KNLC KOMMENTAAR
D oor het naar het buitenland verdwijnen van betalings
middelen, blijft er in Nederland minder beschikbaar om
andere behoeften te dekken, hetgeen tot beperking van be
paalde zaken zal kunnen leiden. Daarom zal elk land po
gingen in het werk stellen om zoveel mogelijk de lopende
rekening van de betalingsbalans in evenwicht te houden. Zij
zal dit doen door b.v. het afremmen van de binnenlandse
konsumptie, om op die manier de invoer uit het buitenland
te matigen..
H et wordt meer en meer duidelijk dat de winter van 1978/79
tot de zwaarste van de laatste eeuw gaat behoren en voor land- en
tuinbouw heel wat sporen zal achterlaten. Nadat het ten tijde van
de zeer strenge vorst vooral de telers van spruiten en winterkool
waren die hun gewas verloren zagen gaan, terwijl de glastuinders
zich arm moesten stoken, lijkt ook in andere sektoren nu een
belangrijke schadepost onafwendbaar. Met name de melkvee
houderij en veredelingssektor in het noorden en oosten van ons
land heeft het de laatste week zwaar te verduren gehad. Ondanks
de hulp die overal is geboden, niet in de laatste plaats door
militairen, kon toch niet voorkomen worden dat hier en daar de
melktanks "overstroomden", dat melkfabrieken nauwelijks
grondstoffen kregen aangevoerd en dat de voerpositie uiterst
nijpend werd. Naast ongemakken en zeer veel extra werk kost dit
de veehouder in heel wat gevallen ook veel geld. Het is te hopen
dat wanneer u dit leest het ergste achter de rug is en het normale
leven weer op gang is gekomen. Ook in de akkerbouw ga je nu
toch steeds meer zorglijke blikken zien. Wat zal de invloed op de
wintertarwe zijn, zeker als we nog wat kwakkelweer zouden krij
gen. Bekend is dat in Frankrijk grote arealen zijn uitgevroren.
Maar ook moeten we beseffen dat nu al duidelijk is dat we hoe
dan ook met een laat voorjaar te maken zullen hebben. Immers
het duurt vooral in het noorden nog wel even voordat straks de
grond bewerkbaar is. Zeker als er nogal wat zomergraan gezaaid
moet worden geen al te opwekkend perspektief voor de op
brengstmogelijkheden dit jaar.
D e konsumptie is in Nederland nog eens extra toegeno
men door de gemakkelijke wijze waarop men hier kredieten
voor konsumptiegoederen kan krijgen. Volgens de door
minister A ndriessen van Financiën gedane mededelingen is
er naar schatting thans in één op de drie gezinnen in Ne
derland wel een of andere vorm van konsumptief krediet
aanwezig, terwijl het gemiddelde bedrag aan opgenomen
leningen thans reeds is opgelopen tot f 8.000,—
«j»
Minister Van der Stee vindt
variabele melkheffing onzinnig!
Jaarvergadering Bedrijfshulpvereniging Zeeuws-Vlaanderen
De barre winter
Kwetsbaar
Ir. E.H. Ketelaars gepromoveerd
Het Landbouwschap heeft vorige week met de minister van
Landbouw gesproken over de voorstellen van de Europese
Kommissie inzake het EG-markt- en prijsbeleid
1979/1980.
Het Landbouwschap heeft kritiek op de volgende onderdelen
van het pakket voorstellen: het algemene prijsbeleid, de melk
heffing en overige zuivelmaatregelen. het beleid betreffende de
monetair kompenserende bedragen (mcb's) en de socio:struk-
turele maatregelen. Het Landbouwschap heeft bij de minister
het eerder ingenomen standpunt herhaald. Gelet op de inko
mensachterstand. de ruimte die nodig is voor een afbraak van de
mcb's en de gevolgen van de melkheffing voor de.inkomens in
de melkveehouderij is een gemiddelde prijsverhoging van 2 tot
4rc' noodzakelijk. Ten aanzien van de voorstellen voor de ak-
kerbouwsektor gaat het Landbouwschap niet akkoord met de
voorgestelde vermindering van het B-quotum voor suiker met 7
':ff. Dat betekent een direkte inkomensaantasting voor suiker
bietentelers. Het Landbouwschap is van mening dat er op korte
termijn duidelijkheid dient te zijn ten aanzien van het beleid
voor zetmeel en isoglucose.
