COPA bestaat 20 jaar Op Europees niveau tegenspel bieden Historische momenten voor het COPA H et COP A is in de herfst van 1958 opgericht na de konferentie van Stresa. Een half jaar later kwam er een vaste algemeen sekretaris: André Herlitska. Sekretaris-generaal Herlitska verwacht versterking van COPA S ckretaris-generaal van het copa is A ndré Herlitska, een vlotte Vlaming, afkomstig uit de streek tussen Tongeren en Maastricht. Dr. in de rechten en licentiaat in de ekonomie bij de Katholieke Universiteit van Leuven. Maar dat merk je niet aan de naam. De Belgen gebruiken immers geen titels. H et copa is zeker een niet meer weg te denken onder deel van de boerenbelangenbehartiging zoals die binnen de eg plaats vindt. In de eerste plaats als gespreksplatform op velerlei niveaus tussen de 23 aangesloten nationale orga nisaties en daarnaast natuurlijk als spreekbuis van de georganiseerde boeren en tuinders naar de Europese Kommissie en haar diensten. Ik ervaar daarbij steeds weer dat het zeer regelmatig bij elkaar komen een belangrijke bijdrage betekent tot meer onderling begrip en belangstel ling voor eikaars problemen". A Is belangrijke terreinen noemt Luteijn de zuivel, granen en Bezinnen op-huidige werkwijze Ir. David Luteijn, Nederlands woordvoerder in COPA -presidium Ir. C.S. Knottnerus, oud-voorzitter COPA: Hoogtepunten in de geschiedenis van het COPA zijn volgens Herlitska o.a. de massale vergadering in Straatsburg in 1963. Bijna 600 afgevaardigden uit de zes oorspronkelijke Euromarkt-landen kozen daar voor een gemeenschappelijk landbouwbeleid. Zij legden aldus de hoofdlijnen van dit beleid vast. Zij waren waarschijnlijk ook de eerste belangengroep, die toen al officieel vroeg om een rechtstreeks verkozen Europees Parlement. Dat zal dan nu gebeuren. Van niet minder historische betekenis is het feit dat in 1964 het COPA het met de Europese Ministerraad eens werd over gemeenschappelijke prijzen voor de graanteelt in de hele EG. Mei 1968 is ook een belangrijke mijlpaal, toen in Parijs de mei-revolutie begon en duizenden Franse boeren naar Brussel trokken om daar voor hun belangen op te komen. Drie jaar later bezweken de Europese Kommissie en de Ministerraad onder de druk van een massale betoging in Brussel om tenslotte toch maar de prijzen te verhogen. Uiteraard is de uitbreiding van de EG eerst van zes naar negen en straks misschien van negen naar twaalf ook voor het COPA van historische betekenis. Het copa was tot voor kort gevestigd in de Brusselse Spastraat. Kort geleden verhuisde men naar het machtige nieuwe kantorenkomplex van de Belgische Boerenbond-abb-verzekeringen in de Wetenschapstraat. Op vijf minuten lopen van Berlaymont, het imposante stervormige gebouw van de Europese Kommissie. Men zit hier onder één dak met het Cogeca, dat is het Komité van landbouworganisaties uit de landen van de Europese Gemeenschap. Aan een interview van Jan Werts vorig jaar in december voor de knlc-bladen met Herlitska ontlenen wij een aantal uitspraken. an groot belang voor de positie van het copa was dat de landbouwkommissaris van de EG. dr. Sicco Mansholt. ons me teen zeer serieus nam. Hij trad ons vanaf de start ernstig tege moet. Het was in die jaren dat Mansholt met zijn befaamde grootse plan voor een gemeenschappelijk landbouwbeleid met een systeem van heffingen en restituties aan de grenzen van de eg kwam. Hij erkende het copa toen al als dè representatieve organisatie van de boeren en de tuinders uit de Europese Ge meenschap. Ook voor de sektoriële problemen zoals de zuivel,, de bietenteelt, de granen, e.a. Ge moet weten dat er in die tijd ook nog afzonderlijke EG-sekretariaten waren voor de speci fieke groepen. De zuivel zat als zodanig bijvoorbeeld in Milaan. Mansholts optreden werkte voor ons stimulerend. Met hem en\ Dat zegt ir. David Lutëijn, voorzitter van het Koninklijk Ne derlands Landbouw-Comité en namens de drie clo vanaf 1977 woordvoerder in het hoogste gezagsorgaan van het copa, het\ presidium. Hij vervolgt zijn antwoord op onze vraag hoe hij de huidige funktie van het copa ervaart met: "Door alle natuurlijk vaak moeilijke besprekingen heen merk je toch elke keer weer de wil om als boeren in onderling overleg de problemen op te lossen en met de gezamenlijke