Wim C. Sinke
manifesteert de
voorde 19e keer!!
z.l.m.
w at moet je brengen tijdens die tentoon-
stellingsdagen! Kijk we hebben er op één uit
zondering na altijd ook de levende have bij
betrokken. Dat wordt enorm gewaardeerd. Eén
keer is dat niet gebeurd, zegt Wim. Dat viel
bijzonder slecht bij het publiek. Landbouw
werktuigen was ook altijd een grote trekpleis
ter. Vooral in vroeger dagen toen de mobiliteit
van de bevolking nog niet zo groot was, funk-
tioneerde zo'n werktuigententoonstelling dui
delijk als een voorlichtingsbeurs.
M aar zo'n manifestatie kpmt niet uit de
lucht vallen. De organisatie vereist heel wat
voorbereidingen. Denk en plan werk. Kontak
ten die gelegd moeten worden. Kortom de
bouwstenen voor het welslagen van een mani
festatie moeten één voor één worden aange
dragen en daarna dusdanig opelkaar worden
gemetseld dat er een stevig bouwwerk ontstaat
dat alle aktiviteiten van zo'n evenement veilig
huisvest.
V
I k vind het nog altijd jammer, zegt Wim, dat
we in Zeeland vroeger niet over een permanent
tentoonstellingsterrein beschikten. Ik geloof
nog steeds dat we in zo'n geval hier in Zeeland
een vaste landbouwwerktuigententoonstelling
zouden hebben verworven. Organisatorisch
was het ook altijd een probleem want een
nieuw terrein betekende datje nergens op terug
kon vallen. Toch denk ik met plezier terug aan
die wisselende situaties, die je dan samen met
de enthousiaste inbreng van de kringtentoon-
stellingssekretaris/voorzitter en zijn mensen
weer wist op te lossen.
D e laatste maanden voor de tentoonstelling
zijn natuurlijk de spannendste. Eerst was alles
nog papierwerk, dan begint het langzaam maar
zeker uit te groeien tot werkelijkheid, dat dan
zijn climax vindt tijdens de inrichting van de
terreinen en de opening. Je moet in die periode
ook heel gemakkelijk zelf beslissingen kunnen
nemen. Gelukkig hebben in het verleden alle
tentoonstellingvoorzitters en Z.L.M. voorzit
ters me daarin altijd de vrije hand gegeven. Het
zou ook moeilijk werken zijn wanneer je voor
iedere beslissing eerst zou moeten overleggen.
De Marinierskapel zou in Kruiningen optre
den in de ring. Het regende pijpenstelen. Het
publiek zat in de loodsen van de firma Meyer.
Maar die mariniers moesten spelen. Dan moet
je beslissen. Dat heb ik toen gedaan en binnen
tien minuten had ik een provisorische oplos
sing gevonden.
O p 23 en 24 juni dit jaar wordt de Z.L.M. manifestatie gehouden in de
Wilhelminapolder even ten noorden van Goes bij Wilhelminadorp. Dit
moet wederom, zoals het in het verleden altijd is geweest een groot Z.L.M.
feest worden. Het moet een ontmoetingspunt zijn waar leden van onze
landbouworganisatie uit alle delen van het werkgebied elkaar kunnen
treffen in een vrienschappelijke ontspannen sfeer. Zo is het altijd geweest!
Je gaat er heen om op de hoogte te blijven van nieuwe ontwikkelingen. Te
kijken naar de levende have die er wordt aangevoerd. Maar en dat is zeker
zo gezellig je gaat er ook heen om elkaar weer eens te ontmoeten. Je kunt
er koffie bij drinken, of een. glas goed bier bij vatten. Zulke dagen resulte
ren in hernieuwde banden in nieuwe kennismaking met anderen uit streken
in het zuid-westen. Met mensen die echter bijna allemaal dit met elkaar
gemeen hebben, dat ze hun daaglijks brood met hard werken aan de natuur
ontfutselen.
