Ierse landbouw profiteert van EEG
D e reis vond plaats in de eerste
helft van mei. Zoals men zich wel
licht zal herinneren was het toen in
ons land doorlopend koud en nat.
Maar in Ierland was het nog een
pietsie frisser en vochtiger. Dat
kwam mede doordat een groot deel
van de tijd werd doorgebracht in het
zuidwesten van het eiland (Killarney
en omgeving) waar het landschap
beschrijflijk mooi is, maar waar ge
middeld bijna twee maal zoveel
neerslag valt als in Dublin.
H et was natuurlijk pure armoede
die de achtergrond vormde voor deze
massale emigratie. Het eigen land
bood geen toekomst. Ierland is arm
aan delfstoffen en de hoofdbron van
inkomsten was en is nog steeds de
veeteelt. NJaar die biedt te weinig
werk.
I n 1973 werd Ierland lid van de
EEG. Dat heeft vooral de boeren
geen windeieren gelegd. Voordien
was men in hoofdzaak bij de afzet
van vlees en zuivel aangewezen op
Engeland en dat betaalde liever niet
te veel. Nu kregen ze EEG prijzen en
dat scheelde niet weinig. De waarde
van de totale landbouw steeg in de
periode 1970-1978 van 1 xh naar bijna
7 miljard gulden en het agrarisch in
komen werd in dit tijdvak eveneens
vervijfvoudigd. Wel moet men daar
bij rekening houden met de zeer
sterke inflatie van meer dan 10% per
jaar. Maar niettemin ging de boer er
ook reeël flink op vooruit. De
achterstand van 20% die men had op
de industriële sektor bij het inkomen
werd geheel ingehaald.
De toegenomen welvaart en verbe
terde inkomensvorming komt ook
tot uiting in de grondprijs. Tien jaar
geleden kon men grond kopen voor
4000,— a 5000,— per ha. Nu
betaald men voor goede grond
30.000,— - 40.000,— Men kan
ook veel goedkoper terecht, maar
dan is de kwaliteit er ook naar. Wer
kelijk prima grond is in Ierland vrij
schaars en ongeveer even duur als in
Nederland.
T ijdens het verblijf in te Youghal
waren Kees Vogelaar en het echt
paar Traas zo bereidwillig om naar
het hotel te komen om van hun be
levenissen te vertellen. Dat werd
vanzelfsprekend zeer op prijs ge
steld.
1 n Ierland kan men genieten van een ongekende rust en stilte. Het leven vloeit er nog
genoeglijk henen in een bedaard tempo. Geen gejakker, want morgen komt er weer een
dag. Er is zo overvloedig veel tijd dat er nooit een tekort aan kan ontstaan, is de mening.
Maar men moet niet naar het "Groene Eiland" gaan om te zonnebaden en donkerbruin
terug te komen. Dat hebben ook de deelnemers gemerkt die deelnamen aan een exkursie
georganiseerd in het kader van de Agrarische Studiereizen.
Zeer geslaagde
exkursie
Veeteelt
zeer belangrijk
Ontvolking door
emigratie
O
Stijging boereninkomen
fik
Kees Vogelaar
Ondanks het minder fraaie weer was
het een prachtige, zeer geslaagde ex
kursie. Dat kwam vooral omdat de
stemming doorlopend prima was.
Wie de deelnemerslijst tevoren be
keek had dat waarschijnlijk niet zo
verwacht. De meesten kwamen uit
Zeeland, dus dat zat snor. Maar er
waren ook vrij veel Amsterdammers
Engeland hoort en ruim 1 xh miljoen
inwoners telt en de Ierse Vrijstaat,
die twee maal zo groot als Nederland
is en circa 3 miljoen inwoners heeft.
In Ulster is het de laatste jaren on
rustig met bomaanslagen enz.
De Ierse Vrijstaat, met Dublin als
hoofdstad is pas in 1920 gesticht en
had aanvankelijk de positie van de
Britse Dominions. Pas vanaf 1942 is
men geheel zelfstandig.
De Britse overheersing in de afgelo
pen eeuwen heeft echter zwaar zijn
stempel gezet op de ekonomie en
ontwikkeling van het land. In feite
was er sprake van uitbuiting.
Een droevig dieptepunt vormden de
jaren 1846-1847 toen de aardappel
ziekte zo'n voedselschaarste veroor
zaakte dat velen van honger om
kwamen. Nadien is er een emigratie
op gang gekomen die tot gevolg had
dat de bevolking sterk terugliep. En
kele cijfers: in 1791 4.2 miljoen in
woners, in 1821 6.8 miljoen, in 1841
8.2 miljoen (dus in 50 jaar bijna een
verdubbeling), daarna bergafwaarts:
1851 6 lh miljoen en in 1901 4 xh mil-
Voor een eigen industrie ontbrak het
kapitaal. De Ierse regering moedigt
daarom buitenlandse investeringen
sterk aan, o.a. met belastingfacilitei
ten. Ten dele is men geslaagd, maar
de werkgelegenheid blijft een zwak
punt.