mening naar buiten te komen. Van groot belang daarbij is dat zoveel mogelijk de leiders van de aangesloten nationale organisaties zelf deelnemen aan het cop- a-werk. Helaas zien we dat nog wel eens te weinig. Met name vanuit een aantal grote landen. Ook moeten we er steeds weer voor waken geen eliteklubje te worden van een paar honderd Europees-georiënteerde boeren-voormannen". Hij vindt daar om een afwisseling van de wacht op gezette tijden een goede zaak. De uitbreiding van de eg met Griekenland en mogelijk Spanje en Portugal houdt het copa natuurlijk ook bezig. "Uiteraard", zegt Luteijn. "wordt er nu al hard gewerkt om te zorgen dat straks ook de Griekse, Portugese en Spaanse boeren zich via het COPA in Brussel kunnen presenteren. Dat is minder eenvoudig dan het lijkt, omdat de organisatiestrukturen in die landen ofwel heel anders zijn ofwel nog helemaal van de grond moeten ko men". Hij vindt het wel tijd worden dat het copa zich zo langzamer hand eens zou moeten bezinnen op haar huidige werkwijze, vooral met het oog op de groei van de organisatie door de nieuwe leden. zijn naaste medewerker de Nederlander Heringa hadden wij dus meteen een goed kontakt". Een voordeel van de copa-struktuur vindt Herlitska dat er wer kelijke participatie (deelname) is van de groentenkwekers, de veehouders, de graanverbouwers en andere groepen. "Zij ko men via de werkgroepen van het copa naar voren. Hun stand punt wordt vervolgens in de groep van algemene deskundigen aan de algemene landbouwpolitiek getoetst. Het krijgt veel meer betekenis aangezien het vervolgens een algemeen standpunt van ons copa wordt. Daar kan men bij de Europese Kommissie niet meer zo makkelijk onderuit. Dat is ook van groot belang voor de blinder invloedrijke bedrijfstakken: vlas, hennep, bietenteelt, schapen- en paardenhouderij, die nu via dit copa hun belangen verdedigd zien. Deze afzonderlijke sektoren kunnen dank zij de "Tot nu toe is het apparaat van het copa uiterst beperkt in omvang en gaat het er vooral om, met de inbreng overigens van een stuk nationale deskundigheid (groep algemene experts) te reageren op het beleid van EG-Kommissie en Landbouwraad., In feite wordt daarbij het gezicht van copa in sterke mate door voorzitter en sekretaris bepaald. In de achter ons liggende pe riode bleek dit een goede opzet. De vraagstukken en probleem gebieden nemen evenwel snel in omvang toe. Ook de kommis siediensten raken op steeds meer terrein gespecialiseerd. Wan neer wij als boeren werkelijk willen blijven meepraten in Brus sel, zullen wij tot een versterking van het Copa-sekretariaat moeten komen". Eigenlijk merkwaardig, zegt Knottnerus, maar toen in een aantal eg-landen tegelijkertijd de boeren te hoop lie pen, kwam dat bij veel mensen over als een Europese aktie. Opeens beseften zij dat er dan toch wel sprake was van één Europese Gemeenschap. Ir. Cees Knottnerus, sinds enkele jaren boerenvoorman- in-ruste in het Brabantse Steenbergen, haalt herinnerin- huidige struktuur van onze organisatie rechtstreeks met de top van de Europese Kommissie spreken. Dat zou ze anders niet gemakkelijk lukken". "Na de start van het copa bleek al gauw dat de bijeenkomsten van het presidium beter voorbereid moesten worden. De werk groep Algemene deskundigen is toen opgericht. Zij heeft tot taak de besluitvorming van het presidium voor te bereiden. Dat is een belangrijk moment geweest. Die deskundigen vormden namelijk een team knappe ekonomen die er hard tegenaan gingen. Het was uitermate belangrijk dat het copa zich met die, groep kon presenteren. Ik denk dan aan de Nederlandse hoog leraar Kriellaars van de k.n.b.t.b., prof. Boon van de Belgische Boerenbond, Berns uit Luxemburg, dr. Möws uit West-Duits- land, prof. Vissochi uit Italië en enkele Fransen". Pratend over spanningsvelden noemt Herlitska het opmerkelijk dat de belangen-konflikten niet zozeer tussen de sektoren on derling spelen zoals buitenstaanders altijd denken. "Tot nu toe zie je de tegenstellingen meer binnen de sektoren zelf. Dat was vooral in het begin het geval. De Bondsrepubliek met haar hogere graanprijzen tegenover de Fransen en de Nederlanders met hun lagere prijspeil, waarbij de Belgen er zo'n beetje tussen in zaten. Dan was er ook nog de uiteenlopende