Dingen van de week Z owel voor de werkgelegenheid als voor export hebben we dringend behoefte aan buitenlandse investeerders en om dat te kunnen bereiken is duidelijk dat de rendementen van het be drijfsleven omhoog moeten en daartoe de kosten omlaag. Het gesprekj>ver de lonen in 1979 is dezer dagen in volle gang gekomen. Het lijkt dat er weinig begrip is voor de matiging die noodzakelijk zal zijn. Gelukkig is het inflatietempo wat afge zwakt en uit dien hoofde ziin de problemen wat kleiner geworden. We zitten nu echter midden in de periode waarin gesproken wordt over verkorting van de werktijd en het pensioneren van 64 en 63-jarigen. Voor laatst genoemde maatregel is nog wel wat goeds te zeggen maar verkorting van de werktijd waar geen inlevering van koopkracht tegenover staat, is naar veler mening een onverantwoorde zaak. In onze bedrijfstak hebben we trou wens toch de grootste moeite met het aksepteren van minder uren werken per week. De meesten van ons moeten dubbele uren maken om aan een redelijk bestaan te komen. Geen wonder dat het begrip voor een verdergaande arbeidstijdverkorting niet groot is. Kennis van bakterievuur is noodzakelijk Klopt ons hart nog vol verwachting? Werkzaamheden gaan vlot door het goede weer IVIet grote letters hebben de Nederlandse kranten de vorige week het bericht gebracht dat ons land onaantrekkelijk is voor buitenlandse beleggers om hier hun investeringen te doen. Het was de konklusie van een onderzoek dat werd ingesteld door het organisatie bureau McKinsey op verzoek van het Ministerie van Ekonomische Zaken. De opdracht tot het onderzoek was indertijd gegeven door het kabinet den Uyl en de toenmalige minister Lubbers. Het rapport werd nu uitgebracht aan het ka binet van Agt en minister van Aardenne. Op Zuid-Beveland werd de langdurige periode met droog en zacht herfstweer eindelijk onderbroken door kou en regen. Te rugblikkend op de afgelopen twee maanden moet gekonstateerd worden dat een zo lange tijd zonder neerslag toch wel zeldzaam is. Prettig is in elk geval dat de winter hierdoor als het ware is ingekort. Als het vanaf eind oktober al overwegend kou en nattigheid is, duurt het lang voordat maart op de kalender staat. Het weer was dus gunstig. Dat kan niet worden gezegd van de appelprijzen. De meeste jaren is het niet best in november en december. Er komt dan veel schuurfruit aan de markt van matige kwaliteit en o.a. door de invloed van sinterklaasaanko pen is er minder vraag. Maar dit jaar is het toch wel bijzonder slecht. Eigenlijk even slecht als tijdens de beruchte fruitkrisis. De West-Duitse markt schijnt ook verstopt te zitten door een grote oogst van de Streu-obstbau. Dat betekent dat er voor nieuwjaar van onze oosterburen ook weinig vraag is te ver wachten. Jaloers lees je dan dat in Noord-Italië een gewone appel als Morgenduft 1.20 per kg-opbrengst en zelfs voor industriefruit 45 cent per kg wordt betaald. Je vraagt ie af hoe het mogelijk is dat de verschillen in de EEG zo groot zijn. Als de berichten waar zijn dat de appels in Frankrijk en Italië redelijke prijzen opbrengen is dat overigens gunstig. Daarop is waarschijnlijk de verwachting van de deskundigen van het Centraal Bureau v.d. Tuinbouwveilingen gebaseerd dat onze appels in het naseizoen, dus volgend voorjaar een prijsherstel te zien zullen geven Als er straks ruimte komt op de Duitsemarkt wordt gehoopt dat de Nederlandse appels opgetrokken worden door het hogere peil van Frankrijk en Italië. We zijn er niet helemaal gerust op dat het zo zal gaan, maar hebben voor ons wantrouwen te weinig informatie en geven eerlijk toe dat het C.B. wel over veel gegevens beschikt. Ook moeten we toegeven dat er in ons land weliswaar grote voorraden zijn, maar dat het j maar een klein percentage is van de totale EG-oogst. Menigeen heeft een begin gemaakt met de snoei. Verstandig, want dikwijls is het een zware opgave om in 't voorjaar op tijd klaar te komen. Na de explosie van bakterievuur in de peren in 't afgelopen seizoen, zijn sommigen zo