Van der Stee aanvaardt verzwaring melkheffing NIEUWS IJ rr BRUSSEL V, H et komité van Europese boeren- en tuindersorganisaties COPA heeft er tijdens deze marathon bij de minister op aange drongen tenminste gemiddeld 4% prijsverhoging toe te staan. Er is al een aanzienlijk verschil tussen de inkomens binnen en buiten de landbouw. Bovendien doet de recente energiekrisis de kosten voor de agrariër extra toenemen, zo is de redenering. Het COPA besluit haar oproep met het dreigement dat de ministers wanneer ze de zaken op hun beloop laten de politieke en sociale stabiliteit op het platteland op het spel zetten. Zware regenval liet sporen na in IJsselmeerpolders Landbouwministers zochten moeizaam naar kompromis D, BTW-intensieve veehouderij! Ministerie van landbouw denkt export te bevorderen via ruitersport! Kwaliteit Russisch graan voorlopig niet beter Jan Werts/Brussel e negen landbouwministers hebben vorige week in Luxemburg uitermate moeizaam gezocht naar een kompromis over de prijzen voor het lopende oogstseizoen. Meestal overheerste de sfeer van: "Wij komen er absoluut niet uit. Laten we daarom maar geen enkel besluit nemen en de prijsbevriezing voor het al lopende jaar aanvaarden. In november zien we dan wel weer verder". In de nacht van woensdag op donderdag deed onze minister Van der Stee een kompromis-voorstel. Hij wil gemiddeld 2% prijsverhoging, maar niet voor de melk. De prijsverhoging voor andere produkten dan die van de zuivel zou gebruikt worden voor het afbreken van monetaire kompensaties. Zodat West-Duitsland meteen weer 1% en de Benelux 0,5% gaan inleveren. De melkheffing (nu 0,5%) zou per 1 oktober 1% worden en een jaar later 2%. van de melkheffing via een hogere zuivelprijs gekompenseerd moet worden. Lavens kreeg wel de steun van Luxemburg maar niet van Nederland. olgens de minister kon een meerderheid van de delegaties dat aanvaarden. Zoals bekend is voor een akkoord echter het fiat van alle negen ministers nodig. Zover waren ze vorige week donderdagmorgen om half elf bij de zoveelste hervatting van de besprekingen nog lang niet. Op dat moment begon de vierde onderhandelingsdag en wel zonder de aanwezigheid van de internationale EG-pers. De overgrote meerderheid van de journalisten had toen Luxemburg al verlaten op weg naar Straatsburg in de Elzas, waar donderdagmiddag de Eurotop van regeringsleiders onder leiding van president Giscard d'Estaing startte. Intussen was het donderdagmorgen bij het stuiten van deze editie dan al xel zover dat behalve Frankrijk, de Benelux en West-Duitsland ook de Europese Kommissie, dagelijks bestuur van de Gemeenschap eventueel iets aan de prijzen zou willen doen. Maar de Britse konservatieve minister Walker stond net als zijn socialistische voorganger Silkin op het standpunt dat zolang er zulke grote overschotten aan melk, granen, vleeswijn en suiker boven de markt hangen ieder beraad over prijsverho ging absoluut zinloos is. Vervolgens deed minister van der Stee dan donderdagochtend het hiervoren weergegeven kompromis-voorstel dat de Belgen boos maakte. "De Belgisch-Nederlandse verhoudingen staan daarmee weer voor enige tijd op een laag pitje". Zo konkludeerde de woordvoerder van minister Van der Stee droogweg. Het enige konkrete dat de Nederlandse minister ermee bereikte was dat het voorstel van de Franse voorzitter Mehaignerie om de besprekin gen tot de volgende week dinsdag op te schorten niet werd aan genomen. Zodat de marathon zich ook donderdagmiddag, nog voortzette. Er zijn vorige week nog andere dan de vorenstaande kompro- misvoorstellen gedaan. Wij zullen ze de lezer besparen omdat het al ingewikkeld genoeg is. Zulke ministeriële suggesties heb ben immers ook een beetje ten doel om in eigen land te bewijzen hoe aktief men in Luxemburg wel was. Wie na al het voren staande de bomen toch al niet meer ziet wijzen we erop dat drie problemen centraal staan, namelijk: Benelux-ruzie Aan de andere kant zijn er dit jaar, evenals in 