IEU'
UIT BI
Belgische groenteteelt
in tien jaar verdubbeld
Terugblik op het fruitseizoen 1977-1978
"H et groente-areaal is voor ruim twee derde in het Vlaamse
landsgedeelte gelegen. De zogenaamde "groentedriehoek" tus
sen Antwerpen, Brussel en Leuven, met Mechelen als centrum,
vormt nog steeds het zwaartepunt van de intensieve groente
teelt".
W ie het over Belgische groente heeft zal al snel aan het
beroemde Brussels witlof denken, dat we nog steeds voorname
lijk in het gebied tussen Brussel en Leuven vinden en dat een
kwart van de gehele sector vertegenwoordigt. "Sedert 1971, toen
de produktie het toppunt van 153.000 ton bereikte, gaat de
witlofteelt echter zorgwekkend achteruit. De groeiende fiscale
druk en het probleem van de arbeidspieken bij het marktklaar
maken van het witloof remmen immers de belangstelling voor
die teelt af'. Verder is de witloofstreek aan het verstedelijken.
Veel oudere telers zitten erop te vlassen hun grond te verkopen
aan uitzwermende Brusselaars die er dan een fraaie, maar vaak
toch ook al te hoekige fermette op bouwen, dat is een landhuis in
boerderijstijl. Verder kampt men met een toenemende Franse
concurrentie.
H et totale Belgische groentepakket is samengesteld uit meer
dan 25 soorten en daarbij neemt wat men openluchtgroenten
noemt nog steeds de belangrijkste plaats in. Toch zien we hier
een dalende produktie die - qua groei - ruimschoots wordt
overvleugeld door de produktie van industriegroenten: erwten,
wortelen, schorseneren en bonen. Verder neemt de glasteelt
flink toe. Ze bestaat voor 60% uit tomaten en 26% uit sla en is in
gewicht sedert 4965 verdrievoudigd. Na een tijdelijk afzwakken
van de uitbreiding van de kassenbouw als gevolg van de ener
giecrisis wordt sedert 1976 opnieuw uitbreiding van het areaal
gemeld. "Dit hoewel de produktie van groenten onder glas thans
I n waarde is het dure witlof nog altijd goed voor 30% van de
export. 94% van de totale export blijft binnen de EG. Bij de
derde landen dienen Zwitserland en de VS te worden vermeld.
Het uitvoersaldo (uitvoer minus import) beliep in 1975. 2.7
miljard B.fr (bijna 200 miljoen gulden).
D e studie van de Kredietbank constateert dat de Belgische
telers te kampen hebben met een afzwakking van de concur
rentiekracht tegenover Nederland, waar men lagere energie
kosten heeft en tegenover Frankrijk en Italië als gevolg van de in
die landen gunstiger brandstofkosten en loonlasten.
ML
ÏGEN
VA!
I DE> WEEK
W e mogen aannemen dat in de komende week het nieuwe
hardfuit-seizoen volop gaat beginnen. Steeds meer appelen zul
len er dan op de veilingen worden aangevoerd en ook de eerste
partijen peren mogen weldra worden verwacht. Vroeger zaten we
omstreeks deze tijd reeds volop in de Oomskinderen peren maar
die tijd is voorbij. Ook dit ras is uit het sortiment verdwenen,
zoals er reeds zoveel rassen zijn verdwenen. Het staat vast dat er
toch niet die grote appeloogst gaat komen in ons land die er eerst
werd verwacht. Met name de James Grieve en Cox's Orange
Pippin gaan teleurstellen door de enorme vruchtrui. Er zijn veel
bedrijven in ons gebied waar te weinig cox's op de bomen zijn
overgebleven en een aantal telers dat vroeg met dunnen was
begonnen moet nu ervaren dat ze er veel te weinig hebben over
gehouden. Twee weken geleden hebt u in dit blad kunnen lezen
wat er aan fruitproduktie wordt verwacht in de landen van de
Europese Gemeenschap. De conclusie daarvan kon zijn: er komt
voor wat de appelen betreft geen topoogst maar wel een grote
oogst.
