Negatieve uitlatingen tuinbouwcommissie, slecht gevallen
TUIN
v h KLAN f-f
nnw li/i KEN
BOUW
De overgang van zomer naar
herfst.
Worden telers van Lebrun dupe van EEG subsidie?
In juli 1979 minder tomaten en
komkommers aangeplant dan
vorig jaar
Met de intrede van de maand september, wordt er ook weer in
ons Thoolse distrikt, met spoed gewerkt aan beëindiging van de
zomerteelten, en 'n begin gemaakt met de oogst van de herfst-
gewassen. De eerste witlofkuilen zijn reeds half augustus op
gezet, zodat binnen afzienbare tijd het produkt aan de veilingen
afgeleverd kan worden. Uiteraard zijn deze kuilen opgezet met
enigszins vervroegde witlofpennen. Reeds enige jaren wordt dit
gedaan met een vroeg ras, dat inplaats van gezaaid, geplant
wordt. Dit jaar zijn er ook enige telers toe overgegaan om met
plastic-folie tot vervroeging te komen. Beide manieren geven tot
resultaat, dat de rijpheid van het witlofgewas bijna een maand
éérder tot stand komt. De daardoor verkregen witlofpennen
geven echter bijgeplant materiaal en nogal sterk vertakt pro
dukt, terwijl die onder plastic-folie en mooie gave wortel te zien
geven. Het trekresultaat zal in de toekomst moeten uitmaken,
wat het meest voldoet. In ieder geval is het plantsysteem wel erg
intensief, terwijl deze met zijn sterk vertakte wortels ook wat
ekstra ruimte en meer tijd vergen bij het opzetten. Juist door
middel van deze vervroegde witlofteelt kunnen de in de maand
september beschikbare arbeidsuren volledig benut worden.
Door veel vollegrondstuinders wordt ervaren, dat de maand
september dikwijls een overschot aan werktijd geeft. Zelfs in de
maanden Jan. en Febr. is het soms nog veel meer aangemeten
met de werkuren. Voor ons bedrijfstype is het immers van zéér
groot belang, het gehele jaar door een goede werkspreiding te
hebben, en ieder jaar opnieuw zal men er enige tijd aan moeten
spenderen, om knelpunten in het teeltschema te voorkomen, en
slappe tijden zien te overbruggen. Lang niet altijd zal men hierin
voor 100% slagen, want daarvoor is men buitenteler, maar de
scherpste kanten kunnen toch met enige aandacht weggewerkt
worden, ten voordele van het bedrijfsresultaat. Voor de nogal
rijkelijk gevallen augustusregen is het planten van de winter
bloemkool goed geslaagd. Op de wat meer slempige gronden
verdiend het wel een aanbeveling, om de rijen beslist aan te
aarden. Wanneer geplant is op vroeg leeggekomen aardappel
land, dient men voorzichtig te zijn met een najaarsstikstofbe-
mesting, omdat dan dikwijls het gewas te weelderig opgroeit.
Wel moet men zorgen, dat de kali en fosfor voorziening in orde
is, daar dit de stevigheid van het gewas in de hand werkt. Wan
neer dan rond half september de winterbloemkool nog bespoten
wordt met een passend onkruidbestrijdingsmiddel, is het weer af
wachten hoe of het de winter doorkomt. Tegen vorstschade kan
men weinig doen, maar aan wateroverlast is wél iets te doen
door voor een behoorlijke boven- en ondergrondse water of
afvoer te zorgen. Voor een goed teeltresultaat met zomer- en
herfstbloemkool kan een teler echter niet zonder beregenings-
installatie. Het is toch bekend dat dit gewas geteeld moet wor
den zonder groeistoornissen om een goed veilingprodukt te
kunnen telen. Het laat zich in ons gebied aanzien dat de afrij
ping van de zaaiuien zéér laat op gang komt, en dan is een
gunstig najaar van het grootste belang. Gevreesd wordt ook dat
niet alle uienplanten tot bollen vullen overgaan, zodat men
méér dikhalzen in de partij zal hebben. In hoeverre hier een
overdaad aan stikstof of een te late meeldauwbestrijding schul
dig aan is, zal nog eens bekeken moeten worden. Wij menen
echter wel, dat één en ander van invloed is, zeker wanneer de
uien, zoals dit jaar, laat gezaaid werden. Zo geeft ieder seizoen,
en elke teelt weer zijn eigen zorgen, maar juist dit houdt de
muziek wat in ons werk, wat inhoudt dat men zijn partij zo goed
mogelijk moet meeblazen.
