RASSENKEUZE UIEN
D e teelt van uien voor verse konsumptie is verreweg het belangrijkste doel van zowel de
plant- als zaai-uienteelt. Plantuien, zgn. tweedejaars plantuien, worden geteeld uit in het
voorgaande jaar gewonnen plantgoed. Dit wordt in februari of maart uitgeplant. De afzet
vindt als regel plaats vanaf eind juni tot half augustus. Om nog vroeger over een oogstbaar
product te beschikken, is de laatste jaren ook enige belangstelling voor de teelt van
winteruien ontstaan. De zaaitijd valt in de tweede helft van augustus.
-
In 't kort"
Or
Stichting Nederlandse Uien-Federatie (Snuif) te Middelharnis.
Teeltwijzen en arealen.
Zaai-uien word3n ter plaatse gezaaid in maart of april. De oogst valt onafhankelijk van het ras in
de maanden augustus of september. Omdat slechts eem klein gedeelte van de productie bij de
oogst kan worden afgezet, wordt het overgrote deel van de zaai-uien voor kortere of langere tijd
opgeslagen.
Als andere teeltwijzen van uien kunnen nog genoemd worden eerstejaars plantuien en zilverüien.
Eerstejaars plantuien zijn kleine uitjes van 8-22 mm doorsnede, die na bewaring gedurende de
winter in het daarop volgende voorjaar worden uitgezet voor de teelt van plantuien (zgn. twee
dejaars plantuien).
De teelt van zilveruien is geheel in handen van de verwerkende industrie. De teelt en de verwer
king van de kleine witte uitjes tot tafelzuren vindt plaats door gespecialiseerde bedrijven.
In onderstaande tabel worden de arealen van de genoemde gewassen over de afgelopen vijfjaren
vermeld.
Areaal uigewassen in ha - 1973-1977.
Gewas/Jaar
1973
1974
1975
1976
1977
Zaai-ui
9135
10062
9865
11290
13047
Plantui (le teeltjaar)
734
791
983
1156
1473
Plantui (2e teeltjaar)
591
740
748
909
974
Zilverui
904
693
1105
1000
1200
Totaal uigewassen
11364
12286
12701
14355
16694
Zaaiuien beslaan 80% van het areaal.
an het in 1977 met uien beteelde areaal bestond ongeveer 80% uit zaai-uien. Om deze reden
wordt in dit artikel dan ook uitsluitend aan de rassenkeuze van zaai-uien aandacht besteed.
De teelt van zaai-uien wordt overwegend aangetroffen op de akkerbouwbedrijven in Zeeland,
Zuid-Holland, de IJsselmeerpolders (Noordoostpolder en Oostelijk Flevoland), Noord-Holland en
Friesland. Van de productie wordt 80 a 85% geëxporteerd. De belangrijkste afnemers zijn West-
Duitsland, Frankrijk en Engeland.
De ui is een gemakkelijk te beschadigen product. Op beschadigde uien ontstaat tijdens de bewaring
vaak zij- of wond rot. Bij de oogst, het transport, de oslag en de verwerking moet daarom zo
voorzichtig mogelijk gewerkt worden. De bewaarkwaliteit kan ook verminderd worden door hoge
stikstofgiften. Hierdoor wordt het gewas gevoeliger voor loofschimmels en koprot, terwijl ook het
optreden van kale uien in de hand wordt gewerkt.
Het tijdstip van aflevering wordt vooral bepaald door de keuze van het ras. Elke afzetperiode stelt
haar specifieke eisen aan de eigenschappen vroegrijpheid, productiviteit, huidvastheid en houd
baarheid. Het aanbevolen sortiment is opgesplitst in enkele op verschillende afzetperioden afge
stemde groepen.
Rassen voor directe afzet (groen geoogst)
O m zo vroeg mogelijk met zaai-uien aan de markt te zijn, wordt in augustus al met de oogst
begonnen. De uien zijn dan nog niet rijp. Voor deze teelt zijn alleen vroege rassen geschikt. Bij
dergelijke rassen verloopt de bolvorming sneller, zodat al spoedig een redelijke opbrengst wordt
verkregen. Als regel oogst men half augustus 30-40 ton per ha. "Groen" geoogste uien zijn niet
houdbaar en moeten daarom snel worden afgezet.
In volgende tabel zijn de eigenschappen van de voor vroege levering aanbevolen selekties opge
nomen.
Aanbevolen vroegrijpe rassen
Rassen en selecties
Vroeg
rijp
heid
Produk
tivi
teit
Waardering
huidvast
heid
Augusta
De Groot en Slot B.V., Heerhu
gowaard en Jac. Jong B.V.,
Noord-Scharwoude
9
96
9
Adina
D.J. van der Have B.V.,
Kapelle 3615
8
104
9
Vroege Dirkslander
D.J. van der Have B.V.,
Kapelle 3615
8
103
8
Cepria
Fa. Gebr. De Jongh, Goes
8
97
8.5
Produbel
B.V. D. van der Ploeg,
Barendrecht
8
104
8.5
Lucrato
Royal Sluis B.V., Enkhuizen
8
96
9
Vroegrijpheid: Naarmate eem hoger cijfer staat aangegeven, is de selektie vroeger oogstbaar. Eén
punt verschil komt overeen met één week verschil in plukrijpheid.
