De maand juli op het
Zuidwestelijk landbouwbedrijf
Akkerbouw
D e verzorging van de landbouwgewassen vraagt in deze maand veel tijd en aandacht en
bestaat hoofdzakelijk uit onkruidbestrijding en gewasbescherming. De temperatuur en
het aantal uren zonneschijn zijn voor een goede groei dit voorjaar te laag geweest. De
neerslag was voldoende. De beginontwikkeling van de overwinterde gewassen zoals win
tertarwe, wintergerst, karwij en luzerne verliep vrij traag. Dankzij de neerslag na het
zaaien was de opkomst van de voorjaargewassen goed. Ondanks dat er na het zaaien
voldoende regen viel liet de onkruidbestrijding in diverse gewassen vooral in suikerbieten
te wensen over. Er is dan ook op vele percelen bieten een Betanalbespuiting uitgevoerd.
D e aardappelen zijn voor het overgrote deel
in de eerste helft van april onder vrij gunstige
omstandigheden gepoot. De pootgoedvoorzie-
ning was krap en de kwaliteit wat betreft knol-
ziekten, zoals rhizoctonia en fusarium, lang
niet ideaal. Daarnaast bleef de bodemtempe-
ratuur lang op een vrij laag niveau, waardoor
het op hoogte brengen van de aardappelruggen
vaak nog wat werd uitgesteld.
W anneer reeds na het zaaien een Asulox-
bestrijding is uitgevoerd, kan bij minimaal 5
cm hoogte van het gewas een tweede bespui
ting met 6 ltr Asulox per ha toegepast worden.
Voor een bespuiting alleen na opkomst kan
men 7 lA ltr Asulox per ha gebruiken. Tenmin
ste 600 ltr water gebruiken en spuiten bij zon
nig weer bevordert het resultaat. Het bestrij-
dingseffekt is het grootst op jonge onkruiden,
doch melde en ganzevoeten worden vrijwel
niet bestreden.
D e erwtegalmug is vooral aktief bij warm
zonnig weer voor de bloei. In het bijzonder in
de namiddag zijn de mugjes in de bloemknop
pen aanwezig. Het waarnemen van het mugje
is vaak niet gemakkelijk. Beter is het af te gaan
op de ontwikkeling van het gewas en in een
omgeving waar regelmatig schade voorkomt
ongeveer een week voor de bloei te gaan spui
ten met 1 ltr parathion/ha. Bij aanhoudend
warm weer is het nodig de bespuiting na onge
veer drie dagen te herhalen.
T egen de karwijmot kan met 1 ltr Nexagan
40% of 1 Vi ltr fosalone worden gespoten zodra
de eerste rupsjes zich in de schermen inspin
nen. Beide middelen bestrijden ook de in kar
wij vaak voorkomende luizen, die niet zelden
tot belangrijke oogstdepressies aanleiding ge
ven. De beste tijd hiervoor is rond half juni.
N
D eze zijn veel gevoeliger dan bruine bonen.
Toepassing van dinoseb is niet mogelijk. Al
leen op een afgehard gewas kan Ivosit gebruikt
worden. Nog veiliger is een tussenrijenbespui-
ting.
D e wintertarwe was in ontwikkeling wel wat
achter doch is in mei snel gegroeid. De tweede
stikstofgift is veelal in mei gegeven. Op zo
mertarwe kan een tweede gift tot begin juni
gestrooid worden. Ook een MCPA bespuiting
is in laatstgenoemde gewassen nog juist moge
lijk.
Aardappelen
Blauwmaanzaad
T P. Hiel,
ing. F. van Houts.
Erwten
Karwij
Vlas
Landbouwstambonen
Stamslabonen
Wintertarwe
zomertarwe
Verder kwam er op vele percelen bieten weer een ernstige aantasting van bietekevertjes
voor. Voortdurende kontrole van de gewassen op aanwezigheid van schadelijke insekten
en ziekten is ook in de maand juni bijzonder belangrijk. Bedenk hierbij steeds dat
onvoldoende of te opperv lakkige kontrole op Uw gewassen ernstige gevolgen kan hebben
voor de opbrengsten en de kwaliteit. Vooral voor het opmerken van kleine schadelijke
insekten en ziekten kan het gebruik van een loupe een bijzonder goed hulpmiddel zijn.
