Attent op nieuwe groente TT ot zover onze weergave van dit gedegen rapport waaraan elke ondernemer die fruitteler is en dat wil blijven, aandacht dient te besteden en rekening mee dient te houden. We hopen ook dat het voor de overheid een belangrijke toetssteen zal zijn voor het bepalen van haar beleid ten opzichte van deze bedrijfstak in de komende jaren. De ondernemers zelf zullen echter ook wat met het rapport moeten doen, ja zij zijn in de eerste plaats verant woordelijk voor de gang van zaken en zullen tot daden moeten komen om hun plaats in de Europese fruitgemeenschap te ver sterken. r\ TUIN -hf0-0 BOUW KEN Veel pruimen en veel Benoni appels Men kan niet alles naar zijn hand zetten! Onbekend maakt onbemind: DINGEN VAN DE WEEK TT enslotte nog enkele beschouwingen over de beoordeling van de Golden Delicious in relatie tot de Nederlandse teeltomstan digheden. ls r r Op Zuid-Beveland blijft 't voorlopig pruimentijd Er is sprake van een grote aanvoer en dalende prijzen. De Ozar rijpte lang zaam. maar schoot vorige week flink op. waardoor de prijs voor de beste kwaliteit zakte tot 60-90 cent per kg. met een uitschieter van één gulden. Handel en konsument worden door het ruime aanbod kieskeurig. Daardoor werd de wat grotere blauwe pruim Monsieur Hative nog wel redelijk betaald. Ook de eerste Victo ria en Belle de Louvain waren gewild. Straks is van die rassen echter ook weer overvloed en dat zal in de geldelijke waardering wel tot uiting komen. Het is jammer dat de pruimemarkt al verknoeid is door de slecht smakende Italiaanse pruimen, vóór de Nederlandse aan bod komen. Vooral bij een grote oogst als dit jaar is dat funest. De appelprijs valt ook wat tegen. Dat geldt vooral voor de Benoni. die voorgaande jaren steeds boven de gulden per kilo bleef, maar daar nu een paar dubbeltjes ónder zit. De reden zal wel zijn dat de produktie ongekend hoog is. Meestal heeft an ders een flink aantal bomen een beurtjaar. maar dit seizoen hangt vrijwel elke Benoni-boom tjokvol, zodat 35-40 ton per ha niets bijzonders is. Het aanbod is dus relatief groot en blijkbaar is de handel daar niet zo vlug op ingeschoten want meer zou verwachten dat er kansen zijn voor export van zo'n stevige appel. Komende jaren zal het aanbod van Benoni nog flink toenemen, want er is vrij veel geplant. Is de markt voor zome- rappels dus toch vlug verzadigd? Overigens is het opmerkelijk dat de James Grieve ruim zo goed wordt betaald als de Benoni. terwijl anders laatstgenoemd ras een paar kwartjes meer op bracht. Gezien het vele dunwerk moet de Benoni ook duurder zijn. maar de konsument beslist en die heeft lak aan de kostprijs. Zoals gezegd maakt de hoge kg-opbrengst trouwens veel goed. Het is alleen vervelend datje bij de rassenkeuze zo gauw stuit op het gevaar van overproduktie. Voor de bramen was het zonnige zomerweer bijzonder welkom. Mede doordat tijdens de natte moesson de toen bloeiende bra men slecht vrucht hebben gezet' blijven de vruchten tot nu toe aan de kleine kant. De kilo's vielen daardoor tegen en de doornloze bramen kwamen erg moeizaam aan rijpen toe. Nu komt er wat schot in. De prijs ligt tot nu toe opvallend goed. Doornloze bramen brachten veelal 1.— tot 1,25 per doosje op en de gestekelde bramen bleven ook gevraagd voor kon- sumptie. Belangrijk is dat de industrieprijs ook boven de 3.— per kg lag. want dat is heel wat hoger dan vorige jaren. Terwijl de vroege appels direkt lagere prijzen opbrengen dan de laatste seizoenen (we denken vooral aan Grieve en Benoni), hadden de peren met de Precoce de Trevoux een goede start. Misschien ook omdat dit ras min of meer een beurtjaar heeft. Maar het is wel typerend voor de stemming die er ook bij de verkoop op het hout viel te bespeuren. Algemeen verwacht men wel veel appels, maar niet (te) veel peren. We kunnen ons v ergissen, maar we menen ook veel minder Jules Guyot uit Italië en Frankrijk te zien op de markt en in de winkels. We hebben de indruk dat er naar verhouding minder op stam is verkocht dan