Productiviteit (rijp geoogst): 698,9 kg:are= 100.
Huid vastheid (rijp geoogst): Een hoog cijfer betekent een gunstige waardering. De cijfers zijn
gebaseerd op het percentage kale uien na machinale verwerking kort na de oogst. 6 maximaal
14% kale uien. 9 maximaal 5% kale uien.
Rassen voor directe afzet en bewaring (rijp geoogst)
oor de aflevering kort na de oogst van de hoofdteelt (half september tot half oktober) bepalen
vooral de productiviteit en de huidvastheid het rendement van de teelt. Voor de afzet op een later
tijdstip, dus na bewaring, heeft een harde ui met een goede huidvastheid de voorkeur.
Naarmate de huidvastheid en hardheid beter zijn, is de uitval van kale en zachte (versleten) uien
minder. Vooral na maart zijn de huidvastheid en de hardheid van de uien erg belangrijk.
In de tabel zijn de voor langdurige bewaring (mei/juni) meest in aanmerking komende selekties
dan ook met een aparte vermelding aangegeven.
B«L-r7*V >-«•
Jaarlijks worden een groot aantal kweekprodukten op hun gebruikswaarde getest.
Aanbevolen rassen en selekties voor direkte afzet en bewaring.
CÖ
c
OX)
c
T3
'53
'S3
c
w
'5
U
cd
u.
O <U
O X
Rassen en selekties
-C
O.
.5
"c 00
o .9
■cl
4J cn
<u
5 g?
&b
O
i—i
3
-o
O
1—
N l—
cd
O
-n
i-
3 -o
cg
S 5
O.
X
O K
Balstora
N.V. C. Beemsterboer, Warmen):uizen
6
102
92.7
9
Robusta
N.V. C. Beemsterboer. Warmenhuizen
6.5
102
93.3
8.5
Wabasto
Cebeco Handelsraad, Rotterdam
6
106
93.0
9
Mabol
Enza Zaden B.V., Enkhuizen
6
107
93.5
8.5
Barko
De Groot en Slot B.V., Heerhugowaard en
Jac. Jong B.V., Noord-Scharwoude
6
102
93.6
9
Hyduro
De Groot en Slot B.V., Heerhugowaard en
Jac. Jong B.V., Noord-Scharwoude
6
99
93.8
9
Waldo
Holland Select B.V., Andijk en
B.V. Wed. P. de Jongh, Goes
6
103
93.5
8
Goldskin
Jos Huizer Zaden B.V., Rijsoord
6
103
93.8
9
Sublima
Fa. Gebr. De Jongh, Goes
7.5
87
Selo
Fa. C.L. Onderdelinden en Zn., Hoofddorp
6
92
92.9
8.5
Produmax
B.V. D. van der Ploeg, Barendrecht
6.5
97
94.0
8.5
Produskin
B.V. D. van der Ploeg, Barendrecht
6.5
101
93.7
8.5
Rivato
Royal Sluis B.V-, Enkhuizen
6.5
96
94.2
8.5
Jumbo
Sluis en Groot B.V., Enkhuizen
6.5
100
93.9
9
Wijbo
Sluis en Groot B.V., Enkhuizen
6.5
103
93.9
8
0 Sublima: middenvroege selektie; bij voorkeur aanbevolen voor levering direkt na de oogst.
Vroegrijpheid: Naarmate een hoger cijfer staat aangegeven, is de selektie vroeger rijp. Eén punt
verschil komt overeen met één week verschil in plukrijpheid.
Produktiviteit (rijp geoogst): 759,8 kg/ha 100.
Huidvastheid: Een hoog cijfer betekent een gunstige waardering. De cijfers zijn gebaseerd op het
percentage kale uien na machinale verwerking in eind februari. 6 maximaal 14% kale uien 9
maximum 5% kale uien.
Geschiktheid voor zeer lange bewaring: rassen en selekties met een teken worden op grond van
hun goede huidvastheid in eind april aanbevolen voor zeer lange bewaring
De invoering van de huidvastheidstest bij het gebruikswaarde-onderzoek is een belangrijke
stimulans voor de kweekbedrijven geweest om bij de veredeling aan de eigenschap huidvastheid
hoge prioriteit toe te kennen.
De huidige aanbevolen selekties zijn voldoende huidvast om bij oogst, opslag en bewerking een
verantwoorde machinale bewerking met succes te doorstaan.
Bovendien werd in het afgelopen decennium de basis gelegd voor een zgn. specifiek sortiment;
d.w.z. het ontwikkelen van rassen met bijzondere eigenschappen voor een bepaald afleverings
tijdstip.
33