Minister Van der Stee is_van mening dat een gemiddelde prijs
aanpassing van 2c/( voor de Benelux (dus ook voor Nederland)
niet onredelijk zou zijn en wel in samenhang met de afbraak van
de bestaande mcb's.
Het Landbouwschap heeft grote bezwaren tegen de voorgestel
de melkheffing. Het heeft felle kritiek op het niveau van de
heffing die geen maximum kent en bovendien variabel wordt
gemaakt. Er zijn volgens het Landbouwschap te veel uitzonde
ringen in de melkheffing. in hoofdzaak geldend bui(en Neder
land. terwijl meer aandacht nodig is voor premies om de groei
van de melkproduktie terug te dringen.
Minister Van der Stee deelt wat dit betreft de kritiek van het
Landbouwschap. Hij heeft bezwaren tegen het voorgestelde
heffingsniveau en noemt de nu voorgestelde variabele heffing
onzinnig. Ook de minister is het niet eens met de voorgestelde
uitzonderingen: hij bestrijdt fel de opvattingen in de EG dat
Nederland de veroorzaker van de zuiveloverschotten zou zijn.
De minister van Landbouw doet verslag van het laatst gehouden
beraad van de EG-ministerraad waar de mcb's de hoofdschotel
vormden. Hij aanvaardt in elk geval niet dat een automatisme in
de afbraak van nieuwe (na de invoering van het Europees Mo
netair Stelsel) mcb's leidt tot verlaging van landbouwprijzen in
nationala valuta. Bestaande mcb's dienen alleen te worden ver
minderd in het kader van algemene prijsaanpassingen.
Het Landbouwschap heeft kennisgenomen van de voorstellen
om de rentesubsidies in een aantal sektoren te stoppen. Het is
zeer verwonderd dat dit voorstel ook betrekking heeft op de
gtestuinbouwsektor.
De minister heeft meegedeeld dat er tussen de EG-landen geen
overeenstemming is over de voorstellen inzake de stop van in
vesteringssteun. Voor een besluit terzake is overigens eenstem
migheid nodig.
Zowel het Landbouwschap als de minister van Landbouw heb
ben een eerste kommentaar gegeven op de voorstellen van de
Europese Kommissie. In een volgend gesprek op 14 maart aan
staande zal het Landbouwschap een nader en definitief stand
punt overbrengen aan de minister.
Ondanks de bar slechte weersomstandigheden werd op 14
februari j.l. in Restaurant "Zomerlust" te Axel de alge
mene jaarvergadering gehouden van de Vereniging voor
Boeren- en Tuindershulp in Zeeuws-Vlaanderen.
In zijn openingswoord wees de voorzitter erop, dat in Zee
land minder bedrijven lid zijn van de bedrijfsverzorgings-
dienst dan in de rest van Nederland. In Zeeuws-Vlaanderen
zijn ongeveer 8 a 9% van de bedrijven die er voor in aan
merking komen lid, tegen 50 a 60% in overig Nederland.
Het feit dat Zeeuws-Vlaanderen ongeveer 315.000,—
aan subsidie in de schatkist laat zitten, noemde hij zeer
spijtig. Dit is namelijk de subsidie die de vereniging "kan
krijgen als de overige 1800 daar voor in aanmerking ko
mende bedrijven deelnemen aan de reduktieregeling. Door
middel van overheidsstimulering en een eigen bijdrage, kan
de bedrijfsverzorgingsdienst uitgroeien tot een sociaal ve
rantwoorde organisatie die in de land- en tuinbouw nood
zakelijk is.
Hij sprak zijn dank uit aan de standsorganisaties die er voor
gezorgd hebben dat de reduktieregeling tot en met 1980 wordt
voortgezet.
