n TUIN
'-r
X—
W.
E
KLAN
BOUW
KEN
Einde van het vergaderseizoen!
De lente is in aantocht
Nog veel werk in de boomgaard
DIM6EM VAM DE WEEK
D,
D
t v
Met de intrede van de maand Maart, is er praktisch in ons
Thoolse distrikt ook een eind gekomen aan de diverse stands- en
jaarvergaderingen. Gemiddeld hebben wij in ons gebied toch
niet te klagen gehad voor slechte opkomst van de leden. Wan
neer men in aanmerking neemt hoe of het ondernemersaantal in
enkele tientalle jaren is afgenomen, kan men niet meer verlan
gen, dat geregeld de vergaderzalen zoals vroeger, afgeladen vol
zijn. Van een goede opkomst kan men werkelijk wel spreken,
wanneer men daar de personen aantreft, die nagenoeg of geheel,
hun inkomen moeten behalen uit de agrarische sektor. In het
afgelopen vergaderseizoen trok het ook onze aandacht, dat er
naast de oudere kollega's, toch ook naar verhouding, het jongere
geslacht goed vertegenwoordigd was. De stemming op veel
vergaderavonden was echter dikwijls wat aan de pessimistische
kant, wat wel te verklaren is uit de voor 1977 teleurstellende
bedrijfsuitkomsten. Hiermee in verband, zit het bij velen ook
wat dwars, dat de voedselproducent zo gemakkelijk door het
staatsbestel in de hoek geschoven wordt waar de financiële
klappen het eerst komen. Nu wordt er op een standsorganisatie
vergadering, door de leden dikwijls terecht iets verwacht. Wordt
er een lichtpunt ontstoken om uit het slop te geraken? Wanneer
men zich echter als praktiserend ondernemer, teveel door pes
simisme laat leiden, dan is dit dikwijls een slechte raadgever.
Terecht wees kortgeleden nog een inleider op een Z.L.M. ver
gadering, op de nu bij velen heersende wat apatische stemming
onder de aanwezigen. Van horen zeggen wist hij, dat uit de
misère van de dertiger jaren, en de wederopbouw van de na de
oorlog met zijn verzilte bouwgrond, en uit ervaring met de
watersnood ramp, met zijn daarop gevolgde bedrijfsherverka-
veling, wat er toen toch gelukkig nog aan ondernemersenergie;
óók onder de Thoolse bedrijfsgenoten aanwezig was. Zijn toen
ook niet, na bovengenoemde tegenslagen, door de mensen die
wisten wat zij wil, de overwinningen behaald? Men kan hier
tegen in brengen dat voor bovenaangehaalde moeilijkheden de
bedrijfsondernemers van toen, het vaste geloof hadden, in het
slagen van hun streven, maar is dan nu in 1978, alle geloof in de
toekomst verdwenen? De werkelijkheid van het heden noopt
ons toch echter te moeten konstateren, dat het zelfstandig be
staan niet op eenjyo/dje gegeven wordt. Het jnoet toch njet zo
zijn, dat in - het "ekonomisch geleide tijdperk" waarin wij
leven, de sterken alléén overlevenden zijn? Gelukkig wordt er
toch steeds méér merkbaar, aandacht besteed aan het feit, dat
een regering niet blijvend straffeloos een zekere bevolkings
groep ten achter stelt bij de grote massa. Door steeds meer,
daarypor bevoegde instellingen, wordt aan verbetering gewerkt,
van de bestaanszekerheid van deze onmisbare bevolkingsgroep
te verstevigen. Hierdoor juist kan men het geloof behouden, dat
ondanks de nu nog heersende tegenstroom, éénmaal het getij
kan keren, afztfl de oplossing niet altijd geweèst zijn, waar wij
het voor houden.
Op Zuid-Beveland kun je nu het voorjaar ruiken. Na de vrij late
en nog onverwachts pittige vorstperiode is het zacht weer ge
worden. De grond is nog koud, maar bovengronds is de tempe
ratuur nu zo mild dat er weer vlugieven in de natuur zal komen.
