Berlijn een testmarkt voor Duitsland
Meer produceren
voor minder mensen
Menselijke energie
een onuitputtelijke bron
De kracht
van het beste
Zonder deelname aan die strijd zouden we nergens zijn. De helft van al onze varkens
gaan naar Duitsland, niet alleen dié produkten, nog veel meer!
Daarop wees o.a. de heer Leo Hertog, onze Nederlandse landbouwattaché in Duits
land, tijdens een perskonferentie die hij in Berlijn gaf. We hebben vorig jaar b.v. voor
845 miljoen gulden snijbloemen naar Duitsland uitgevoerd. We hebben 17% meer
bloembollen geleverd nu vooreen totaalbedrag van 145 miljoen gulden. Een derde van
onze bollen verdwijnt naar Duitsland, bij de tulpen is dat nagenoeg de helft. Daarin
zit voorlopig nog een goede groei, want ook in de Bondsrepubliek is de drang naar
groen en bloemen nog steeds groeiend. Zo leverden we voor ruim 642 miljoen aan
gevogelte. Dat zijn maar enkele cijfers. Die cijfers worden bereikt door een goede
reklame en een goedprodukt.
Nederland tesamen met nog zes en dertig andere landen nam deel aan de groene week,
een tentoonstelling, toegespitst op Berlijn, een markt met twee miljoen mensen,
gelegen in een volledig afgeschermd gebied. Juist daarom is het voor vele zaken een
testmarkt. Een markt van twee miljoen konsumenten is niet zomaar onder tafel te
vegen. Maar het is meer en niet Berlijn alleen; de EEG waar wij het hoofdzakelijk van
hebben moeten beslaat een markt met 260 miljoen mensen. Nederland is nog lang niet
uitgeteld en blijft vechten voor een steeds betere afzetpositie van haar produkten. De
Berlijnse Groene Week was daar een sprekend voorbeeld van....
Alles begint dan met een optreden van een
onvervalste blaaskapel. Persfotografen ver
dringen elkaar, televisie maakt opnamen en
een vele honderdkoppige menigte kijkt toe!
Dat alles vindt dan een hoogtepunt in de
daaropvolgende ontvangst van de regerende
burgemeester van Berlijn. Er werd alleen wijn
geschonken. De lege flessen kunnen wellicht de
weg van "Goes naar Middelburg" plaveien. Er
zijn vele mensen die elkaar hier jaarlijks ont
moeten. Dat wordt met vriendelijke, lachende,
gezichten en vele zware schouderkloppen on
derstreept. De wijn vloeit rijkelijk, de hapjes
worden gretig gegeten. De groene week is offi
cieel begonnen voor de genodigden. Voor de
Berlijner komt het pas de andere dag. Moeders
hebben hun boodschappentassen al klaar ge
legd en hebben hun makkelijke stapschoenen
uit de kast gehaald. Zo'n ontvangst duurt uren.
De menigte wordt wel met het uur dunner, tot
de laatste plakkers naar een taxi zoeken. Maar
dan is het nachtleven van Berlijn nog maar net
goed op gang gekomen. Op de Kurfürsten-
damm glittert het klatergoud van een westelijk
welvaart paradijs nog hoog op. Toch altijd nog
voor een deel het resultaat van de "energieke
Duitsers". De man en de vrouw die onze pro
dukten moeten blijven kopen. Dat moet be
taald worden. We hebben het wel eens over
energie waarbij we dan denken aan gas en olie.
Toch is het goed om ook eens stil te staan bij de
natuurlijke energie die in de mensen schuilt en
dan met name de onuitblusbare werkenergie
van de Duitser. Een energie die niets kost, een
kracht die we toch allemaal in ons hebben
maar die bij het ene volk toch net iets meer
ontwikkeld is dan bij het andere. Koopkracht is
nauw verbonden óók met die menselijke
krachtbron!
V an de andere kant is Duitsland het land met
de kleinste bevolkingsgroei in de EEG, stond
een dezer dagen in "Die Welf'. Als het zo
doorgaat dan zullen er straks om het bevol
kingspeil gelijk te houden één derde te weinig
kinderen geboren worden.
