IMota betreffende de Wet
vervreemding landbouwgronden
I n de regeringsverklaring van 16 januari 1978 heeft Minister President Van Agt aangeaondigd: ,'Een wet tot regeling van
de landbouwkundige toetsing bij overdracht van landbouwgronden wordt in voorbereiding genomen.
D e doelstelling van het beleid van selektieve toelating tot de
markt van landbowwgronden is de beïnvloeding van de prijs
vorming van landbouwgrond. Het regeerakkoord gaat er daar
H et stelsel van de landbouwkundige toetsing van overeen
komsten tot vervreemding van landbouwgrond gaat in beginsel
uit van een voorkeursrecht voor agrariërs die aan de toetsings
kriteria voldoen. Er kunnen echter omstandigheden zijn, dat
deze duidelijke voorkeurspositie op gespannen voet komt te
staan met andere belangen. Daarom is voorzien dat in bepaalde
daartoe aan te wijzen gebieden een voorkeursrecht voor het
bureau beheer landbouwgronden wordt ingesteld, hetgeen be
tekent dat degene die in zo'n speciaal aangewezen gebied wil
vervreemden zich eerst tot het bureau moet wenden.
N u de kring van potentiële kopers van land wordt beperkt
doo/ de landbouwkundige toetsing, dient de mogelijkheid te
worden geopend, dat landeigenaren hun land kunnen aanbie
den aan de overheid, die gehouden is op het aanbod in te gaan.
Er zullen voorzieningen in de wet worden getroffen om door
middel van taxatie door deskundigen en eventueel prijsvast
stelling door de rechter tot een overeenkomst te komen; een en
ander laat onverlet, dat partijen op andere wijze tot overeen
stemming kunnen komen.
De nota's naar het Landbouwschap
Overwogen wordt voor daartoe speciaal aangewezen gebieden een voorkeursrecht voor de Stichting Beheer Landbouw
gronden in te stellen".
In het regeerakkoord van 26 november 1977 worden de volgende elementen ten aanzien van het agrarisch grondbeleid
aangegeven:
"Hoejvel veel agrariërs in de loop der jaren hun bedrijf hebben opgegeven om ander werk te zoeken, is landbouwgrond in
ons zeer dichtbevolkte land heel schaars. Daarbij komt dat landbouwbedrijven, om rendabel te kunnen zijn, niet te klein
mogen zijn en een areaal ter beschikking moeten hebben dat in redelijke mate een gemechaniseerde bedrijfsuitoefening
mogelijk maakt. Dit maakt het gewenst de overdracht van landbouwgronden te onderwerpen aan een stelsel van
landbouwkundige toetsing naar kriteria die passen in een goed agrarisch struktuurbeleid. Het gaat er daarbij niet om dat
als kopers van landbouwgrond slechts diegenen in aanmerking zouden mogen komen die op het onroerend goed zelf het
landbouwbedrijf willen uitoefenen; ook "veilige" verpachters kunnen in het nieuwe stelsel landbouwgrond verwerven.
Het is voor de financiering van de landbouw van belang dat ook zulke verpachters in de markt kunnen zijn.
Verwacht mag worden dat de invoering van een systeem van landbowwkundige toetsing tot gevolg zal hebben dat de
stijging van de prijzen van landbouwgrond in belangrijke mate wordt afgeremd. Het zijn immers veelal degenen die met de
aan te kopen grond niet-agrarische plannen hebben die met de hoogste, de prijzen derhalve opdrijvende, biedingen op de
huidige markt verschijnen. Mocht na verloop van tijd, dat wil zeggen nadat vastgesteld is kunnen worden welke gevolgen
de nieuwe wet inzake de landbouwkundige toetsing voor de prijsontwikkeling heeft, blijken dat de prijzen van land
bouwgrond niettemin zo zouden stijgen dat de agrariërs daardoor in ernstige problemen komen, dan zullen andere
beleidsmaatregelen worden overwogen".
alleen in te voeren in geval van eigendomsoverdracht of bij
bezwaring met zakelijke rechten. Wil het systeem sluitend en
gerechtvaardigd zijn dient eenzelfde toetsing te worden voor
zien bij de verpachting van land.
Overeenkomsten tot vervreemding van land behoeven de
goedkeuring van de grondkamer. Beroep staat open bij de
Centrale Grondkamer.
Onder land wordt verstaan alle grond buiten de bebouwde kom.