anders. Tevens dat O. Flevoland dit jaar meer in trek was dan Zeeland. Misschien dat men wat bang was voor de Golden in ons geweest? Er zijn toch veel bedrijven met prima Golden. Helaas echter ook veel met slechte. En het verschil tussen goed en slecht wordt steeds sprekender. Alleen de appels van de eerste-weekse-bloemen groeien vlot door en komen royaal aan de maat. De vruchten van de middenbloei en nabloei groeien niet door en worden steeds ruwer. We hebben dat nooit tevoren zo meegemaakt. De andere appels groeiden de laatste weken hard. Goudreinette en Cox's die wat dun beladen zijn hebben vruchten die mis schien nog niet plukrijp zijn, maar wel de maat hebben. De Winston komt ook veel beter voor de dag dan vorig jaar. De peren bleven eerst wat achter, maar daar komt nu ook beweging in. Tenslotte willen we nog opmerken dat we hopen dat de nieuwe C.B.doos een sukses wordt. Vaak is er op gewezen dat de afzet van ons fruit een zwak punt is. Nu er een poging wordt onderno men over hierin verbetering te brengen, verdient die ieders steun. Ook in ons Thoolse distrikt zijn in de loop van juli en augustus weer de diverse overjarige teelten gezaaid en geplant. Uit erva ring weet men bijvoorbeeld', hoe nauw het reikt, op welk mo ment men het best aardbeien moet planten. Meestal wordt eind juli, tot eerste week augustus, als de beste tijd om een volwaar dige oogst te kunnen verwachten. Door de luie beworteling van het benodigde plantmateriaal is dit jaar de nieuwe aanplant wel wat verlaat, en zo zag men dat sommigen nog in de derde week van augustus nog moesten inplanten. Dit zal wel zijn oorzaak hebben gehad, dat er niet direkt genoeg plantmateriaal voor handen was. De praktijk heeft echter bewezen, dat elke week later planten, weer zoveel kg opbrengst minder geeft. Indivi dueel bekeken, komt men meestal met de hoogste produktie aan een goed rendement. Onder de telers ziet men meer en meer dat men zelf probeert, om van goed uitgangsmateriaal plantgoed te telen. Men kan dan zijn vermeerderingsmateriaal iets vroeger aanplanten, zodat er meer kans is, om zijn plantgoed voor vol gend jaar eind juli beschikbaar te hebben. Zo is er op het gebied van uitzaai tijdstippen, voor overjarige soorten ook een tijdsli miet' waarna men beter maar niet meer kan zaaien. Dit is alle maal gebonden aan een zekere ontwikkeling die overjarige teelten, nog voor de winter moeten hebben opgebracht, om het volgend jaar tot een volwaardig gewas te kunnen uitgroeien. Men heeft echter niet alles in de hand, omdat dikwijls de weer sinvloeden een flinke vinger in de pap hebben, hetzij door droogte of te natte omstandigheden. Dit maakt juist de wat intensievere teelten zo breekbaar, omdat juist bij een volwaar dige opbrengst, diverse gewassen goed lonend kunnen zijn. Niet voor niets zijn velen wat huiverig om aan intensievere teelten te beginnen, omdat men niet altijd goed op de hoogte is, en prak tijkkennis dikwijls ontbreekt. Men moet er niet tegen op zien, om soms door scha en schande wijs te worden en wanneer er werkelijk de vaste wil is om te slagen, komt men altijd wel waar men zijn wil. Niets is funester, dan wanneer men niet met hart en ziel aan een omschakeling van teelten op zijn bedrijf wil meewerken. Wanneer het oude eenmaal niet meer voldoet, en men het nieuwe niet wil, eindigt elke onderneming in een moe ras, waarin iedere zelfstandigheid zoek is. Het tragische van deze omschakelingstijd is wel, dat zovelen van de wat ouderen, een anders gerichte opleiding hebben genoten. Het is niet ieder gegeven, om daar innerlijke mee klaar te ko men, vandaar de soms meer optredende spanninge; bij de wat ouderen onder ons. Ook in deze geldt dat men niet alles naar eigen hand kan zetten. Toch is ieder verplicht, om de onge kende mogelijkheden die er bij velen nog zijn, om te zetten in dienstbaarheid, ten nutte van het algemeen belang, wat soms nog kan leiden tot bevrediging van eigen doelstellingen. Het toerisme naar en de komst van gastarbeiders uit verre landen stimuleert