Waaraan dat ligt zullen we verder niet bekij
ken, wel betekent het dat we steeds minder of
hoogstens een gelijkblijvend aantal konsu
menten houden. Een angstige zaak wanneer we
daar de voortdurende produktiestijging tegen
over stellen die er in de land- en tuinbouw
plaatsvindt. Een produktiestijging die vroeg of
laat tot grote overschotten zal gaan leiden. Dat
zijn dan geen tijdelijke overschotten, maai*
blijvende. Moeten daar dan de boeren voor
wijken? Josef Ertl vindt beslist van niet. Hij zal
er nooit aan meewerken zegt hij dat er boeren
gezinnen op straat worden gezet om deel te
nemen aan een werkeloosheid die uitzichtloos
is. Ach en wat zijn die overschotten zegt hij
dan. Wanneer we -er een nuttige afzet voor
konden vinden naar de ontwikkelingslanden
dan zou je nooit meer iemand over die over
schotten horen. Maar jammer genoeg worden
we met zijn allen vaak zo bezig gehouden door
politieke strijdpunten dat veel mankracht en
energie daaraan wordt vergooid in plaats van
aan het verbeteren van de wereld.
We moeten nieuwe afzetmarkten vinden. Die
zijn er volgens Ertl. Nu zijn sommigen bang dat
de toetreding van Portugal, Griekenland en
Spanje tot de EEG tot grote moeilijkheden zal
leiden. Dat hoeft niet altijd te zijn, zei de Duitse
minister. Dat is met Italië destijds wel geble
ken, de rundvleesafzet naar dat land is met
ruim honderd procent toegenomen. Ook Grie
kenland, Portugal en Spanje kunnen straks
voor ons weer nieuwe grote afzetmarkten gaan
vormen. Trouwens uitsluiten zou ook tot niets
leiden vond hij, het zou er toe voeren dat die
Als rechtgeaarde Beier kijkt Josef Ertl toch wat onwennig aan tegen dat Nederlandse glaasje melk.
Lens zegt met spijt op zijn gezicht dat het zo
jammer was dat zijn plan om toen onze minis
ter Van der Stee en zijn Duitse kollega Ertl
samen aan de landgrens te krijgen mislukte. In
vervoering spreekt hij over zo'n ontmoeting.
Beide landbouwministers die elkaar de hand
schudden terwijl daar de honderdduizendste
ton kaas de grens overgaat. Het ging niet door.
Nou ja dat is dan jammer vindt hij. Maar het is
niet iets om stil bij te staan. Hij gaat verder en
smeedt nieuwe plannen. Hollandse kaasmeis
jes klommen op de fiets met daaraan een
mandje waarin kaas en jenever zat. Ze fietsten
met hun klompen over de Kurfürstendamm.
De stunt was dat dié Berlijner die met de oudste
fiets tevoorschijn kwam en gezellig meefietste,
kans had om straks een fonkelnieuwe Neder
landse fiets in ontvangst te nemen, 't Was na
tuurlijk een beetje flauw dat sommige, wat
kritische personen zeiden, dat nou die Duitsers
voor de tweede keer aan een Hollandse fiets
konden komen. De eerste die ze destijds mee
namen uit ons land, nu oud en verroest, terwijl
ze daarvoor als klap op de vuurpijl vervolgens
in 1978 weer een nieuwe konden krijgen.
Flauwekul natuurlijk. We vinden dat de heer
Lens een kei is in het verzinnen van stunts. De
andere dag was er geen Berlijnse krant die niet
een fraaie foto had van die kaasmeisjes op de
fiets. Een koude bedoening, want zo nu en dan
striemde de sneeuw uit de hemel. De meisjes
bleven trouwens lachen. Ook dat moetje kun
nen, blijven lachen ook al bedreigt je 'n levens
gevaarlijke griep want die jurkjes van die
vrouwtjes geven toch altijd nog een flink stuk
bloot weer. Ondanks alles, zaken zijn zaken,
ook al is het in Berlijn nét zo goed hartje winter.
Minister Van der Stee en Josef Ertl zijn Duitse
kollega, kunnen het opperbest vinden wanneer
onze eigen Fons met Josef langs de Nederlandse
inzending gaat.
Kaas is bij de Berlijner een zeer geliefd produkt,
dat bleek wel uit de enorme belangstelling die
van geen ophouden wist.
Zo'n week van de Grüne Woche en de tijd
daarvoor is een periode die barst van allerlei
aktiviteiten die allen min of meer in verband
staan met de internationale of nationale land
bouw. Uit heel West-Duitsland is men naar
Berlijn gekomen. Een jaarlijks trefpunt van al
les wat met de landbouw en agrarische handel
van doen heeft. Dat alles vindt zijn hoogtepunt
in de officiële openingsceremonie die vooraf
gaat aan de eigenlijke groene week. Honderden
mensen zijn dan uitgenodigd om dit feest bij te
wonen. Speciaal voor deze gelegenheid was er
deze keer de president van de Afrikaanse re
publiek Gabon. Maar daarnaast de verschil
lende stadskommandanten van Berlijn, wantje
zou het haast vergeten, Berlijn is een eiland in
een kommunistische zee en wordt nog steeds
beheerd door de vier mogendheden die de
Duitsers destijds op de knieën dwongen.
