Verhoging van de verbrandingswaarde van het Groningse aardgas lng LMulder Weinig belangstelling voor fruit op stam Het wordt weer te droog "Goed dat de veiling er is" Nu O Op Schouwen Duiveland is het eerste fruit van de nieuwe oogst weer al geplukt. Het gaat nog maar om kleine hoeveelheden pruimen en vroege appelrassen. De pruimen beloven een goede oogst te geven, maar deze teelt is in onze regio van geringe betekenis. De vroege zomerappels zijn ook van beperkte betekenis. Met de pluk van Benoni en James Grieve, zal de aanvoer pas opgang komen. Door de verplichte toepassing van de zetmeeltoets zal de aanvoer iets later starten dan voorgaande jaren. Het werken met deze methode zal in het begin zeker onze aandacht vereisen om brokken maken te voorkomen. Plaatselijke verschillen in rijping van de vruchten zullen oplettend gevolgd moeten worden. We zullen niet alleen bij buurman moeten kijken of de rijpingstest goed is, maar vooral op eigen perceel waar moeten nemen. De ontwikkeling van de James Grieves is dit jaar nog steeds wat achter; per boom komen erg grote maat verschillen voor. We vroegen ons al af, of de datum van 18 aug. i.v.m. beëindiging van de zetmeeltoets niet te vroeg is gekozen. Na die datum zullen zeker uit het Noorden van het land nog genoeg "groene knar ren" aangevoerd worden. De start van de appels begint overi gens onder de druk van de lage prijzen van het laatste bewaar- fruit. We beginnen de nieuwe oogst jammer genoeg niet met een lege markt. De eerste Stark Earliest en Mantet brengen matige prijzen op. Er is tot nu toe vrijwel geen fruit op stam verkocht, een kater van vorig seizoen en beperkte mogelijkheden voor de nieuwe oogst maken de fruitkopers traag en kritisch bij het kopen van hun produkt. Telers die al over een aantal jaren gekozen hebben voor die manier van afzet staan nu voor een moeilijke keus. Verandering van afzet systeem heeft in de achterliggende sei zoenen vrijwel nooit voor tevreden telers gezorgd. Anderzijds is het wel een erg zure appel om nu al met afbraakprijzen genoe gen te moeten nemen. De stand van de appels is in het algemeen goed. Toch verwach ten we in ons gebied een iets lagere kg opbrengst, dan bij de topoogst van 1978, met name bij de Goudreinette. De Confe rence en de Cornice beloven een goed perejaar. Met de gewasbescherming geven de peren wel hun moeilijkhe den. De perebladvlo ge^ft op tal van bedrijven ernstige proble men. Telers die soms 5 maal een bestrijding uitvoerden moeten toch nog konstateren dat een belangrijk deel van de vlooien, de aanvallen overleeft hebben, ondanks zachtjes rijden en over vloedig water gebruik. Jammer genoeg komen er nog steeds jonge larven tevoorschijn, zodat een vernieuwde aanval nodig zal zijn. Ook het bakterievuur houdt op tal van bedrijven de fruittelers in de weer. Uit de praktijk blijkt dat we niet te voorzichtig moeten zijn om gedeeltelijk aangetastte bomen te rooien. Stevig ingrij pen geeft de beste resultaten. Ook moet 'iedere teler er van doordrongen zijn dat bij een gekonstateerde aantasting deze besmetting direkt wordt opgeruimd en geen week wachten met het verbranden van het besmette materiaal. Een ernstige be dreiging komt nog steeds van veel besmette meidoorns in de beschermde natuurgebieden, zolang hier nog niets aan wordt gedaan, ziet het er op lange termijn somber uit voor de pereteelt in onze regio. De appels worden bij veel telers extra goed gedund. Het grote dun werk is vrijwel overal klaar, maar toch worden bij sommige rassen de achterblijvende vruchtjes of eventueel verruwde of gesprongen vruchten nog verwijderd, Verbetering van de kwa liteit is het hoofddoel terwijl sorteren op de boom voordeliger werkt dan voorsorteren na de pluk. In augustus is het ook tijd om koelhuisruimte te reserveren of in te delen en fust te bestellen. Het gebruik van dozen en éénma lige kratten brengt verandering in het benodigde aantal vei- lingkisten. Hopelijk zal door de verplichting van het éénmalige fust er genoeg meermalig fust overblijven, om het bewaarfruit in te