KNLC KOMMENTAAR
A
I ngaande 1 januari van dit jaar zijn de huurwaarde be
dragen van de personele belasting evenwel vervallen en
daardoor ook een eenvoudige rekenmehhode om het voor
deel van het gratis wonen te becijferen.
KALKSTIKSTOF
W
"J e leeftijd is goedje bent jonger dan 44 jaar.
Ir. E. Talstra volgt dr. Ketelaars op
EG-landbouwpolitiek in problemen
13 e diskussie over de markt- en prijsvoorstellen 1979/80 van de
Europese Kommissie heeft de laatste weken zowel in nationaal
als Europees verband veel van onze tijd gevergd. De reakties zijn
bekend. Een volstrekte afwijzing van de voorgestelde prijsbe
vriezing en inkomensverlagende maatregelen voor vooral de zui
vel en de suiker. Met name de voorstellen rondom de zuivel
hebben voor wat de melkheffing betreft felle afwijzende reakties
teweeg gebracht. En terecht. Immers, het voorstel om de melk
heffing voor elke 1% produktie-toename in de EG met 2% te laten
stijgen is even onzinnig als irreëel en voor ons volstrekt onaan
vaardbaar. Verwacht moet dan ook worden dat, indien de Minis
terraad dit voorstel over zou nemen, er zeer grote problemen bij
de inning der gelden zullen ontstaan. Wij hebben minister Van
der Stee daarvoor gewaarschuwd. Ik wil dan ook nogmaals her
halen dat slechts een beperkte, voor alle EG-boeren gelijke,
heffing acceptabel is. Op voorwaarde overigens dat afgezien
wordt van een beleid van prijsbevriezing. Mogelijk nog slechter
zijn de Kommissie-voorstellen in de akkerbouwsektor gevallen.
Met name een verlaging van het B-quotum voor suiker zou zeker
een aanzienlijke vermindering van het toch al ingedeukte ver
trouwen in Brussel geven. Maar ook de prijsvoorstellen op zich,
die volstrekt geen rekening houden met de in de akkerbouw wel
degelijk voortgaande kostenstijgingen. Terecht heeft men in ak-
kerbouwkringen dan ook ernstige bezwaren tegen de konstate-
ring van minister Van der Stee dat Nederland het wel zonder
prijsverhoging kan volhouden dit jaar. Overigens vind ik toch dat
de minister de huidige situatie nogal gemakkelijk opneemt. Ge
vaarlijk lakoniek heb ik het hier en daar genoemd. Natuurlijk is
de hele monetaire problematiek van zeer groot belang, maar dat
mag niet betekenen dat daardoor de inkomenspositie van de
boeren op korte termijn maar naar de achtergrond wordt gedrukt.
Wij staan er dan ook op dat minister Van der Stee in Brussel zich
sterk maakt voor een reële prijsaanpassing zoals wij door het
Landbouwschap hebben gevraagd, verwerping van het voorstel
aangaande de melkheffing, een B-quotum suiker van 27'/2% en
voor een goed EG-graanbeleid. Wat dit laatste betreft komt de
Kommissie immers helemaal tot niets; terwijl de ontwikkeling
van vraag en aanbod voor dit uiterst belangrijke Europese land-
bouwprodukt toch zulke zorgen geeft. Dat we ons sterker dan
voorheen tot onze eigen minister moeten richten is wel duidelijk,
voor wie het gestuntel van de EG-landbouwkommissaris en zijn
diensten gadeslaat. Het lijkt wel of men daar meer en meer alle
voeling met de boerenpraktijk verloren heeft. Bovendien ont
breekt het duidelijk aan een stuk visie en leiding bij deze kom-
missaris, die schijnbaar liever de diplomaat uithangt dan werke
lijk landbouwbeleid te voeren. Daardoor is de invloed op de koers
van het EG-landbouwbeleid van de nationale landbouwministers
weer toegenomen. Al moeten zij natuurlijk wel een stuk van die
invloed afstaan aan hun premiers, die ook bij de nu aan de gang
zijnde top ongetwijfeld weer uitgebreid over landbouwzaken zul
len praten. AI met al moeten we konkluderen dat het niet goed
gaat met het Brussels beleid. Niet wat de markt- en prijsmaatre
gelen op korte termijn betreft, niet wat de ontwikkeling op wat
langere termijn betreft. Daarom zullen we in de komende tijd ook
zeker extra aandacht moeten besteden aan een aantal mogelijk
heden op nationaal niveau om de positie van boer en tuinder te
verbeteren. LUTEIJN
GRASLAND VERBETEREN
STEEDS VERANTWOORD
AANHOUDENDE GROEI
langdurige stikstofwerking
GEZONDE GRASFLORA
Selektief herbicidewerking
Specifiek MUUR en MOS
GEZONDE BODEM
Voldoende fungicide/insecticide
geen bodemmoeheid, noch verzuring
MILIEU VRIENDELIJK
totaal geen schadelijke resten
KALKSTIKSTOF
Twee moties m.b.t. Staatsbosbeheer
aanvaard begroting 1979 c.r.m.
an beboerde 32 ha grond waarvan 8 ha eigendom. Op een
morgen kwam zijn buurman op de koffie en zei: "Ik ga er
mee stoppen en je kunt mijn grond kopen, ter grootte van
10 ha. De vraagprijs is 36.000,— per ha". Jan die 35 jaar
was, gehuwd en 2 kinderen had zei "Buurt, dat mag ik toch
wel eerst eens bekijken zeker". Dat was vanzelfsprekend.
