Stichting Nederlandse Uienfederatie 40 jaar Met rooimachines rooit u het altijd CEBECO-HANDELSRAAD H et rendement van de uienteelt vertoont van jaar tot jaar een sterk wisselend beeld. De konkurrentiekracht van de Nederlandse uienteelt en -afzet is toegenomen, dankzij ver betering van de kwaliteit en bewaring, zodat vrijwel het gehele jaar Nederlandse uien op de internationale markten kunnen worden aangeboden. De konkurrentie met zowel landen binnen de E.E.G. (Italië) als buiten de E.E.G. (Spanje, Oost-Europa) blijft sterk. Een goede begeleiding van de hele kolom van teelt en verwerking zal voorwaarde zijn van handhaving, eventueel uitbreiding, van het Nederlandse aandeel in de markt. Reeds 40 jaar speelt hierbij de Snuif een zeer belangrijke rol". M ede door chemische bestrijding van de koprot en de toepassing van mechanische koe ling en uiteraard spuitremmende middelen, is het thans mogelijk om het jaar rond een Ne derlandse ui aan de markt aan te bieden. Dit is een belangrijk gegeven voor afzet en konkur- rentiepositie. De rationalisatie van de teelt is de laatste 10 jaar in verregaande mate voltooid. De beschikbaarheid van goed zaad, van goede onkruid- en ziektebestrijdingsmiddelen en goede technische apparatuur, maken een teelt wijze mogelijk, waarin nauwelijks nog hand werk behoeft te worden verricht. D, B B AMAC Ir. De Zeeuw: Begeleiding van teelt en verwerking bij de Snuif in goede handen 1SJ" a kort te zijn ingegaan op de Snuif als or ganisatie. schetste de heer De Zeeuw de ont wikkeling van onze uienteelt en de rol van de Snuif daarbij. Gedragen door bedrijfsleven en overheid gezamenlijk heeft de Snuif voortref felijk werk gedaan ten behoeve van de uienge- wassen in ons land. Gevestigd in het traditio nele teeltgebied Flakkee. heeft zij ook de uit waaiering van de uienteelt over het land goed kunnen begeleiden. Een goede zaak is dat de Snuif zich heeft gerealiseerd, welke ontwikke lingen in onderzoek en voorlichting zich voor doen. Meer en meer wordt bij de uitvoering van het onderzoek gebruik gemaakt van de bestaande akkomodatiè van proefboerderijen en proeftuinen. Het getuigt van wijs beleid, wanneer op deze weg wordt voortgegaan. Nu de ui zich een vrij vaste positie in het bouwplan heeft veroverd gaan de interrelaties met andere gewassen een steeds sterkere rol spelen. Het U H. H. LANDBOUWERS VAN DER STRAATEN AANNEMINGSMAATSCHAPPIJ B.V. LOT. VLOEIBARE MESTSTOFFEN L.O.T. BLADVOEDING De Amac rooimachine is universeel AMAC rooimachines zijn Nederlandse machines aangepast aan de Nederlandse eisen! Aldus ir. A. de Zeeuw, direkteur-generaal voor Proefstation voor de Akkerbouw en de Groen- Landbouw en Voedselvoorziening, in zijn rede t.g.v. het 40-jarige jubileum van de Snuif (Stichting Nederlandse Uienfederatie) op 1 ju ni j.l. in motel Koningspleisterplaats te Goe dereede. Proefbedrijven en het Snuif teteelt in de Vollegrond te Lelystad besteedt dan ook terecht veel aandacht aan het onder zoek in bedrijfsverband. Nauw kontakt met dit proefstation zal in de toekomst dan ook van steeds groter belang worden. Aanbod uien, één jaar rond! Onderzoek en steriele mannetjes I r. de Zeeuw vestigde op twee terreinen van onderzoek speciaal de aandacht. Het eerste is de genetische bestrijding van de uienvlieg. Het Instituut voor Plantenziektenkundig Onder zoek (I.P.O.) in Wageningen heeft een biologi sche bestrijdingsmethode ontwikkeld op basis van steriele mannetjes. Na experimenten op kleine schaal vindt dit jaar een vrij grote prak tijkproef plaats. Op 20 ha zaaiuien op het ei land Overflakkee worden'vele miljoenen gek weekte mannelijke vliegen uitgezet, die het de van nature voorkomende vrouwelijke exem plaren bijna onmogelijk maken, zich voort te planten. Het ziet er naar uit, dat op deze wijze een clternatief wordt gevonden voor de che mische bestrijding van de uienvlieg. Een goede zaak. omdat we vaak zien dat na verloop van tijd resistentie tegen chemische middelen ont wikkeld wordt: Maar ook omdat met een bio logische aanpak van dé problemen het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen kan wor den beperkt. Daarnaast is uit onderzoek van het Instituut voor Toepassing van Atoomenergie in de Landbouw (I.T.A.L.) te Wageningen gebleken dat door bestraling de spruitvorming van uien volledig kan worden onderdrukt. En ook staat vast dat de konsumptie van bestraalde uien volkomen ongevaarlijk is voor de gezondheid. Nu internationaal de weerstanden tegen de re siduen van de thans toegepaste chemische an- ti-spruitmiddelen toenemen, kan de bestraling een aantrekkelijk alternatief worden. Voorwaarde daarvoor is uiteraard dat de be langrijkste exportlanden de import van bes traalde uien toelaten. Ontwikkeling deze export bedroeg in 1975 rond 20 miljoen gulden. E.E.G. e teelt van zaaiuien is geleidelijk aan aan merkelijk uitgebreid. Terwijl 10 jaar geleden het areaal schommelde rond de 7.000 ha, wer den vorig jaar