Na goedkeuring van de notulen werden nog enige mededelin
gen gedaan. Zo bleek bijvoorbeeld, dat de bedrijfsverzorger
voor de verzekering geacht wordt werknemer te zijn op het
bedrijf waar hij werkt. Daardoor valt door hem veroorzaakte
schade aan derden onder de bedrijfs-W.A.-verzekering. Schade
aan het bedrijf zelf valt daar niet onder.
Uit het jaarverslag van de sekretaris bleek, dat de vereniging
momenteel 168 leden heeft. In 1978 zijn de beide bedrijfsver-
zorgers op 105 dagen ingevallen voor ziekte of ongevallen. Voor
arbeidspieken zijn ze 99 dagen in de weer geweest.
Bij 148 leden zijn 223 zogenaamde verplichte dagen doorge
bracht. Dat is gemiddeld slechts l!ó dag (of 10.6 uur) per lid per
jaar.
Uit de jaarrekening over 1978 en uit de begroting over 1979
bleek, dat de vereniging financieel gezond is. Daarom werd
besloten de kontributie over 1979 op 170.— en de dagver
goeding op 150,- te handhaven.
De heren C. Cornelissens en J. Goense kregen opnieuw het
vertrouwen van de leden om een volgende periode, in het bes
tuur de belangen van de aangesloten leden te dienen.
Tijdens de rondvraag bleek weer eens van welkeen groot belang
de reduktieregeling voor m.n. de eenmansbedrijven kan zijn. De
kortingen bij ziekte of arbeidsongeschiktheid op de dagvergoe
dingen voor 1979 zijn voor de tweede t/m dertiende week
55.— /dag: voor de 14e t/m 39e week 75,— /dag en voor de
40e t/m 52e week zelfs 95,— /dag.
Zo is men in feite voor 35,— (eigen kontributie) 175,—
(rijkssubsidie) per jaar verzekerd voor ruim 19.000,— Dat is
goedkoper dan welke verzekering ook en bovendien een goede
aanvulling op de A.A.W. uitkering waar men na 1 jaar arbeids
ongeschiktheid recht op heeft.
Inlichtingen over de vereniging zijn te krijgen voor West
Zeeuws-Vlaanderen bij de heer A. d'Hont. te Groede, 01171-1606
en voor Oost Zeeuws-Vlaanderen bij de heer C. Cornelissens te
Vogelwaarde, 01140-2108.
Jaap van Wijck
E.S.V./Z.L.M.
nlangs heeft het in de dagbladen gestaan. De handels
cijfers over 1978 zijn nog slechter dan werd verwacht.
Daarbij wordt dan het woord betalingsbalans gebruikt,
waaruit dat negatieve dan blijkt. We weten allemaal wat er
met het woord balans bedoeld wordt, omdat dit een staat is,
die elk jaar voor ons wordt opgesteld.
De betalingsbalans is nu een staat waarin de ekonomische
transakties van een land met het buitenland op een bepaalde
wijze worden gegroepeerd.
De betalingsbalans wordt onderverdeeld in een vijftal deel
rubrieken, waarvan de eerste drie de belangrijkste zijn, n. I.
de goederen-, diensten- en kapitaalopbrengstenbalans, te-
samen ook wel de lopende rekening genoemd.
Is de lopende rekening negatief dan betekent het dat er
vanuit Nederland per saldo geld aan het buitenland betaald
moet worden.
- -■«•ïk'.y-v,
V; *-
3L: i* s V-kifc&x--"'
Lenen betekent altijd ook nog dat er terugbetaald moet
worden met rente zelfs en of de mensen zich dit wel ten volle
realiseren n.l. dat uil het toekomstig - soms zelfs tegen
vallend - inkomen terugbetaling mogelijk moet zijn, is voor
mij een grote vraag. Men sluit soms erg gemakkelijk een
lening en zelfs meerdere leningen tegelijk. Gelukkig heb ik
kunnen konstateren dat in onze overwegend agrarische
provincie de boeren-voorzichtigheid bij velen nog in gebruik
is, daarmee meewerkend aan een financieel gezond Neder
land.