Een kleine rekensom leerde Jan:
10 ha x 36.000-
Overdrachtbelasting van 2 ha x 36.000,—
72.000,— 6% (de 8 ha was vrij van
overdrachtbelasting omdat Jan die 8 ha al
vijfjaar in eigendom had)
Notariskosten kadastraal recht
Hypotheekkosten
Afsluitprovisie 1%
Dat betekende een uitgaaf van
De jaarkosten zouden bij een
rente van 9% bedragen
De polderlasten bedroegen
110,— per ha x 10 ha
De ruilverkavelingslasten bedroegen
50,— per ha x 10 ha
De aflossing over 50 jaar betekende
De aankoop koste hem het eerste jaar
360.000,-
4.320,
2.700,-
2.000,-
3.600,
372.620,-
33.535,-
1.100,-
500,
7.452,
42.587,-
anneer hij dit deed kostte hem dat 4.258,70 per ha.
Er was geen twijfel mogelijk, wel een groter bedrijf in opper
vlakte, maar een lager verteerbaar inkomen. Hij paste er voor.
Ook zijn vrouw was het er volledig mee eens.
De volgende morgen toen hij op de fiets naar zijn buurman ging,
kwam hij de ekonomisch sociaal voorlichter van zijn organisatie
tegen in de dreef. Die draaide het raampje open en vroeg:
"Komt het gelegen?" "Och ja, ik was op weg naar mijn buur
man, maar dat kan vanmiddag ook."
Toen ze in de kamer zaten vertelde hij dat hij een leuk aanbod
had gekregen om de grond van zijn buurman te kopen, maar dat
dit hem 4.258,70 per ha zou kosten het le jaar. Dit wordt arm
leven en rijk sterven. De voorlichter was het hier mee eens.
De voorlichter zei "Zou je niet eens proberen met de Grond
bank?"
"Ach" zei Jan "Daar zit toch niets in voor mij". "Dat dacht ik
wel" zei de voorlichter. "Heb je mijn artikel dan niet gelezen en
bewaard, dat ik vorig jaar schreef in 't Landbouwblad?"
"Welnee man" zei Jan, "ik kijk alleen maar naar dingen die voor
mij op dat moment aktueel zijn."
Dit is wel om in schaatstermen te spreken "rijden op de korte
baan".
"Zullen we eens kijken of je aan de eisen voldoet?" zei de voor
lichter.
Je hoofdberoep ligt in de landbouw.
Je bedrijf is de laatste 5 jaar niet verkleind.
Je bedrijf moet aan de minimum oppervlakte voldoen en die is
40 ha voor een akkerbouwbedrijf in jouw leeftijdskategorie.
De oppervlakte van je bedrijf moet^ergroot worden met 25% of
'A, daar voldoe je ook aan.
Je moet ook aan kunnen tonen dat je het bedrijf zelf niet kunt
kopen.
Van de vergroting moetje financieel gezien beter worden.
Ik dacht dat aan je ondernemerschap en je vakbekwaamheid
ook niets ontbrak.
De grond ligt aaneengesloten aan jouw bedrijf, mooier kan het
niet." "Dus jij dacht dat ik er voor in aanmerking zou komen.
Wat zijn de financiële konsekwenties dan."
"Nou, je betaalt, een canon van 2,5%
van de grondprijs kosten dat is in ons
voorbeeld 2,5% van 367.000,- 9.075,-
de polderlasten en de ruilverkavelings
lasten zijn voor jouw rekening
160,— per ha x 10 ha 1.600,—
De lasten per jaar bedragen
10.675,—
"Dat betekent dan 1.067,50 per ha" zei Jan "dat is nota bene
3.191,20 per ha lager dan bij koop". "Ja maar ho eens, de
canon wordt om de 6 jaar herzien. En voor hoe lang krijg je dan
zo een erfpachtkontrakt." "Voor minimaal 26 jaar en maximaal
40 jaar" zei de voorlichter. "Zouden we de buurman niet bellen"
zei Jan.
"Wacht nu eens even" zei de voorlichter. "Het is beter de man
nen van de Dienst Beheer Landbouwgronden te bellen en daar
eerst eens mee te overleggen, want ik weet niet of zij de prijs
betalen van 36.000,— Zo geschiedde. De D.B.L. kwam met
de buurman tot overeenstemming over de prijs ert beoordeelde
de aanvraag op basisvoorwaarden. De D.B.L. ging over tot
aankoop via een voorlopige koopovereenkomst behoudens
goedkeuring bestuur D.B.L.