Op Schouwen-Duiveland hebben de fruittelers hun zomerappels
grotendeels geplukt en afgezet. De zetmeeltest maakte duidelijk
dat de Benoni het eerste aan de beurt was. De goed gedunde
Benoni groeide dit jaar uit tot een flinke maat zodat het per
centage kleine maten dit jaar geringer was dan we normaal
gewend zijn voor dit ras. De James Grieve blijkt op deze zet-
meeltoets erg traag te rageren, nadat deze controle met 1 week
was verlengd kwam de grote golf met James de laatste week van
augustus op de veilingen, wat dan ook een halvering van de prijs
betekende. Het enthousiasme onder de telers over de zetmeel-
toets is niet geweldig. Bij de Benoni heeft ze haar praktisch nut
bewezen maar bij de James Grieve is de mate van verkleuring
veel te zwaar gesteld. Een ander groot bezwaar is het werken
met 'n einddatum die geldt voor heel Nederland. Het was op de
vingers na te tellen dat na die datum, rijp en groen massaal
aangevoerd zou worden. We hopen dat voor de herfstrassen Cox
en Goudreinetten, geen datum zal worden toegepast, anders
gaan we weer in dezelfde fout als bij de James Grieve. Overigens
kunnen we over de waarde van de zetmeeltoets bij de Goudrei
netten toch de nodige vragen stellen. Is het nu echt zo nodig dat
moesappels zover gerijpt zijn als bij deze toets nodig is? Het is
toch bekend, dat het overgrote deel van de vroeggeplukte gou
dreinetten als moesappel wordt gekocht. Het inkorten van de
afzetperiode voor de goudreinette zal bij deze oogst nadelig
werken. Er is dit jaar in onze regio maar een klein gedeelte van
het fruit, op stam verkocht. Dit betekent dat een belangrijk
groter gedeelte naar de veiling zal worden gebracht. Het vervoer
van en naar de veiling, gaat een drukke periode tegemoet. Het
vroegtijdig aanvoeren van leeg fust is raadzaam, om straks in de
aanvoerpiek, niet met kistengebrek te moeten kampen.
Van de kant van de veiling Barendrecht zijn een groot aantal
voorschriften aan de aanvoerders verstuurd. Bij het aanvoeren is
het zaak, deze zoveel mogelijk in acht te nemen en bij ondui
delijkheden kontakt met de veiling op te nemen. Telers die na 'n
aantal jaren op het hout te hebben verkocht, nu het fruit zelf
veilingklaar moeten maken, merken nu pas hoeveel extra arbeid
dit vraagt. Naast de dagelijkse zorgen over produkt- en afzet,
hebben veel fruittelers met verbazing kennis genomen van een
krantenartikel in de P.Z.C. van maandag 27 aug.
Door middel van een alarmerende kop op de voorpagina wor
den de lezers op de crisissituatie in de fruitteelt geattendeerd wat
een juiste weergave van de huidige situatie is. Bij het verder
lezen van het artikel, kunnen we ons echter niet aan de indruk
onttrekken, dat onder het voorwendsel, van een hard stuk eer
lijke werkelijkheid, de Nederlandse fruitteelt de nek wordt om
gedraaid, notabene door voormannen van onze eigen standsor
ganisatie.
Een betere reclame had de Franse Deliciousteler zich niet kun
nen wensen en vele duizenden guldens kan C.B. voor "Snoep
verstandig, eet 'n appel", wel reserveren, om de consument weer
voor het Hollandse produkt te winnen. Uit de basis van onze
landbouworganisatie kunnen we met overtuiging stellen dat een
belangrijk deel van de Golden Delicious, dezelfde kwaliteit
bezit als de Franse. Een gedeelte voldoet echter niet aan de
miniumeis, en zal ook binnen afzienbare tijd dienen te verdwij
nen, maar kennen de Fransen dat probleem niet?
Een ander feit dat overeind blijft is, dat er bij ons te weinig
klasse I wordt gesorteerd, en te veel naar een goede klasse II
wordt gewerkt. Maar is dit vreemd?
