Rassenkeuze tarwe en gele roest H Ook in '78 kans op ernstige aantasting Ir. R W. Stubbs (Instituut voor Plantenziektenkundig Onderzoek, Wageningen) i et is vanaf de oogst in 1977 tot nu toe meer dan gunstig geweest voor het overblijven van de gele-roestschimmel in het veld en zijn verdere ontwikkeling. De verwachting wordt daarom uitgesproken dat gele roest het tarwegewas in 1978 opnieuw ernstig zal aantasten. Hoe schadelijk deze ziekte kan zijn heeft men in 1975 en 1977 kunnen ondervinden. De schade loopt in de miljoenen guldens. De faktoren die bij het optreden van gele roest een rol spelen zijn bekend; deze zijn zowel van teeltkundige, planteziek- tenkundige, veredelingstechnische en organisatorische aard. Het oplossen van het ene houdt echter in dat het andere ook dient te worden opgelost, hetgeen de bestrijding van gele roest voor een langere periode dan tot nu het geval is, juist zo gecompliceerd maakt. Daarom zijn vorig jaar, naar aanleiding van de grote schaden door gele roest, stappen ondernomen om de ziekte op een zo breed mogelijke basis aan te pakken. Een klimaatkamer van het IPO. Ir. Stubbs bestudeert hoe tarwerassen reageren na infektie met verschillende fysio's. Verschillende soorten roest 2^ oals gezegd zal gele roest weer het tarwege was kunnen aantasten en dit zal op uitgebreide schaal kunnen plaats vinden omdat vrijwel alle rassen in meer of mindere mate voor de ziekte vatbaar zijn. Hoe sterk een gewas door gele roest zal worden geïnfekteerd hangt van vele faktoren af o.a. van de hoeveelheid schimmel die in het veld is achtergebleven; dit kan per regio verschillen afhankelijk van de rassen die in de regio's in 1977 hebben gestaan en welke nu zijn ingezaaid. Verder speelt een rol hoe groot het ingezaaide oppervlak van elk ras is en hoe de fysio's van de gele-roestschimmel in Nederland verspreid zijn. Zoals men tarwe on derscheidt in verschillende tarwerassen, is ook gele roest in verschillende rassen te onder scheiden. Deze gele-roestrassen worden we tenschappelijk aangeduid als fysiologische ras sen. De afgekorte naam is fysio. Deze fysio's zijn uiterlijk gelijk maar ze zijn wel te onder scheiden door hun gedrag op tarwerassen, bij voorbeeld: het fysio dat Clement aantast (het zgn. Clement-fysio) tast Lely niet aan; het fysio dat Lely aantast (het zgn. Lely-fysio) kan Cle ment niet aantasten. Een fysio kan ook twee of meer tarwerassen aantasten. Het Lely-fysio in- fekteert zowel Lely als Norda, en het Caribo- fysio zowel Caribo als Cyrano en Okapi. Rassenspreiding Een nieuw fysio wordt vrijwel altijd gevon den in rassen die nooit eerder door gele roest zijn aangetast. Een voorbeeld hiervan is de gele roest die vorig jaar plotseling in Anouska is opgetreden en wel in de IJsselmeerpolders, laat in het seizoen. Met vrij grote zekerheid kan worden gezegd dat het Anouska-fysio, dat ook Caribo aantast, zich nog niet ver buiten de IJsselmeerpolders heeft verspreid. Wel zal er rekenipg mee moeten worden gehouden dat Anouska sterk vatbaar is. en rassenkeuze staat hier nauw in verband. Hoe groot de schade kan zijn door overwegend één ras in té zaaien hebben wij in 1955 onder vonden toen Heine's VII op 81% van het win- terareaal was ingezaaid, in 1975 Clement op 55% en in 1977 Lely op 22% (hoofdzakelijk in de polders). Na de gele-roestepidemie in Hei ne's VII was rassenspreiding dan ook één van de eerst aanbevolen maatregelen die nog steeds van kracht is. Chemische bestrijding was toen niet mogelijk, maar nu het wel tot één van de mogelijkheden van bestrijding van gele roest gaat worden is men geneigd rassenspreiding te verontachtzamen, vooral als het om rassen gaat die produktief zijn. Chemische bestrijding staat nog in de kinderschoenen en er zijn zowel voordelen als nadelen aan verbonden. Net zoals bij de-toepassing van medicijnen en in- sekticiden is behoedzaam gebruik van chemi sche middelen voor bestrijding van schimmels in granen wenselijk. Rassenmengsels X n de huidige gele-roestsituatie die wel als zeer ernstig moet worden beschouwd, is rassen spreiding met juiste rassenkeuze daarom sterk aan te bevelen. De mogelijkheden hiertoe zijn echter wel beperkt doordat niet veel rassen meer resistent zijn. Dit is dan ook de reden dat vorig jaar stappen zijn ondernomen om de in zaai van rassenmengsels in de praktijk mogelijk te maken. Een rassenmengsel is niets anders dan een mengsel van zaad van verschillende rassen. De rassen moeten dan wel onderling van elkaar verschillen wat hun reaktie op gele roest betreft. Mengen van Lely met Norda heeft geen zin omdat beide voor hetzelfde fysio vatbaar zijn. Lely en Caribo wel omdat Lely niet door het Caribo-fysio wordt aangetast en Caribo niet door het Lely-fysio. Bij het optreden van het Lely-fysio in een Ca- ribo-Lely mengsel fungeren de Caribo planten als buffer tussen de Lely planten. De ziekte verspreid zich trager in een mengsel dan in een ongemengd ras en rassenspreiding geeft feite lijk hetzelfde effekt. Kavels met verschillende rassen vormen onderling een buffer. Samenvattend