De H.I.D. Bedrijfsontwikkeling stelde een rapport samen over
het bedrijf en de persoon van de aanvrager. De Provinciale
Advies Kommissie bracht een positief advies uit aan de Direktie
Beheer Landbouwgronden en Jan kreeg de mededeling dat hij
10 ha in erfpacht kreeg. Wat was Jan blij dat hij een sociaal
ekonomisch voorlichter had.
Uit zichzelf had hij niet over de Grondbank gedacht.-
Jan zei "Mag ik jou nou ook een advies geven." "Graag" zei de
voorlichter. "Schrijf dan volgende week nog eens een artikel
over de werking van de Grondbank in het Landbouwblad, ik
heb er nu van geprofiteerd en dat kunnen anderen ook."
J.M.
1 er 1 juni 1979 komt er een belasting te vervallen, welke
van kracht is geweest sedert 1951 en die nagenoeg een ieder
van ons heeft betaald.
Toch is het een belasting geweest welke betrekkelijk weinig
problemen heeft opgeleverd en waartegen - zeker de laatste
jaren - weinig bezwaren zijn ingediend, ook al omdat de
heffing betrekkelijk laag is gebleven.
Ik doel hier op de personele belasting, welke belasting ge
diend heeft het beschikken over een gebouw belastbaar te
stellen.
Hoewel deze belasting weinig in de publiciteit is geweest, is
de heffingsgrondslag n.l. de huurwaarde van het perceel,
gebruikt voor andere fiskale doeleinden, t.w. in de inkom
sten- en loonbelasting.
Middels de personele belasting is in het verleden voor elk
perceel dat als woning kon worden gebruikt een huurwaarde
vastgesteld. Deze huurwaarde was de basis voor de bereke
ning van de verschuldigde personele belasting. Maar ook
was deze huurwaarde de basis voor het vaststellen van het
voordeel dat b. v. een werknemer genoot indien hij in een
zogenaamde dienstwoning woonde.
Toepassing van dit huurwaarde bedrag gaf weinig proble
men en was een gemakkelijke waardemeter.
Hiervoor in de plaats is gekomen de bepaling dat de huur
waarde door de mensen zelf vastgesteld moet worden door
vergelijking met onder normale omstandigheden verhuurde
woningen.
Daarbij moet worden vergeleken dat de woningen van de
zelfde soort of de meest nabijkomende soort zijn, waarbij
voorts moet worden gelet op stand, ligging en ouderdom van
de woning. Het eventueel aan de woning verbonden ongerief
als gevolg van b.v. afgelegen of ongunstige ligging komt
derhalve in de huurwaarde bepaling tot uitdrukking.
Indien U vervolgens nog bedenkt dat ook in de vergelijking
moet worden betrokken tot welke kategorie de woning be
hoort n.l. woningwet-, premie-, vrije sektor - en oudbouw
woning, dan weet u dat de huurwaarde vaststelling bijna een
onmogelijke zaak is, althans een moeilijke procedure zal
worden, hetgeen tot veel geharrewar met de Inspekteur
aanleiding zal geven.
Bedenkt u maar eens, hoe vaak de inspekteur afwijkt van de
waarde van uw woning voor de vermogensbelasting en u
weet dan wat er gaat gebeuren indien u zelf een ekonomi-
sche huurwaarde moet bepalen.
Toi goed begrip zij nog vermeld dat het bovenstaande
alleen van toepassing is op die personen welke in woningen
van een ander wonen tegen een geringe of in het geheel geen
huurbetaling. Veerbeek
Het ligt in de bedoeling dat de heer Ketelaars als Konsulent
voor de Varkens- en Pluimveehouderij in Noord-Brabant en
Zeeland wordt opgevolgd door ir. E. Talstra.
Deze is thans Konsulent voor Rund
veehouderij en Akkerbouw voor
Zuid-Oost Brabant te Aalst/Waalre.
De heer Talstra is in Oostermeer na
bij het Friese Lemmer geboren, hij is
veertig jaar en heeft twee kinderen.
Na zijn afstuderen in Wageningen in
1963 was hij werkzaam bij het toen
malige Konsulentschap voor de
Veeteelt in Breda.
Van 1 oktober 1968 tot en met 31 mei 1971 was hij produkt-
manager bij Bergia Mengvoeders BV te Zwolle. Van 1 juni 1971
tot en met 30 september 1975 was hij Konsulent voor de Rund
veehouderij in Drenthe en vanaf 1 oktober 1975 tot heden
Konsulent voor Rundveehouderij en Akkerbouw in Zuid-Oost
Brabant.
SADACEM N V 09-32-91538641
I.angerbruggekaai 13 9000 Gent
Advertentie IM
De Tweede Kamer heeft op 13 februari j.l. met de aanvaarding
van twee moties de regering uitgenodigd om:
Op korte termijn de Kamer een beginseloplossing m.b.t. de
positie van het Staatsbosbeheer te doen toekomen (motie Wor
rell c.s.);
Zo spoedig mogelijk een organisatiestruktuur van het Staats
bosbeheer tot stand te doen komen, waarbij de staatsrechtelijke
verantwoordelijkheid van zowel het ministerie van landbouw en
visserij als van kuituur, rekreatie en maatschappelijk werk ten
volle tot uiting komen (motie De Boer en Evenhuis).