De eerste krokussen zijn al gesignaleerd en de narcissen kruipen
uit hun schulp, wat trouwens voor eind februari - begin maart
Een plotselinge doorzettende dooi heeft in de laatste dagen van
februari een abrupt einde aan de korte vorstperiode gemaakt.
Op Schouwen-Duiveland was bij veel agrariërs een langere
vorstperiode welkom geweest. Het prijspeil van enkele grove
groenten is tijdens deze vorstperiode behoorlijk gestegen, om na
de stijging van temperatuur weer op het oude niveau terug te
keren. Door een te groot aanbod zit het dit jaar, flink fout in
deze hoek van de tuinbouw en duidelijke tekens van enig
marktherstel zijn niet aanwijsbaar. Het lijkt soms of een produkt
te goedkoop kan zijn, om door de huisvrouw gekocht te worden.
Wanneer er berichten in de nieuwsmedia verschijnen over te
verwachten schaarste of dit nu aardappelen, koffie of verse
groenten zijn, dan heeft dit direkt een stimulering van de vraag
tot gevolg. Bij een overschot situatie is het als telers juist oppas
sen om de afzet zelf niet te bemoeilijken door te veel de over
schotsituatie aan de grote klok de hangen.
De verse teelten van kassla en witlof doen het gelukkig deze
winter weer goed. Vooral bij het laatst genoemde produkt stemt
dit tot tevredenheid. De teeltuitbreiding van witlofwortels in
1977, maakte dat in november met enig wantrouwen deze markt
werd beoordeeld. Tot nu toe is deze afzet gunstig verlopen. Op
de veiling Z.H.Z. zijn dagelijks aanvoeren van rond de 40.000
kg. Een deel wordt in eenmalig fust aangevoerd en vindt hier
door gemakkelijk zijn weg naar het buitenland. Volgens des
kundigen lijkt uitbreiding van deze teelt nog verantwoord. Zelfs
bij een aanvoer van 70 80 duizend kilo op deze veiling, zou nog
voldoende vraag aanwezig zijn om tegen een redelijke prijs het
lof af te zetten. Juist in onze regio die qua grond en bedrijfstype
gunstig gelegen zijn verdient deze teelt, die de laatste jaren
teelttechnisch grote vorderingen maakt, zeker onze aandacht.
Intussen ligt het voorjaar weer al dicht bij ons. In de maand
maart worden als de grond het toelaat verschillende vroege
gewassen aan de aarde toevertrouwd.
Bij de fruittelers vindt de snoei gestaag voortgang. Doordat de
bloemknoppen bij de peren nu duidelijk zichtbaar worden, zijn
veel telers in dit gewas aan het snoeien. Het aantal bloemknop
pen varieert al naar gelang vorig jaar de kilo-opbrengst was.
Een teveel van vorig jaar betekent nu een te weinig.
Snoeihout snipperen, onkruidbestrijding en kunstmeststrooien
onderbreken bij gunstig weer deze arneidsintensieve kuituur-
maatregel.
De fruitafzet gebeurt op een behoorlijk prijsniveau, al voldoet
het niet aan de verwachtingen die veel telers zich bij de pluk
gemaakt hebben. We hebben de indruk dat de voorraden in
onze streek verder geruimd zijn dan in de 2 achterliggende jaren.
Bij de Winston valt de maat bij het sorteren in veel gevallen
tegen. Ondanks veel dunwerk bleek bij de pluk dat de vruchten
gemiddeld kleiner waren dan wenselijk was. Bij het sorteren
wordt dit probleem extra onderstreept. Als gevolg hiervan is het
prijsverschil tussen de grote en de kleine maten groot. De ge
middelde prijs valt hierdoor tegen. De Golden Delicious doet
het relatief beter. Het seizoen '77-'78 zal ons leren hoeveel
marktruimte er is voor de soms wel verguisde Golden. Met
belangstelling zien we de verdere ontwikkeling rond aanvoer en
prijszetting van het resterende bewaarfruit.
