u it de veelheid van feiten, cijfers, en be
schouwingen wordt tenslotte in het rapport een
opsomming gegeven van de knelpunten.
De gemiddelde oppervlakte kultuurgrond per
bedrijf in Walcheren ligt 24% lager dan in
Zeeland. Ook in de toekomst valt niet te ver
wachten, dat zonder extra maatregelen deze
achterstand kan worden ingelopen; deze zal
gemeten in ha alleen maar groter worden.
E en kwart eeuw geleden werd Walcheren herkaveld. Dit was toen een duidelijke stimulans voor
een betere bedrijfsuitvoering. Toch was men op Walcheren ervan overtuigd dat nu een nadere
oriëntering omtrent de knelpunten en de mogelijkheden op zijn plaats was. De nota zoals die er nu
ligt kan een belangrijke bijdrage leveren om een diskussie over de inrichting en verdere ontwik
keling van de landbouw op Walcheren op gang te brengen. Een diskussie die daarna kan worden
afgesloten door een verantwoorde besluitvorming en de eventuele invoering van een aantal
beslissingen om de gewenste ontwikkelingen in dit gebied te bevorderen.
Samenvatting van de knelpunten
EEN ANALYSE VAN AGRARISCH WALCHEREN
0 p verzoek van de dagelijkse besturen van de Kring Walcheren van de
Z.L.M. en de C.B.T.B. heeft de Raad voor de Bedrijfsontwikkeling een
studie gemaakt van kwalitatieve en kwantitatieve knelpunten op agrarisch
gebied in Walcheren. Een en ander had tot doel zich te kunnen beraden
over de toekomstige bedrijfsuitoefening.
De studie is nu gevat in een rapport en draagt als titel "Walcheren waar
heen". De Raad dankt allen die hun medewerking hebben verleend aan 't tot
stand komen van dit gedetailleerde rapport. In het bijzonder geldt dit voor
de heren ir. J.P. Asjes en ing. R. Krijger, achtereenvolgens werkzaam bij de
provinciale Direkties voor de Landinrichting en de Bedrijfsontwikkeling.
Samengesteld door de Raad voor de Bedrijfsontwikkeling in Zeeland
25 jaar na de verkaveling
Het gebruikte cijfermateriaal bestaat in hoofdzaak uit gegevens van het C.B.S. op basis van de
meitellingen in de landbouw en de door het L.E.I. verwerkte C.B.S. cijfers. Incidenteel werden
gegevens uit eigen waarneming gebruikt.
Toch staan achter de cijfers altijd mensen
1 n het rapport wordt geen struisvogelpolitiek bedreven. De vinger wordt zo nodig duidelijk op de
zere plekken gelegd. Daarnaast tracht men ook een oplossing aan te geven voor de problemen.
Daar waar een oplossing van bepaalde knelpunten niet wordt gezien wordt dit ook zo weergege
ven.
Cijfermatig bekeken lijkt het op Walcheren op diverse punten-moeilijk te zitten. Toch moet men -
ook nu weer niet uit het oog verliezen dat mensen zich niet in cijfers laten uitdrukken. Het kan best
zijn dat veel van de konklusies uit het rapport vreemd klinken in de oren van de Walcherse boer.
Toch is het goed dat Walcheren nu middels dit rapport een spiegel wordt voorgehouden.
Het is voorts ook zo dat het rapport niet alleen rept over ongunstige situaties maar ook de positieve
kanten belicht.
"Walcheren
waarheen?"
In Walcheren zijn er 13% meer bedrijven van
10-20 ha en 13% minder bedrijven van 30 ha en
meer dan het Zeeuws gemiddelde. Deze afwij
king is typerend voor dit gebied en kenmer
kend voor de stagnerende bedrijfsontwikkeling
naar rationele produktie-eenheden. Hoewel de
afname van het aantal bedrijven in Walcheren
relatief groot is, biedt dit onvoldoende pers-
pektief om de overige bedrijven te vergroten.
