Het ledenkontrakt van Suiker Unie
Veehouderij
Gezonde financiering
is meer dan noodzakelijk 5
H et is jaren geleden, dat de veehouders gekonfronteerd werden met een strenge vorst
periode. Op veel veehouderijbedrijven betekent dit extra werk met binnenhalen van voer of
vorstvrij houden ervan. De watervoorziening is op enkele bedrijven in het gedrang geko
men door bevroren waterleidingen en drinkbakken. Om de ergste kou wat buiten de stal te
houden moest er in verschillende gevallen nog hier en daar wat dichtgemaakt worden. In
heel wat stallen is gebleken dat er onvoldoende ventiiatiemogelijkheden zijn, hetgeen
blijkt bij windstil weer en een hoge veebezetting in de stal. Vele stallen zijn dan vochtig en
nat door kondenswater. Overleg eens met Uw bedrijfsvoorlichter wat aan de ventilatie
gedaan kan worden.
H et voorjaar staat weer voor de deur. Dit
betekent dat er veel buitenwerkzaamheden aan
de orde komen, zoals:
D e stikstof dient zo vroeg mogelijk gegeven
te worden, dit is zodra de grond voldoende
droog is en de temperatuursom van 200 be
reikt is. Veel jaren is dit eind februari begin
maart.
H et voorjaar is voor de schapenhouder een
drukke tijd. Voordat de schapen gaan lamme
ren moeten de stallen in orde worden gebracht
met voldoende voerbakken, hooiruiven en
schoon drinkwater. De kraamhokjes vragen
een goede kontrole, terwijl er goed schoon stro
komt in de schapenstal. Tijdig opstallen is ge
G ezien de omstandigheden is de toezending van het leden
kontrakt en vooral het verzoek om dit vóór 1 februari terug te
zenden niet zo gelukkig geweest.
H et spreekt vanzelf dat Suiker Unie ten aanzien van de datum
van inzending van het ingevulde ledenkontrakt erg soepel zal zijn.
Overigens blijft het van belang zo spoedig als mogelijk te reage
ren. Dringend wordt geadviseerd om, als men na inzending nog
wijziging in het kontrakt wil aanbrengen, dit zo snel mogelijk aan
te melden.
Veevoeding
Veeverzorging
Graslandverzorging
Bemesting grasland
Schapenhouderij
0 ver de voeding van vee is reeds een en
ander gezegd in de artikelen van december en
januari. Droge koeien en pinken kunnen uit
hooi en voordroogkuil meestal voldoende
energie halen. Met maïs voert men echter dik
wijls boven de norm en de dieren worden gauw
te vet. Vleesvee heeft veel energierijk voer
(snijmaïs, pulp, aardappelen e.d.) nodig. Af
hankelijk van de behoefte aan eiwit wordt er
aangepast krachtvoer gegeven.
Melkgevende koeien en jonge kalveren hebben
naast ruwvoer ook krachtvoer nodig om vol
doende energie in het rantsoen te hebben. De
hoeveelheid en soort krachtvoer is sterk af
hankelijk van de behoefte van het dier en sa
menstelling (voederwaarde) van het rantsoen.
In het rantsoen moet deel uit struktuurhou-
dende droge stof bestaan. Dit komt vooral in
stro, hooi en voordroogkuil voor. In snijmaïs
komt minder voor, terwijl voederbieten, aard
appelen, pulp, grasbrok en krachtvoer geen
struktuur hebben.
Goed voeren is voeren volgens de behoefte van
het dier. Geef de dieren volgens de voedernor
men, zodat deze een goed rendement kunnen
geven.
1 n februari zullen nog heel wat koeien afkal
ven. Een goede hygiëne bij het afkalven voor
komt infektie van de geboortewegen en daar
door het blijven staan met de nageboorte en het
witvuilen. Ontsmetten van de afkalfstal en de
te gebruiken materialen alsmede van het
achterstel van de koe kunnen problemen voor
komen. Wordt hygiëne rond de geboorte te
weinig in acht genomen, dan zullen vaak
moeilijkheden optreden om de dieren weer
drachtig te krijgen. Niet tijdig drachtig worden
kost geld. Heeft men problemen met de
vruchtbaarheid, laat dan de dieren kontroleren
door een dierenarts op eventuele afwijkingen.