Het gevaar van overproduktie bij gunstige teeltomstandigheden
blijft aanwezig. Een subsidie op renovatie van verouderde
boomgaarden, schuift de problemen alleen maar voor ons
uit. Telers die de laatste 10 jaar op tijd vernieuwd hebben wor
den er weinig wijzer van. In Zeeland waar verhoudingsgewijs
veel is vernieuwd, is het nut van deze subsidie geringer dan in
andere delen van de EEG. Door sommige fruittelers wordt
gesteld dat dit de enige manier is om van de "overheid" een
subsidie los te krijgen die speciaal op de fruitteelt gericht is.
Wanneer straks toch in andere delen van de EEG gebruik wordt
gemaakt van herinplant subsidies, hopen wij echter op dezelfde
manier behandeld te worden om onze konkurrentie positie niet
te ondergraven. Gelijke monniken, gelijke kappen.
een normale tijd is. De pereknoppen zijn ook aan het zwellen en
komen geleidelijk duidelijker voor de dag. In 't algemeen vinden
we de pereknoppen vaak wat magertjes, wat armetierig. We zien
liever van die forse, zware knoppen. We hebben de indruk dat
het weer tijdens de bloei van de peren gunstig zal moeten zijn
voor een redelijke vruchtzetting. Maar misschien valt het alle
maal mee, zoals het in 't verleden ook vaak gunstiger afliep dan
tevoren werd verwacht. Denk b.v. aan een paar jaar geleden,
toen de eerste perebloesem al in februari voor de dag kwam.
Voor de appelknoppen behoeven we ons geen zorgen te maken
ofjiet zou moeten zijn dat de bloei zo overvloedig zal wezen, dat
het wat veel van de krachten van de bomen zal vergen. Want na
de kleine oogst van vorig seizoen zal de bloei zeer rijk zijn. We
menen dat de knoppen ook "sterk" zullen zijn, zodat ze een
stootje kunnen velen.
De snoei begint nu op te schieten. De dagen worden langer en
daardoor stijgt de dagelijkse arbeidsproduktie. Er moet nog veel
gebeuren, maar gemiddeld zijn de meesten eerder voor dan
achter, vergeleken met voorgaande jaren. Maar de snoei blijft
een hele kluif. Anders kun je met een trekker plus spuit en
cirkelmaaier enorm veel doen maar de snoei is en blijft een
kwestie van aparte behandeling boom voor boom.
Door het zachte winterweer is de kanker nauwelijks tot rust
gekomen. De zwam woekerde de hele winter door zoals je aan
het uitpuilende "verse" zieke weefsel kon zien. Moeten we in
zo'n winter nu en dan spuiten om de verse snoeiwonden te
desinfekteren?
Het schijnt dat de veilingen weer over samenwerken gaan pra
ten. Een goed idee, hoewel niet bepaald origineel. We begrijpen
trouwens niet wat er veranderd is sinds de laatste fusiebespre
kingen op niets uitliepen. Of het moest zijn dat door de ver
plichtingen voor koelhuisvernieuwing de zaak onoverzichte
lijker is geworden, althans de aansprakelijkheid groter. Voor
een goed begrip, we hopen oprecht dat het tot een fusie komt,
want het is duidelijk dat apart verder gaan op den duur uiterst
nadelige gevolgen zal hebben voor de kosten en vooral voor de
prijsvorming. Een paar cent per kilo meer of minder mag niet
veel lijken, maar het kan wel beslissend zijn voor winst of verlies.
Velen zijn hoopvol gestemd omdat ze het laatste jaar goed
geboerd hebben met een redelijke oogst en gunstige -prijzen.