Veerbeek
"Een zware winter met vele lasten'"
onder meer is deze winter gebleken dat we met onze moderne,
gespecialiseerde landbouw toch wel behoorlijk kwetsbaar zijn
geworden. Met name het openhouden van de aan- en afvoerwe-
gen is letterlijk van levensbelang. Ook een ongestoorde voorzie
ning van elektriciteit, gas en water is nodig om katastrofale
situaties te kunnen voorkomen. Ik denk dat één van de lessen die
we van deze winter zullen moeten leren, zou zijn dat we bij de
opzet van ons bedrijfsplan iets meer ruimte in moeten bouwen
voor het opvangen van storingen bij aan- en afvoer van produkten
en energie. Uiteraard moet dat dan wel financieel mogelijk zijn.
Het is immers juist de ongunstige opbrengst/kostenverhouding
geweest die boer en tuinder tot de kwetsbare bedrijfssystemen
dwong. Een argument te meer voor de minister van Landbouw om
wat minder terughoudend en laconiek te reageren op de door ons
naar voren gebrachte noodzakelijk geachte prijsaanpassing voor
het komende jaar. Overigens zullen wij aan het eind van deze
winter de balans voor alle land- en tuinbouwsektoren moeten
opmaken. Als daaruit onverantwoord grote schadeposten naar
voren komen, zullen we zeker niet aarzelen op passende finan
ciële maatregelen bij het Kabinet aan te dringen. In elk geval mag
de kontinuïteit van geen enkel bedrijf als gevolg van de uitzon
derlijke weersomstandigheden in gevaar komen. En dat mag ze
ker geen loze uitspraak worden. LUTEIJN
Vrijdag 9 januari vond de promotie plaats van ir. E.H. Kete
laars. de konsulent voor de Varkens- en Pluimveehouderij in
Noord-Brabant en Zeeland. Ir. Ketelaars promoveerde in Wa-
geningen aan de Landbouwhogeschool tot doctor in de land
bouwwetenschappen.
Hij promoveerde op het proefschrift
"De vererving van onder praktij
komstandigheden geregistreerde
kenmerken bij varkens". Dr.ir. Ke
telaars verzamelde veel van de gege
vens voor het proefschrift op prak-
tijkhedrijven. waarbij hij o.a. aan
toonde dat het nakomelingenonder-
zoek van KI-beren verbeterd, d.w.z.
beter betrouwbaar gemaakt kan
worden. Het zou zelfs uitgebreid Hmüü T< i
kunnen worden met nieuwe ken
merken waarop geselekteerd kan
worden.
Ketelaars heeft zowel de voortplantingsfase als de mesterijfase
in zijn onderzoek betrokken.
In Hilvarenbeek geboren
Dr.ir. E.H. Ketelaars werd op 6 april 1926 in Hilvarenbeek
geboren. Na het behalen van het diploma Gymnasium A in 1915
begon hij zijn studie aan de Landbouwhogeschool te Wagenin-
gen, waar hij. na een onderbreking voor het vervullen van zijn
militaire dienstplicht van april 1948 tot september 1950, op 7
april 1954 slaagde voor het ingenieursexamen in de richting
Veeteelt, met als keuzevakken: veeteelt, fysiologie, veevoeding
en landhuishoudkunde.
Na zijn afstuderen was hij tot 1956 leraar aan de Middelbare
landbouwschool te Helmond. Van 1956 tot 1960 was hij inge
nieur bij het Rijksveeteeltkonsulentschap te Arnhem.
In 1960 volgde zijn benoeming tot Rijkspluimveeteeltkonsulent
voor Noord-Brabant. Deze funktie voerde hij tot 1969 uit. Vanaf
1969 tot heden is hij Konsulent voor de varkens- en pluimvee
houderij voor Noord-Brabant en Zeeland.
In 1974 begon hij met het verzamelen van de gegevens van zijn
promotie-onderzoek naar de bruikbaarheid van gegevens uit de
praktijk voor het nakomelingenonderzoek van Kl-beren.
Aan de financiering hiervan droeg Het Produktschap voor Vee
en Vlees bij.
Per 1 maart a.s. hoopt dr. Ketelaars zijn funktie bij de Land
bouwhogeschool te Wageningen te aanvaarden. Hij wordt daar
lektor in de pluimveeteelt aan de fakulteit voor veeteeltweten
schappen. Hij volgt als zodanig prof. Van Albada op.
3