Leo van Gastel
uit Noordgouwe
hoopt op een
zoete Grevelingen
w anneer we op pad zijn naar het bedrijf van Leo en Corry van Gastel in Zierikzee is de
sneeuw van deze winter nog maar nauwelijks uit onze verbeelding verdwenen, maar het
heeft plaats gemaakt voor schier eindeloze regenachtige dagen. Het water striemt met
bakken tegelijk de hemel uit en wanneer we over de Zeelandbrug de Oosterschelde
oversteken, lijkt het even dat we in een soort niemandsland alleen op de wereld met
windkracht zeven in de rug over het schuimkoppend geweld rijden. Zierikzee ligt ver
scholen in een grauwe regensluier, 't zijn alleen de stadstorens die nog enig silhouet geven
aan dit oude streekcentrum van Schouwen en Duiveland. Vroeger een gebied dat omsloten
door water als eiland min of meer toch een eigen leven voerde. Nu zijn de Schouwenaars
en Duivelanders verbonden met de rest van Zeeland, maar ze hebben ook een uitweg over
land naar Holland en dergelijke feiten hebben hun invloed op de streek achter gelaten.
Leo en Corry van Gastel hebben dat hele proces meegemaakt. Voor ons ligt een glimmend
wegdek en daarlangs liggen de akkers, doordrenkt met water, maar nog nergens plassen.
Half maart en op ieder akkerbouwbedrijf staat men in de startblokken, alleen het weer is
spelbreker en noopt tot nietsdoen. Dan de twee hekkenpalen met de opschriften Stad
wijk en daardachter een kaarsrechte dreef bestrooit met grint en daarnaast een diepe
sloot waar ondanks de hevige en overvloedige neerslag nauwelijks water in staat. Aan het
eind van de dreef een voor boerenbegrippen nieuw bedrijf. Rode bakstenen schuur en
woning, aan de windzijde beschermd door bomen, maar aan de voorkant weinig dat het
uitzicht over de eigen akkers belemmert. Leo heeft de tijd vandaag, want geen droge
kluiten dwingen hem tot haast wanneer we ons gesprek beginnen. Corry grijpt haar
handwerk en luistert mee terwijl ze eerst een pittige kop koffie brengt. Hans (17) hun
tweede zoon snuffelt wat in zijn studieboeken.
T
M ijn slachtvee gaat steeds naar dezelfde
slager in Zierikzee. We rekenen af per kilo en
verder heb ik er dan geen problemen mee.
Deze werkwijze bevalt me uitstekend. Nee, ik
ben geen man die zelf naar de veemarkt trekt
en dan daar het nieuwe materiaal weer aan
koopt. Wanneer je zo maar eens incidenteel op
de veemarkt komt dan kun je dergelijke aan
kopen veel beter door een ander laten doen.
Ook die veehandelaren op de markt hebben
dat onmiddellijk door en 't zal nogal eens re
sulteren in een hogere prijs. Wanneer je dan
daarbij ook nog de tijd optelt die je kwijt bent
om naar de markt te gaan dan vind ik het dui
delijk dat ik het vee beter van de handelaar
koop. Wanneer bepaalde dieren niet goed be
vallen dan hoeft ik die toch ook niet te aksep-
teren. Ik heb wel eens overwogen om meer met
typische vleesrassen te gaan werken, 't Pro
bleem is echter dat die dijk waarop de dieren
moeten grazen voor het grootste gedeelte uit
puur zand bestaat. Zodra het een beetje gaat
Nooit getwijfeld
Akkerbouw
Kringvoorzitter Schouwen en Duiveland
Mestvee
Geen vleesrassen
M. van Wezel
Uitstekende verkaveling
Bruikbaar water
O
H ier op Stad-Wijk heeft mijn wieg gestaan,
47 jaar geleden, zegt Leo, alleen die stond dan
niet in dit huis. In 1938 werd al het oude afge
broken en werden de huidige schuur en woning
opgetrokken. Ik heb nimmer getwijfeld aan het
feit dat ik boer wilde worden. Dat zat er bij mij
al erg vroeg in. Vanzelfsprekend was dat over
igens niet, want ik heb nog drie broers en een
zuster. Toch heeft ieder zijn eigen weg gevon
den, één werd er landbouwvoorlichter, de an
der is militair vlieger en is nu basis-komman-
dant op Soesterberg. Hij wist trouwens reeds
vanaf het begin dat boer zijn niks voor hem was
en koos onmiddellijk richting buiten de land
bouw. Tot slot dan nog de derde broer en die
heeft een akkerbouwbedrijf in de Noord-
Oostpolder. Mijn zuster trouwde met een boer
onder Dreischor en is dus ook in de agrarische
stand gebleven, 't Is niet zo dat we hier op
Stad-Wijk al generaties lang de grond bewer
ken. Vader kwam vanaf het ouderlijk bedrijf in
Schuddebeurs in 1920 naar dit bedrijf terwijl
een broer op de ouderlijke stee bleef. Oom had
geen opvolger en dat bedrijf is later ingeleverd
tijdens de herverkaveling. Mijn broer die nu in
de N.O.P. zit is dankzij de inlevering van het
bedrijf van mijn oom in aanmerking gekomen
voor een plaats in de Polder. Achteraf peins je
wel eens, dat het natuurlijk wel gemakkelijk
was geweest wanneer mijn broer nu hier had
geboerd. We hebben in de beginperiode, toen
we wat je noemt nog "jonge mannen" waren
nog enige tijd samengewerkt bij vader. Toen
mijn broer in dienst moest was ik op het bedrijf
en later was dat weer omgekeerd. In 1956 ging
mijn broer hier weg, en in 1958 werd vader 65
en vanaf die tijd kun je zeggen dat ik het bedrijf
overnam. Mijn ouders trokken naar Zierikzee
en kort daarvoor trouwde ik met Corry, een
boerendochter uit Dreischor.
