P iet Vullings kan er prat op gaan dat hij mo menteel de modernste fabriek van voorgebak ken friet in de EEG bezit. Voor de leek is het fascinerend te zien met welk een snelheid het proces verloopt. Slechte aardappelen, veel uitval Piet Vullings startte 15 jaar geleden met niets Van aardappel tot friet om alles praktisch rond te zetten. Maar met zijn ervaring en kennis was dat bij voorbaat een geslaagde zet. Het was nu voor de zoveelste keer dat hij de kans kreeg om een fabriek van voorgebakken friet in te richten. Met materiaal van de Florigo uit Woerden en de Firma Saco in Lomm werd de produktielijn ingericht, van begin tot eind ruim 155 meter lang. Indruk wekkend om te zien hoe soepel het allemaal loopt. Indrukwekkend ook om van nabij te be kijken hoe een grof boerenprodukt wordt ver werkt tot een zeer gevraagd konsumptieartikel. Deze aardappels werden uitgesorteerd vanwege de inferieure kwaliteit en dienen nu alleen nog als veevoer. Kwaliteit is bij ons belangrijk, zegt Herman Megens en ik moet daarover waken. Het is dus in de eerste plaats van belang datje een goede grondstof ontvangt. Hij meent het werkelijk wanneer hij met een zucht zegt dat jammer genoeg de boeren zo slordig omspringen met hun produkt. Van een slechte aardappel kan ik geen goede friet bakken. Ik zou willen dat de boeren zelf eens wat meer in onze bedrijven kwamen kijken, dan zouden ze er met de neus worden opgedrukt hoe een ogenschijnlijk goe de aardappel eruit ziet als de schil er door het stoombad is afgehaald. Het is vooral het blauw dat ons parten speelt. We zitten hier wel in België, maar we verwerken nog grotendeels Nederlandse aardappelen. Die Bintje van de klei is uitstekend voor friet dat is punt één, maar vergeleken met b.v. België is de Neder landse boer nog heilig als het op de juiste be waring van aardappelen aankomt. Toch wor den voorlopig in Lommei geen aardappelen verwerkt die rechtstreeks bij de teler zijn ge kocht. We werken via de Firma Meyer, zegt Herman Megens. Dat is ook al het bedrijf dat als één van de eersten naar kwaliteit de boeren uitbetaalt. Op kontraktbasisprijs kan zo'n ex tra premie voor uitstekende kwaliteit oplopen lot 5 cent per kilo. Wanneer we hier wat langer draaien dan is het niet uitgesloten dat we ook direkt met boeren in kontakt treden en dan uiteraard ook op basis van een premie op klas sekwaliteit uitbetalen. Overigens onderkent Megens heel wel dat zoiets een voortdurende .teeltbegeleiding vraagt want het telen van een kwaliteitsaardappel begint al bij de keuze van het pootgoed. Nestlé maakt reeds gebruik van dergelijke methodes. O m te laten zien wat er nu precies met zo'n doodgewone simpele aardappel gebeurt wan neer die tot friet wordt verwerkt op grote schaal, leidt Megens ons enthousiast langs de baklijn. Hij houdt van friet deze man, dat lijdt geen twijfel, dat spreekt uit de trots waarmee hij vertelt over deze fabriek die hij mocht hel pen opbouwen, het spreekt uit de haast liefde volle klank in zijn stem wanneer hij ons wijst op het naar zijn mening schitterende schouwspel van de band waarover de zojuist gebakken friet wordt vervoerd. Prachtig hé, zegt hij in ver voering. Momenteel verwerkt "Prefrite" circa 3,5 ton voorgebakken friet per uur, maar dat betekent dat daarvoor dan circa 7 a 8 ton aardappels per uur moeten worden verwerkt, want zoals U begrijpt is er natuurlijk in de eerste plaats veel vocht dat vrijkomt, maar natuurlijk ook veel afval en wanneer de partij van mindere-kwali- teit is ook veel uitval. Er komt een vrachtwagen het terrein oprijden van een aardappelhandelaar die voor eigen re kening de aardappels wil laten verwerken tot friet. Het zijn beste aardappelen beweert hij en met zorg behandeld, althans dal werd maar aangenomen op bewering van de teler, waar hij ze gisteren kocht. Voordat er wordt gelost wordt nog even de temperatuur gekontroleerd. Precies zoals het moet, een temperatuur van om en nabij de 15 graden C. Vanbuiten zijn de knollen van een ongeschonden kwaliteit. Met spanning wordt afgewacht hoe het eerste mon ster tevoorschijn komt. Wanneer de knollen nog nadampend op de pitband liggen blijkt dat van die ogenschijnlijk fraaie kwaliteit nauwe lijks wat overblijft want zeker 30% van de aardappels is in meerdere of mindere