visie van de op export gerichte landen als Nederland en de Fransen. Die laats- ten waren wat meer op produktie voor de binnenlandse markt ingesteld. Toch hebben die problemen zich vrij snel opgelost. Nederland was destijds een beetje huiverig voor EG-maatregelen aan de grens die reakties zouden kunnen uitlokken van derde landen. Maar de Nederlanders ontdekten al gauw de enorme waarde van hun "binnenlandse" EG-markt, waar zij in Frankrijk, Italië en vooral de Bondsrepubliek voortaan vrij terecht konden. Ne derland was in het begin ook altijd voorzichtig met het vragen van prijsverhogingen. Zij konden dat ook rustig doen. De ge leide loonpolitiek hield hun kosten laag. Maar sedert die is losgelaten zijn jullie ook geen goedkoopte-eiland meer", aldus Herlitska. "V erder, aldus Herlitska, zijn er uiteraard nogal wat verschillen van inzicht tussen de dierlijke sektoren (varkens-, pluimvee houders) en de graantelers. "Er wordt massaal tapioca ingevoerd voor de diervoeding, wat 40 pet. goedkoper is dan de granen. Bijkomend leidt dit tot konflikten tussen de landen met sterke munten en die met zwakke valuta met name Frankrijk en En geland. Bij export wordt de restitutie-premie berekend alsof er duurder graan is gevoerd. Ook bij de onderhandelingen over nieuwe landbouwprijzen zijn er uiteraard verschillende opinies. De landen met een zwakke munt hebben nog voldoende ruimte om los van Brussel hun prijzen voor de agrariërs aan te passen. Nu de Europese Kommissie de landbouwprijzen wil invriezen kunnen ze in de Benelux en de Bondsrepubliek geen kant meer op. Terwijl de boeren in die landen toch ook met kostenstijgin gen en inflatie zitten. Een ander spanningsveld in het Europees landbouwbeleid is dat tussen de landen rond de Middellandse Zee en de rest. In het zuiden willen ze ook marktregelingen, struktuurverbeteringen en een betere bescherming ten opzichte van derde landen. Het copa heeft dan ook om tot een beter evenwicht binnen de ge meenschap te komen eensgezind gepleit voor een versterking van het landbouwbeleid voor deze gebieden. Steeds weer blijkt dat wij binnen dat copa met respekt voor de positie van de andere partners tot overeenstemming kunnen komen, zo besluit de heer Herlitska. de Middellandse-Zee-problematiek. Hij acht het ook nodig dat veel meer aandacht moet worden besteed aan het ontwikkelen van eigen beleidsvisies op Europees niveau. "Ook het presidium zal nu wel gedwongen zijn tot efficiëntere besluitmethodieken te komen. Nu is het zo dat het presidium eigenlijk alleen maar besluiten neemt waar iedereen het mee eens is. Dat kun je niet blijven volhouden". Ook zou zijns in ziens het copa een soort dagelijks bestuur moeten krijgen van voorzitter en twee of drie vice-voorzitters. In het twintigjarig bestaan heeft het copa veel bereikt en opge bouwd. Heel hard aan de weg timmeren heeft het copa echter niet gedaan. Volgens Luteijn is het copa in ons land wel goed bekend onder de boeren en tuinders. "Van andere landen weet ik echter dat er maar betrekkelijk weinig vanuit het copa doorsijpelt naar de plaatselijke boer of tuinder. In feite is het copa wat dit betreft volledig afhankelijk van de betreffende nationale landbouwor ganisaties. Het wordt hoog tijd dat copa meer gaat doen aan een stuk beeldvorming rechtstreeks naar de boer toe. Ook op dit punt kan het copa-apparaat best enige versterking gebruiken. Zo denk ik dat maar weinigen weten dat het copa ook regelma tig optreedt als dè Europese boerenorganisatie in kontakten buiten de Eg. Onder meer met de Amerikaanse landbouw. Kortom: ik vind dat we na twintig jaar voorzichtig opbouwen van een internationale boerenbelangenorganisatie als het copa langzamerhand toe zijn aan een verbreding en een uitdieping van die hele organisatie", aldus Luteijn. gen op aan het tot stand komen van het copa en aan de periode dat hij voorzitter was. "Je moet natuurlijk wel goed beseffen dat wij als boeren in Europa gedwongen waren om voorop te lopen in het eenwordingsproces. Landbouw was één van de sektoren waar de regeringen voor een gezamenlijke opgave stonden. Toen de plannen makerij van de heren politici serieuze vormen begon aan te Vervolg op pag. 12 ii

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1979 | | pagina 11