Voorbereiden achter de
schermen
Veel ervaring
Van kring tot kring
leder jaar werd te veel
Het weer spreekt ook mee
Iets aantrekkelijks brengen
Geen vast terrein
Prima samenwerking
De buitenstaander merkt hier nauwelijks iets
van. Zulk voorbereidend werk gebeurt achter
de schermen. Toch mag het best eens gezegd
zijn dat Wim Sinke, werkzaam op het Z.L.M.
sekretariaat, ook deze keer weer het leeuwen
deel van de voorbereiding op zich neemt.
H ij doet dat overigens met heel veel plezier
en overgave. Ook doet hij dit niet voor de eerste
keer. Ik heb intussen al acht Z.L.M. tentoon
stellingen georganiseerd als tentoonstellingsse-
kretaris. Ik heb meer met dit bijltje gehakt,
waardoor je natuurlijk wel een hele hoop er
varing opdoet, die me nu uiteraard weer goed
van pas komt. De eerste tentoonstelling die ik
mee hielp op zetten was gelijk ook een belang
rijke, want toen werd het 100 jarig bestaan van
de Zeeuwse Landbouw Maatschappij her
dacht. We deden dat in 1946, na de oorlog dus.
Eigenlijk verjaarde de organisatie reeds in
1943, maar vanwege de bezetting konden we
toen niets doen.
Bij die tentoonstelling had ik nog niet het se
kretariaat, dat werd destijds gevoerd door de
heer Brusket. Wel kreeg ik meteen de smaak te
pakken. Ik vond het een enerverende bezig
heid.
Na de oorlog was het nog de gewoonte dat er
ieder jaar in een andere Z.L.M.-Kring een
tentoonstelling werd gehouden. De Z.L.M. had
- toen - negen kringen.
TL o'n tentoonstelling die dan in een bepaalde
kring werd gehouden had namelijk speciale
bekoringen. De leden kwamen in grote getalèn
uit de andere kringen om eens polshoogte te
nemen hoe het er bij de gastheren uitzag. In die
tijd was het nog veel meer één groot
familiefeest, dan in latere tijden. Er was nog
niet zo veel andere ontspanning. Tevens was de
mogelijkheid van vervoer veel beperkter. Je
kwam toen echt om het gebied eens te verken
nen. Vele bussen en auto's reden dan over de
wegen. Een ware Z.L.M. karavaan. Wim denkt
nog met genoegen terug aan die tijd. Doordat
je ieder jaar betrokken was bij een tentoon
stelling in een andere streek leerde je natuurlijk
enorm veel mensen kennen. Daar bleef het niet
bij, er groeide ook vaak een gedegen vriend
schap uit voort. Samen kwam je met de be
trokkenen voor vele organisatorische proble
men te staan. Ze werden altijd opgelost, maar
dan was er vaak wel heel wat aan voorafge
gaan. De bezoeker van de tentoonstelling
merkte daar nauwelijks iets van. Zo hoort het
trouwens ook vind Wim.
an 1946 tot 1959 hadden we ieder jaar een
tentoonstelling. Voor de Zeeuwse lezers bete-*
kent dat weinig nieuws, maar onze Brabantse
broeders zullen daar misschien toch wel van
opkijken. Als ik me niet vergis, zegt Wim, dan
plaatste de Z.L.M. zich hiermede toch wel in
een uitzonderingspositie. De belangstelling
was iedere keer weer groot, vaak groter dan de
voorgaande jaren. Sommigen beweerden
vooraf wel eens het tegendeel. Je kon er pas iets
defenitiefs over zeggen wanneer alles achter de
rug was. 't Viel altijd weer mee. Toch was het
op den duur niet meer vol te houden om ieder
M. van Wezel
jaar terug te komen met een manifestatie, 't
Werd gewoon te veel en te druk. In de eerste
plaats had je natuurlijk je normale drukke
winterwerk, daar was je nog niet eens mee ge
reed of je rolde alweer in de voorbereidende
aktiviteiten van de volgende tentoonstelling.
Ook voor het organiserende kringkomité werd
het op den duur te veel. De tentoonstellings
voorzitter was vaak een praktisch boer, die be
grijpelijk in de eerste' plaats om het welvaren
van zijn eigen bedrijf moest denken. De tijd om
dan daarnaast ook nog eens een tentoonstelling
te helpen organiseren ontbrak.