Indien nodig, kan dan een dier behandeld
worden. Via veterinaire bedrijfsbegeleiding en
een goede veeverzorging kunnen op een aantal
veehouderijbedrijven veel problemen rond het
drachtig krijgen worden opgelost. De tussen-
kalftijd kan zodanig worden teruggebracht dat
alle melkkoeien elk jaar (binnen 365 dagen)
kunnen afkalven.
Een goede administratie (koekalender en ge-
zondheidskaart) en koeherkenning zijn ge
wenst.
Indien nodig holle plekken in het grasland
bijzaaien met een goed graslandmengsel
(bijvoorbeeld B.G.3);
Het vastrollen van opgevroren en stukge
trapt grasland Wacht tot de grond vol
doende droog is;
Mollenbestrijding. De beste methode is het
plaatsen van klemmen. Door een goede
mollenbestrijding voorkomt men moeilijk
heden bij het maaien van gras en een te
hoog zandgehalte. in het kuilvoer;
- Kontrole en herstellen van de afrastering;
Eggen van het grasland, voornamelijk in
verband met molshopen of organische
mest.
Voor de eerste snede voor beweiden wordt 60-
80N per ha en voor maaien 80-120N per ha
geadviseerd.
De hoeveelheid kali en fosfaat die gegeven
dient te worden hangt af van de hoeveelheid
toegediende drijfmest, het maaipercentage en
de uitslag van het grondonderzoek.
Op percelen waarvan de eerste snede zal ge
maaid worden kan nog drijfmest worden uit
gereden. Hoeveelheden van meer dan 10 ton
per ha zijn niet aan te raden. Om verbranding
van de grasmat te voorkomen moet gier en
drijfmest niet bij vorst worden uitgereden.
wenst. De ooien, die moeten lammeren, wor
den apart opgestald. Een goede hygiëne bij de
geboorte is gewenst om infekties zoveel moge
lijk te voorkomen. Zorg voor een goede onts
metting van gereedschap en bescherm het dier
tegen infekties door ook met gewassen handen
(ontsmet) te werken bij de geboorte. Een scho
ne, doge omgeving is gewenst.
Na een paar dagen kunnen de ooien met de
lammeren naar buiten op een klein perceel
grasland aan huis.
Om de lammeren enigszins te beschermen
tegen het weer kunnen er windschermen wor
den geplaatst. Een doelmatige voeding van de
dieren wordt bereikt door deze in te delen in
groepen bijvoorbeeld
ooien zonder lammeren;
ooien met één lam;
ooien met twee lammeren.
Een richtlijn voor de voeding van ooien met
lammeren is 2-2x/i kg goed hooi of 4-5 kg goede
voordroogkuil Vi - P/2 kg schapekorrel. Het
krachtvoer mag geen rundveebrok zijn om ko
pervergiftiging te voorkomen.
Het is niet exakt aan te geven hoeveel bijge
voerd dient te worden. Een nauwkeurige kon
trole van de konditie geeft de beste leidraad.
Éénjarige ooien kan men 0,1 kg schapekorrel
extra geven als jeugdtoeslag. Bij schapen kun
nen allerlei ziekten en afwijkingen voorkomen.
Bij twijfel is het tijdig inroepen van hulp van de
dierenarts gewenst en kan veel ellende voor
komen worden.
Kunstmatige opfok kan noodzakelijk zijn.
Goede hygiëne is een eerste vereiste.
Er is, naar wij hebben vernomen, in het Zuidwesten enige bevreemding en zelfs ongerustheid ontstaan over het
"ledenkontrakt" dat Suiker Unie aan de leden heeft toegezonden met het verzoek dit vóór 1 februari 1979 ingevuld en
getekend terug te zenden. Het is wellicht een verzuim geweest, dat dit ledenkontrakt niet van een toelichting werd
voorzien, met name in die gebieden waar dit kontrakt tot nu toe niet werd gehanteerd.
De leden van Suiker Unie zullen zich herinneren dat vorig
jaar de statuten zijn gewijzigd, mede in verband met een nood
zakelijke aanpassing aan het nieuwe burgerlijk wetboek, deel 2.
In de statuten diende te worden en werd derhalve opgenomen
dat "de vereniging zich ten doel stelt de stoffelijke belangen van
haar leden te behartigen door met hen overeenkomsten te slui-
Tfen".