Deze maand is ook de meest geschikte periode om lering te trekken uitÜtetgeen te zien is
op de proefbedrijven en op de bedrijven van de kollega's.
Alleen door toepassing van moderne teelttechnieken zijn hoge opbrengsten te verwachten
In de eerste helft van mei was het echter ten
gevolge van de vele neerslag, vooral op de
zware grond, niet mogeüjk de aardappelen aan
te aarden of te frezen.
Op het moment van het schrijven van dit arti
kel hopen we maar dat dit vlug zal kunnen
gebeuren, waardoor moeilijkheden met de on
kruidbestrijding en de gewasontwikkeling
voorkomen kunnen worden.
Op vele percelen is echter de rug tijdig opge
bouwd en de chemische onkruidbestrijding
reeds uitgevoerd. Door de neerslag daarna
mogen we goede resultaten verwachten.
Wanneer na opkomst nog een onkruidbestrij
ding nodig mocht zijn, kan dit met een kon-
taktmiddel gebeuren met spuitapparatuur die
voorzien is van afschermkappen.
Verder vraagt de bestrijding van phytophthora
en luizen in dit gewas onze aandacht. Aardap-
pelhopen vormen nog steeds een grote infek-
tiebron voor phytophthora.
De vorming van loof op deze hopen moet
worden voorkomen. Doodspuiten van reeds
aanwezig loof met b.v. Reglone en daarna af
dekken met plastik is noodzakelijk om vooral
vroegtijdige besmetting van de percelen te
voorkomen.
Met de bespuitingen van het gewas moet men
beginnen zodra de planten in de rij elkaar ra
ken. Afhankelijk van de weersomstandigheden
dienen de bespuitingen om de 7 a 14 dagen
herhaald te worden, Hiervoor kan men gedu
rende de gehele periode de maneb/fentin
kombinaties gebruiken.
Tegen half juni verdient het aanbeveling een
bespuiting tegen de aardappeltopluis, die
waarschijnlijk de veroorzaker van toprol is, uit
te voeren. Voor de bestrijding hiervan zijn een
groot aantal systemische en niet-systemische
middelen toegelaten. Verder is het in juni zel
den noodzakelijk tegen de luis te gaan spuiten.
Uit gewoonte telkens een luisbestrijdingsmid-
del toevoegen bij de phytophthorabestrijding
moet ontraden worden, daar de kans op resis
tentie bij de luizen hierdoor sterk toeneemt.
De bestrijding van de coloradokever is verp
licht. Het kan gekombineerd worden met de
phytophthorabestrijding. Het gebruik van
poedervornige insekticiden verdient hierbij de
voorkeur.
Een tweede stikstofgift verhoogt vrijwel altijd
de zaadproduktie. Het meest gunstige tijdstip
voor deze gift ligt ongeveer één week voorde
bloei. Dit is als de eerste bloemen zichtbaarzijn.
De hoeveelheid is afhankelijk van de stand en
varieert van 200 tot 300 kg kalksalpeter per ha.
Tijdens een droge periode is het ook mogelijk
deze overbemesting in de vorm van een
ureumbespuiting te geven. Hierbij kan men
maximaal gaan tot 100 kg ureum 46 kg N)
per ha. Veel water gebruiken verdient de
voorkeur in verband met de kans op bladver
branding.
De bedrijfsvoorlichters, C.A.R. Goes,
De tweede gift kan tot gevolg hebben dat het
gewas wat onregelmatiger afrijpt. Dit kan bij
het maaidorsen een bezwaar zijn.
Bij warm weer kan blauwmaanzaad door
zwarte luis aangetast worden. Een éénmalige
bespuiting met 0,5 kg Pirimor per ha is af
doende en kan daardoor een gunstige invloed
hebben op de zaadopbrengst en het korrelge
wicht.
Tegen de erwtepeulboorder die de wormste
kigheid veroorzaakt dient men een bestrijding
uit te voeren zodra aan de rand van het perceel
de oudste peulen beginnen te zwellen. De
tweede bespuiting ongeveer een week later
uitvoeren. De middelen hiervoor zijn o.a. pa-
rathion, diazinon en mevinfos. Parathion is
goedkoop maar erg giftig, diazinon minder
giftig maar iets duurder, terwijl mevinfos
(Phosdrin, Brabant Mevinfos) weliswaar nog
duurder is en erg giftig maar het voordeel heeft
van een korte veiligheidstermijn. Bij parathion
en diazinon is deze in dit geval 10 dagen, bij
mevinfos slechts 4 dagen wat vooral bij groen te
oogsten konservenerwten van belang kan zijn.