oogsten, want de laatste 5 jaar zijn er vrijwel geen nieuwe kisten aangeschaft. Jammer genoeg heeft het éénmalig fust nog lang op ons moeten wachten en zitten we met grote partijen oude kisten op onze veilingen. Met het vorderen van de groeiperiode, is het ook op Tholen te merken, dat de afgelopen twee maanden te weinig regen hebben gebracht. Inzonderheid is dit te zien bij de aardappelteelt, waarbij in mei en begin juni zich een flinke loofontwikkeling voordeed. Dit was ontstaan door de toen heersende natte pe riode, die wel veel loof produceerde, maar waarbij het wortel gestel zich daarentegen niet voldoende kon ontwikkelen in de te koude ondergrond. Door de minder gunstige wortelontwikke ling blijft altijd het gevaar, dat tijdens een daaropvolgende droogteperiode het bovengrondse deel van de plant gaat lijden aan ondervoeding van het gewas. Waar men aanvankelijk dacht dat door de grote aanslag de aardappelen een zéér hoge kg-op- brengst zouden kunnen geven, zal dit misschien toch wat tegenvallen, zeker in grond met een minder goede struktuur. Voorlopig ziet het er niet naar uit dat de aardappelen een top- produktie zullen geven. Gelukkig houdt de prijs zich tot op heden op een bevredigend peil, waarvan in ons Thoolse distrikt goed gebruik van is gemaakt, want er zijn in de afgelopen maand juli al vele hektaren gerooid. Door het minder gunstige voorjaar is het aardbeienplantgoed ook wat in zijn ontwikkeling gestoord, zodat het planten wel een week verlaat zal worden. Met het vorderen van de zomer worden de meeste winter bloemzaden ook weer gezaaid, terwijl de winterbloemkool rond half augustus eveneens de grond weer in moet. Voor een goede start van beide gewassen is in deze tijd een flinke regenbui meestal wel gewenst. Deze teelten moeten vóór de winter een zekere gewasontwikkeling hebben, om volgend jaar tot een volledige produktie te kunnen komen. De eerste plantuien zijn vorige week ook geveild. Hoewel de prijs, niet zo bijzonder laag was, zullen de telers zich gezien de buitenlandse afzet, toch afvragen, waar we ons op moeten voorbereiden. Gezien het nu nog vroege stadium van de nieuwe uienoogst zullen wij ons nog maar geen nachtmerries op de hals halen, omdat waarschijnlijk dit jaar van het gewas, geen topproduktie kan worden verwacht. Met de intrede van augustus is nu ook de laatste bespuiting in de uien tegen de meeldauw uitgevoerd. Een gewas lang groen houden is wel mooi, maar de oogst mag ook weer niet teveel worden verlaat, want het blijft niet altijd zomer. Een zekere tijd van afrijping heeft ieder gewas toch wel nodig, wat ook zeker wel het geval is bij de bewaarprodukten. Ongemerkt zit men zo weer in het najaar, waarbij het steeds duidelijker wordt bij ieder nog te oogsten gewas, of het rendabel is geweest of niet. On danks de soms tegenwerkende weersinvloeden weten wij pas aan het eind van het produktiejaar, wat wel of niet gunstig was, ten nutte van onze bedrijfsontvangsten. Ondanks het feit dat er nu en dan een flinke regenbui valt, is het op Zuid-Beveland aan de droge kant. Het water gaat in de grond als in een spons. Na een dag lijkt het weer even droog als vóór de bui. Overigens zullen de pruimetelers niet naar regen verlangen. De Ontario scheurt toch al genoeg. Maar met dit al begint fcet grote fruit nu los te komen. Yellow, Stark Earliest, Mantet, een beetje George Cave, straks Precoce de Trevoux, Discovery, James Grieve en Benoni. Voorlopig zijn de prijzen redelijk. In elk geval beter dan van de Golden Delicious van de oude oogst. Vers heeft kennelijk toch de voorkeur. Het is niet moeilijk om appels 8 maanden lang in een CA cel te bewaren, maar het lijkt wel erg moeilijk om de smaak op peil te houden. Misschien ligt dat ook al een beetje aan het beginprodukt, want de appels die voor lange bewaring worden geoogst zijn veelal zo vroeg van de boom dat ze nauwelijks plukrijp kunnen worden genoemd. Bij de pereteelt gaat de strijd tegen de perebladvlo onvermindert voort. Op menig bedrijf is er veel aantasting met bruine vlekken in het blad en