H et Centraal Bureau van de Tuinbouwveiling maakte dezer
dagen bekend de omzetten van een aantal van de belangrijkste
groente- en fruitveilingen over het eerste halfjaar 1978 en die
cijfers werden vergeleken met het eerste halfjaar 1977. De vei
lingen met een omzet van meer dan 25 miljoen gulden kwamen in
het eerste halfjaar van dit jaar 1,6% lager uit met hun omzet dan
I n het overzicht zoals dat werd verstrekt door het Centraal
Bureau van de Tuinbouwveilingen kwam Zeeland niet voor.
D e veilingaanvoer- en omzet verliep de laatste jaren
Jan Werts/Brussel
Aldus citeren wij uit de studie van de Belgische Kredietbank die
onlangs verscheen onder de titel "Belgische groenteteelt, een
groeisector" en waaruit blijkt dat de produktie bij~onze zuider
buren in tien jaar bijna verdubbelde. 691.000 ton in 1965 en 1,1
miljoen in 1975.
lijdt onder de Nederlandse concurrentie en de hoge fiscale las
ten", aldus de studie, daarbij de vraag oproepend of dat nu wel
speciaal en alleen voor de glasteelt zou gelden.
Binnenlandse afzet
Op een totaal van ongeveer 135.000 agrarische bedrijven
vindt je in België ruim twintigduizend tuinderijen. Op meer dan
de helft daarvan wordt overigens tegelijk aan akkerbouw ge
daan. Volgens het Verbond van Coöperatieve Tuinbouwveilin
gen beloopt het groenteareaal ruim 53.000 hectare. De helft is
vollegrond, 40% industieteelt en slechts 8% glas. Ter vergelij
king: Nederland telt 25.000 tuinders die ongeveer 115.000 ha,
exploiteren, zodat je ruwweg kunt zeggen dat de Belgische
tuinbouw qua areaal ongeveer de helft van de onze beslaat.
B ij de produktie van glasgroenten wordt over de afgelopen
tien jaar een spectaculaire opbrengstgroei gemeld. Dat komt
door een betere teelttechniek en de specialisatie van vanouds
typisch familiale groentebedrijven die tot een forse structuur
wijziging leidt. Het zoeken naar arbeidsbesparing leidde tot
mechanisatie op grote schaal. Bedrijven die deels onder glas.
deels buiten telen zijn nu gemiddeld 1.5 ha: intensieve open
luchtkwekers hebben drie tot zes hectare.
"V an de totale Belgische groenteproduktie wordt 30% uitge
voerd en dus 70% in eigen land opgegeten. Die cijfers suggereren
dat de Belgen in hun eigen behoefte voorzien, maar zo is het
niet. Ruwweg wordt al sedert vele jaren in waarde ook nog half
zoveel groente ingevoerd als de uitvoer beloopt. Steeg dus sedert
1965 de export in kilo's met gemiddeld 7% per jaar. de invoer
bleef daar niet bij achter. Nederland levert tweederde van de
totale import. De samenstelling van het exportpakket is wel
veranderd. In 1965 nam het witlof nog 40% daarvan in en tien
jaar later nog maar 14. Schorseneren (18%) en wortelen (16%)
zijn aldus de traditionele koploper voorbijgeschoten.
Kwaliteit troef
I nteressant is tenslotte de conclusie van de studie van de Kre
dietbank: "De groenteteelt heeft in toenemende mate met con
currentie van binnen en buiten de EG af te rekenen. Tegenover
die mededinging staan de Belgische telers nochtans vrij goed
gewapend opgesteld. Het kostprijsvoordeel van de landen van
de Middellandse Zee wordt gedeeltelijk weggewerkt door de
hogere arbeidsproduktiviteit. de betere rendementen per hec
tare en de lagere transportkosten ingevolge de nabijheid van de
consumptiemarkten. Voor het drukken van de kostprijs moet
verder naar arbeids- en energiebesparende teelttechnieken
worden gezocht".