Maar als er na de zeer kleine appeloogst in de EEG straks weer
een topoogst zou volgen kunnen de prijzen weer benauwend
laag zakken. We zijn nog niet overtuigd van een definitief her
stel in de fruitteelt. Daarom zijn we ook niet blij met een EEG
premie ter bevordering van nieuwe aanplant. Zou er werkelijk
in een normaal jaar sprake zijn van een fruittekort?
De berichten over een rekord-invoer van appels uit het zuidelijk
halfrond nemen toe. Over enkele weken kunnen de eerste Chi-
lenen en Argentijnen weer worden verwacht. Er schijnen geen
afspraken gemaakt te zijn voor beperking zodat ongelimiteerd
kan worden ingevoerd. Hoogstens wil men een verbod voor
inklaring na een bepaalde datum, om te voorkomen dat onze
zomerappels in de knel komen. Wat men kwijt wil zal men
echter wel voor die datum spuien, want er is koelruimte genoeg
in dat deel van het jaar.
Als we nog eens overlezen wat we in deze bijdrage schreven, is er
veel negatief naar voren gebracht. Onbewust wat pessimistisch
ondanks het voorjaarsweer. Skeptisch tegenover de nieuwe fu
siebesprekingen, gereserveerd ten opzichte van een blijvend
herstel van de fruitprijzen, bezorgd over te veel import van
Granny Smith, enz. We erkennen dat dit niet de juiste houding
is. Zo kan b.v. op de samenwerkingsbesprekingen ieder vei
linglid, meer of minder invloed uitoefenen. Laten we dat doen
in positieve zin!
e vorige week hebt u in dit blad een eerste reaktie kunnen
lezen op het zgn. rapport Hofstra dat toen juist was bekend
gemaakt. Ondertussen is er al veel over gezegd en geschreven en
dat zal zonder twijfel in de komende tijd nog vaker gebeuren want
het gaat om een aantal ingrijpende zaken. Het rapport is opge
steld door Prof.Mr.H J.Hofstra en hij heeft dat gedaan in op
dracht van het Ministerie van Financiën. We hebben begrepen
dat hij er drie jaar aan heeft gewerkt. Het ging om uitgewerkte
wetsvoorstellen voor een volledige herziening van de belasting
heffing op bedrijfswinsten en inkomens om de gevolgen van de
inflatie te neutraliseren. Het is een bekend feit dat de inflatie nog
al wat invloed heeft op de belastingheffing. De affaire van de
koopsompolissen waar velen het ook zo druk over hebben, i&
o.m. een direkt gevolg van de inflatie. Wat Prof.Mr. Hofstra
voorstelt dient om burgers en ondernemingen bescherming te
bieden tegen belasting van schijnwinsten maar ook om te voor
komen dat er door de inflatie teveel van de belastbare inkomens
wordt afgetrokken.
Wanneer er geen belastingheffing meer plaatsvindt over schijn
winsten zal dat de overheid geld kosten maar er staat tegenover
dat wanneer men minder mogelijkheden biedt om renteschulden
af te trekken, dat voor de overheid geld opbrengt.
e behoeven niet direkt ongerust te zijn dat het huidige
kabinet maatregelen zal nemen die tegen de belangen van de
ondernemingen in gaan. Er zijn reeds tijdelijke maatregelen be
kend gemaakt om een tegemoetkoming te doen aan de onderne
mingen en de kleine vermogensbezitters. De kleine spaarders
hebben enig soulaas gekregen ten aanzien van de zeer onbillijke
belasting van rente van hun spaartegoeden. Aan de andere kant
hebben we begrepen dat de regering nog wel even zal aankijken
tegen de voorstellen om de voordelen van de inflatie voor de
gewone burger die geld heeft geleend, te niet te doen. Vooral
hierover is het nodige te doen. In het rapport Hofstra wordt
gesteld dat het inflatiepercentage van de rente die men moet
betalen voor b.v. de aankoop van een woning, niet meegeteld mag
worden voor de aftrek voor de belastingen. Hiervoor is dan een
tabel opgezet waarop we nu niet nader zullen ingaan. De logica in
de gedachtengang zit er zeker in. Aan de andere kant is ook een
bekend feit dat zeer velen in de afgelopen jaren hebben leren
leven met de inflatie en op grond hiervan zijn beslissingen geno
men waarvan het ongedaan maken van fiskale belastingaftrek,
een zware schok teweeg zou brengen. Door de inflatie en door de
mogelijkheden de belasting er aan mee te laten betalen, zijn er
investeringen gedaan die nagelaten zouden zijn wanneer die af
trek mogelijkheden er niet waren geweest. Het zou niet reeël zijn
daar nu zonder meer een eind aan te maken, nog afgezien van de
enorme weerslag die dit zou hebben op vele direkte investeringen.