De gemeenteraad zal bevoegd zijn om de bebouwde kom of
kommen vast te stellen. Behalve deze beperking van de territo
riale werkingssfeer van de wet is 'n andere beperking gelegen in
het feit, dat land, dat een gebruikseenheid vormt met een opstal
en een oppervlakte van 50 are niet te boven gaat, buiten het
toepassingsbereik van de wet valt.
Tot het begrip vervreemding wordt gerekend: de overdracht in
eigendom van onroerend goed, dan wel de vestiging of overgang
van het recht van erfpacht, opstal, beklemming, of vruchtge
bruik, of de vestiging van het recht van gebruik.
Een aantal kategoriën van overeenkomsten tot vervreemding
zijn vrijgesteld van de landbouwkundige toetsing. Om tot een
overzichtelijk en sluitend systeem te komen is het noodzakelijk
om ook deze overeenkomsten aan de grondkamer voor te leg
gen: de grondkamer verleent de goedkeuring echter zonder
nader onderzoek. Wel wordt onderzocht of een overeenkomst
onder één der vrijgestelde kategoriën valt. Het betreft de vol
gende overeenkomsten:
We moeten met zijn allen het lef hebben om wat aan
die te hoge grondprijzen te doen, verklaarde minister
van der Stee nog niet zo lang geleden.
Als eerste aanzet daartoe heeft hij de strijd tegen de
te hoge grondprijzen geopend door een tweetal no
ta's naar het Landbouwschap te sturen met de vraag
om daar binnen een maand hun mening over te ge
ven.
De nota betreffende de kriteria van landbouwkundi
ge toetsing, hebben we vorige week gepubliceerd. Nu
zullen we voor de goede orde de nota betreffende de
Wet vervreemding landbouwgronden publiceren.
Het antwoord is nu aan het Landbouwschap, maar of
die in staat zal zijn om over een maand al met een
eensluidend kommentaar en advies te komen is nog
niet duidelijk.
Grond is een "teer" onderwerp, waarbij ieder ingrij
pen. hoe dan ook voor de een of ander "pijn" doet,
om maar met Dr.Ir. Otto mee te praten.
Systeem van de Wet vervreemding landbouwgronden 2
Z oals in het bovenstaande vermeld, zal er een wet tot stand
dienen te komen die de landbouwkundige toetsing regelt. Deze
wet (te noemen Wet vervreemding landbouwgronden) zal te
vens het in de regeringsverklaring aangekondigde voorkeurs
recht regelen.
Met betrekking tot de inhoud van de wet bestaan de volgende
voornemens:
Kern van de landbouwkundige toetsing vormt de noodzakelijke
goedkeuring door de grondkamer van overeenkomsten tot ver
vreemding (eigendomsoverdracht en bezwaring met zakelijke
rechten) van land. Indien goedkeuring ontbreekt wordt een akte
tot vervreemding niet overgeschreven in de openbare registers,
dat wil zeggen: er kan niet geleverd worden. De goedkeuring
wordt verleend, indien degenen die de overeenkomst sluiten en
het land waarop de overeenkomst betrekking heeft, voldoen aan
de vereisten van de landbouwkundige toetsing.
Hiernaast zal de wet regelen bevatten met betrekking tot het
voorkeursrecht in daartoe aangewezen gebieden, alsmede met
betrekking tot een daaraan gekoppelde koopplicht. Tevens zal
een koopplicht worden geïntroduceerd, bedoeld om in situaties
waarin het stelsel van de landbouwkundige toetsing met zich
meebrengt, dat er onvoldoende serieuze gegadigden zijn, dan
wel indien gegadigden misbruik maken van hun positie, een
oplossing te bieden. De taken welke voortvloeien uit de toepas
sing van het voorkeursrecht en de koopplicht zullen worden
opgedragen aan de om te vormen Stichting Beheer Landbouw
gronden. De Stichting zal in de wet worden omgevormd tot het
bureau beheer landbouwgronden. De essentiële taak welke de
onderhavige wet met zich meebrengt maakt het noodzakelijk
om zorg te dragen voor een wettelijke regeling. Er zullen regelen
worden gesteld omtrent de wijze waarop het bureau verworven
land wederom moet vervreemden. Het bureau zal, evenals nu de
Stichting, een rol spelen in het kader van de Grondbank welke
eveneens zijn wettelijke raamwerk in de Wet vervreemding
landbouwgronden zal vinden. Bovenvermelde voorstellen zul
len eveneens een wijziging van de Pachtwet noodzakelijk ma
ken. De belangrijkste wijziging is h£t introduceren van een
landbouwkundige toetsing, die gelijkwaardig is aan die, welke
bij vervreemding van land plaatsvindt. Voorts zullen de bepa
lingen over de samenstelling van de grondkamer worden ge
wijzigd.
