Wat kost de jongveeopfok van kalf tot vaars? ffiouwscïüp Kort verslag vergadering Gewestelijke Raad in Noord-Brabant D D e kosten van een hoogdrachtige vaars zijn te benaderen op twee wijzen. D eze zijn weergegeven in tabel 2, tot een leeftijd van ruim 2 jaar. ing. H. van Lier (Consulentschap voor de Rundveehouderij en de Akkerbouw te Eindhoven.) eze vraag is aktueel, mede omdat er meerdere mogelijkheden zijn om jongvee op te fokken. Meestal vindt de opfok plaats op het eigen bedrijf, doch een toenemend aantal melkveehouders besteedt de jongveever zorging uit. Bij het uitbesteden weet men precies wat de kosten van een vaars zijn. Vindt de opfok op het eigen bedrijf plaats, dan wordt het moeilijk om de kosten te bepalen. Dit is mogelijk oök een oorzaak waarom er (te) veel jongvee wordt aangehouden. a. Door vaststelling van alle uitgaven, zoals: krachtvoer, kunstmest, ziektebestrijding e.a. voor het jongvee en verder door het bepalen van de te berekenen kosten, zoals: grond, huisvesting, werktuigen, het nuchter kalf e.a. De kosten van de dieren die dood gaan of niet drachtig worden, moeten mee gerekend worden. De eventuele opbrengst hiervan kan in mindering worden gebracht op de kosten. Het is niet eenvoudig om deze kosten pre cies af te zonderen van de totale kosten op een melkveebedrijf. b. Door te bepalen wat de opbrengst is van de extra koeien die gehouden kunnen worden in plaats van het jongvee. De alternatieve kosten onder punt b zijn vooral van belang wanneer grote investeringen moe "Groei en ontwikkeling van jongvee bepalen mede op welke leeftijd de vaars kan afkalven." Dit heeft tot gevolg dat de bedrijfsresultaten dan tegenvallen. Op een aantal bedrijven hoort jongvee kennelijk niet thuis. Wanneer men het jongvee op het eigen bedrijf houdt, kost dit veel inspanning om een goed resultaat te krijgen. Vooral als de huisvesting niet ideaal is. Hieraan valt veel te verbeteren. Er zijn echter ook vele goede voorbeelden in de praktijk. De extra zorgen aan het jongvee worden goed betaald. De tekorten aan een optimale verzorging kos ten uiteindelijk veel geld. Het rendement van het aangehouden jongvee is meestal veel lager dan van de melkkoeien. Dit is vast te stellen uit de deelboekhoudingen van de melkveehouderijbedrijven. Op bedrijven met melkvee en jongvee blijkt jaarlijks weer dat het resultaat per ha berekend, duidelijk wordt bepaald door de omvang van de jongveestapel. Bij minder jongvee in ver houding tot de melkkoeien wordt een evenre dig beter resultaat verkregen van de schaarse grond. door derden, blijkt dit nooit te duur te zijn, als in plaats van het eigen jongvee meer goedpro- duktieve melkkoeien worden gehouden. Voor al voor de bedrijven waar dit mogelijk is en die nog moeten investeren in de melkveehouderij, is dit het overwegen meer dan waard. Hiermede zijn dan de problemen van het jongvee op eigen bedrijven opgelost. Bij de beslissing hieromtrent zullen vaak wel wat ge voelsargumenten overwonnen moeten worden. Het zijn vooral deze argumenten die een max imaal bedrijfsresultaat verhinderen. Jongvee is noodzakelijk voor de vervanging van melkkoeien. Het is de moeite waard om na te denken op welke wijze het beste kan worden voorzien in hoogdrachtige vaarzen. Van be drijven die gegevens hebben via een deelboek- houding valt hieromtrent veel te leren. De opfokkosten zijn het laagst bij een jonge afkalfleeftijd van 2 jaar. Dit is mogelijk bij een goede verzorging en onder gunstige om standigheden. In de praktijk kan hieraan nog veel verbeterd worden, met als resultaat een hoger inkomen. ten plaatsvinden om het melkvee beter te huisvesten, te melken en te verzorgen. Voor een goed rendement van deze steeds duurder wor dende voorzieningen moeten ook steeds meer koeien worden gehouden als gevolg van de minder evenredige