mate aangetast door "blauw" en wat rooibeschadi- gingen. Nou wat gaan we er mee doen, vragen Vullings en Megensaan de handelaar. Die kijkt zorgelijk en peinst en overweegt wat de beslis sing zal zijn. Hij heeft de vracht over een af stand van zo'n 150 km laten vervoeren. Draai en maar, zegt hij gelaten. Hoofdschuddend wordt voldaan aan deze beslissing en de dub bele kombinatie wordt gelost en even later rol len de eerste aardappels over de pitband, waar het lijkt alsof die blanke knollen rijkelijk zijn voorzien van grotere en kleinere krenten. De zes meisjes rapen vliegensvlug de aangetaste knollen eruit, steken hier en daar nog even vlug met een mesje een kleinere slechte plek er uit maar de uitval is groot en nog kunnen ze nau welijks het werk naar behoren bijhouden. Later wanneer de aardappels reeds zijn gesneden en voorgebakken en ze voor de tweede en derde maal een sortering ondergaan, worden er nog eens een groot aantal frieten uitgegooid, waar na ze tenslotte in de dozen verdwijnen, en dan uiteindelijke een redelijke kwaliteit hebben, maar toch niet van dien aard dat het eerste klas kwaliteit is. Aan zoiets zou ik mijn naam niet willen verbinden zegt Piet Vullings. Maar de friet wordt verpakt in merkloze dozen en zal toch wel zijn weg naar de afnemers vinden. Kwaliteit meneer, zegt Megens en hij herhaalt het nogmaals, ik zou willen dat de boeren er echt van overtuigd geraakten dat daarmee de toekomst van de Nederlandse Bintje op het spel staat. Vroeger, jaren geleden, heb ik er al op gehamerd, van welk belang iets dergelijks is. Ik hield lezingen voor akkerbouwers, ook in Zee land, en we nodigden groepen telers uit om ex- kursies te maken naar ons bedrijf en lieten ze daar met eigen ogen zien wat de gevolgen zijn van een verkeerde behandeling van de aardap pel. Piet Vullings is nu bijna veertig jaar en hij bekijkt met gepaste trots zijn bedrijf, waarvan de nieuwigheid nog afstraalt. Een investering van zes miljoen gulden, waarvan de baklijn alleen al 3 miljoen kost. Hoe krijg je zo'n on derneming bij elkaar? Wat maakt van een ie mand een ondernemer? Wat doet hem slagen en wat kan hem laten mislukken? Op deze vragen zijn geen afgeronde antwoorden te ge ven. Het vereist wel een voortdurend alert zijn en een steeds aanwezige belangstelling voor zaken die rond om je heen geèeuren. Het is een sport, zegt hij zelf. MaaThet is ook een spel, het gaat daarbij echt niet alleen om de knikkers, ofschoon er natuurlijk wel een inzet moet zijn. Piet verloor op zeven jarige leeftijd zijn vader en vanaf die dag kreeg je toch het gevoel datje min of meer voor je zelf moest zorgen, zegt hij. Hij ging naar de ambachtschool en kwam er vandaan als bankwerker. Zijn eerste baantje kreeg hij bij de plaatselijke smid, waat hij i slechts één week werkte. Ik hield het voor ge zien, zegt hij, nadat ik snel doorkreeg dat er in zoiets geen toekomst zat. Ondertussen had ik 'de chauffeurs bezig gezien bij de grintwinning. Dat leek me wat, met zo'n vrachtwagen kwam Een kijkje in de 155 meter lange produktiehal. Het driehoofdig brein achter de fabriek, van links naar rechts: V ullings, de Bruin en Megens. je tenminste nog eens ergens, 't Was werken geblazen, want dat grint werd toen grotendeels met de hand geladen. Ik kreeg eelt op mijn vingers en 't leek erop dat die voorgoed recht hoekig zouden hlijven. Later kreeg ik het idee om een cafétaria te beginnen, maar juist voor dat ik de beslissing zou nemen, ontmoette ik een kennis die me aan een afzetgebied hielp om daar met voorgebakken friet aan het werk te gaan. Ik startte nu 15 jaar geleden met een geleendeOpelcaravan, waarin ik mijn eerste 25 dozen friet laadde en waarmee ik een week lang leurde langs cafetariabedrijven. Tegen het einde van de week was ik de handel nog niet allemaal kwijt en heb ik de laatste dozen maar weggegeven. Maar 't ging beter en mijn zaak groeide uit tot een uitstekend georganiseerde grossierderij. Wel en nu is dit een volgende stap, de oprichting van "Prefrite" maar wie zal zeggen wat de daaropvolgende stap zal zijn? Hij kijkt peinzend naar buiten en grijpt naar een sigaret, steekt er de brand in en blaast de rook met een diepe zucht uit. Denk niet, zegt hij, dat het allemaal vanzelf gaat, maar ik heb een paar principes en een daarvan is om nooit boos te worden, terwijl spanningen niet in 't openbaar zichtbaar mogen zijn. Vullings en Megens kontroleren de Bintjes op kwaliteit bij aankomst in de fabriek. Wellicht vindt U het interessant om te verne men hoe dat proces precies gaat. En we zullen dat dan uit de doeken doen aan de hand van fasecijfers. 