oen ik in 1958 begon was het bedrijf 32 ha
groot en gemengd van opzet. We hadden er een
aantal stuks melkvee bij. 't Was in de periode
net voor de verkaveling en we hadden het
twijfelachtige genoegen meer dan 20 verschil
lende percelen van soms vreemde vorm te
moeten bewerken. Ik heb maar één oogst ge
had voor de verkaveling. Ook de eerste jaren na
de verkaveling is het bedrijf nog gemengd van
opzet gebleven. We hadden 15 koeien en deden
veel aan wisselbouw. Nadat de gevolgen voor
de grond vanwege de verkaveling wat waren
bezonken werd die allengs meer geschikt voor
akkerbouw en daarom nam ik toen het besluit
om de koeien weg te doen. Later kwam ik in de
gelegenheid om nog 7 ha akkerland erbij te
pachten en kon ik daarnaast ook nog 5 ha dijk
pachten. Het gebruik van die dijk is er de oor
zaak van geweest dat er toch vee op het bedrijf
bleef, maar ditmaal heb ik het gezocht in de
stierenmesterij. De rest is puur akkerbouw.
I eder jaar mest ik zo'n 19 tot 20 stuks stieren
af. Ik koop de stieren wanneer ze een jaar oud
zijn. Meestal zijn het roodbonten. In de zomer
verblijven ze op de dijk en in de winter worden
ze op stal afgemest' waarbij ik er naar streef om
er iedere week zo'n tweetal te verkopen. Op stal
geef ik ze voornamelijk droge pulp, krachtvoer
en hooi. Kijk, ik vind het een plezierige bezig
heid, maar 't mag geen hobby worden die me
geld kost. Ik wil er graag wat aan verdienen.
Bovendien is het vooral in de winter fijn datje
wat omhanden hebt. Trouwens, ik vind dat de
tijd die het verzorgen van de dieren me kost erg
meevalt. Daarnaast is het een aardige extra fi
nanciële poot onder het bedrijf die bij mij in
ieder geval best welkom is. Ik ben van mening
dat er talloze akkerbouwers zijn die in de win
ter gewoon te weinig omhanden hebben. Je zou
dat het onbenut laten van eigen uren kunnen
noemen. Op veel bedrijven zou er best wat
bijgedaan kunnen worden. Ik geef toe dat het
heel wat meer tijd kost dan schreeuwen dat het
allemaal zo slecht gaat. De boeren die wel wat
erbij hebben die hebben dingen om handen
wat nog extra inbrengt en bekijk het maar; je
hoort ze nauwelijks klagen. Onlangs verscheen
het LEI-rapport waarin gewag wordt gemaakt
van de optimale bedrijfsgrootte voor het zuid
westen. Veertig ha moet dat zijn. De tijd is
eigenlijk nog maar nauwelijks achter ons dat
werd gesproken over 30 ha. Mechanisering
heeft de grens steeds verder naar boven ver
legd. Meer grond aan je bedrijf toevoegen is
moeilijk, een beetje extra arbeid aanwenden
aan een nieuwe bedrijfstak is altijd het over
wegen waard.
drogen dan heb ik er geen best gras meer. Na
half juli, kan ik wel zeggen, is de grasgroei daar
zeer matig. Wanneer je werkelijk sukses wilt
behalen met die vleesrassen dan moetje bereid
zijn om een paar ha weiland rondje bedrijf te
leggen zodat je er ook een beter op toe kunt
zien, zodat het oog van de meester optimaal
werkt.
E r is nu een uitstekende verkaveling. Ik heb
eigenlijk maar twee kavels. De ene is 27 ha en
de andere 12 ha groot. In de polder Vierbannen
was die verkaveling net voor de ramp begon
nen. Sommige draglines stonden in het water.
Direkt na de ramp werd toen besloten om ge
heel Schouwen en Duiveland te herverkavelen.
Toen de grond na de ramp wat was bekomen,
werd alles weer op de schop genomen door de
verkaveling. Het een en ander had wel tot ge
volg dat we gedurende een reeks van jaren geen
optimale opbrengsten hebben genoten. Het is
een bekend feit dat het drainagewater zich na
een verkaveling eerst weer moet aanpassen aan
de gewijzigde omstandigheden, 't Is haast on
nodig om te zeggen dat ik de verkaveling als
zeer positief heb ervaren. Ik heb ook geen pro
blemen gekend met de toedeling. Anderen
hebben daar wel meer moeite mee gehad. Soms
was het "knokken" om hetzelfde perceel. In
middels is de verkaveling hier evenals in Wal
cheren ook al weer een dikke 20 jaar achter de
rug en hier en daar komt het zogenaamde na
deel van de voorsprong om de hoek kijken.
Twintig jaar geleden werd er anders tegen de
landbouw aangekeken dan nu. Kijk maar naar
die eerder genoemde LEI-studie over het
Zuidwesten. Onze vurige hoop is gevestigd op
dé mogelijkheid van het verkrijgen van zoet
water. Dat is iets wat vooral voor de kleine
bedrijven en voor de tuinbouw van levensbe
lang is.
nlangs hadden we een exkursie van jonge
Friezen, die waren uitgenodigd door de klub