!_-/ e voornaamste troef van de Belgische groenteteelt is
evenwel de uitzonderlijke kwaliteit van de aangeboden groen
ten, een element dat door de bijzonder veeleisende Belgische
verbruikers en ook door de buitenlandse afnemers ten zeerste
wordt op prijs gesteld".
oor Zeeland is altijd erg belangrijk hoe de situatie in België
is. Daarover is ondertussen wat meer bekend geworden. Net als
bij ons verwachten de Belgen een grotere appeloogst dan het
vorig jaar maar zeker geen topoogst. Zoals het er nu uitziet lijkt
de produktie uit te komen op 220 miljoen kg tegen het vorig jaar
125 miljoen kg en twee jaar geleden 234 miljoen kg. Behalve voor
Golden Delicious lijkt men voor vrijwel alle rassen meer te
plukken dan normaal. Half juli noemde men de Cox's Orange
Pippin nog de grote uitschieter met 40% meer produktie dan
normaal maar we hebben vernomen dat ondertussen ook in Bel
gië de rui van de cox's enorm zwaar is geweest zodat ook daar het
totale beeld herzien moet worden.
De produktie van Golden Delicous zal in België waarschijnlijk
120 miljoen kg gaan bedragen tegen het vorig jaar 70 miljoen kg
en twee jaar geleden 165 miljoen kg. Over de kwaliteit van de
appelen is men in België niet zo tevreden. Er wordt o.a. gespro
ken over schurft en ruwschilligheid bij Golden Delicous, Karmijn
en Goudreinette.
Bij de peren moest er in de theorie in België een grote oogst
komen want 1978 moest wat men noemt een draagjaar zijn, maar
waarschijnlijk zal de ocgst nog wat kleiner worden dan die van
1977. Waarschijnlijk zal de Belgische perenoogst slechts uitko
men op 40 miljoen kg tegen het vorig jaar 47 miljoen kg en twee
jaar geleden 75 miljoen kg. Van het belangrijkste ras Conference
wordt een produktie verwacht van drie kwart van normaal.
Dat betekent dat er ongeveer evenveel Conference kan komen als
het vorig seizoen. Met name de Doyenné du Cornice schijnt ook
tegen te vallen wat de produktie betreft in België.
het vorig jaar. De betrokken veilingen nemen samen 86% van de
totale Nederlandse veilingomzetten voor hun rekening. De
groenteveilingen in Zuid Holland hadden een redelijke omzet
stijging, maar in Limburg en Noord Brabant liep de omzet terug.
Het grootst was de omzetdaling in het Noord Hollandse volle-
grondsgroente gebied waar men met minder dan de helft van de
omzet van het vorig jaar genoegen moest nemen in het eerste
halfjaar van 1978. Bij de specifieke fruitveilingen als Geldermal-
sen en KZY bracht het fruit behoorlijk wat meer op dan het vorig
jaar maar de veiling ZHZ zag haar appelomzet dalen van 5,1
miljoen gulden naar 3,6 miljoen gulden en ook bij de veiling in
Zwaag bracht het fruit minder geld op.
Zulks omdat men enkel de veilingen boven de 25 miljoen gulden
omzet had opgenomen. Navraag bij de Zeeuwse fruitveilingen
leerde ons dat men daar een redelijke omzetstijging heeft behaald
in de eerste maanden van 1978. Gemiddeld zal dat tussen 10 en
15% liggen zodat dit een vrij redelijke ontwikkeling is.
De Brabantse veilingen hebben vooral in juni het gelag moeten
betalen toen door de regen de aardbeien zoveel schade kregen.
Ook bij de veiling Zaltbommel zorgden de aardbeien voor een
belangrijke omzetdaling.
Verder vernamen wij dat ook de champignontelers geen best
eerste halfjaar 1978 achter de rug hebben. Alle veilingen hebben
op hun omzet aan champignons verloren en soms zelfs aanzien
lijk. Bij de CVV-Grubbenvorst was de aanvoer ongeveer even
groot als het vorig jaar maar de middenprijs daalde van 3,20 tot
2,68 per kg. Bij de andere veilingen was de situatie niet beter.
En nu maar afwachten wat het tweede halfjaar 1978 gaat doen.
1 er bedrijf zijn er zeer grote verschillen, maar gemiddeld
is het fruitseizoen 1977/78 goed geweest. Dat komt dui
delijk tot uiting in de veilingomzet want die was in alle
delen van ons land stukken hoger dan de voorgaande jaren.