kan men zeggen dat voor ras senspreiding met juiste keuze van rassen be kend moet zijn hoe de fysio's over Nederland Netwerk van tarweproefveldjes in Europa voor het vangen van gele roest. Nagegaan wordt welke fysio's er zijn en hoe gevaarlijk zij zijn voor Nederland. zijn verspreid, door welke fysio's de tarweras sen worden aangetast en hoe sterk (niet. weinig, matig, veel of zeer veel aangetast). Overzichte lijk is dit weergegeven in een tabel dat het Rijksinstituut voor het Rassenonderzoek van Cultuurgewassen (RIVRO) in samenwerking met het Instituut voor Plantenziektenkundig Onderzoek (IPO) heeft opgesteld en in de 53e Beschrijvende Rassenlijst voor Landbouwge wassen heeft gepubliceerd. Dezelfde tabel staat hieronder aangegeven maar met nadere infor matie over de fysio's en gewijzigd volgens re cente door het IPO verkregen gegevens. Anouska was weinig vatbaar, maar kortgele den is in een kasproef aangetoond dat Anouska zeer vatbaar voor het Anouska-fysio is. Het verontrustende beeld dat gele roest vorig jaar in Anouska te zien gaf, is door deze proef be vestigd. Verder is uit veldproeven gebleken dat Manella niet weinig, maar matig voor het Le ly-fysio vatbaar is. Rassen uit verschillende groepen O m een zo goed mogelijk spreiding van ras sen te hebben, hetzij per bedrijf of per regio, zal men niet rassen moeten nemen binnen één groep, maar uit verschillende groepen; daarbij zal ook gekeken moeten worden of een ras on der één of meerdere fysio's is gegroepeerd. Er dient geen onderscheid te worden gemaakt tussen zomer- en wintertarwe. Een voorbeeld van goede spreiding is bijvoorbeeld: Nautice, Manella en Caribo als wintertarwe en Adonis als zomertarwe. Toro en Sicco kunnen ook als zomertarwe worden genomen omdat beide weinig vatbaar zijn en Manella en Caribo van wege hun matige vatbaarheid betrekkelijk weinig gevaar opleveren. Bastion of Arkas naast Caribo ingezaaien is riskant, omdat het Caribo-fysio Bastion zeer sterk zal infekteren. Helaas kan niet goed worden aangegeven hoe vatb aar Cyrano, Sicco, Bastion en Arkas voor het Anouska-fysio zijn. Van Arminda zijn wij ook nog niet zeker bij welke groep dit ras thuis hoort. Het heeft dezelfde kruisingsouder als Caribo en Okapi, maar is weinig vatba.ar voor het Caribo-fysio. Er is nog geen fysio gevondön dat dit ras sterk kan aantasten, maar de zeker heid dat er geen Arminda-fysio zal ontstaan, hebben wij niet. Hetzelfde geldt voor Nautica, dat nu nog vrij resistent is. Gele roest en gerst oor gerst is de keuze van rassen niet zo ingewikkeld. Er is voorlopig met één fysio re kening te houden en de resistentiecijfers die in de Rassenlijst voor de gerstrassen staan opge geven, zijn gebaseerd op resultaten van toet singen die het IPO met dit fysio heeft verricht. In de laatste jaren is in Nederland gele roest in gerst wat toegenomen, mede als gevolg van vergroting van het wintergerstareaal in West Duitsland en België. Net als bij tarwe over wintert gele roest in het veld in opslag en doorwas van wintergerst. Bij een opeenvolging van zachte winters kan gele roest zoveel op winter- als op zomergerst overwinteren en dan zeer stérk het gewas aantasten. Een dergelijke situatie heeft zich in 1961 in het noorden van ons land voorgedaan. Ook voor gele roest in gerst is het weer tot nu toe gunstig en bij voortduring ervan zal de schimmel gerst in het voorjaar kunnen aantasten. Nog niet kan ge zegd worden hoe sterk de infekties zullen zijn. De voorlichting en de bedrijven worden vrien delijk verzocht om zodra gele roest in resistente rassen optreedt bladmonsters ervan naar het IPO toe te sturen ter determinatie van het fysio. Zelfde netwerk in Nederland. Groepen van tarwerassen die door hetzelfde gele-roestfysio worden aangetast Mate van Fysio en verspreidingsgebied aantasting "Clement"-fysio "Lely"-fysio "Caribo"-fysio "Anouska"-fysio "Adamant"-fysio heel Nederland heel Nederland heel Nederland vnl. vnl. IJsselmeerpolders IJsselmeerpolders Wintertarwe 0-25% (zeer weinig (Nautica) tot weinig vatbaar) goed bruikbaar 25-50% (matig vat baar tot vatbaar) bruikbaar Cama 50-100% (matig vat- Clement baar tot vatbaar) onbruikbaar (Nautica) Cama Manella Lely Norda (Arminda) Okapi Caribo Cyrano (Arminda) Okapi Caribo Cyrano? Anouska Adamant Cama In Nederland is nu een situatie ontstaan dat er tegenover verschillende tarwerassen verschil lende fysio's staan. De mate waarin deze rassen zullen worden aangetast hangt niet alleen af of ze zeer vatbaar, vatbaar, matig of weinig vat baar zijn, maar ook van hun verdeling over het gehele tarweareaal, per regio en per bedrijf. Men spreekt van spreiding van rassen ter ver mindering ran risiko van schade door gele roest Zomertarwe 0-25% (zeer weinig tot weinig vatbaar) goed bruikbaar 25-50% (matig vat- Melchior baar) bruikbaar 50-100% (vatbaar tot Selpek zeer vatbaar) onbruikbaar Toro Melchior Kaspar Selpek Sicco Bastion Arkas Sicco? Bastion? Arkas"' Adonis Melchior Selpek Bastion Arkas

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1978 | | pagina 39