1De aardappelen worden uit de vrachtwagen gelost in een voorraadbunker. 2. Daarna verdwijnen de aardappelen in een doseerbunker, waar naar gelang de ver werkbaarheid van het produkt een bepaal de hoeveelheid in de voorwasser verdwijnt. 3. De voorwasser ontdoet de aardappel van de aanklevende grond en scheidt tegelijkertijd eventuele stenen. 4. Dan treedt de z.g. stoompeer in werking, waarbij stoom over de aardappelen wordt geblazen gedurende 25 30 sekonden af hankelijk van de schildikte. 5. Nu treedt de borstelmachine in werking en worden de aardappelen met hulp van bor stels van de schil ontdaan, hierbij ontstaat afval. 6. Deze afval wordt via een vijzel naar buiten afgevoerd en wordt gebruikt als veevoeder. 7. De aardappelen komen nu op de pitband, waar een aantal meisjes de verkleuringen en andere slechte aardappelen er uit halen. Aan deze lopende band is het hard of matig werken geblazen al naar gelang de kwali teit. 8. De geschilde aardappel komt opnieuw in een doseringsbunker en al naar gelang het gehalte aan droge stof worden nu aardap pels afgegeven aan fase no. 9. waar de aardappels worden gesneden tot friet. Dit gebeurt met hulp van een centri fugale kracht, waardoor de aardappel in de lengterichting voor het snijmes komt, op zo'n manier krijgt men de frieten met de grootste lengte. 10. Dan wordt de friet gesorteerd, op dikte, waarbij de kleine fijne schilfers er uit vallen. 11. Vervolgens is er nog een nasortering op kwaliteit die met de hand gebeurt door twee vrouwen. Alle friet die ook maar enige on gerechtigheid vertoont wordt er uitgegooid. 12. Nu komt de friet in de blancheur, waar de ruwe aardappel die het dan eigenlijk nog is al naar gelang het jaargetijde, het zetmeel en het droge stof gehalte gedurende 2 tot 6 minuten' in water van 70 graden C. wordt gebracht. Bij dit proces komt het meeste afvalwater vrij en daarbij komt ook veel zetmeel naar buiten. De aardappelsnippers komea dan over een schudzeef waar het vocht eraf druipt maar ze zrjn uiteraard nog wel warm. 13. Via de schudzeef glijden de aardappelsnip pers nu naar de bakoven. 14. Vanwege het blancheren is het produkt nog warm en dat spaart in het bakproces weer energie. De bakoven kan helemaal volau tomatisch worden geregeld. Dat wordt ech ter niet gedaan, want een vrouw die vroeger zelf een frietkraam had, voelt regelmatig aan de friet of deze wel op de juiste wijze wordt voorgebakken. Een extra menselijke kontrole want automatische systemen kun nen nimmer de mens en zijn "fingerspitzen gefühl" vervangen. De friet wordt nu circa 6 minuten gebakken bij een vettemperatuur van 140 graden C. 15. Na dit proces wordt de voorgebakken friet ontvet en het vet dat daarbij vrijkomt wordt weer opgevangen en terug in de bakoven gevoerd. 16. Vervolgens gaat de friet naar de koeltunnel waar het produkt op een band dun uitges preid. met koude lucht wordt gekoeld tot ongeveer de heersende buitentemperatuur. 17. Daarna wordt er mechanisch gekoeld waarbij in circa 12 minuten, de friet tot 2 graden C kan worden gebracht. 18. Dan wordt de friet voor de laatste maal met een kritisch oog bekeken en wordt nog de eventueel aanwezige ongerechtigheid er uitgeraapt, waarna de gekoelde voorgebak ken friet in een doos verdwijnt die een in houd heeft van 10 kg. Tevens wordt ook nog een sortering in maat doorgevoerd, er is friet die 11 mm doorsnee heeft en andere die 9 mm meet. 19. De friet zit nu in de doos die automatisch wordt gewogen en afgedicht, terwijl er ge lijkertijd een codenummer op wordt ge- ponsd zodat altijd precies is na te gaan waar een doos is gebleven en in welke periode het produkt werd gemaakt. 20. Tot slot glijdt de friet dan naar het koelma- gazijn. waar de dozen worden opgeslagen bij een temperatuur van 2 graden C. en dan binnen één dag ter bestemming zijn. Het hele proces van aardappel tot friet duurt niet langer dan een uur. 11

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 11