Landbouwkundige toetsing 3
oornaamste strekking van de Wet vervreemding landbouw
gronden zal zijn om door middel van een landbouwkundige
toetsing de vraag naar landbcuwgrond te beperken. Om een en
ander te bereiken is het onvoldoende een dergelijke toetsing
- overeenkomsten tussen bloed- of aanverwanten in de rechte
lijn of in de zijlijn tot de tweede graad of met een pleegkind;
- overeenkomsten tot scheiding en deling van een huwelijks
gemeenschap of een nalatenschap;
- overeenkomsten met het bureau beheer landbouwgronden,
en andere, nader aan te wijzen publiekrechtelijke lichamen
of in het algemeen belang werkzame rechtspersonen;
- overeenkomsten tussen pachter en verpachter ter uitoefe
ning van het voorkeursrecht;
- ruilverkavelingsovereenkomsten, die aan bepaalde, door de
Minister van Landbouw en Visserij te stellen vereisten vol
doen;
- overeenkomsten, waarbij de verwerver aannemelijk maakt,
dat het land voor andere dan landbouwkundige doeleinden
zal worden gebruikt, en uit een verklaring van burgemeester
en wethouders blijkt, dat dit gebruik niet in strijd is met een
bestemmings. plan of een voorbereidingsbesluit of herzie
ning van een bestaande bestemmingsplan;
- overeenkomsten met betrekking tot een landgoed
I ndien de grondkamer een overeenkomst niet goedkeurt, ver
klaart zij deze nietig bij een met redenen omklede beschikking.
Om het sluiten van overeenkomsten tot vervreemding van land
met zo weinig mogelijk onzekerheid te omgeven, zal de moge
lijkheid worden geschapen om ontwerp-overeenkomsten te la
ten toetsen.
Als sluitstuk van het systeem wordt de overschrijving in de
openbare registers gehanteerd. Indien een akte tot vervreem
ding niet wordt overgeschreven in de openbare registers bete
kent dit dat niet geleverd kan worden. Op deze wijze zal de wet
slechts in geringe mate nopen tot het stellen van strafrechtelijke
sancties. Om er zeker van te zijn, dat de kontrole door de Dienst
van het Kadaster en de Openbare Registers van eenvoudige
aard zal zijn, en niet zal leiden tot een vertraagde behandeling
van over te schrijven stukken, zal worden bepaald, dat een akte
tot vervreemding van land alleen wordt overgeschreven, indien
een notariële verklaring is opgenomen, dat de overeenkomst
goedgekeurd is.
In het bovenomschreven systeem is de openbare verkoop niet
verboden; wel dient de koper te voldoen aan de kriteria van de
landbouwkundige toetsing.
Alvorens de grondkamer de overeenkomst goedkeurt, wordt
deze getoetst aan de vereisten, welke bij of krachtens algemene
maatregel van bestuur zullen worden gesteld. Een zodanige
algemene maatregel van bestuur wordt niet vastgesteld, dan
nadat het Landbouwschap is gehoord.
Toetsingskriteria 4
bij vanuit dat de toetsingskriteria passen in een goed struk
tuurbeleid. Met andere wóórden de kriteria moeten de beoogde
strukturele ontwikkeling niet in de weg staan. Toelatingsdrem
pels tot de grondmarkt zijn derhalve niet hetzelfde als land-
bouwstrukturele kriteria.
Een voorbeeld: als men bijvoorbeeld een afstandskriterium
hanteert ten opzichte van het bedrijfsgebouw van de verkrijger
van de grond van 1 km, dan is dat bedoeld om diegenen die deze
maatstaf overschrijden als potentiële vragers te weren. De
achtergrond is daarbij de relatieve veronderstelling, dat grond
dichter bij de bedrijfs. gebouwen gunstiger is dan ver af. Daarbij
is derhalve niet uitgesproken, dat alle gegadigden, wier be
drijfsgebouwen verder weg liggen dan 1 km landbouwstruktu-
reel onaanvaardbaar zijn. Ook wil dat niet zeggen, dat alle
gegadigden binnen de 1 km tot landbouwstruktureel gunstige
resultaten zouden komen. Ook binnen een dergelijk toetsings-
kriterium blijft ruimte voor eigen landbouwstrukturele normen
voor bedrijfsbeëindigingsbeleid, bedrijfsontwikkelingsbeleid,
grondbankbeleid, e.d.