1978 de Belgen die er voor de boeren het meest uit willen slepen. Zoals bekend staan de Bondsrepubliek en de Benelux-landen al maandenlang op het standpunt dat een afbraak van de positieve monetaire kompensaties slechts aanvaardbaar is wanneer de agrariërs dat niet in hun inkomsten merken. Tot grote schrik van alle andere ministers kwam de nieuwe Belgische bewindsman Lavens nu voor de dag met het verlangen dat ook de volledige verhoging - '*de prijzen voor het reeds begonnen seizoen 1979-1980 - de afbraak van monetaire kompensaties, en - de vaststelling van een hogere melkheffing ter bestrijding van de zuiveloverschotten Minister Van der Stee: "In diepste wezen gaat het allemaal om een Frans-Britse tegenstelling. Parijs wil per se dat de Benelux en West-Duitsland een deel van hun monetaire kompensaties afbreken. Londen wil absoluut niet dat de melkprijs omhoog gaat. Dat is de kern van dit hele debat hier in Luxemburg". Zware melkheffing O ver dat laatste heeft de landbouwkommfssaris Gundelach weer nieuwe voorstellen gedaan. Brussel wil nu vanaf 1 oktober een melkheffing van 3%. Tot 20.000 liter betaalt de veehouder echter slechts 2%. Boven 150.000 liter zou hij extra worden aangeslagen. Industriële veehouderijbedrijven zouden daarenbo ven een extra superhoge heffing moeten betalen. Voor Nederland is een pluspunt in dit voorstel dat de vrijstelling voor kleine leveranciers die met name Frankrijk nastreeft, is weggevallen. Voor de toekomst wil de Europese Kommissie dat tegelijk een aktie-programma van drie jaar wordt ingezet. Hoe hoger de melkproduktie klimt des te meer gaat de veehouder aan heffing opbrengen. Vanaf 1980 zou daarentegen iedere veehouder die zijn leveranties niet meer verder opstuwt van verhoogde hef fingen worden ontslagen. Dan was er nog het voorstel van ons Nederlandse bedrijfsleven om niet op heffingen (straffen) te mikken maar juist financieel te belonen waar minder melk wordt geproduceerd. Minister Van der Stee heeft dat plan van Produktschap voor Zuivel en Landbouwschap hier gewijzigd op tafel gelegd. Hij wil namelijk dat de premies voor veehouders die minder ijverig gaan melken door hun kollega's die juist meer melk blijven afleveren, worden gefinancierd. De minister ziet een premie tot vrijwillige beperking van de melkproduktie als een mooie methode om de opbrengst van de melkheffing goed te besteden. Zo'n financiering hadden de Nederlandse veehouders via hun organisaties overi gens niet gesuggereerd. Volgens Van der Stee zijn met zijn plan verregaande kostenbe sparingen mogelijk. Hij hecht daaraan omdat de zuivelpolitiek dit jaar toch al 1,9 miljard gulden extra overheidsmiddelen gaat kosten. Nederland moet daarvoor 50 tot 100 miljoen gulden extra storten, zo blijkt uit een publikatie van het ministerie naar aanleiding van Kamervragen van Voortman (PvdA), vlak voor de marathon aanving. Het voorstel tot een premieregeling van de Nederlandse minis ter leverde bij zijn kollega's genuanceerde reakties op. De Brit ten en de Duitsers gaan er zonder meer van uit dat de veehou derij zo'n regeling zelf zou financieren. In dat geval kijken zij sympathiek tegen ons plan aan. al zien ze nog niet hoe het allemaal te kontroleren is. Eén van de ministers wees erop dat het mogelijk zou worden dat zes veehouders uit één buurtschap afspreken dat één van hen extra veel melk gaat leveren. Terwijl de vijf anderen wekelijks hun premie opstrijken. Die zij dan later onderling verdelen. Dure energie "We moeten niet doen alsof er een enorme ramp is ge beurd. Ook in de polder moeten we ervaren dat de bomen niet tot in de hemel groeien. De natuur heeft hier plaatse lijk rake klappen uitgedeeld. In Zeeland en Groningen hebben de boeren dat de laatste jaren ook meegemaakt. Nu lijkt de schade in de polder aanzienlijk. Je werkt met de natuur. Je weet dus dat zoiets kan gebeuren. Nationaal gezien valt de schade nog wel mee. Hier is in anderhalve maand tijd meer dan 250 millimeter regen