Van bekende handelszijde werd slechts enkele jaren geleden
nog gesteld dat we ons moesten richten op een goede klasse II en
op massa prociuktie, grote kwantums van (gelijk) matige kwali
teit. De bewaarrassen bij de peren doen het gelukkig de laatste
jaren vrij goed. Toch is het nog niet zo veel jaren geleden dat
Dhr. Ruis van Albert-Heijn bij een lezing te Zierikzee (en an
dere plaatsen) bij het behandelen van de afzetsituatie via het
moderne grootwinkelbedrijf, naast tal van andere problemen,
de Conference als peer tegenover de Passé Grasanne, volledig
afschreef. Om de zaal hiervan te overtuigen, werd gevraagd
welke consument in staat is zo'n peer netjes te schillen? De
voorspelling van toen (±8 jaar geleden) dat de stoofperen een
toenemend marktaandeel zouden kunnen krijgen is wel uitge
komen. Een andere vraag is of een investering van 70.000,—
voor één ha perenaanplant, geen onverantwoord groot risico
oplevert, nu een groot aantal percelen met bacterievuur is bes
met?
Het alternatief van goudreinetten planten komt ons inziens 8
jaar te laat, we zitten al aan het verzadidingspunt. De persoon
lijke mening van de voorzitter van de tuinbouwcommissie, om
de import van het zuidelijk halfrond ombelemmerd te laten
plaatsvinden is gelijk aan de geluiden die we uit groothandels-
en importeurs organisaties vernemen. We menen echter dat in
onze organisatie het telers belang behartigt dient te worden.
Al met al een bijzonder slecht stuk wat de fruitteelt geen goede
dienst bewijst. Voor het hoofdbestuur lijkt het gewenst om het
standpunt nader te bepalen en te verduidelijken om ongenoe
gens bij de leden van onze organisatie weg te nemen.
Op Zuid Beveland neemt de aanvoer van fruit op de veilingen nu
snel in omvang toe. Vooral te Goes is duidelijk merkbaar dat er
weinig op 't hout is verkocht. Als in de komende weken de
Trimphe de Vienne en speciaal de Beurré Hardy los komen zal
het erg druk worden. Ondanks vroege berichten dat de Hardy
op veel bedrijven een matige oogst zal geven zijn we van mening
dat het juist een grote oogst wordt. De vraag is dan hoe de prijs
zich zal houden.
De telers van Beurré Lebrun - en dat zijn er vooral in het gebied
van de veiling Kapelle een heleboel - worden ernstig gedupeerd
door een kersverse EEG maatregel. De verwerkingsindustrie
krijgt ongeveer 74 cent subsidie voor elke kilo verwerkt produkt
dat er in de blikken Williams zit. Voor ingeblikte Lebrun krijgt
men echter geen cent steuiv, helemaal niets. In de praktijk bete
kent een en ander dat de industrie ruim 40 cent per kilo voor de
Williams (bon Chretien) kan betalen en daarmee zit de Lebrun
dan uiteraard lelijk in de knel. We hebben gelezen dat dit be
kokstoofd is in een onder-onsje van de landbouwministers,
zonder de deskundigen te raadplegen. We zijn echter bang dat
verreweg de meeste deskundigen tot voor kort niet wisten dat de
teelt van Lebrun als "blikpeer" voor ons land van betekenis is.
Het is namelijk zo'n specifiek lokale aangelegenheid dat men
buiten Zuid Beveland deze peer meestal niet kent. Het is typisch
een ras dat te Kapelle en naaste omgeving voorkomt. Zelfs in de
Zak van Zuid Beveland en in Oost Zuid Beveland ziet men erg
weinig Lebrun. Vandaar dat men er zich in EEG verband niet
druk over maakt. Maar intussen dreigt het een enorme schade
post te worden van de zeer vele Lebrun telers in Midden Zuid
Beveland. Het gaat om globaal 600.000 kg en dus is er een fors
bedrag mee gemoeid. En 40 ct. per kilo meer of minder maakt
heel wat uit. We hopen dat het allemaal nog meevalt, en dat de
fout volgend jaar hersteld zal worden want anders ziet het er
voor de Lebrun somber uit. Met de appelprijzen wil het niet
best. Vooral de Benoni stelt enorm teleur. Het kan zijn dat de
konsument dank zij de jodiumtest een beter produkt krijgt dan
voorgaande jaren, maar dat komt in de prijs allerminst tot ui
ting, althans niet bij de James Grieve en Benoni. Overigens
heeft het huidige prijspeil nog weinig of niets met de (grote)
appeloogst van 1979 te maken. Het begin van de nieuwe oogst
ligt altijd in 't verlengde van de oude oogst. Tot voor een paar
weken werd er in Midden Nederland veel meer oude Golden op
de veilingen aangeboden dan fruit van de nieuwe. Die grote
hoeveelheden oude Golden - matig van smaak en goedkoop -
plus het voortdurende aanbod van Granny Smith hebben de
markt onder druk gezet voor er een redelijke hoeveelheid appels
van oogst 1979 aan deitiarkt kwam. We zijn de nieuwe oogst
niet met een schone lei begonnen en dat wreekt zich.
