welkom als opvolger
van de heer J. Boonman. De heer ir. E. Talstra werd welkom
geheten als inleider, evenals de aanwezige voorzitters van de
Verenigingen voor Bedrijfsvoorlichting in verband met deze
inleiding. Tot zijn spijt waren niet alle verenigingen vertegen
woordigd. maar de gunstige weersomstandigheden bonden
blijkbaar een aantal praktici aan het bedrijf.
Mededelingen
De heer ing. F.H. Rouwette, bedrijfsvoorlichter groenten volle-
grond, heeft een funktie in Limburg aanvaard. De heer C.W.M.
Backx, distriktsbureauhouder te Goes, gaat over naar het kon-
sulentschap varkens- en pluimveehouderij te Tilburg. In de va-
kature financieringsdeskundige kon nog niet worden voorzien.
De Raad vraagt voor de vervulling van deze vakature aandacht
of anders moeten voorzieningen getroffen worden, waarbij ge
bruik gemaakt kan worden van rapporten van de ekonomisch
sociale voorlichters en van de banken. Ook vraagt de Raad extra
aandacht voor de bezetting van de voorlichting groenten volle
grond.
De Raad wees een andere indeling van de distrikten voor de
bureauhouders af in verband met de specifieke geografische
Zeeuwse situatie.
Met instemming werd kennisgenomen van de vorderingen ten
aanzien van de landelijke inzamelingsaktie voor restanten van
bestrijdingsmiddelen.
De Raad staat positief tegenover een vertegenwoordiging van
agrarische jongeren in het overlegorgaan voor akkerbouwaan-
gelegenheden in het Zuid-Westen. Dit zal bij het overlegorgaan
aanhangig gemaakt worden.
Landelijke Raad voor de Bedrijfsontwikkeling
Besproken werden de komende regeling voor de herinplant
fruitteelt, de eventuele doorberekening van de uitvoeringskos
ten van financieringszaken, de notitie over de akkerbouw in het
Zuid Westen, - waarbij de suggestie naar voren kwam voor de
organische mest uit de overschotgebieden, eenzelfde regeling
voor het Zuid Westen te treffen als voor de Veenkoloniën geldt -
en de struktuurnota schapenhouderij.
Intensieve veehouderij
Door de heer ir. E. Talstra, konsulent voor de varkens- en
pluimveehouderij werd aan de hand van de cijfers van de mei
telling de ontwikkeling van de varkens- en pluimveehouderij in
Zeeland ten opzichte van andere gebieden toegelicht. Hieruit
blijkt dat voor deze bedrijfstakken tot nu toe in Zeeland slechts
geringe belangstelling bestaat. Toch zijn hiervoor ook in Zee
land op beperkte schaal wel meer mogelijkheden. Het neven
voordeel van de organische mest moet zeker niet uit het oog
verloren worden. De heer Talstra wees er nadrukkelijk op dat
deze takken alleen mogelijkheden bieden voor goede onderne
mers en dat ze moeten passen in het arbeidspatroon van de
bedrijven.
Door het Konsulentschap voor de Akkerbouw en de Rundvee
houderij te Goes wordt de brochure no. 6 over mogelijkheden
voor de bedrijfsaanpassing opnieuw uitgegeven na bewerking
met de andere betrokken konsulentschappen. Door de vereni
gingen voor Bedrijfsvoorlichting die aanwezig waren, werd toe
gezegd de brochure met gerichte voorlichting te begeleiden.
Borgstellingsfonds- en Ontwikkelingsaanvragen.
Een borgstellingsfondsaanvrage werd aangehouden.
Vier rentesubsidieaanvragen werden goedgekeurd - alle uit de
tuinbouwsektor - tot een totaal aan subsidiabele leningen van
348.550-
Vijf samenwerkingsverbanden - alle akkerbouw - werden
goedgekeurd met een totale subsidie van 73.090.-
Een grondbankaanvrage moest afwijzend geadviseerd worden,
omdat eigen financiering mogelijk bleek.
Kommissie Waterbeheersing en Ontzilting
De Raad nam met instemming kennis van de toezegging van de
standsorganisaties om de bijdrage ten behoeve van deze kom
missie te verhogen en hoopt dat de provincie ook zal volgen.