gevallen. In de bieten- en aardappelvelden zijn de gevolgen daarvan nu duidelijk zichtbaar". Een nuchtere konstatering, opgete-* kend uit de mond van de heer A. Vermeer, akkerbouwer in Swifterbant (Oostelijk Flevoland). Pluvius heeft ook hem niet gespaard: van 20 hektare pootaardappelen zijn er 3 a 4 hektare waardeloos geworden door de overtollige regenval. Vermeer is vice-voorzitter van de keuringsdienst Noordzeepol- ders en voorzitter van de pootgoedkommissie van het Land bouwschap en de pootaardappelkontraktkommissie. De huidige situatie tekent hij kort en zakelijk: "Het uitgangsmateriaal van vorig jaar was zonder meer goed. We hebben over het algemeen te maken met een redelijk gezond gewas. Uit de zwaarst getrof fen gebieden zullen inderdaad wat hektaren worden terugge trokken. Voor de middengroep zal niet altijd de hoogste klasse haalbaar zijn, maar in veel gevallen is dat wel degelijk haalbaar. Als men maar door middel van de hedendaagse methoden (olie, luisdodende middelen e.d.) het risiko zoveel mogelijk weet te beperken. De grillige natuur heeft dit keer vooral haar sporen achtergela ten op de lichte zavelgronden, die als regel vrijwel elke sprong van moeder natuur kunnen verdragen. De slempgevoeligheid is nu op de akkers zichtbaar. Op diverse plaatsen zijn akkerbou wers bezig om de grond tussen de rijen aardappels weer los te maken. Immers, lucht in de grond kan de in de groei belem merde wortels een steuntje in de rug geven en voorkomt bovendien, dat er bij meer overtollig hemelwater weer lager gelegen plaatsen op de akkers onder water komen te staan. De telers moeten niet van de wijs raken, meent Vermeer. "Met overleg en voorlichting dient nu gewerkt te worden aan een zo goed mogelijk eindresultaat. Vooral nu zal het ondernemer schap extra aan de tand gevoeld worden. Aan de kwaliteit van het pootgoed mag in elk geval niet getornd worden. We skoren met die kwaliteit hoog in het buitenland en het is buiten kijf, dat we dat zo moeten houden. Wel zijn er mogelijkheden om uit te wijken naar een einddatum. Het slechte pootgoed moet er dan uitgesplitst worden en in elk geval is er een nakontrole noodza kelijk. Van de NAK-normen kan men niet afwijken, want dan gooi je je eigen glazen in". De zomer- en vooral de wintergranen hebben het natuurgeweld goed doorstaan. De bietenvelden tonen echter vele open plek ken. In de polders zijn deze "schade-gevallen" van bedrijf tot bedrijf echter zeer verschillend. Vlak polderland blijkt vaak niet zo vlak te zijn en de verschillen in opbrengsten zijn nu al voor spelbaar. Ook produkten als tulpen en uien hebben zwaar gele den; de gewasverschillen kunnen van kilometer tot kilometer opzienbarend zijn. De hoop van vele akkerbouwers nü: af en toe een bui. De droogte kan een gevaarlijke tegenstander worden! Afdeling Pers en Voorlichting, J.R. Luiten. Op grond van de Wet op de Omzetbelasting 1968 kunnen veehouders, voor zover hun bedrijfsuitoefening niet sa menhangt met de exploitatie van de bodem, vanaf 1 januari 1979 de BTW-landbouwregeling niet meer toepassen. In de aanwijzing van 5 januari 1979 van het ministerie van financiën is nader toegelicht wat onder deze samenhang moet worden verstaan. In de praktijk deden zich niettemin afbakeningsproblemen voor, die aanleiding zijn geweest deze aanwijzing aan te passen. Volgens de aangepaste versie (d.d. 19 juni j.l.) kan samen hang tussen de veehouderij en de exploitatie van de bodem om praktische redenen steeds worden aangenomen, inge val een veehouder over tenminste één hectare kuituur- grond beschikt (eigendom en/of pacht). Beschikt de vee houder over minder kultuurgrond, dan dient het bedrijf op de normale wijze in de heffing te worden betrokken, tenzij de veehouder aantoont dat zijn vee in betekenende mate wordt gevoerd of verzorgd met van de eigen kultuurgrond afkomstige produkten. Indien een veehouder, die over tenminste één hectare kultuur grond beschikt, met betrekking tot het deel van zijn