stijging van de melkprijs. De kosten van een hoogdrachtige vaars zijn vooral afhankelijk van de leeftijd. De gemid delde afkalfleeftijd ligt bij MRIJ-vaarzen op 2 jaar en 5 maanden. Bij een ideale verzorging kan deze teruggebracht worden met 3 4 maanden. De dieren die op jongere leeftijd afkalven zul len toch normaal uitgroeien op basis van de erfelijke aanleg. De verschillen in de opfokre- sultaten zijn zeer groot, hetgeen valt af te leiden uit de afkalfleeftijd van de vaarzen. Omtrent de uitval en de voerkosten zijn weinig eksakte ge gevens bekend. Uit globale waarnemingen is wel bekend dat deze kostenposten soms zeer hoog zijn. Resultaten van bedrijven met en zonder jongvee op eigen bedrijf. 1976/1977 zonder met jongvee jongvee 1975/1976 zonder met jongvee jongvee 1Opp. grasland voedergewassen 2. Aantal melkkoeien 3. jongvee 4. Kg melk per koe per jaar 5. Aantal g.v.e. per ha 6. Saldo opbr. minus voerkosten/ha 7. Verschil in saldo per ha 27,41 26,49 80,2 58,6 7,6 67,7 5273 5233 2,68 2,91 5.409 4.773 636 26,42 26,19 70,9 57,5 4,0 70,0 5197 5232 2,69 2,91 6.538 5.667 871 Meestal zijn er wel enkele dieren aanwezig of tijdelijk Het saldo opbrengst minus voerkosten per ha is steeds het hoogst wanneer geen jongvee bij de melkkoeien wordt gehouden, zie tabel 1 met gegevens over 2 afgelopen jaren. De melkproduktie is vrijwel gelijk; derhalve is het verschil toe te schrijven aan de invloed van het aanwezige jongvee. Bij een gelijke veebe zetting per ha, zou het verschil nog 300,— k f 400,— hoger zijn. De specialisatie binnen de melkveehouderij biedt ook na korrektie van enkele kleine kostenposten duidelijk grote voordelen. Bij een verschil van 700,— saldo per ha is dit bij de omvang zoals in tabel 1 per bedrijf 18.000,— meer inkomen, zonder jongvee. De jaarlijkse vervanging bij deze omvang is 18 melkkoeien. De opfok op het eigen bedrijf van de 18 benodigde vaarzen kost in feite dus 18.000,— extra, boven de reeds in de resul taten opgenomen kosten. Dit is dus 1.000,— per vaars extra. Als men de keuze heeft om meer koeien te houden in plaats van jongvee worden de eigen vaarzen wel erg duur. De kosten van een vaars bij centrale opfok van jongvee Deze kosten komen globaal overeen met de marktprijs van goede hoogdrachtige vaarzen. De kalveren van de beste koeien zijn deze op fokkosten altijd waard. Ondanks de niet gerin ge kosten voor vaarzen door aankoop of opfok TABEL 2 Basis: dagvergoeding vanaf 1 november 1977, a 2,59 per dier per dag. Op bedrijf van 27 ha met 82,4 kalf aanvoeren en 75 vaarzen afleveren. Verdeling betaalde kosten Kunstmelk 27 kg 1,97 krachtvoer: baby 143 kg 0,61 A-brok 332 kg i f 0,48 overig (stro) ziektebestrijding dekgeld (stier) per aange- per afgel. voerd kalf vaars 53 f 58 87 96 159 176 20 22 60 66 9 Grasland en voederwinning, 6 dieren per ha en 2,75 vaarzen afleveren per ha per ha bemesting 585 inzaaien en afrastering 164 loonwerk: zand en plastic 97 inkuilen 177% 310 mestrijden 88 hooi persen 17% 18 totaal 1.262 2,75 grondkosten k 1.075:2,75 gebouwen 18.270:75 werktuigen 13.324 75 algemene kosten 7.714:75 arbeid totaal te betalen bij: waarde kalf rente vermogen kosten van een vaars 459 391 244 178 103 225 2.027 425 f 238 2.690 uitvalrisiko opbrengst uitval. De arbeidskosten vormen de sluitpost om een gelijk inkomen te verkrijgen als de melkveehouder. Seizoenenkontrole-objekten 1977 van de Algemene Inspektie Dienst In dit schrijven wordt melding gemaakt van de kontroleresulta- ten van enkele specifieke landbouwkontroleobjekten in de pro vincie Noord-Brabant over 1977. Hierin zijn genoemd de Ve rordeningen Vergelingsziekte Bieten met 106 overtreders, Wilde haver met 23 overtreders, Coloradokevers met 14 overtreders, Akkerdistel met 5 behandelende klachten en Aardappelmoe heid met 117 overtredingen. De