Overigens was dat hard nodig, want vorige jaren was het
niet best.
Hoe dan ook: zowel de appels als de peren brachten vol
gens de voorlopige gegevens ca. 90 ct. per kg op, tegenover
slechts ruim 50 cent voor de appels in de voorafgaande 4
jaar en ca. 54 ct. voor de peren.
Appels
aanvoer in milj. kg
gem. prijs per kg
1973/74
340
40 ct
1974/75
290
63 ct
1975/76
320
49 ct
1976/77
285
60 ct
1977/78
250
90 ct
Peren
aanvoer in milj. kg'
gem. prijs per kg
1973/74
49
71 ct
1974/75
130
41 ct
1975/76
54
83 ct
1976/77
116
47 ct
1977/78
90
90 ct
De totale geldelijke omzet van appels en peren was in de be
treffende jaren achtereenvolgens 160 milj., 236 milj., 202
milj., 224 milj. en 306 milj.
De onregelmatige produktie van de peren valt in deze tabellen
sterk op. Het laatste jaar was de pereprijs ondanks een vrij goede
oogst, verrassend hoog. Men zal zich nog herinneren dat ieder
een hoge appelprijzen verwachtte, maar dat men aanvankelijk
van de peren niet zo'n hoge hoed op had. Toch gingen tenslotte
de peren met de meeste winst strijken, want op die middenprijs
van 90 et drukken minder bewaarkosten dan bij de appels.
De meevallende pereprijs was o.a. te danken aan veel export
naar Frankrijk, waar men een misoogst had. Dit jaar is de
pereoogst in Frankrijk weer niet groot, maar toch wel 'zoveel
groter dan vorig seizoen dat de uitvoer naar dat land heel wat
minder zal zijn.
Prijsverschillen per ras
I nteressant is ook een vergelijking van de middenprijzen der
diverse rassen
Appels
1974/75
1975/76
1976/77
1977/78
James Grieve
51 ct
53 ct
59 ct
110 ct
Benoni
76 ct
89 ct
70 ct
158 ct
Cox's Orange
77 ct
65 ct
75 ct
125 ct
Goudreinette
85 ct
56 ct
89 ct
110 ct
Golden Del.
51 ct
40 ct
45 ct
72 ct
Winston
88 ct
79 ct
96 ct
77 ct
alle appels
63 ct
49 ct
60 ct
90 ct
De Benoni staat meestal aan de top, evenals de Winston. Het
laatste jaar zat het echter fout met de maat van het laatste ras,
ook als er voldoende was gedund. Dat komt scherp tot uiting in
de prijs.
De Goudreinette komt opvallend goed voor de dag, terwijl het
met de Golden Delicious duidelijk de verkeerde kant opgaat.
De prijs van de Golden was bijna steeds teleurstellend laag,
vooral als men er rekening mee houdt dat het ras de hoogste
bewaarkosten als extra aftrekpost heeft!
Peren
1974/75
1975/76
1976/77
1977/78
Précoce
30 ct
50 ct
35 ct
70 ct
Clapp's
42 ct
58 ct
34 ct
69 ct
Triomphe
49 ct
80 ct
41 ct
107 ct
Hardy
32 ct
78 ct
35 ct
107 ct
Bonne L.
29 ct
62 ct
29 ct
67 ct
Lucas
32 ct
64 ct
36 ct
59 ct
Cornice
56 ct
126 ct
59 ct
121 ct
Conference
48 ct
97 ct
58 ct
91 ct
alle peren
41 ct
83 ct
47 ct
90 ct
De prijsverschillen zijn bij de peren iets minder sprekend dan bij
de appels. Duidelijk is dat de vroege rassen niet meer mee
kunnen en dat de Lucas en Bonne Louise ook hun glorietijd
achter de rug hebben. In feite is - afgezien van de Doyenné du
Cornice - alleen de Conference betrouwbaar goed in prijs.
Witlof is van oudsher een Belgische specialiteit, maar de teelt
neemt in betekenis af.
17