Daarbij krijgt men de indruk dat de
Ieren er vaak zelf aan twijfelen of ze
er ooit bovenop zullen komen. Mo
gelijk zijn de meest ondernemenden
bovendien geëmigreerd. Hoe 't ook
zij, de meeste Ieren doen het kalm
aan. Vandaar die eerder genoemde
rust, die overal van uitstraalt. Een Ier
De Gap of Dunloe is een toeristische trekpleister.
bij, verder Groningers, Betuwers,
enz. Hoe moest dat gaan? Welnu, het
klikte direkt en dat bleef zo tot het
einde. Vooral Klaas uit Mokum en
Kloetingse Bertha waren aan elkaar
gewaagd en zorgden er voor dat de
sfeer optimaal was. Het werd een
vriendenklub die onder alle omstan
digheden de moed er in hield en alles
optimistisch bekeek. Trouwens het
regende weliswaar nogal eens, maar
als men de bus uit moest om iets te
bezoeken was het altijd droog. Dus
dat viel mee.
De eerste dagen werden agrarische
objekten bezocht, zoals een rund
veebedrijf en een bedrijf met (zeer
veel) varkens en koeien. Tevens werd
een bezoek gebracht aan twee Zeeu
wen, namelijk aan Kees Vogelaar te
Waterfort en Wim Traas te Cahir.
De eerste is afkomstig uit Krabben-
dijke, de tweede uit Biezelinge.
Later volgde een meer toeristisch
gedeelte, waarbij o.a. een tuin met
sub-tropische planten te Glengariff
op het programma stond en de me
ren en bergen te Killarney. Een
hoogtepunt was een middeleeuws
banket op de slotavond in kasteel
Knappogue bij Limmerick. Het
echtpaar Migchelsen uit Diemen
werd daarbij met het nodige cere
monieel gepromoveerd tot kasteel
heer en kasteelvrouwe. Ze speelden
hun rol met veel verve.
m Ierland en de Ieren te begrij
pen moet men eerst een aantal bij
zonderheden weten.
Het eiland is verdeeld in Ulster, dat
overwegend protestants is, nog bij
De laatste avond werd doorgebracht in kasteel Knappoque bij Limmerick, waar
het gezelschap werd opgewacht met honingwijn en genoot van een historisch
toneelspel een een middeleeuws banket.
joen inwoners.
Van de veelal kinderrijke gezinnen
zocht meer dan de helft van de jeugd
zijn heil in een ander land, met name
Engeland en vooral de Verenigde
Staten. Er schijnen meer Ieren in
New York te wonen dan in Dublin.
De wegen in Ierland zijn overal omgeven door muren van aarde en stenen die
meestal begroeid zijn met houtgewas.
10
is niet lui, maar haast zich niet. On
bewust heeft hij het gevoel toch niet
rijk te kunnen worden en als hij dan
maar zijn droogje en vooral zijn natje
heeft is het voorlopig voldoende.
Want dat is een andere karaktertrek:
men geeft onevenredig veel van het
inkomen uit aan geestrijke dranken.
In de weekeinden vooral zijn de pubs
en bars overvol. De achtergrond lijkt
te zijn dat men er behoefte aan heeft
het leven tijdelijk wat luchtiger te
bezien. Want de Ier is van nature
enigszins melancholiek. De eeuwen
lange onderdrukking waarbij verzet
bloedig werd onderdrukt, de armoe
de, de emigratie met zijn pijnlijke
scheidingen, dat alles heeft uiteraard
zijn sporen nagelaten.
Ook het landschap werkt er aan mee.
Het is mooi, zelfs vaak fascinerend,
als de zon schijnt. Maar 's winters bij
mist en regen is het somber, soms
spookachtig. Ieren zijn dan ook bij
gelovig, de kinderen worden al op
gekweekt met verhalen over kabou
ters, goede en boze geesten. Veel bo
men zijn b.v. "heilig" en mogen niet
worden gerooid.
De toegenomen welvaart ziet men
niet alleen bij de boeren. Uiteraard
profiteert de middenstand er ook van
en wie trouwens niet? De lonen zijn
de laatste jaren fors gestegen, de so
ciale voorzieningen zijn zeer sterk
verbeterd, enz. Het geld rolt. Men
ziet het ook aan de nieuwe huizen, de
auto's en toenemende luxe, bij Ne
derland vergeleken is er evenwel nog
een grote achterstand.
Op het bedrijf dat Vogelaar kocht stond (en staat) dit bouwvallige landhuis als
herinnering aan vroegere welstand.
Kees Vogelaar (links) en Wim Traas
in gesprek op het bedrijf te Waterfort.
Kees Vogelaar kocht ca. 16 jaar ge
leden een landgoed van 80 ha dicht
bij de stad Waterfort. De prijs be
droeg in die tijd slechts enkele dui
zenden guldens per ha. Hij rooide de
bomen die er stonden, ruimde de
heggen op die overal stonden ter af
bakening van de diverse percelen en
plantte fruitbomen. In Ierland was
overwegend peperduur buitenlands
fruit te koop en daarom zagen een
aantal boeren in de omgeving van
Waterfort ook wel brood in de mo
derne fruitteelt, zoals Vogelaar die
ging bedrijven. Welnu, Kees zorgde