Op grond daarvan moeten de leden dus een leveringsovereen
komst afsluiten, dat een "ledenkontrakt" wordt genoemd.
In het kader van het kontraktenstelsel moeten de te leveren
suikerbieten, het woord houdt dit al in, door middel van kon
trakten worden vastgelegd, de EEG-regeling schrijft voor dat dit
vóór 1 mei van het betreffende jaar moet geschieden. Maar in
Nederland zijn C.S.M. en Suiker Unie altijd vroeg met het
afsluiten van bietenkontrakten bij de kontraktanten en Suiker
Unie wilde ten opzichte van haar leden niet achter blijven.
Immers niet alle leden hadden op dat moment hun toewijzing
A- en B-bieten ontvangen en verder geldt voor allen dat de
weersomstandigheden zodanig zijn, dat het moeilijk is nu al
definitief te zeggen hoeveel bieten men zal uitzaaien. Dat zal
o.a. mede kunnen afhangen van het feit hoe de wintertarwe
doorkomt.
De vraag is gesteld waarom het D.B.H.-nummer, het nummer
waaronder men bij de distriktbureauhouder is geregistreerd,
opgegeven moet worden. Er is een afspraak met de beroeps
kommissie dat telers, die in beroep gaan, eventueel gewenste'
gegevens van de bureauhouder zullen moeten overleggen. De
opgave van het nummer betekent niet dat een ander dan de tëler
zelf toegang heeft tot gegevens van de bureauhouder. Suiker
Unie wil Wet nummer alleen gebruiken voor de vaststelling van
de juistheid van de herkomst van eventuele gegevens en om
vertraging in de afwerking van klachten te voorkomen.
F.C. de Jong,
sekretaris Suiker Unie.
De Rijksgroepsregeling Zelfstandigen
Over deze regeling wordt wel eens laaghartig gesproken.
Dit is onjuist. Omdat het een financieringsmogelijkheid is
voor ondernemers die door omstandigheden buiten hun
schuld in financiële moeilijkheden zijn geraakt en niet
meer geholpen kunnen worden door de bank of indien zij
geholpen konden worden, dit zou leiden tot onaanvaard
bare hoge rente en aflossingsverplichtingen voor hun be
drijf.
Waar moet het bedrijf en ondernemer aan voldoen?
- bedrijf moet perspektieven bieden voor de toekomst
- lening moet dienen ter overbrugging van tijdelijke financiële
problemen
- ondernemer moet jonger zijn dan 65 jaar
- ondernemer moet vakbekwaam zijn
Er kan geholpen worden
a. lening met bankrente
b. lening met verlaagde rente
c. bedrag a fonds perdu
Het is raadzaam dat U de moeilijkheden op financieringsgebied
niet zelf blijft verwerken maar bespreekt met uw sociaal eko-
nomische voorlichter.
Er konden in veel individuele gevallen oplossingen worden be
reikt voor het bedrijf en het gezin middels deze regeling. Het is
alleen jammer dat sommigen er zich voor schamen van deze
regeling gebruik te maken. Wanneer u niet direkt naar de ge
meente afdeling sociale zaken wil gaan, overleg dan eerst eens
met uw voorlichter of voorlichtster. Indien iemand een aanvraag
indient bij de gemeente vraagt deze een advies aan de Provin
ciale Direktie van Bedrijfsontwikkeling. Deze brengt een rap
port uit aan een zogenaamde plaatselijke kommissie Zelfstan
digen waar in sommige gemeenten ook de s.e.v.-er wordt uitge
nodigd om zijn advies uit te brengen, op sociaal en ekonomische
terrein gericht op het bedrijf en het gezin.
Deze kommissie brengt advies uit aan B en W.
De gemeenten kunnen zelf beslissen tot aanvragen voor een
bedrijfskapitaal tot en met 15.000,- Bij unaniem advies van
de plaatselijke kommissie tot en met 25.000,- Schroom niet
wanneer U in moeilijkheden zit. Let wel, financieringsmaat
schappijen helpen U ook, maar ook zichzelf, reken de rente
maar eens uit. Bent u bang dat er gepraat wordt dat u aanklopte
bij de Rijksgroepsregeling Zelfstandigen. Onze ervaring is dat
allen die er bij betrokken zijn goed kunnen zwijgen, en dat moet
ook terwille van u en uw gezin.
J.M.
13