verstandig de snoeischaar nu en dan te ontsmetten om daardoor het gevaar voor versprei ding te beperken. Het bakterievuur komt nu zo algemeen voor dat het ons inziens een illussie zou zijn om te denken dat we er nog helemaal van afraken. Belangrijk wordt nu naar onze me ning dat iedereen het ziektebeeld kent en aangetaste takken zo snel mogelijk diep wegneemt en verbrandt. We hopen dat er tevens een wet komt die opruiming van aangetast materiaal verplicht stelt, zoals b.v. bij iepziekte. Want zieke meidoorns en cotoneasters zijn gevaarlijke besmettingsbronnen. Dat is ook in 't belang van natuurvrienden die de meidoorn willen behouden in het landschap. We verwachten dat op de goed verzorgde perepercelen het baktievuur wel redelijk binnen de perken kan worden gehou den. Wekelijks is hier kontrole bij het spuiten, maaien, e:d., terwijl op goed verzorgde bedrijven telers aan het roer staan die het ziektebeeld kennen en de nodige maatregelen nemen. Maar minder goed verzorgde bedrijven kunnen gevaarlijke besmet tingshaarden worden, ook voor buurtpercelen. Samen met ver waarloosde zieke meidoornhagen kan dat toch een toenemend risiko voor de pereteelt betekenen. Hoe belangrijk de peren vooral voor Zuid-Beveland is dit jaar eens te meer gebleken. De appels lieten het zitten wat de prijs betreft, maar op veel bedrijven hebben de peren nog iets goed kunnen maken. Een bedrijf met enkel appels is eenzijdig. Er horen peren bij voor risikospreiding. De laatste 10 jaar was de prijs van de peren bovendien in de meeste jaren beter dan van de appels. Dat dan vooral dank zij de sterke positie die de Conference inneemt, ook bij export. Hadden we bij de appels ook maar zo'n ras. Steeds wordt als groot nadeel van de peren de late vruchtbaar heid genoemd. Is dat wel zo'n groot nadeel. Als de peren evenals de appels al na 3-4 jaar in volle produktie zouden zijn, was er in de kortste tijd overproduktie. Het is dus tot öp zekere hoogte een voordeel dat de aanplant van peren wordt afgeremd door het late dragen. De late produktie brengt extra hoge stichtingskos- ten met zich mee. Wegvallen van bomen door bakterievuur kost daardoor veel geld. Daarom moet alles in het werk worden gesteld deze gevaarlijke ziekte te beteugelen. Wanneer binnen enkele dagen ook in ons Thoolse land, volgens aloude traditie Sinterklaas de huizen langs en/of binnengaat, is er nog steeds bij oud en jong de verwachting: wat zal het dit jaar worden! Van oudsher is het een kinderfeest geweest, maar waarbij ook het overgrote deel van de ouderen zich nog kind voelden. Ook in ons dagelijks beroep speelt de verwachting altijd een bijzonder grote rol, maar wat het morgen voor weer is, hoe of de groei van de gewassen zal zijn, en wat zal het worden met de prijzen. Iets verder gegrepen zal ieder van ons, en zeker in ons beroep, een verwachting hebben voor wat betreft, zijn bestaanszeker heid. Als het goed is, zal ieder streven, om zijn bedrijf zo gezond mogelijk te maken, voor instandhouding van zijn gezinsinko men! Nu is er echter niets zo onbestendigs dan een vrije onder neming, waarin nooit de zekerheid zit, dat alles zal komen, naar wat men graag zou hebben. Ondanks dit euvel, trekt toch bij velen dit onbestendige aan, omreden dat deze mensen nu een maal behoefte hebben, om kreatief te werk te gaan. Op zichzelf is deze mentaliteit nodig om iedere onderneming in stand te houden, want het is steeds een scheppen èn herscheppen van nieuwe mogelijkheden in het bedrijf. Wanneer hieraan niet wordt voldaan, raakt men op den duur op een zijspoor wat ergens doodloopt. Wanneer men het aantal bedrijfsgenoten be schouwd, dat binnen deze eeuw, nog vermoedelijk af zal vloeien van het vrije beroep, is het niet zo verwonderlijk, dat heden ten dage, velen het voor gezien houden. Niettegenstaande dit ver schijnsel, ziet men toch geregeld dat degene die een behoorlijk aanpassingsvermogen bezit, dat zij ieder jaar opnieuw, zich kunnen handhaven. Naast al die pakjes misschien ook hogere groentenprijzen. Wanneer de