Indien mangaangebrek (kwade harten) wordt
verwacht, dat vooral op kalkhoudende en hu-
musrijke grond voorkomt, is een bespuiting
met 15 kg mangaansulfaat per ha noodzakelijk.
Vooral schokkers en kapucijners zijn erg ge
voelig. De eerste bespuiting wordt uitgevoerd
als het gewas in volle bloei staat. In ernstige
gevallen moet de bespuiting aan het eind van
de bloei herhaald worden. Deze kan gelijktij
dig gebeuren met de bestrijding van de peul-
boorder, waarbij parathionspuitpoeder ge
mengd met mangaansulfaat verspoten kan
worden.
Regelmatige kontrole op aanwezigheid van
vlastrips blijft gewenst. De bestrijding kan, in
dien nodig, uitgevoerd worden met 1,6 ltr pa
rathion 25% per ha. Wanneer een te geile ont
wikkeling en legering verwacht wordt, kan een
groeiregulator, Ehtrel-A tegen 1 - 1 vh ltr per ha
in minstens 600 ltr water, gebruikt worden.
Toepassen bij een lengte van het vlas van 30-45
cm. Het middel is duur doch heeft een positieve
invloed op de stevigheid en kwaliteit van het
gewas.
a opkomst kan aanwezig onkruid in bruine
bonen nog bestreden worden met Ivosit of di-
In deze tijd van het jaar staan de gewassen op zijn mooist
noseb. Ivosit werkt wat zachter en verdient de
voorkeur bij kleine onkruiden en onder voch
tige omstandigheden. Zijn de onkruiden wat
groter en sterk afgehard dan is het middel di-
noseb meer geschikt.
Ter voorkoming van bladverbranding geldt
zeer nadrukkelijk; spuiten als de bonen de
eerste twee niet samengestelde blaadjes bezit
ten, veel water gebruiken, (minstens 600 ltr per
ha) een grove druppel toepassen en alleen 's
avonds spuiten wanneer de blaadjes naar be
neden hangen.
Ten aanzien van de bestrijding van gele roest,
meeldauw, afrijpinsgziekten willen we volstaan
met enkele korte opmerkingen aangezien er
half mei in de vakbladen reeds een artikel
hierover verschenen is.
Voor de bestrijding van gele roest werden de
middelen Calixin, Calirus en Plantvax reeds
eerder toegelaten. De ontwikkeling van de gele
roest wordt hiermee echter in de vatbare rassen
slechts wat afgeremd. Een duidelijk beter re
sultaat geeft het nieuwe middel Bayleton in een
dosering van xh kg/ha. Verspuiten in niet te
weinig water en trachten een fijne verdeling
van de spuitvloeistof te verkrijgen.
Bij meeldauw veroorzaakt vooral de aantasting
van het vlaggeblad en de aar de meeste schade.
Om deze reden wordt het accent gelegd op een
goede bestrijding van afrijpingsziekten of beter
gezegd aarziekten. Komt er echter tegen het in
aar komen veel meeldauw in het gewas voor
dan is het noodzakelijk ook op dat tijdstip een
bestrijding uit te voeren om aantasting van het
vlaggeblad te voorkomen. Zwavelbevattende
middelen zijn hiervoor het meest geschikt en
ook goedkoop. Als om die tijd tegen gele roest
Bayleton wordt gespoten, kan een behandelinq
tegen meeldauw afzonderlijk achterwege blij
ven.
Een bestrijding van afrijpingsziekten is vrijwel
steeds op zijn plaats en moet gezien worden als
een verzekeringspremie. Hierbij verdient een
éénmalige behandeling met een systemisch
fungicide in kombinatie met 2 kg maneb de
voorkewr. Deze moeten bij het begin van de
bloei gespoten worden. Ook is het mogelijk met
dithiocarbamaten spuitzwavel maar dan
tweemaal spuiten: voor het in aar komen en bij
het begin van de bloei.
10