de belangstelling voor gewassen die in het buitenland een grote bekendheid genieten, maar die in ons land minder bekend of vrijwel onbekend zijn. Door het PAGV worden regelmatig proeven genomen met nieuwe gewassen. In veel gevallen blijkt het teelttechnisch zeer goed mogelijk' ze in Nederland te telen. Zonder een intensieve reclamecampagne blijkt het echter zeer moei lijk te zijn om een nieuw produkt "op de markt" te krij gen. Onbekend betekent voor veel consumenten nog al tijd onbemind. Zo is bijvoorbeeld in het verleden veel onderzoek verricht bij bleekselderij. Ondanks verschillende pogingen is het niet gelukt de afzet in hét binnenland en de export goed van de grond te krijgen. Wel worden jaarlijks kleine hoeveelheden groene struikselderij ingevoerd. Dit produkt zou ook zeer goed in Ne derland geteeld kunnen worden. De teelt van ijssla en Chinese kool is in Nederland reeds vrij oud, doch heeft tot nu toe weinig opgang gemaakt. Voor de telers van groente zijn deze produkten niet geheel zonder risico. De meeste ijsslarassen zijn bijvoorbeeld zeer gevoelig voor rand, terwijl bij Chinese kool met het voortijdig schieten terdege re kening moet worden gehouden. Door verbetering van de pre sentatie (o.a. verpakking in éénmalige fust) en een intensieve Knolvenkel, een interessante nieuwkomer in het sortiment volle gronds groentegewassen. reclamecampagne wordt getracht de afzet van deze produkten te vergroten. Tot de nieuwe gewassen die door het proefstation beproefd worden, behoren ook knolvenkel en wortelpeterselie. Door in troductie van nieuwe rassen uit Zwitserland blijkt het mogelijk te zijn, knolvenkel over een vrij lange periode aan te voeren. Wortelpeterselie levert in de zomer een grote hoeveelheid glad- bladig kruid en in de winter een witvlezige, aromatische wortel. Verder worden te Alkmaar oriënterende proeven genomen met broccoli, sladerij, verschillende komkommerachtigen, suiker- mais en sojaboon. De teeltwijze van broccoli komt overeen met die van bloemkool. De "kool" van broccoli moet niet gedekt worden en blijft groen. Het is een vitaminerijke groente, waar aan jammer genoeg nog te weinig aandacht wordt besteed. Sla derij wordt geïntroduceerd als een twee-in-één-groente, te weten rauw als sla en selderij en gekookt als selderij. Tot de komkommerachtigen die op de tuin uitgeplant worden, behoren reuzenkomkommer, courgette, een reuzenmeloen (kürbis) en spaghettigroente. Bij de teelt van suikermaïs speelt de rassenkeuze-een belangrijke rol. In Nederland worden de beste resultaten verkregen met vroege hybriden. De kolven zijn in september oogstrijp. Sojaboon hoort evenals suikermaïs feitelijk in een warm klimaat thuis. Bovendien is sojaboon gevoelig voor de daglengte. De meeste rassen vormen onder lange dag, dus in de zomer, veel stengels en blad en gaan pas bij korte dag, dus in de herfst, bloeien. Het ras Fiskely V is weinig daglengte-gevoelig en tamelijk geschikt voor ons klimaat. Sojabonen bevatten een zéér hoog gehalte aan eiwitten. 1 wee weken achtereen hebben we aandacht besteed aan een bijzonder belangrijk rapport voor de Nederlandse fruitteelt, na melijk dat wat door een aantal deskundigen, bijeengebracht in een werkgroep, is naar voren gebracht voor de verbetering van de konkurrentiepositie van de Nederlandse fruitteelt. Deze week willen we in een slotbeschouwing stil staan bij datge ne wat er wordt gezegd over de afzet en over de Golden Delicious in het geheel van de Nederlandse fruitteelt. Over de afzet op zich wordt gezegd dat er wellicht nog afzetper- spektief zit in het ontwikkelen van nieuwe markten. De aktivi- teiten van C.B.2 zullen hierop verder gericht moeten worden. Door zijn mogelijkheden en ook ervaringen neemt Frankrijk op deze markten een vrij sterke positie in. Op het zich wijzigende konsumptiepatroon dient voortdurend te worden ingespeeld. De appel verkeert daarbij door zijn kalorie-arme samenstelling in een gunstige positie. De kommercialisatie van het Nederlandse fruit vormt door haar