omstandigheden zich voordoen, zal degene die zich handhaven wil, op gepaste wijze moeten mechaniseren, omdat dit nu eenmaal geboden is. Misschien dat men dan soms iets overgemechaniseerd is, maar dit hoeft niet direkt altijd een nadeel te zijn om reden dat men bij een gunstige gelegenheid, 'n slagvaardig beleid kan voeren. Ook zal men dan vlugger stre ven naar omzetvergroting, wat dan ook méér tot zijn recht komt. Voor het vollegrondstuinbouwbedrijf, komt toch ter gelegener tijd, éénmaal het ogenblik dat tot bedrijfsvergroting kan worden overgegaan, gezien de nog steeds in voorraad zijnde bedrijven zonder opvolger. Deze grond komt misschien voor een groot deel bij de grote akkerbouwers, maar het lijkt ons toch toe, dat voor dezelfde grondprijs, het intensievere bedrijf, er zeker niet minder rentabiliteit uit kan halen. Alles staat of valt echter, hoe of de mentaliteit van de ondernemer van nu, en in de toekomst is. Het is te hopen dat 5 december, St. Nicolaas ons wil verrassen met eenönverwacht presentje in de vorm van oplopende groen- teprijzen, en een blijvende optimistische kijk op dè~toekomst. OpSchouwen Duiveland is het in de tuinbouw wat rustiger nu we de kortste dagen van het jaar beleven. Bij de fruittelers verloopt het planten van jonge bomen vlot dankzij de uitstekende structuur van de grond. Er wordt dit jaar iets meer geplant dan enkele jaren terug, toch betekent dit in zijn totaliteit geen uitbreiding van de oppervlakte. Wel tekent het zich af wat in de toekomst de blijvers en de wijkers zullen zijn. Door een aantal bedrijven wordt bewust of onbewust gekozen voor het afbouwen van hun fruitproduktie (of is dit woord te mooi voor het inkrimpen van een bedrijfstak). De bladeren blijven dit jaar ongewoon lang aan de bomen. Bespuitingen tegen kanker komen daardoor verder uit elkaar te liggen. Ondanks het mooie weer komt er toch op veel bedrijven een flinke kanker aantasting voor. Achterstallig onderhoud wordt dikwijls zwaar gestraft. Uitfraizen met motorzaag geeft in veel gevallen de meest vlugge en beste oplossing.te zien. Wach ten met behandeling tot het voorjaar verhoogt de besmettings kansen. Het langdurigste karwei van het jaar: de snoei, is weer begon nen. Opgefrist (zowel letterlijk als figuurlijk) door een snoeide- monstratie van onze fruitteeltvoorlichter, hebben we de snoei schaar weer opgezocht. Hoeveel uren we over een ha. snoeien is wel belangrijk, maar een goede snoei met voldoende knippen per boom is nog belangrijker. De lage prijzen voor de kleine maten onderstrepen dit nog eens extra. Door één jaar een vol wassen beplanting in minder dan 50 uren te snoeien hoeven we nog geen builen te vallen. Doen we dit enkele jaren achtereen, dan loopt de kwaliteit sterk terug. En naar kleine vruchten is weinig vraag, waardoor ze maar zelden de kostprijs opbrengen. We vragen ons dit jaar na de ruime oogst van afgelopen seizoen wel af of er bij de beurtjaar gevoelige rassen voldoende bloem knop aanwezig.zal zijn. Door deze rassen wat later te snoeien kan hiermee zonodig rekening worden gehouden. De snoei van peren heeft nog even de tijd, eerst moeten de knoppen in het voorjaar gaan schuiven om te kunnen zien waar het vruchthout doorgeknipt kan worden. Doordat op enkele uitzonderingen na vrijwel ieder bedrijf met bacterievuur geconfronteerd wordt, zal dit bij de snoei extra voorzorgsmaatregelen vragen. Door een uitzonderlijk mooi najaar verlopen de werkzaamhe den in de grove tuinbouw vlot. Late produkten als gladiolen, winterpeen en witlofwortelen zijn onder prima omstandigheden gerooid. "Zoiets hoeven we niet op te schrijven", hoorden we pas zeggen, "dat maak je in een mensenleven niet vaak mee". Toch is het oppassen dat we in de volgende seizoenen ook dan weer het onderste uit de kan willen halen. Het jaar 1974 heeft ons dat geleerd. Aan een statistisch gemiddelde van het weer in Nederland heb je als boer en tuinder weinig. Het kan van jaar tot jaar zoveel verschillen. Het is te vergelijken met een jager die één schot 1 m. voor en