We zijn na overleg met het bestuur afgestapt
van het rouleringssysteem en tevens werd be
sloten om maar eens in de twee jaar meer naar
buiten te treden. Op voorstel van de kring
Tholen/St. Philipsland werd ook besloten om
voortaan een vaste tentoonstellingssekretaris te
benoemen. Nou dat werd ik dan, zegt Wim met
een brede glimlach. Ik deed het graag en door
de jaren heen had ik ook steeds meer ervaring
en plezier erin gekregen.
We hebben toen nog tentoonstellingen gehad
in '59 te Aardenburg, in '61 te Kamperland, in
'63 te Kruiningen en in '65 te Axel.
Vervolgens kwam de grote jubileumtentoon
stelling bij het herdenken van het 125 jarig
bestaan van de Z.L.M. Dat werd een tentoon-,
stelling die alle rekords brak. Een zeer zware
opgave, maar tevens een klus die achteraf toch
de meeste bevrediging gaf. Het werd een
enorm gebeuren dat bij velen nog zeer levend
in het geheugen ligt. Vervolgens hebben we in
1973 dan nog een keer een tentoonstelling ge
had te Kamperland.
Zo'n gebeuren moet goed voorbereid wor
den. Je moet er ook proberen financieel zonder
kleerscheuren uit te draaien. Dat is bij alle ne
gentien tentoonstellingen die we na de bevrij
ding hebben gehad op één na gelukt. Een keer
hebben we 2000 gulden toe moeten geven. De
anderen kwamen altijd» quite uit. Gemiddeld
hebben we steeds toch tussen de 22 a 34 dui
zend bezoekers kunnen begroeten.
We zitten bij Wim thuis en kijken naar buiten,
de zon schijnt in een besneeuwde tuin. Ja zegt
hij, zonder goed weer kun je nog zo veel orga
niseren maar met veel regen en wind blijven er
altijd mensen weg. Zo'n gebeuren staat of valt
met het weer.
Maar we hebben ook ware spektakels gehad.
Enorme openluchtspelen. Zo denk ik nog terug
aan 1961 toen Karei Briels in Kamperland een
show op touw zette waaraan militairen uit
Roosendaal deelnamen, waarbij 24 straaljagers
van de vliegbasis Woensdrecht over de hoofd
en van de bezoekers daverden. Of wie zal het
schouwspel van 400 tot 500 trekkers vergeten
die over de duinen aan kwamen rijden;?
Van zo'n Karei Briels heb ik veel geleerd, zegt
Wim. Hij deed alles met een flair die aanste
kelijk werkte. "Gratis straaljagers", hoor ik
hem nog zeggen. Toch heb ik het direkt maar
even gekontroleerd of het werkelijk gratis was.
In Kamperland in 1961 werden er nog veel landbouwmachines vertoond.
In het verleden ben ik wel eens gekonfronteerd
met een nagekomen rekening van een rolletje
prikkeldraad of iets dergelijks. Ik moest er
echter niet aan denken dat ik nog eens een
rekening zou krijgen van het overvliegen van
24 luchtmachtstraaljagers. Maar het bleek echt
voor niets te gaan. Ik vraag me af of zoiets nu
nog mogelijk zou zijn?
't Werd wel de grootste Z.L.M. show aller tij
den. Grote gedeelten werden er door de T.V.
uitgezonden.
Maar we hebben ook de Amsterdamse Politie-
kapel, de Johan Willem Friso Kapel en b.v. een
optreden van Anton Geesink gehad. Vendel-
zwaaiers, een elite esquadron van de Belgische
Rijkswacht. Trekkerwedstrijden en nog vele
andere zaken. Kulturele aspekten kregen ook
altijd ruime aandacht. Zo hadden we in '61 het
Rotterdams Philharmonisch Orkest onder lei
ding van Eduard Flipse. Ze speelden in een
grote tent, het werd toch een uniek gebeuren.
Later heeft Eduard Flipse nogmaals gediri
geerd, nu het Antwerps Philharmonisch Orkest
in de Groote Kerk te Goes.
Daarnaast hebben we aandacht geschonken
aan schilderkunst, archeologie, het zilveren
zeeuwse sierraad en postzegelverzamelingen.
Hoe het komt weet ik niet, zegt Wim, maar men
12