Daarnaast vele landbouwministers van de
EEG landen, ook onze eigen minister Van der
Stee, de heer Gundelach de Europese
landbouwkommissaris Josef Ertl de Duitse mi
nister van landbouw haalde in zijn openings
toespraak fel uit tegen het protectionisme en
konsumentenpolitiek in de EEG. Hij deed dat
op een prachtig gespeelde manier. Misschien
ook wel diep gemeend, maar toch gebracht op
een wijze die talenten toonde. Luide stemver
heffingen, met de vuist op tafel en rood aan
gelopen en dan weer kalm en bijna onver
staanbaar. Een schitterend toneelspel van een
doorwinterde politikus die niet voor één gat te
vangen is.
zo datje niet kunt zeggen dat er ergens rommel
wordt verkocht. Ieder land heeft er alles aan
gedaan om zo goed mogelijk voor de dag te
komen. Op den duur zou je bang worden dat de
konsument door de "boter het brood" niet
meer ziet. Maar dan komt er nog de kunst bij
van het zo goed mogelijk opvallen. Dat is een
vak apart. Voor onze kaasafzet hebben we daar
in Duitsland de heer Lens. Een man die over
loopt van energie, die nooit stil zit, voortdurend
in touw is om weer maar iets nieuws te verzin
nen dat opvalt. Dat onze kaas tussen toch al die
andere ook wel goede produkten fel op doet
vallen. Vorig jaar (77) hebben we honderd
duizend ton kaas naar Duitsland uitgevoerd
dat was nog nooit voorgekomen, een absoluut
rekord! Voor Lens de verwezenlijking van een
droom.
Een goed idee is altijd goud waard. Zo was het
idee van ons eigen ministerie om speciaal voor
de Groene Week een handige zakagenda met
een heleboel informatie te laten vervaardigen
heel goed. Bijna iedere journalist waar ook
vandaan liep ermee in zijn handen of had het in
zijn zak. Het was ook speciaal voor de pers
bedoeld. Maar er ligt zoveel gereed voor de
pers. Bergen papier waardoorheen' een nor
maal mens nauwelijks geworsteld komt. Veel
blijft er ook liggen, terwijl andere zaken,
waarschijnlijk toch ook met zorg bereid, onbe
roerd blijven. Dat groene boekje van de Ne
derlanders werd grif meegenomen. En wie kun
je beter zo benaderen, dan de pers?
Ook voor onze tuinbouwafdeling bestaat heel
erg veel belangstelling. De Berlijner houdt van
planten en bloemen.
landen in de armen van kommunisten gedre
ven worden.
IC. ommunisme een schrikbeeld in de ogen
van de Duitser! Geen wonder want nergens ter
wereld word je zo gekonfronteerd met de
ideologische gekheid van het mensdom als in
Berlijn. Wanneer je kinderen in hun spel zo
bezig zag dan zou daar begrip voor op te bren
gen zijn. Nu zijn het volwassenen die grimmig
een muur bewaken die als een giftige slang
door de stad slingert. Een beeld van twee sy
stemen lijnrecht tegenover elkaar, onverzettelijk
en gereed om degene die het benauwd krijgt
onder dat enge systeem van het oostelijk deel
bij een vluchtpoging koelbloedig neer te schie
ten. Het oostelijk deel is een stad zonder rek
lame, een land zonder kompetitie, een leven
zonder prikkel!
In schrille tegenstelling de Grüne Woche, met
zélfs in de Duitse stand, waar met grote kleuri
ge letters staat "Eten uit Duitsland... want het
goede is zo dicht bij" de konkurrentie en het
streven naar beter voelbaar is. Alle Bondsleden
hebben er hun eigen afdeling en uit iedere
landsstreek zijn er de typische eigen produkten
te krijgen. Ze vechten voor een plaats op hun
eigen markt. Op die markt is ook nog heel wat
ruimte voor o.a. onze produkten. In een vrij
Europa met een gemeenschappelijke markt is
dat gelukkig ook mogelijk. De kracht van het
beste, van het mooiste van het meest smake
lijke geldt als doorslaggevend. Wij in Neder
land doen mee aan die strijd en daar varen we
wel bij. Dat wij daar bij blijven is een heel
goede zaak. Genoegzaamheid leidt tot armoe
de.
Minister Van der Stee in ernstig gesprek met de
heer Gundelach. Hij heft waarschuwend de
vinger; die Brusselse prijsvoorstellen leiden tot
onvrede.
15