Gewestelijke Raad ziet hierin aanleiding om inzake de ve rordening Vergelingsziekte Bieten en de Akkerdistelverorde- ning zorg te dragen voor een voorlichtingsartikel in de land bouwbladen. Beheersregelingen Het Landbouwschap Den Haag heeft voor de agrarische leden van de Advieskommissie een voorlichtingsbijeenkomst gehou den. Ter ondersteuning vah hun moeilijke taak in de Advies kommissie zullen ook voorbesprekingen met deze agrarische leden worden gehouden. De verwachting is, dat voor de zomer voor het gebied van de Mortelen in de ruilverkaveling Oirschot-Best een koncept-ont- werp beheersplan gereed komt. Dit konceptontwerp beheer splan, dat samengesteld wordt door de Advieskommissie en de goedkeuring nodig heeft van de Direkteur van de Stichting Beheer Landbouwgronden, zal de beheersmaatregelen bevatten alsmede de daar tegenover te stellen vergoedingen. Arbeidsomstandighedenwet Naar aanleiding van de behandeling in de Tweede Kamer van de ontwerp-arbeidsomstandighedenwet, welke in de plaats zal komen van onder andere de Veiligheidswet 1934, heeft het Landbouwschap Den Haag de nota Organisatie Veiligheids- werk in Land- en Tuinbouw samengesteld. Deze nota is erop gericht om de zorg voor de veiligheid en de gezondheid in de bedrijfstak zodanig te reorganiseren dat aangesloten kan wor den bij de nieuwe Arbeidsomstandighedenwet. De vergadering is van mening dat vooral landelijk gehandeld zal dienen te worden, terwijl de provinciale taak in deze kan worden uit geoefend voor de Kommissie Landbouwambachten, tesamen met de Arbeidsinspektie en het A.S.F. Bestrijding schade door duiven aan landbouwgewassen Op 16 februari 1978 had te Roosendaal de jaarlijkse bespreking plaats met vertegenwoordigers van de landbouworganisaties, de Bond van Postduivenhouders, Faunabeheer en het sekretariaat van de Gewestelijke Raad. De ophokplicht voor postduiven is vastgesteld voor de periode 3 april tot en met 26 mei 1978 en geldt van 8.00 - 17.00 uur, behoudens voor zon- en feestdagen en 1 mei. Men konstateert de afgelopen jaren in toenemende mate grote schade van verwilderde duiven en postduiven, die door middel van afschot niet voldoende bestreden kan worden. Nagegaan zal worden of het mogelijk is om op grote schaal over te gaan tot het vangen van duiven. Omdat ook in woonkernen overlast en schade wordt ondervonden, zouden de kosten door de Overheid gedragen dienen te worden. Hinderwetproblematiek op agrarische bedrijven Door de Gewestelijke Raad is destijds een werkgroep ingesteld, die konkludeert, dat de problemen steeds groter zullen worden naarmate de beoordeling zwaarder wordt en de bedrijfsomvang in de intensieve veehouderij groter. Voor de oplossing van de bestaande problemen staan op dit moment geen pasklare middelen ten dienste, doch kan voor enkele gevallen gebruik worden gemaakt van bestaande rege lingen. De Gewestelijke Raad was van mening dat de nota een goed beeld gaf van de ernst van de problematiek. De aanbeve lingen in de nota om de problemen op te lossen verdienen aandacht en diskussie in ruime kring. Bestemmingsplannen In het kader van het vooroverleg zijn ontvangen: - beleidsstudie centrale afvalverwerking Stadsgewest Tilburg - bestemmingsplannen voor het buitengebied van de ge meenten Beek en Donk, Den Dungen èn Aarle-Rixtel. Tegen het ontwerp-bestemmingsplan "Buitengebied Noord" van de gemeente Den Dungen is bezwaar ingediend .bij de Raad. Het ter visie gelegde bestemmingsplan "Buitengebied" van de gemeente Bladel en Netersel, waarover intensief vooroverleg was gepleegd, gaf geen aanleiding tot het indienen van een bezwaarschrift. Bij gedeputeerde Staten is bezwaar gemaakt tegen het vastge stelde bestemmingsplan "Buitengebied" van de gemeente So en Breugel.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1978 | | pagina 15