onderne ming dat bestaat uit intensieve veehouderij op de normale wijze in de heffing van omzetbelasting wenst te worden betrokken, maar voor het overige deel van zijn bedrijf de landbouwregeling wil toepassen, bestaat daartoe de mogelijkheid. Wel dient dan de toepassing van de normale regeling zich uit te strekken tot het geheel van veeteeltaktiviteiten ten aanzien waarvan niet aan nemelijk is, dat sprake is van een in betekenende mate voederen of verzorgen van het vee met van de eigen kultuurgrond af komstige produkten. Dit komt erop neer, dat als een veehouder met één hectare kultuurgrond of meer met b.v. mestkalveren en slachtkuikens de normale BTW-regeling wil toepassen voor de mestkalveren, hij dit ook moet doen voor de slachtkuikens. Heeft hij daarnaast ook melkkoeien, die in betekenende mate worden gevoederd met produkten van eigen bodem, dan kan hij voor de melkvee houderij de landbouwregeling blijven toepassen. Veehouders die de landbouwregeling niet meer mogen toepassen, kunnen in een aantal gevallen gebruik maken van de Kleine Ondernemersregeling, die de mogelijkheid biedt gehele of ge deeltelijke BTW-afdracht achterwege te laten. Naar aanleiding van publikaties in de media gedurende de afgelopen dagen deelt het ministerie van landbouw het volgen de mede. In het kader van bestaande exportbevorderende aktiviteiten ten behoeve van het Nederlandse agrarische produkt heeft enige tijd geleden een eerste kontakt plaatsgevonden tussen het mi nisterie en de Internationale Hippische Sportbond (FEI). De FEI acht in verband met de organisatie van de zogenaamde "World Cup" voor springruiters een tweede sponsor noodzake lijk. In sponsoring van deze evenementen ziet het ministerie een goede gelegenheid om, met name in het buitenland, meer be kendheid te geven aan het Nederlandse agrarische produkt. Dit zal als gebruikelijk geschieden door middel van onpersoon lijke produktpromotie. Op basis van deze gegevens heeft 20 juni jl. een tweede gesprek ten departemente plaatsgevonden. Hieraan namen deel - naast ambtenaren van het departement - vertegenwoordigers van de FEI en van de reeds bestaande, eerste sponsor (Volvo). Dit gesprek, dat in goede sfeer verliep, zal naar verwachting binnen enkele weken kunnen uitmonden in een intentieverklaring van betrokken partijen. Hierbij zal onder meer tot uiting komen dat de kosten voor een gelijkwaardige deelname aan de organisatie van de "World Cup"-wedstrijden voor springruiters voor elk der sponsors 190.000 Zwitserse franken zal bedragen. Afhankelijk van het aantal wedstrijden en de mate waarin de aandacht voor het Nederlandse produkt zal worden gevraagd zullen hierbij additionele kosten komen. Naar verwachting zal dan in totaal de jaarlijkse Nederlandse bijdrage ongeveer 500.000 Zw. frs (circa 600.000.— bedragen. Het ministerie van landbouw overweegt voor een periode van drie jaar een overeenkomst af te sluiten. Deze kan eventueel met vijfjaar worden verlengd. De Sowjet-Unie zal de komende vier tot vijfjaar niet in staat zijn de kwaliteit van haar graan te verbeteren, zo blijkt uit een rapport van de Central Intelligence Agency (CIA). De slechte kwaliteit van het graan is één van de grootste problemen in de Sowjet-Unie. Een onvoldoende hoeveelheid stikstof in de bo dem. de slechte weersomstandigheden en een technologie die nog niet ver genoeg is gevorderd zijn de voornaamste belem meringen voor kwaliteitsverbetering. Ook de oogstmethode en de wijze van opslag zijn oorzaken van de slechte kwaliteit. Russische geleerden zullen zich in de toe komst moeten bezighouden met de ontwikkeling van nieuwe variëteiten en er naar streven het proteïne-gehalte en de hoe veelheid amino-zuren in voedergranen te vergroten. Ongeveer de helft van het verlies aan graan treedt op na het oogsten; de Russen zullen zich dan ook moeten gaan bezighouden met ver betering van de opslagmethoden. Zo staat in het CIA-rapport.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 7