kleinschaligheid nog steeds de zwakste schakel van de bedrijfstak. Dit leidt tot een weinig slagvaardig afzetbeleid, hoge verhandelingskosten en een niet optimale prijsvorming. Versterking kan worden bereikt door het aandeel van de veilingen in de af/et te vergroten. De veilplicht van de leden zal daartoe nageleefd moeten worden. Het aanhod zal voorts meer gebundeld moeten plaats vinden. Dit kan worden bereikt door het samenvoegen van veilingen in verschillende produktiecentra. Een derde element dat onze afzetstruktuur versterkt is de grotere beschikbaarheid van het fruit. Centraal sorteren en bewaren op de veilingen neemt af, maar blijft evenals het voorsorteren voor een slagvaardige afzet van gewicht. Afhankelijk van de situering van het bedrijf kan huisverkoop aantrekkelijk zijn. De ontwikkeling van afzetvormen buiten de veilingen om (huis- verkoop en verkoop op het hout) betekent meestal echter een verzwakking van de positie van de producent en op langere ter mijn ook van die van de afzetorganisatie als geheel. Met name deze laatste opmerking is ons uit het hart gegrepen. Er vindt ook in ons gebied nog teveel verkoop op het hout plaats en verkoop buiten de veilingen om. De betrokken telers hebben nog steeds niet voldoende door dat ze hiermede op een verkeerde weg zitten en niet alleen hun eigen positie ondergraven maar uit eindelijk die van de gehele bedrijfstak fruitteelt. Gepleit wordt in dit verband voor een verplichting tot aanvoer van de gehele fruitoogst via de veiling. Privaatrechtelijk zowel als publiekrechtelijk zou dat toegepast kunnen worden, met name ook vanwege toepassing van de interventieregeling. Van onze totale appelproduktie neemt de Golden Delicious on geveer 40% voor zijn rekening. Voor de gehele Gemeenschap ligt dit percentage nog hoger. Onder invloed van rooiakties is het Nederlandse areaal overigens gedaald van 7500 ha in 1971 tot 6000 ha in 1977. De konklusie van de kommissie is dat door zijn teelttechnische kenmerken en met name door zijn opbrengend vermogen, de Golden Delicious voor alsnog een belangrijke plaats in het Ne derlandse teeltplan zal behouden. Uit markttechnische overwe gingen moet echter worden gekonkludcerd dat de Nederlandse Golden Delicious in de verhandeling een zwakkere positie in neemt^ De aanbeveling van de werkgroep is met grote regelmaat een marktonderzoek te herhalen waarop de kwaliteitskriteria voor het binnenlandse produkt dienen te worden afgestemd. Het areaal lijkt gelet op de slechter wordende konkurrentiepo sitie, verder te moeten afnemen. Voor het op- en uitbouwen van een markt voor vervangende en nieuwe rassen wordt gepaste steun wenselijk geacht. Bundeling van het aanbod is daarbij een noodzakelijke voorwaarde. Onderzoek, gericht op bewaarduur en bewaaromstandigheden in 'relatie tot de teeltvoorwaarden van deze rassen, dienen met veel voortvarendheid te worden voortgezet. Ten aanzien van de verbetering van de bedrijfssituatie en ge- biedsstruktuur komt de werkgroep met de volgende aanbevelin- gen: 1. Voor het op peil houden van een kwalitatief goede sektor zullen modernisering en herstrukturering van fruitgebieden voortgang moeten vinden. De uitgifte van gronden in de IJssel- meerpolders, ruilverkavelingen en specifieke herstrukturerings- programma's kunnen hieraan een bijdrage leveren. Daarbij zal rekening moeten worden gehouden met de bijzondere omstan digheden (aanloopperiode) van de fruitteelt. 2. De Grondbank wordt ook voor de fruitsektor van betekenis geacht. 3. Een renovatieprogramma voor koelhuizen die niet meer aan de huidige eisen voldoen en een afhraakregeling voor sterk verou derde koelhuizen zouden overwogen kunnen worden. 4. In het belang van de hele sektor zal een overheidsbijdrage aan de Fruittelers Hagelverzekering ernstige overweging verdienen. 5. De rentesubsidieregeling behoeft op een aantal punten aan passing opdat toepassing in de fruitteelt meer en beter mogelijk wordt. 13

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1978 | | pagina 13