1953 en de gevolgen De ramp van V elen voelden tijdens de zware noord-wester storm op zaterdag 31 januari 1953 een zekere onrust. D e hulp die in 1 953 van buiten kwam was enorm. Er kwam een rampenfonds, er was materiële hulp, tech nische- en vooral veel persoonlijke hulp. zuidelijke landbouw maatschappij 1 In dit nummer o.a.: Onderwijs, Pachtwet en Geld en Goed pag. 3 Afscheid Mr. D. H. Schortingshuis pag. 4 Uit de praktijk pag.5 - 6 De toekomst van onze landbouw pag. 7 Tips voor uientelers pag. 8 Bouwplanvernauwing en mogelijke andere aanpas singen pag. 9 Zeeuwse veehouders tegen takenbundeiing ge zondheidsdiensten pag. 10 Veel nieuws op tuinbouwmechanisatienieuws pag. 11 Arbeidsverbruik bij mesten van stieren pag. 13 Tuinbouw pag. 15 Markt pag. 17 Voor de vrouw en PJG rubriek pag. 19 NB Speciale bijlage Rassenberichten pag. 21 - 39 droogpompen van de polders, het kostte allemaal grote inspanning en er was moed nodig om door te gaan. De veerkracht van de getroffen bevolking was niet ge broken. Van groot belang bleek de aanwezigheid van een eigen hechte organisatie, zowel in de landbouw- als in de wa terschapswereld. Het herstel kwam spoedig op gang; opmerkelijk was daarbij het streven naar vernieuwing. Uitgebreide verkavelingen werden doorgezet, dorpsuit breidingen gerealiseerd, nieuwe boerderijen gebouwd. De herverkavelingswet "Walcheren", van direkt na de oorlog, werd voor uitgebreide gebieden in Zeeland van toepassing verklaard. De ontwatering en de waterbeheersing werden volgens nieuwe inzichten ingericht, vele nieuwe landbouwwegen werden aangelegd. De zoute gronden werden hersteld, schaderegelingen waren van kracht. Een goed geleide organisatie van overheid en bedrijfs leven versnelde het herstel. De waterschappen dienden te worden gereorganiseerd en gekoncentreerd. En de boer, hij ploegde voort. Ook na de watersnoodramp van 1953, ging hij aan de slag zodra de grond droog was gevallen. De foto geeft een typerend beeld van de gebondenheid van de landsman met zijn erf en akker. iSitfS VRIJDAG 27~JANUARI 1978 66e JAARGANG - NO. 3416 land- tuinbouwblad 's Avonds meldde de radionieuwsdienst dat de veerboot bij het eiland Man in de Ierse Zee in ernstige moeilijkhe den verkeerde. Verder werd tijdens deze uitzending het distrikt Bergen op Zoom gewaarschuwd voor gevaarlijk hoog water. Hier en daar kletterden enkele dakpannen op de straat. De boer liep nog eens het erf rond en sloot alle deuren goed af. In de stal heerste rust, maar buiten raasde de stormwind, 's Avonds bij eb viel het water niet. En zo kwam de nacht. Op kritieke punten werden die nacht de schotbalken ge plaatst, voornamelijk in de coupures op de havens. Ook toen was er, zij het niet zo uitgebreid, dijkbewaking, maar men stond machteloos tegen de als-maar stijgende watermassa's. Bij vloed 's ochtends vroeg op 1 februari stroomden de polders vol. De dijken waren te laag. Velen werden door het klotsende water in hun slaap ver rast. I n Zuid-West-Nederland overstroomde een oppervlakte van 129000 ha. Ten gevolge van de ramp verloren 1835 mensen het leven en moesten 72000 personen worden geëva- kueerd. Er kwamen 47000 stuks vee om. Meer dan 3000 woningen en 300 boerderijen werden vernield, 40000 woningen en 3000 boerderijen be schadigd. Er waren 90 stroomgaten ontstaan, terwijl van een to tale dijklengte van 1000 km. er 500 km. werd bescha digd. Ook in vroeger jaren is Zuid-West-Nederland door over stromingsrampen getroffen, Qnder andere in 1916, in 1 911in 1825 en zeker ook in de 1 5e, 1 6e en 1 7e eeuw. Door toeneming van de bevolking en door de ekonomi- sche ontwikkeling wordt de aard van de rampen ernsti ger. Mede daarom kwam de slag in 1 953 zo hard aan. Al op 21 februari 1953 installeerde de toenmalige Mi nister van Verkeer en Waterstaat - mr. J. Algera - de Delta-Commissie. "De tijd dringt zeer." "Het zal noodzakelijk zijn dat de thans door overstroming getroffen gebieden evenals ook de oppervlakten, die dit maal gespaard bleven, krachtig worden beveiligd tegen nieuwe, uitzonderlijk hoge vloeden", zo lezen we. Het zal tot 1 990 duren eer het lage land van Nederland overal beveiligd is, weten we nu. Het afvoeren van het verdronken vee, het redden van de nog aanwezige inventaris op de boerderijen, het schoon maken van de huizen, het provisorische dijkherstel, het De zwakke plaatsen in de zeeweringen werden verbeterd en verschillende vakken werden op zogenaamde Delta hoogte gebracht, met name langs de Westerschelde. Nieuwe belangrijke verbindingswegen en bruggen kwa men tussen de eilanden tot stand. De rekreatie werd steeds belangrijker, ook de landbouw kreeg hier mee te maken. De strijd om de Oosterschelde resulteerde in een com promis in de vorm van een te bouwen stormvloedkering in de monding en het aanbrengen van dijkverbeteringen, zodat de optimale veiligheid in plaats van in 1978 eerst in 1 985 wordt verkregen, zij het dat tussentijds de situatie aanzienlijk wordt verbeterd. Belangrijke nieuwe dammen moeten nu nog worden aangelegd, het kanaal door Zuid-Beveland dient verbreed te worden, nieuwe sluiskomplexen dienen te worden ge bouwd. De bouw van grote werken in Zuid-West-Nederland neemt nog lang geen einde. Integendeel. Voor miljarden guldens wordt hier geïnvesteerd in de komende jaren. De stormramp van 1 februari 1953 heeft een nieuw tijdperk met zich meegebracht voor dit deel van het land. De eerste 25 jaar zijn daarvan voltooid; de volgende kwart eeuw zal minstens even belangrijk zijn, zo staat nu wel vast. Zal het agrarisch deel van de bevolking in dit gebied in de komende kwart eeuw de uitvoering van deze gigantische werken als een stimulans ervaren om mee vooruit te gaan "in de vaart der volkeren"? Zal men nieuwe kansen weten te scheppen? Het antwoord is vooral aan de jongeren van een genera tie, die de ramp van 1 februari destijds niet of niet bewust hebben meegemaakt.

Krantenbank Zeeland

Zeeuwsch landbouwblad ... ZLM land- en tuinbouwblad | 1978 | | pagina 1