één schot 1 m. achter een haas schoot. Theoretisch was het gemiddelde resultaat,uitstekend. Hetzelfde geldt voor het gemiddelde inkomen in ons land. Het kan van bedrijfstak tot bedrijfstak en van Qndernemers onder ling en zelfs van jaar tot jaar zoveel verschillen. Als vrije on dernemer vraagje soms verbaasd en wrevelig jezelf af of een Vi% verminderde loonstijging echt wel zo belangrijk is, dat de nieuwsmedia hier bol van moeten staan en de betrokken mi nisters alleen uiterst voorzichtig standpunten durven in te ne men. In de agrarische sector is er over de hele breedte geen sprake van prijscompensatie. En toch zijn de vele gezinnen er ten nauwste bij betrokken. Hoeveel werken er onder het minimumloon? Moet dit evenals bij de werkende jongeren ook strafbaar gesteld worden? Of kennen wij in de landbouw alleen maar buikriem-economie. De overheid besefte kennelijk reeds bijna twee jaar geleden dat het mis ging met de investeringen in ons land door buitenlandse bedrijven en terecht dat men een onderzoek liet instellen. Uit het rapport blijkt dat vooral de Amerikanen het niet meer op Nederland hebben voorzien wanneer ze denken over uitbreiding in het buitenland. Het rendement van de Nederlandse bedrijven is te klein geworden. Dat komt in de eerste plaats door de hoge loonkosten niet alleen bestaande uit arbeidslonen maar ook uit sociale lasten. Verder speelt het ziekteverzuim van de Neder landse werknemer een grote rol bij het bepalen van het beeld van ons land als industrievestigingsplaats. Een negatieve faktor is ook dat de overheid de gewoonte heeft in nood verkerende bedrijven met subsidie op de been te houden. In het buitenland vindt men dat konkurrentievervalsing. De Amerikanen hebben verder ook problemen met wat er in ons land gebeurt rond de ondernemingsraad en de Vermogens aan- wasdeling. Er komt dus nog al wat kritiek naar voren en wanneer we dat op ons in laten werken is het geen wonder dat het wordt genoemd want ook veel binnenlandse ondernemers ondervinden als een groot nadeel wat hierboven wordt genoemd. Er komen af en toe berichten die spreken van een andere aanpak. De regering is kennelijk doordrongen van de noodzaak van een florerend bedrijfsleven om de arbeidsgelegenheid zo goed moge lijk te doen zijn, maar het bereiken van deze situatie is niet eenvoudig. Wanneer we horen hoe op het ogenblik de vakbewe ging staat tegenover de plannen van de regering met betrekking tot Bestek '81 dan is er weinig hoop op verbetering van de situa tie. Minister van Agt deelde dezer dagen mede dat onze beta lingsbalans negatief wordt, dat wil zeggen dat we meer gaan invoeren dan uitvoeren. Dat is een gevaarlijke ontwikkeling welke op korte termijn nog geen problemen geeft, maar zeker op langere termijn. We zijn ook benieuwd naar wat er gaat gebeuren rond de lonen. Het is duidelijk dat het de regering ernst is met haar streven om de zaak in de hand te houden. Hierdoor zou het mogelijk kunnen zijn dat er landelijke loonafspraken komen. In elk geval is te hopen dat bij het overleg dat overal op gang komt' het gezonde verstand zal zegevieren want we hebben niets aan arbeidsonrust, integendeel hierdoor kan de toch reeds sombere ekonomische situatie van ons land alleen maar verergerd worden. Ook in onze sektor hebben we enkel behoefte aan rust op dat gebied. Voor velen onzer zullen de bedrijfsuitkomsten in 1978 beslist tegen vallen. Zeker zal dat het geval zijn voor de fruitte lers die het in hoofdzaak van appels moeten hebben. Het gehele najaar lagen de prijzen op een niveau dat in geen enkele redelijke verhouding staat tot de kostprijs. Ook in de vollegrondsgroente- sektor gaat het allesbehalve goed. Uien zijn opnieuw veel te goedkoop,. De spruiten brengen aanzienlijk minder op dan nodig zou zijn om van een goede teelt te kunnen spreken. Verdere lastenverhogingen kunnen we niet hebben en daarom is te hopen dat het regeringsbeleid er voor zal zorgen dat dit wordt voorko men. 15

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1978 | | pagina 15