Bij een indeling in 3 groepen van bedrijven op
basis van het aantal sbe per bedrijf heeft Wal
cheren ten opzichte van Zeeland:
4% meer bedrijven met onvoldoende omvang;
7% meer middengroepbedrijven;
11 minder bedrijven met voldoende omvang.
Deze relatief ongunstige situatie heeft ernstige
gevolgen voor de inkomens in de landbouw en
leidt onherroepelijk tot een onevenredig groot
aantal bedrijven met geringe ontwikkelings
mogelijkheden en zwakke financiële positie.
Na 1971 hebben circa 50% van alle bedrijven
met melkkoeien de melkproduktie beëindigd.
Uit een gehouden steekproef is gebleken dat op
21 bedrijven in Mariekerke het gemiddelde
arbeidsinkomen van de ondernemer door het
afstoten van melkvee is gedaald van
17.700.— tot 12.300.—Minstens 80% van
de bedrijven die de melkveehouderij in 1976
hebben beëindigd door de bedrijfsaanpassing
in 1977 zullen een totaal onvoldoende kom-
pensajie voor deze inkomensdaling verkrijgen.
De produktiviteit van de arbeid ligt in Wal
cheren op 80% van die in Zeeland. Het tempo
van afvloeiing van agrariërs en de minder goe
de bedrijfsstruktuur vormen de belangrijkste
oorzaken. De consequenties voor het gemid
delde inkomenspeil uit de landbouw zijn ern
stig. Bij een voortduren van de huidige omvang
van de werkeloosheid zijn de perspektieven
ongunstig.
De bed rij fsopvolger in Walcheren is gemiddeld
wat ouder bij de bedrijfsovername en is bereid
bij een geringere bedrijfsoppervlakte het be
drijf over te nemen.
Het voorkomen van grote aantallen gemengde
bedrijven met kleine eenheden akkerbouw,
veehouderij en tuinbouw, vormt een belem
mering om rationele produktie in grotere een
heden toe te passen. Dit blijkt o.a. uit de
achterstand met betrekking tot de bouw van
ligboxenstallen voor melkvee en de geringe
bewaarkapaciteit voor konsumptieaardappe-
len en zaaiuien.
De voorkeur van de meeste ondernemers voor
de akkerbouw heeft ertoe geleid, dat slechts
enkelen in de intensieve veehouderij een aan
vullend inkomen hebben gevonden, terwijl
grote groepen van ondernemers van een gering
arbeidsinkomen moeten leven. Aangezien het
melkvee een belangrijk betere bijdrage levert
voor het inkomen dan mestvee is het moeilijk
verklaarbaar dat er in dit gebied nog zoveel
mestvee wordt gehouden.
Zowel uit de inkomens in de akkerbouw als uit
de financieringsmogelijkheden blijkt slechts
een beperkt gedeelte van de bedrijven op
Walcheren een zodanig inkomen te verwerven
dat besparingen, bedrijfsaanpassing en be-
drijfsvergroting tot de mogelijkheden behoren.
Verkaveling
De perceelgrootte is - wellicht met uitzonde
ring van de gemeente Mariekerke - onvol
doende. Uit een steekproef voor de melkleve-
rende bedrijven in de gemeente Mariekerke is
gebleken, dat de huiskavel bij 63% van de be
drijven te gering van omvang is om het gehele
jaar het vee bij huis te kunnen weiden. De grote
afstand tot de veldkavels vormt voor een aantal
bedrijven een probleem.
Waterbeheersing
Door de toenemende mechanisatie en intensi
vering van het grondgebruik zijn de eisen die
aan de waterbeheersing worden gesteld toege
nomen.
Gebleken is, dat zowel de afwatering als de
ontwatering onvoldoende funktioneren in een
groot deel van Walcheren om een goede be
heersing van de grondwaterstanden te kunnen
waarborgen.
12