bijna 14.000 ha zaaiuien ver bouwd. En de produktie per ha is in deze pe riode met ongeveer 20% toegenomen. De export van zaai- en plantuien, die in 1965 155.000 ton bedroeg, was in 1975 gestegen tot 348.000 ton- De teelt van le jaars plantuien is van een ni veau van 700 ha de laatste jaren gestegen tot aanmerkelijk boven de 1.000 ha. Bij een plant- goedproduktie van ca. 18 ton per ha levert dit een hoeveelheid plantuien van ca. 20.000 ton. Een vrij klein deel hiervan wordt in het bin nenland gepoot als 2e jaars plantuien, die een vroege konsumptie-ui oplevert. Het overgrote deel wordt geëxporteerd. De totale waarde van innen de EEG is Italië de belangrijkste uienproducent: wat betreft de export is Ne derland de belangrijkste exporteur met 348.000 ton tegen Italië met 100.000 ton. De Italiaanse export richt zich vooral op West-Duitsland en Frankrijk. De gemiddelde exportprijs ligt meestal ca. 10% hoger dan de Nederlandse. De andere EEG-landen zijn netto-importerend. De importen uit derde landen van de EEG liggen de laatste jaren op een niveau van 200.000 - 300.000 ton, terwijl de export naar derde landen schommelt tussen de 80.000 en 100.000 ton. Het invoeroverschot in de EEG bedraagt zo'n 10-15% van het verbruik. Derde landen uiten de EEG-grenzen treffen we een aantal grote producenten aan, nl. Spanje, Egypte en de Oost-Europese landen zoals Hongarije en Polen. Spanje is met een produktie van rond 800.000 ton en een export van 150.000 ton een geduchte producent en konkurrent. Het ex portprijsniveau is laag, nl. minder dan de helft van het Nederlandse. De heffing bij import in de EEG (12%) is daarom van relatief gering belang in de konkurrentieverhouding. Bij toetreding van Spanje tot de EEG zullen wijzigingen in dit beeld optreden, die ongun stig zijn voor onze positie in de internationale markt. Wat de Nederlandse export betreft moet nog worden opgemerkt dat de export naar derde landen een relatief grote plaats inneemt, nl. omstreeks 20%. Europa en Afrika vormen daarvan het grootste deel, maar export vindt ook plaats naar Aziatische en Midden-Ameri kaanse landen. Van een regelmatige toename van deze derde landen-export kan helaas niet worden gesproken. Perspektief it deze situatie-tekening verrijst een marktbeeld met toch wel wat positieve tinten, althans op korte en middellange termijn, aan nemende dat de effektieve toetreding van Spanje pas op lange termijn, stel 10 jaar, wordt gerealiseerd. Voorwaarde daarbij is dat de kwa liteit van de Nederlandse ui zich gunstig blijft ontwikkelen. Gaat U een drijfmeststal. koelcel, schuur of ander bedrijfsgebouw maken? Wij bouwen graag voor U. (Ontwerpen, tekenen, berekenen; bouwaan- vraas inbegrepen). Postbus 5- HANSWFKRT. Telefoon 01130-1820. L fc Kanaalweg 112-114 -SLUISKIL -Tel. 01157-1803 I L.O.T. MESTSTOFFEN vcor BLADVOEDING bevatten een oordeel kundige dosering der basiselementen en spoorelementen,.totaal oplosbaar voor de voeding der plarit. in organische metaalverbindingen die steeds in oplossing blijven. De plantenvoeding wordt tot stand gebracht gebracht, door tussenkomst van de wortels, maar zekere BLOKKERINGSFENOMENEN; een gemis aan vocht, een korstvorming van de bebouwbare laag. een te kleiachtige of te koude grond kunnen de normale rol van het wortelsysteem vertragen, zelfs opschorten voor het meest grote nadeel van de groei. Het is door de BLADVOEDING dat het mogelijk zal zijn een VOE- DINGSRF.LAIS te verzekeren. En zelfs in de veronderstelling dat de plant, dat essentiële der stoffen in een goede bouwgrond zou vinden, welke ze nodig heeft om zich te ont wikkelen, zal het steeds voordelig zijn aan de bladeren een vloeibare meststof te geven bevattende niet alleen N.P.K. maar ook de nodige spoorelementen in CHELAATVORM welke steeds in oplossing blijft. Het gebruik van een dergelijke bladvoeding is bijzonder aan te bevelen voor de jaarlijkse teelten welke geen voldoende wortelsysteem hebben om in een grote productie te voorzien. Ons leverings program bladvruchtbaarheid: - L.O.T. Bladvelvoeding 8 8 6 - samengestelde vloeibare meststof. - L.O.T. Vissuspensie 7 5 7 - vloeibare organische meststof. - L.O.T. Zeewierextract-25% - groeistimulerend en plantversterkend middel. - L.O.T. Fe-IJzermeststof - vloeibare Fe-chelaat meststof. - L.O.T. Mn-Mangaanmeststof - vloeibare Mn-Chelaat meststof. Gegarandeerd zonder chloor. GEBRUIK BLADVOEDING voor: een beter evenwicht van de voeding. - een gezonde plantengroei te stimuleren. - regelmatige bloei te verzekeren. - de vruchtvorming te regelen. - de groei te harmonieëren. Omdat de rooimachine alles rooit. Tulpen, gladiolen, winterwortelen, witlof en aardappelen, bovendien keert en raapt hij uien op. Dat is besparing. Voor èl Uw rooiwerk één machine: AMAC, dié rooit het wel e GOES Dr. A. F. Philipsstraat 9 Telefoon 01100-21200 met 't oog op uw toekomst

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1978 | | pagina 32