Inmiddels is ook de Franse Golden weer al op het toneel ver
schenen. Of ze ook de jodiumtest hebben ondergaan weten we
niet maar ze zijn binnengelaten, dat is duidelijk. Het wordt een
zware strijd voor de Nederlandse fruitteelt. Vorig jaar om deze
tijd werden Winston en Benoni nog tot de meest aanbevelens
waardige rassen gerekend, nu zijn er twijfels. Men praat elkaar
na met alle heil zoeken in rassen die speciaal in ons Nederlandse
klimaat thuis horen en noemt dan steeds Cox's en Goudreinette.
Maar Goudreinette is er genoeg voor de eigen markt en zijn er
voor die appel werkelijk zulke gunstige kansen voor export?
Want daar zullen we het dan toch van moeten hebben bij uit
breiding met dit ras. Steeds meer wordt er geroepen om steun
maatregelen, dat de overheid duidelijk moet zeggen of men in
ons land nog fruitteelt wil of niet. Maar met wat subsidie voor de
hagelverzekering en introduktie van éénmalig fust gaat het
omgerekend om een paar tientjes per ha. Terwijl het tekort bij
prijzen als het laatste seizoen voor de winterappels neerkwam
op ettelijke duizenden guldens per ha. Voor je aan subsidies 1
cent per kilo bij elkaar hebt geharkt moet er veel gebeuren.
Maar als je de veilingprijs dan enkele dubbeltjes beneden de
kostprijs ligt, besef je dat men van steun en subsidies niet al te
veel heil mag verwachten. Het inkomen moet in de eerste plaats
uit de veilingprijs komen, voor wel 90-95% en als dat het geval is
dan kan aanvullende steun erg nuttig zijn. Ondanks alle pessi
misme dat er momenteel in de fruitteeltsektor heerst hebben we
vertrouwen dat de prijs van de winterappels minder laag zal zijn
dan vorig seizoen. Let wel, minder laag. Maar nog wel te laag.
Tevens menen we dat de pere-oogst groter is dan de officiële
ramingen aangegeven. We hopen dat desondanks de prijs meer
bevredigend zal zijn voor deze fruitsoort, want de peer was de
laatste jaren voor veel bedrijven de kurk waarop men drijvende
bleef.
Volgens een mededeling van het Centraal Bureau voor de Sta
tistiek zijn in juli 1979 224 ha tomaten onder glas aangeplant.
Dit is 18 ha of 7% minder dan de aanplant in juli 1978.
De oogst van tomaten is in juli 1979 beëindigd op 501 ha tegen
537 ha vorig jaar (-7%).
De op 1 augustus 1979 aanwezige oppervlakte tomaten bedroeg
2.125 ha. In vergelijking met de situatie op dezelfde datum in
1978 betekent dat een toeneming met 51 ha 2,5%).
Komkommers.
Evenals bij tomaten bleef de aanplant van komkommers in juli
1979 achter bij die in 1978. Het verschil is bij deze groentesoort
erg groot, nl. 91 ha dit jaar tegen 170 ha in juli 1978 (-46%).
De beëindiging van de teelt van komkommers vond, in verge
lijking met vorig jaar juli, ook op beperkte schaal plaats.
Tegenover teeltbeëindiging in juli 1978 op 170 ha stond nu een
oppervlakte van 102 ha (-40%). De per 1 augustus 1979 aanwe
zige oppervlakte was 13 ha of 2% kleiner dan die op 1 augustus
1978 toen 818 ha werd waargenomen.
1978
1979
Opper
Aange
Geoogst
Opper- Opper
Aange- Geoogst
Opper
vlakte
plant
reap.
vlakte vlakte
plant resp.
vlakte
per 1
ln
oogst be
- per 1 per 1
ln oogst be-
per 1
Juli
Juli
elndlgd
augus- Juli
Juli eindlgd
augus
ln Juli
tus
in Juli
tus
ha
Tomaten
2.369
242
537
2.074 2.402
224 501
2.125
Komkommers
818
170
170
818 816
91 102
805
Sla
14
7
14
7 10
13 10
13
N.B. Steekproefuitkomsten: de gegevens betrekking hebbend op opper
vlakte beneden 25 ha kunnen belangrijke procentuele afwijkingen verto
nen.
23