Het zouden juist de zwaksten in de samenleving zijn welke hier
door het zwaarst gedupeerd zouden worden en we nemen aan dat
onze huidige regering zich dat niet zal kunnen permitteren.
Bij de indiening van het rapport in de Tweede Kamer heeft de
minister van Financiën erg duidelijk gesteld dat hetgeen wordt
voorgesteld een uiterst zorgvuldige beoordeling en afweging
vraagt waarbij men ook wel betrekking de reakties uit. de sa
menleving. Tevens werd er bij gezegd dat wanneer het tot invoe
ring zou komen van de verminderde aftrek van renteschulden,
afhankelijk van het inflatietempo, een zeer ruime overgangster
mijn noodzakelijk zal zijn.
Het is een zaak die ook onzerzijds zeer nauwlettend gevolgd zal
moeten worden want velen uit onze bedrijfstak behoren tot de
genen die het grootste belang hebben bij het kunnen volgen van
de lijn ten aanzien van rente aftrek zoals die in het verleden werd
gevolgd.
en andere zaak die de afgelopen week in het nieuws stond was
de vlotte wijze waarop de soc. afdeling van het Landbouw
schap het in principe eens is geworden over een nieuwe c.a.o. voor
land- en tuinbouw. We hebben begrepen dat men ook in onze
bedrijfstak een begin wil maken met de vrijwillig vervroegde
uittreding van 64jarigen terwijl de vakantietoeslag berekening
eenvoudiger wordt, want het zal nu een maandloon zijn.
Het aantal vakantiedagen zou 21 worden.
We lazen ook dat de KNLC vertegenwoordigers nog niet hebben
ingestemd met het akkoord maar eerst beraad wensen in eigen
kring.
ezer dagen heeft Ir. J.E.C. Spithoven de funktie aanvaard van
voorzitter van het Produktschap voor Groenten en Fruit en
voorzitter van het Produktschap voor siergewassen.
Bij die gelegenheid heeft hij een rede uitgesproken waarin nader
werd ingegaan op de enorme betekenis van de tuinbouw in ons
land. Er zijn in de Nederlandse tuinbouw meer dan 30.000 on
dernemers en zij presteren het om op een oppervlakte grond die 5
- 6% van onze kultuurgrond inneemt, produkten te telen tot een
waarde van 4,7 miljard gulden. Siergewassen en groenten en fruit
waren ook in 1977 weer belangrijke groeisektoren voor wat be
treft de exportontwikkeling. De heer Spithoven wees in zijn rede
ook op het gevaar dat de tuinder het als vanzelfsprekend gaat
beschouwen wat er allemaal is bereikt in ons land op het terrein
van onderzoek, kwaliteitsverbetering, propaganda, marketing
enz. De individuele tuinder realiseert zich meestal niet wat er
elke dag komt kijken om in stand te houden wat voor de toekomst
nodig zal zijn om de voorsprong van de Nederlandse tuinbouw te
behouden.
In dit verband deed hij een dringende oproep om eendrachtige
samenwerking op vele terreinen. Om hiertoe een bijdrage te
leveren zijn de twee Produktschappen thans onder één direkte
leiding geplaatst.
23