in toenemende mate roetdauw. Het is ook wel een zware opgave om de beestjes onder kontroie te krijgen, vooral als men in een gebied zit met. veel andere perepercelen. Steeds is er dan nieuwe aanvoer van vlooien. Zelfs fruittelers met een gevestigde reputatie hebben er problemen mee. De appels groeien nu goed. We zagen al Cox s Orange met een geel blaadje van de droogte. Want als het er op aan komt is er in totaal de laatste maanden weinig neerslag gevalien, aanzienlijk minder dan normaal. Opmerkelijk stil is het wat betreft de verkoop van fruit op stam. Voorzover we dat na konden gaan zijn er tot nu toe bijzonder weinig zaken gedaan. Vooral voor appels is weinig belangstelling, zeker als het Golden Delicious en "gewone" Goudreinette betreft. De schrik zit er bij de handel goed in na de enorme stroppen die het laatste seizoen moesten worden geïnkasseerd. Nu is de situatie zo dat men heel voor zichtig hoogstens een kwartje biedt en dat daarom vrijwel geen teler voor zo'n afbraakprijs wil verkopen. We zijn benieuwd of er iets later in 't seizoen nog zaken gedaan zullen worden. Wel licht direkt van de boom? Wel is er interesse voor peren en dan speciaal voor Conference en Doyenne du Cornice. Maar wie alleen die rassen verkoopt, laat de rozijnen uit het krentebrood halen. En met dat al kan de konklusie luiden: 'Toch maar goed dat de veiling er is". Wel blijkt uit alles dat er weinig optimisme is betreffende het prijsverloop in het aanstaande seizoen. Gelukkig komen er be richten dat de oogst in Frankrijk en Italië niet zo groot is als eerst werd geraamd. In ons land zou de appeloogst zelfs heel wat kleiner zijn. Dat geeft weer een beetje moed. Ook de pere-oogst schijnt weer niet groot te worden. Zelf hebben we de indruk dat die op Zuid-Beveland niet tegenvalt. Eerst dachten we b.v. dat de Cornice onvoldoende was gezet en dat de Conference te zwaar ruide, maar er is steeds meer voor de dag gekomen. De Conference moest vaak nog worden gedund. Inmiddels is er wat klaarheid gekomen wat betreft de bijdrage van de overheid in de hagelverzekering. Minister Van der Stee heeft een gebaar gemaakt, maar geen royaal gebaar. In feite schijnt het neer te komen op ca. 15% van de premie. Er gaan geruchten dat er ook te praten valt over een soort ruil en wel voor een toezegging dat de overheid bijspringt als de premie boven de 5% stijgt. De laatste jaren zou er dan niets uit de büs zijn gekomen, maar even goed kan er in een jaar met veel hagel een naheffing komen die zo fors is dat de premie oploopt naar 8-10%. Dat risiko zou de minister dan voor zijn rekening willen nemen. Of het allemaal waar is weten we niet. Als 't zo is blijft de vraag wat beter is, elk jaar een beetje of een enkele keer veel. Persoonlijk voelen we wel voor wegnemen van het risiko boven 5%. Het wordt een jaar met een nieuwe aanpak wat kwaliteit betreft (weren onrijp fruit - jodium test) en presentatie (verplicht éénmalig fruit). Hoe het in de praktijk uit zal pakken moeten we afwachten, maar het is in elk geval goed dat er wordt gestreefd naar verbeteringen. Het behoud van de Nederlandse fruitteelt staat op het spel. hoofdafdeling Tuinbouw van het Landbouwschap Sedert enige tijd wordt ook aardgas gewonnen in de Noordzee. Dit gas heeft een hogere verbrandingswaarde dan het Groningse aardgas en is in verband hiermee niet geschikt om "puur" verstookt te worden in de bestaande verwarmingsinstallaties, omdat deze immers allemaal zijn gemaakt voor het Groningse aardgas. zijn er twee mogelijkheden: - aanpassing van de bestaande verwarmingsinstallaties aan het nieuwe gas door zogenaamde ombouw, of: - aanpassing van de nieuwe gassen aan de bestaande installa ties. De ombouw van de installaties is een grote en kostbare operatie. U behoeft zich maar de ombouw van Nederland op aardgas in de zestiger jaren te herinneren. Dit is alleen te doen voor een industriegebied, grote industrieën of elektriciteitscentrales en hier gebeurt dat dan ook. Enkele industriegebieden, grote in dustrieën en elektriciteitscentrales hebben hun