Dit alles overwegend, zullen aan de toetsingskriteria de volgen
de eisen dienen te worden gesteld:
- Kwantitatieve kriteria noodzakelijk. De Pachtwet kent ook
kriteria van landbouwkundige toetsing, die echter in de
praktijk niet worden toegepast. Slechts dwingende toetsing
aan gekwantificeerde kriteria kan wezenlijk beperkend wer
ken op de vraag
- Kontroleerbaarheid van de kriteria. Het is uiteraard niet de
bedoeling van landbouwkundige toetsing het grondverkeer
ernstig te vertragen. Bij het opstellen van kriteria is het
daarom van belang of men van de (potentiële) koper rede
lijkerwijs kan verlangen, dat hij officiële bescheiden ter
kontrole overlegt, dan wel dat de grondkamer daar gemak
kelijk over kan beschikken.
Voorkeursrecht 5
Indien het bureau geen gebruik maakt van het aanbod gelden
weer de normale regels van de landbouwkundige toetsing. Op
deze wijze wordt voorkomen dat het beoogde effekt van de
landbouwkundige toetsing teniet wordt gedaan door konkur-
rentie tussen agrariërs en het bureau beheer landbouwgronden.
De regeling van het voorkeursrecht voor het bureau beheer
landbouwgronden beoogt zoveel mogelijk rekening te houden
met zowel de belangen van de landeigenaren, als met de belan
gen van de overheid.
Het voorkeursrecht richt zich tot eigenaren van land die, zonder
enige dwang van overheidswege, uit eigen verkiezing hun land
wensen te vervreemden dat onder het voorkeursrecht valt. Deze
eigenaren zullen verplicht zijn, hun voornemen aan het bureau
ter kennis te brengen, en het bij voorrang in de gelegenheid te
stellen tot de verwerving van het land tegen een nader overeen te
komen prijs. De verwerving zal dan, indien het bureau van de
geboden gelegenheid gebruik maakt, plaatshebben op basis van
onderhandelingen, waarbij de vervreemder te allen tijde de
vrijheid heeft alsnog van de beoogde transaktie af te zien.
Met nadruk zij erop gewezen, dat het zwaartepunt van de rege
ling is gelegen in de verplichting van de eigenaren, het bureau
bij voorrang de gelegenheid te geven tot verwerving. De in dat
verband te treffen formele en procedurele voorschriften, onder
meer met betrekking tot de mogelijkheid de prijs te doen bepa
len door middel van taxatie van deskundigen en een nadere
uitspraak van de rechter, laten geheel onverlet de vrijheid van
partijen, hun onderhandelingen te voeren naar eigen inzicht en
op meer informele wijze, zoals dit ook thans pleegt te gebeuren.
Het vorenstaande betekent, dat het voorkeursrecht niet is te zien
als een nieuwe, vereenvowdigde vorm van onteigening ten al
gemene nutte, ontdaan van de daarvoor geldende procedure
voorschriften en rechtswaarborgen. De bij een onteigening ve
reiste noodzaak tot verwerving op korte termijn behoeft bij de
totstandkoming en uitoefening van het voorkeursrecht dan ook
geenszins aanwezig te zijn.
Indien het tot prijsbepaling aan de hand van taxatie van des
kundigen en eventueel een rechterlijk uitspraak komt, dient de
waarderingsmaatstaf gelijk te zijn aan die, welke ingevolge ar
tikel 40 van de Onteigeningswet wordt toegepast. Het voor
keursrecht zal gelden in daartoe bij algemene maatregel van
bestuur aan te wijzen gebieden. Hierbij wordt gedacht aan lan-
dinrichtingsgebieden, of gedeelten daarvan, waardevolle agra
rische kuituurlandschappen die door de Regering worden aan
gewezen als reservaats gebied en andere bij planologische
kernbeslissing aan te wijzen gebieden.
Analoog aan de regeling van de landbouwkwndige toetsing
keurt de grondkamer overeenkomsten tot vervreemding van
land slechts goed, indien voldaan is aan de verplichtingen die
voortvloeien uit het voorkeursrecht. Voorzien zal worden in
"goedkeuring zonder nader onderzoek" van een aantal groepen
van overeenkomsten, grotendeels conform de bepaling hierom
trent bij de landbouwkundige toetsing.
Koopplicht van het bureau beheer landbouwgronden 6
Het bureau gaat het land tijdelijk beheren en zoekt zo snel
mogelijk een passende kandidaat.
vervolg op pagina 9
8