installaties om gebouwd en krijgen via aparte aanvoerleidingen de zogenaam de hoogkalorische gassen. Voor de andere honderdduizenden afnemers in het land (dit zijn er ongeveer 4 lA miljoen!) kan men het Noordzeegas alleen benutten door dit bij te mengen' met het normale Groningse aardgas. Uiteraard moet het bijmengen in een zodanige ver houding gebeuren dat dit voor de afnemers geen verbrandings- technische problemen geeft. Men moet het gemengde gas zon der ombouw in de bestaande installaties met een zelfde rende ment kunnen verstoken. Omdat de menging van die gassen nauwkeurig en veilig moet gebeuren zijn daar gekompliceerde, nauwkeurig werkende en dus dure installaties voor nodig. Inmiddels is de Gasunie met deze bijmenging begonnen in de hoofddistributieleidingen die worden "gevoed" vanuit de kom- pressorstations in de buurt van Beverwijk en Ommen. Aan alle afnemers die gelegen zijn beneden de Beverwijk-Ommen wordt nu aardgas geleverd, waaraan maximaal 6% Noordzeegas wordt toegevoegd. Konsequenties voor de tuinbouw ver de technische aspekten van de bijmenging is overleg geweest met het Instituut voor Mechanisatie, Arbeid en Ge bouwen (IMAG) in Wageningen en met de deskundigen/ stook technici van de tuinbouwvoorlichtingsdiensten, terwijl ook het Landbouwschap op de hoogte is gesteld. Dit overleg heeft geleid tot de konklusie dat de bijmenging voor de tuinbouw geen verbrandingstechnische gevolgen zal hebben. De eigenschappen van het aardgas worden door de toevoeging met 6% Noordzee-gas slechts minimaal veranderd: het blijft een zaak van "achter de komma". Aanpassing van de branders is zeker niet nodig, terwijl een andere afstelling van de gas/lucht- verhouding volgens de technisch deskundigen in het algemeen ook niet nodig zal zijn. Als het goed is zal de tuinder van de bijmenging dus niets merken. Trouwens in het huidige aardgas zit al de genoemde 6% Noordzeegas en elke tuinder beneden de lijn Beverwijk-Ommen kan dus zelf vandaag al nagaan of hij verschil merkt. Het tijdstip van de bijmenging is voor de tuinbouw overigens erg gunstig gekozen, omdat er nu vrijwel niet gestookt wordt; mochten er hier en daar tegen de verwachting in tóch verschillen in de verbranding zitten dan heeft men alle gelegenheid om dit bij te stellen. De tuinder zal wel iets merken van de Financiële kant. Door de toevoeging met 6% Noordzeegas wordt de verbrandingswaarde (aantal kaloriën per m3) met circa 1% verhoogd en de Gasunie en gasbedrijven willen deze extra verbrandingswaarde wel be taald zien. Wat dit betreft redeneren zij precies zo als de tuinder: een betere kwaliteit produkt moet wél worden betaald Voor de afnemers met een verbruik van meer dan 2 miljoen m3 zal deze verrekening gebeuren met ingang van 1 juli jl. Dit geldt ook voor de tuinders in deze kategorie. Voor alle andere afnemers beneden de 2 miljoen m3 zal de verrekening gebeuren met ingang van 1 oktober a.s. Hieronder vallen ook de tuinders; niet alleen de tuinders met het zoge naamde tuinbouwtarief, maar ook de heel kleine tuinders be neden de 30.000 m3. De verrekening zal niet gebeuren in de vorm van een verhoging van de prijs, doch in de vorm van een verhoging van het aantal te betalen m3. Deze verrekening van de verandering van de kalorische bovenwaarde zal dus op dezelfde wijze plaatsvinden als thans reeds voor de grootverbruikers gebeurt met de kor- rekties voor de druk en de temperatuur. Het gas zoals dit uit de pijp komt wordt dus teruggerekend op gas van standaardkwali teit, zoals dit onder meer in het huidige grootverbruikerskon- trakt is omschreven, namelijk gas met een druk van 1013 milli bar, een temperatuur van 0 graden C en een kalorische boven waarde van 35.17 megajoules. Het Landbouwschap heeft de hele zaak van de bijmenging en de verrekening voor wat de tuinbouw betreft bestudeerd en heeft geen bezwaren kunnen ontdekken. Zowel de toevoeging als de verrekening vallen trouwens formeel binnen de bepalingen van het grootverbruikerskontrakt. 17

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 17